Inhoudsopgave
- Inhoud
1
Dierbare broeders en zusters, goedendag!
Op deze zondag die onmiddellijk voorafgaat aan Kerstmis, horen wij het Evangelie van de boodschap.
In deze passage van het Evangelie kunnen wij een contrast vaststellen tussen de beloften van de engel en het antwoord van Maria. Zo een contrast manifesteert zich in de
dimensie en de
inhoud van de woorden van beide hoofdpersonages. De engel zegt tot Maria: “Vrees niet, Maria, want gij hebt genade gevonden bij God. Zie, gij zult zwanger worden en een zoon ter wereld brengen en gij moet Hem de naam Jezus geven. Hij zal groot zijn en Zoon van de Allerhoogste genoemd worden. God de Heer zal Hem de troon van zijn vader David schenken en Hij zal in eeuwigheid koning zijn over het huis van Jakob en aan zijn koningschap zal nooit een einde komen” . Een
lange openbaring die ongehoorde perspectieven opent. Het kind dat uit deze jonge maagd van Nazareth zal geboren worden, zal Zoon van de Allerhoogste genoemd worden: een hogere waardigheid kan men zich niet indenken. En na de vraag van Maria om uitleg, wordt de openbaring door de engel nog nauwkeuriger en verrassender.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Het antwoord van Maria is integendeel een korte zin, die niet over verheerlijking of voorrechten gaat, doch slechts over beschikbaarheid of dienstbaarheid: “Zie de dienstmaagd des Heren; mij geschiede naar uw woord” . Ook de inhoud is anders. Maria verheerlijkt zich niet maar tegenover het vooruitzicht moeder te worden van de Messias, blijft Zij bescheiden en spreekt Haar instemming uit met Gods plan. Maria roemt niet en blijft bescheiden, Zij blijft zoals altijd.
Dit contrast is betekenisvol. Het doet ons begrijpen dat Maria werkelijk nederig is en dat Zij zich niet op de voorgrond wil plaatsen. Zij erkent haar kleinheid tegenover God en is daarmee tevreden. Tegelijk is Zij zich bewust dat de verwezenlijking van Gods plan, van Haar antwoord afhangt en dat Zij dus geroepen is om met heel Haar wezen in te stemmen.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
In deze omstandigheden neemt Maria een houding aan die volmaakt overeenstemt met die van de Zoon van God bij Zijn komst op aarde: Hij wil de Dienaar van de Heer zijn, zich ten dienste stellen van de mensheid om het plan van de Vader te vervullen. Maria zegt: “Zie de dienstmaagd des Heren” en de Zoon van God zegt bij Zijn komst in de wereld: “Zie, Ik ben gekomen ... om uw wil te doen, o Heer”. De houding van Maria weerspiegelt volmaakt deze woorden van Gods Zoon die ook de zoon van Maria wordt. Zo openbaart de Maagd zich als de volmaakte medewerkster van Gods plan en ware leerlinge van Haar Zoon. En in het Magnificat zal Zij kunnen verkondigen dat God de nederigen verheft , want door Haar nederig en grootmoedig antwoord heeft Zij een zeer verheven vreugde en ook een zeer verheven heerlijkheid ontvangen.
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
Nu wij onze Moeder voor dit antwoord aan Gods roeping en zending bewonderen, vragen wij Haar ieder van ons te helpen om Gods plan in ons leven met oprechte nederigheid en grootmoedigheid te aanvaarden.
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
https://rkdocumenten.nl/toondocument/6761-gods-plan-aanvaarden-met-oprechte-nederigheid-en-grootmoedigheid-nl