Gesprek van de Paus met de Jongeren
x
Gebruik de knoppen om door de historische teksten te lopen:
Informatie over dit document
Gesprek van de Paus met de Jongeren
Ontmoeting met de jongeren uit het Bisdom Rome bij gelegenheid van de 21e Wereld Jongeren Dag
Paus Benedictus XVI
6 april 2006
Pauselijke geschriften - Toespraken
2006, Libreria Editrice Vaticana
Vert.: Past. Chr. van Buijtenen, pr., nummering door de vertaler
Vert.: Past. Chr. van Buijtenen, pr., nummering door de vertaler
6 april 2006
15 maart 2010
950
nl
Referenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
Uitklappen
- HOOFDSTUK 1 De Heilige Schrift: een Woord van God voor mij?
Heiligheid, ik ben Simone, van de parochie van de heilige Bartholomeüs, ik ben 21 jaar en studeer voor scheikundig ingenieur aan de universiteit “La Sapienza” in Rome.
Op de eerste plaats alsnog bedankt dat U tot ons de Boodschap voor de XXI Wereldjongerendag[831] hebt gericht, over het Woord van God dat voor de mens een licht is voor de stappen die hij heeft te zetten op zijn levensweg. Tegenover mijn angsten en onzekerheden over de toekomst, en ook wanneer ik gewoon te stellen heb met de alledaagse routine, voel ook ik de behoefte me met het Woord van God te voeden en Christus beter te leren kennen, zodat ik antwoorden vind op mijn vragen. Dikwijls vraag ik me af wat Christus zou doen als Hij zich in mijn plaats bevond in een bepaalde situatie, maar het lukt me niet altijd om te verstaan wat de Bijbel me zegt. Bovendien weet ik dat de boeken van de Bijbel door verschillende personen geschreven zijn, in verschillende tijden die allemaal ver van mij af liggen. Hoe kan ik herkennen dat wat ik lees toch een Woord is van God, die vragen stelt aan mij en mijn manier van leven? Dank u wel.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
1
Als antwoord wil ik een eerste punt onderstrepen: vóór alles dient te worden gezegd dat de Heilige Schrift niet gelezen moet worden als een historisch boek, zoals we bijvoorbeeld Homerus, Ovidius of Horatius lezen; je moet haar werkelijk als het Woord van God lezen, wat inhoudt dat je in gesprek treedt met God. Bij het begin moet je bidden, met God spreken: “Open voor mij deur”. De heilige Augustinus zegt dat vaak in zijn preken: “Ik heb op de deur van het Woord geklopt om tenslotte te vinden wat de Heer mij wil zeggen”. Dit lijkt mij een heel belangrijk punt. De Schrift lees je niet in een academisch klimaat, maar biddend, terwijl je tot de Heer zegt: “Help mij uw Woord te verstaan, datgene wat U mij op deze bladzijde nu te zeggen hebt.”
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Een tweede punt is dit: de Heilige Schrift leidt je binnen in de ge-meenschap van het gezin van God. Je kunt dus de heilige Schrift niet op je eentje lezen. Zeker, het is belangrijk de Bijbel op een heel persoonlijke manier te lezen, in een persoonlijk gesprek met God, maar tegelijkertijd is het belangrijk haar te lezen in een gemeenschap van personen met wie je optrekt. Je laten leiden door de grote leermeesters van de “Lectio divina”. We hebben bijvoorbeeld zoveel mooie boeken van Kardinaal Martini, een echte leermeester van de “Lectio divina”, die helpt door te dringen tot de levende kern van de heilige Schrift. Terwijl hij iemand is die de historische omstandigheden goed kent en alle karakteristieke elementen van het verleden, zoekt hij toch altijd ook de deur te openen om te laten zien dat woorden die klaarblijkelijk van het verleden zijn, ook woorden van het heden zijn. Zulke leermeesters helpen ons de heilige Schrift beter te verstaan en ook om de manier te leren waarop we haar goed lezen. In het algemeen is het vervolgens ook goed om haar te lezen in het gezelschap van de vrienden die met mij optrekken en die samen met mij zoeken hoe met Christus te leven, welke weg ons het Woord van God wijst.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
Een derde punt: als het belangrijk is de Heilige Schrift te lezen met de hulp van leermeesters, in het gezelschap van je vrienden, je tochtgenoten, dan is het in het bijzonder van belang haar te lezen in het grote gezelschap van het Volk van God dat onderweg is, dat wil zeggen in de Kerk. De heilige Schrift heeft twee subjecten. Allereerst het goddelijk subject: het is God die spreekt. Maar God heeft de mens willen betrekken in zijn Woord. Terwijl de moslims ervan overtuigd zijn dat de Koran woordelijk door God geïnspireerd is, geloven wij dat voor de Heilige Schrift de “synergie” kenmerkend is, zoals de theologen dat noemen, de samenwerking van God en de mens. Hij betrekt zijn Volk bij zijn Woord, en zo is het tweede subject menselijk - het eerste, zoals ik zei, is God. Er zijn afzonderlijke schrijvers, maar er is de continuïteit van een blijvend subject - het Volk van God dat zijn weg gaat met het Woord van God en dat met God in gesprek is. Door naar God te luisteren, leer je het Woord van God te beluisteren en vervolgens ook het te interpreteren. Zo wordt het Woord van God een levend woord in het heden, want de afzon-derlijke personen sterven, maar het vitale subject, het Volk van God, is altijd levend, en het is in de loop van de millennia steeds dezelfde: het is steeds hetzelfde levende subject, waarin het Woord leeft.
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
Zo zijn ook veel structuren van de heilige Schrift te verklaren, vooral de zogenaamde “herlezing”. Een oude tekst wordt in een ander boek, laten we zeggen honderd jaar later, herlezen en wordt dan verstaan op een diepte die nog niet waarneembaar was op dat voorafgaande moment, ook al ging de tekst er inhoudelijk aan vooraf. En hij wordt een tijd later nog eens opnieuw herlezen, en opnieuw worden andere aspecten, andere dimensies van het Woord verstaan, en zo is, terwijl de tijden van de verwachting op elkaar volgden, in deze herlezing en herschrijving binnen de context van een diepe continuïteit, de heilige Schrift gegroeid. Tenslotte is, met de komst van Christus en met de ervaring van de Apostelen, het Woord definitief geworden, in die zin dat er geen herschrijvingen meer kunnen plaatsvinden, maar nodig blijft dat wij ons verstaan ervan steeds opnieuw uitdiepen. De Heer heeft gezegd: “De Heilige Geest zal U naar een diepte leiden die U nu nog niet kunt verdragen”.
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5
De communio van de Kerk is dus het levende subject van de Schrift. Maar ook nu is het voornaamste subject de Heer zelf, die blijft spreken in de Schrift die in onze handen is. Ik denk dat wij deze drie elementen moeten leren: lezen in persoonlijk gesprek met de Heer; lezen onder begeleiding van leermeesters die ervaring van het geloof hebben, die in de Heilige Schrift zijn binnengegaan; lezen in het grote gezelschap van de Kerk: in haar liturgie worden deze ge-beurtenissen steeds opnieuw tegenwoordig gesteld, in haar spreekt de Heer nu tot ons, zodat wij steeds meer toegang krijgen tot de Heilige Schrift, waarin God vandaag werkelijk met ons spreekt.
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 2 Wat heeft het Woord van God over onze affectiviteit te zeggen?
5a
Heilige Vader, ik ben Anna, ik ben 19 jaar, studeer Letteren en hoor tot de parochie ‘Santa Maria del Carmelo’ (Onze Lieve Vrouw van de Carmel).
Een van de problemen waarmee wij vooral te maken hebben is dat van de affectiviteit. Het kost ons dikwijls moeite om lief te hebben. Ja, moeite, want de liefde is gemakkelijk te verwarren met egoïsme, vooral tegenwoordig, nu een groot deel van de media als het ware ons een visie op seksualiteit opdringt die individualistisch is en geseculariseerd, waar alles lijkt te mogen en alles toegestaan is in naam van de vrijheid en van ieders geweten. Het op het huwelijk gebaseerde gezin lijkt niet veel meer dan een uitvinding van de Kerk, om nog maar niet te spreken van de vóórhuwelijkse betrekkingen, waarvan het verbod ook velen van ons, gelovigen, iets onbegrijpelijks lijkt en niet van deze tijd... Wilt U, vanuit de wetenschap dat zovelen van ons trachten hun affectieve leven verantwoordelijk te leven, ons duidelijk maken wat het Woord van God hierover te zeggen heeft? Dank u wel.
Referenties naar alinea 5a: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
6
Het gaat hier om een veelomvattende vraag, en het is zeker niet mogelijk haar in een paar minuten te beantwoorden, maar ik probeer toch iets te zeggen. Anna zelf heeft al enkele antwoorden gegeven in zoverre zij gezegd heeft dat de liefde vandaag de dag dikwijls verkeerd wordt geïnterpreteerd, in zoverre zij wordt voorgesteld als een egoïstische ervaring, terwijl zij in werkelijkheid een loslaten van jezelf is en zo een jezelf vinden wordt. Zij heeft ook gezegd dat een consumptiecultuur een foutief beeld geeft van ons leven door een relativisme dat ons alles lijkt toe te staan, maar ons in werkelijkheid leeg maakt.
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
7
Maar laten we hierover het Woord van God beluisteren. Anna wilde juist weten wat het Woord van God zegt. Voor mij is het iets moois te bemerken dat we al op de eerst bladzijden van de Heilige Schrift, meteen na het verhaal van de Schepping van de mens, de definitie van de liefde en het huwelijk vinden. De gewijde auteur zegt ons: “De man zal vader en moeder verlaten en zijn vrouw volgen, en beiden zullen één vlees zijn, één enkel bestaan”. We zijn bij het begin, en meteen al wordt ons een profetie gegeven over wat het huwelijk is; en deze definitie blijft ook in het Nieuwe Testament hetzelfde. Het huwelijk is dit volgen van de ander in liefde en zo één enkel bestaan worden, één vlees, en daarom onscheidbaar; een nieuw bestaan dat uit deze gemeenschap van liefde geboren wordt, dat verenigt en dat zo ook toekomst schept. De middeleeuwse theologen hebben, bij hun interpretatie van deze uitspraak die zich aan het begin van de Heilige Schrift bevindt, gezegd dat van de zeven Sacramenten het huwelijk het eerst door God is ingesteld, omdat het al is ingesteld op het moment van de schepping, in het Paradijs, bij het begin van de geschiedenis, en nog vóór iedere vorm van menselijke geschiedenis. Het is een sacrament van de Schepper van het universum, en derhalve ingegrift in het wezen zelf van de mens, dat georiënteerd is op deze weg, waarop de man zijn ouders verlaat en zich verenigt met zijn vrouw om één vlees te worden, zodat de twee tot één enkel bestaan worden. Het sacrament van het huwelijk is derhalve geen uitvinding van de Kerk, het is in werkelijkheid “meegeschapen” met de mens als zodanig, als vrucht van de dynamiek van de liefde, waarin de man en de vrouw zich wederzijds vinden, en zo ook de Schepper vinden die hen tot de liefde heeft geroepen.
Referenties naar alinea 7: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
8
Het is waar dat de mens gevallen is en uit het Paradijs verdreven, of met andere, meer moderne woorden: het is waar dat alle culturen vervuild zijn door de zonde, door dwalingen van de mens in zijn geschiedenis en dat daardoor het oorspronkelijke plan zoals dat in onze menselijke natuur staat ingeschreven, verduisterd is geraakt. In feite treffen we in de menselijke culturen deze verduistering van het oorspronkelijke plan van God aan. Tegelijkertijd echter stellen we, wanneer we de culturen beschouwen, ook vast dat de mens nooit helemaal dit plan, dat in de diepte van zijn wezen bestaat, heeft kunnen vergeten. In zekere zin heeft hij altijd geweten dat de andere relatievormen tussen de man en de vrouw niet werkelijk beantwoorden aan het oorspronkelijk plan van zijn wezen. Daarom zien we in de culturen, vooral in de grote culturen, dat deze zich altijd weer opnieuw op deze werkelijkheid richten, op de monogamie, op het één vlees zijn van man en vrouw. Door de trouw kan zo een nieuwe generatie opgroeien, kan een culturele traditie zich voortzetten, terwijl zij zich vernieuwt en in de continuïteit toch een authentieke vooruitgang verwezenlijkt.
Referenties naar alinea 8: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
9
De Heer heeft hierover gesproken in de taal van de profeten van Israël, en gezinspeeld op de concessie die Mozes gedaan heeft met betrekking tot de echtscheiding. Hij zei: Mozes heeft het u toegestaan “vanwege de hardheid van uw hart”. Het hart is na de zonde “hard” geworden, maar dat was niet het plan van de Schepper, en de Profeten hebben met toenemende duidelijkheid op dit oorspronkelijke plan geïnsisteerd. De Heer zinspeelde op deze profetische stemmen die Israël altijd hebben geleid naar de helderheid van de monogamie, toen Hij, om de mens te vernieuwen, met Ezechiël heeft erkend dat wij om deze roeping te kunnen beleven een nieuw hart nodig hebben. In plaats van een hart van steen - zoals Ezechiël zegt - hebben wij een hart van vlees nodig, een echt menselijk hart. En in het doopsel door middel van het geloof plant de Heer ons dit hart in.
Referenties naar alinea 9: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
10
Het is geen fysieke transplantatie, maar we mogen deze vergelijking misschien wel gebruiken: na de transplantatie is het nodig dat het organisme verzorgd wordt, dat het de medicijnen krijgt die noodzakelijk zijn om met het nieuwe hart te kunnen leven, zodat het “zijn hart” wordt en niet “het hart van een ander”. Dat geldt nog te meer van deze geestelijke transplantatie, waar de Heer ons een nieuw hart inplant, een hart dat open staat voor de Schepper, voor de roeping van God. Om met dit nieuwe hart te kunnen leven, zijn adequate kuren noodzakelijk, moeten we onze toevlucht nemen tot de juiste medicijnen, opdat het echt “ons hart” wordt. Wanneer we zo leven in de communio, in de gemeenschap met Christus, met zijn Kerk, wordt het nieuwe hart werkelijk “ons hart” en wordt het huwelijk mogelijk. De exclusieve liefde tussen een man en een vrouw, het leven met z’n tweeën zoals de Schepper het heeft bedoeld, wordt mogelijk, ook al maakt het klimaat van onze tijd het zo moeilijk dat het zelfs onmogelijk lijkt.
Referenties naar alinea 10: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
11
De Heer geeft ons een nieuw hart en wij moeten met dit nieuwe hart leven terwijl we gebruik maken van de passende therapieën opdat het echt het “onze” wordt. Zo leven wij wat de Heer ons heeft gegeven en dit schept een echt gelukkig leven. We kunnen dat in feite ook in deze wereld zien, ondanks zoveel andere modellen van leven: er zijn zoveel christelijke gezinnen die in trouw en met vreugde het leven en de liefde beleven zoals de Schepper heeft aangegeven! En zo groeit een nieuwe mensheid.
Referenties naar alinea 11: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
12
Tenslotte zou ik er nog dit aan willen toevoegen: we weten allemaal dat, om in de sport of in het beroep de finish te halen, discipline en offers nodig zijn, maar dan wordt dat alles bekroond met het succes, door het feit dat een vurig gewenst doel bereikt is. Zo vraagt ook het leven zelf, dat wil zeggen het mensworden volgens de bedoeling van Jezus, om offers; maar deze zijn niet iets negatiefs, zij helpen integendeel om te leven als mensen met een nieuw hart, om een leven te leven dat echt menselijk en gelukkig is. Omdat er een consumptiecultuur is die ons wil verhinderen te leven volgens de bedoeling van de Schepper, moeten we de moed hebben eilanden te creëren, oasen, en vervolgens grote gebieden van katholieke cultuur, waar het plan van de Schepper geleefd wordt.
Referenties naar alinea 12: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 3 Wat bedoelt U met ‘apostelen die geworteld zijn in het woord van God?’
12a
Heilige Vader, ik ben Inelida, ik ben 17 jaar, ik ben in de parochie van de H. Gregorio Barbarigo bij de scouting, als hulpleidster bij de welpen, en ik studeer aan de kunstacademie “Mario Mafai”.
In uw Boodschap voor de XXI Wereldjongerendag hebt U ons gezegd: “Het is dringend nodig dat een nieuwe generatie opstaat van apostelen die geworteld zijn in het woord van Christus”. Dat zij jullie leert het Woord van God te ontvangen, 7[[831|7]] Dat zijn zulke sterke en verplichtende woorden dat je er bang van zou kunnen worden. Zeker, ook wij zouden nieuwe apostelen willen zijn, maar zoudt U ons meer in detail willen uitleggen wat volgens U de grote uitdagingen zijn waar wij in onze tijd voor staan, en hoe stelt U zich deze nieuwe apostelen voor? Met andere woorden: Wat verwacht U van ons, Heiligheid?
Referenties naar alinea 12a: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
13
Allemaal vragen we ons af, wat de Heer van ons verwacht. Mij lijkt - en zo zeggen mij ook de bisschoppen bij het “ad limina” bezoek zoals bijvoorbeeld die van Afrika - dat de grote uitdaging van deze tijd het secularisme is: dat wil zeggen een manier van leven en de wereld voorstellen “etsi Deus non daretur”, wat betekent: alsof God niet bestond. Men wil God herleiden tot de privésfeer, tot een gevoel, alsof Hij geen objectieve realiteit zou zijn, en zo vormt ieder zich een eigen levensontwerp. Maar deze visie, die zich presenteert als was zij wetenschappelijk, aanvaardt alleen als geldig wat zich proefondervindelijk laat verifiëren. Maar omdat God zich niet leent voor een onmiddellijk experiment, leidt deze visie ertoe dat ook de samenleving verscheurd raakt: er volgt immers uit, dat ieder zijn eigen levensontwerp maakt, en tenslotte staat ieder tegenover de ander. Een situatie die, zoals zich laat inzien, beslist onleefbaar is. We moeten God opnieuw aanwezig stellen in onze samenleving. Mij lijkt dit het eerst noodzakelijke: dat God opnieuw aanwezig is in ons leven, dat we niet leven als waren we autonoom, bevoegd om zelf uit te vinden wat vrijheid is en leven. We moeten tot ons laten doordringen dat wij schepselen zijn, vaststellen dat er een God is die ons geschapen heeft, en dat in zijn wil blijven geen afhankelijkheid betekent, maar een gave van liefde die doet leven.
Referenties naar alinea 13: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
14
Het eerste punt derhalve is God kennen, Hem steeds meer leren kennen, erkennen in mijn eigen leven dat God bestaat, en dat Hij er alles mee te maken heeft. Het tweede punt - als wij erkennen dat God bestaat, dat onze vrijheid een vrijheid is die wij met anderen delen en dat er dus een gemeenschappelijke parameter moet zijn om een gemeenschappelijke werkelijkheid te kunnen opbouwen - het tweede punt, zei ik, stelt de vraag: welke God? Er zijn immers zoveel foutieve Godsbeelden, een gewelddadige God, enz. De tweede vraag is dus: de God erkennen die ons zijn gelaat heeft laten zien in Jezus, die voor ons geleden heeft, die ons heeft liefgehad tot aan de dood en zo het geweld heeft overwonnen. Het is nodig dat wij de levende God aanwezig laten zijn, op de eerste plaats in ons “eigen” leven; de God die geen onbekende is, geen zelf uitgevonden of bedachte God, maar een God die zich heeft laten zien, die zichzelf en zijn gelaat heeft laten zien. Alleen zo wordt ons leven waar, authentiek menselijk, en zo stellen zich ook de criteria van het ware humanisme present in de samenleving.
Referenties naar alinea 14: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
15
Ook hier geldt, zoals ik gezegd heb in mijn eerste antwoord, dat wij dat niet alleen kunnen, het opbouwen van een juist en rechtvaardig leven, maar dat wij moeten optrekken in gezelschap van juiste en rechtvaardige vrienden, van kameraden met wie wij samen de ervaring kunnen opdoen dat God bestaat en dat het mooi is om met God op te trekken; en in het grote gezelschap van de Kerk mee op te trekken, die ons door de eeuwen heen de tegenwoordigheid aanreikt van een God die spreekt, die handelt, die met ons optrekt. Ik zou dus zeggen: God vinden, de God vinden die zich in Jezus Christus geopenbaard heeft, optrekken in het gezelschap van zijn grote gezin, met onze broeders en zusters die het gezin van God zijn, dat lijkt me de wezenlijke inhoud van dit apostolaat waarover ik gesproken heb.
Referenties naar alinea 15: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 4 Wilt U ons vertellen hoe U erin geslaagd bent te verstaan wat uw roeping was?
15a
Heiligheid, ik heet Vittorio, ben van de parochie van Giovanni Bosco in Cinecittà, ben 20 jaar oud en studeer pedagogische wetenschappen aan de universiteit van Tor Vergata.
Steeds nodigt U ons in uw Boodschap uit om niet bang te zijn de Heer edelmoedig te antwoorden, speciaal wanneer Hij voorstelt Hem te volgen in het godgewijde leven of in het priesterleven. U zegt ons niet bang te zijn, op Hem te vertrouwen, en dat wij niet bedrogen uit zullen komen. Ik ben er van overtuigd dat velen onder ons, ook hier of onder degenen die deze avond thuis volgen via de televisie, er aan denken Jezus te volgen langs de een of andere weg van speciale toewijding, maar het is niet altijd makkelijk in te zien of dat wel de juiste weg is. Wilt U ons vertellen hoe U erin geslaagd bent te zien wat uw roeping was? Kunt U ons adviezen geven hoe wij beter kunnen verstaan of de Heer ons roept om Hem in het godgewijde leven te volgen of als priester? Ik dank U.
Referenties naar alinea 15a: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
16
Wat mij betreft, ik ben opgegroeid in een wereld die veel verschilt van de huidige, maar uiteindelijk lijken de situaties wel op elkaar. Van de ene kant was er nog de situatie van een “christelijke” cultuur, waarin het normaal was om naar de kerk te gaan en het geloof te aanvaarden als de openbaring van God, en om te trachten volgens de openbaring te leven; van de andere kant was er het naziregime dat luidop beweerde: “In het nieuwe Duitsland zullen er geen priesters meer zijn, zal er geen godgewijd leven meer zijn, hebben we zulke mensen niet meer nodig; zoek je maar een ander beroep uit”. Maar juist bij het horen van deze “harde” stemmen, in de confrontatie met de brutaliteit van dat systeem met een onmenselijk gezicht, heb ik begrepen dat er juist wel een grote behoefte aan priesters was. Dit contrast, het zien van die antimenselijke cultuur, heeft mij bevestigd in de overtuiging dat de Heer, het Evangelie, het geloof ons de juiste weg wezen en dat wij ons ervoor moesten inzetten dat deze weg zou overleven. In deze situatie is de roeping tot het priesterschap als het ware als vanzelf samen met mij gegroeid, en zonder opvallende bekeringsmomenten.
Referenties naar alinea 16: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
17
Bovendien hebben mij twee dingen op deze weg geholpen: al als jongen, geholpen door mijn ouders en door de pastoor, heb ik de schoonheid van de Liturgie ontdekt en ben ik er steeds meer van gaan houden, omdat ik voelde dat daarin voor ons de goddelijke schoonheid verschijnt en zich de hemel opent; het tweede element is de ontdekking geweest van de schoonheid van het kennen, van de kennis van God, en van de Heilige Schrift, waardoor het mogelijk is te worden binnengeleid in dat grote avontuur van de dialoog met God: de theologie. Zo is het een vreugde geweest om in te treden in dit millenniaomvattende werk van de Theologie, en in deze viering van de Liturgie waarin God met ons is en samen met ons feestviert.
Referenties naar alinea 17: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
18
Natuurlijk hebben de moeilijkheden niet ontbroken. Ik heb me afgevraagd of ik het werkelijk in mij had om heel mijn leven lang het celibaat te beleven. Als iemand die theoretisch en niet praktisch gevormd is, wist ik ook dat het om een goed priester te zijn niet genoeg is om van de theologie te houden, maar dat er ook de noodzaak is om altijd beschikbaar te zijn voor de jongeren, de ouderen, de zieken, de armen; de noodzaak ook om eenvoudig te zijn met de eenvoudigen. De theologie is mooi, maar de eenvoud in woord en christelijk leven is ook noodzakelijk. En zo vroeg ik me af: zal ik in staat zijn dit alles te beleven en niet eenzijdig te zijn, alleen maar theoloog, enz.? Maar de Heer heeft mij geholpen en vooral heeft mij het gezelschap van vrienden geholpen, van goede priesters en leermeesters.
Referenties naar alinea 18: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
19
Maar terugkerend tot de vraag is het, denk ik, belangrijk aandacht te hebben voor de tekenen die de Heer ons onderweg geeft. Hij spreekt tot ons door gebeurtenissen, door personen, door ontmoetingen: het is nodig daar aandacht aan te schenken. Vervolgens, als tweede punt: een echte vriendschap aangaan met Jezus, een persoonlijke relatie met Hem en niet alleen van anderen of uit boeken weten wie Jezus is, maar een steeds diepere relatie van persoonlijke vriendschap met Jezus beleven, waarbinnen we kunnen beginnen te verstaan wat hij vraagt. En vervolgens de aandacht voor wie ik zelf ben, voor mijn mogelijkheden: van de ene kant moed en van de andere kant nederigheid en vertrouwen en openheid, met de hulp ook van vrienden, van het gezag van de Kerk, en ook van de priesters, en van de gezinnen: wat wil de Heer van mij? Zeker, dat blijft altijd een groot avontuur, maar het leven kan alleen maar slagen als wij de moed hebben tot het avontuur, het vertrouwen dat de Heer mij nooit in de steek zal laten, dat de Heer met mij mee optrekt, mij zal helpen.
Referenties naar alinea 19: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 5 Kunt U iets zeggen over de harmonie tussen wetenschap en geloof, tussen toeval en intelligent plan?
19a
Heilige Vader, ik ben Giovanni, ben 17 jaar oud, studeer aan de technische hogeschool “Giovanni Giorgi” in Rome en hoor tot de parochie ‘Santa Maria, Madre della Misericordia’ (heilige Maria, Moeder van Barmhartigheid).
Ik vraag U ons te helpen beter te begrijpen hoe de bijbelse openba-ring en de wetenschappelijke theorieën samengaan in het zoeken van de waarheid. Je wordt er dikwijls toe gebracht te denken dat wetenschap en geloof elkaars vijanden zijn; dat wetenschap en techniek een en hetzelfde zijn; dat de mathematische denkwijze alles heeft ontdekt; dat de wereld toevallig is ontstaan en dat, als de mathematica het teorema-God niet heeft ontdekt, dat dan komt omdat God eenvoudigweg niet bestaat. Kortom, vooral wanneer je studeert is het niet altijd gemakkelijk alles te herleiden tot een goddelijk plan dat tot de natuur en de geschiedenis van de mens hoort. Daardoor wankelt het geloof soms of herleidt het zich tot een eenvoudige gevoelsopwelling. Ook ik, heilige Vader, heb net als alle jongeren honger naar Waarheid: maar hoe kan ik wetenschap en geloof met elkaar in harmonie brengen.
Referenties naar alinea 19a: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
20
De grote Galileo heeft gezegd dat God het boek van de natuur geschreven heeft in de vorm van de mathematische taal. Hij was er van overtuigd dat God ons twee boeken heeft gegeven: dat van de Heilige Schrift en dat van de natuur. En de taal van de natuur - dit was zijn overtuiging - is de mathematica, die derhalve een taal is van God, van de Schepper. Laten we nu nadenken over wat de mathematica is: op zichzelf genomen is zij een abstract systeem, een uitvinding van de menselijke geest, die als zodanig in haar zuiverheid niet bestaat. Zij wordt steeds bij benadering verwezenlijkt, maar is als zodanig een intellectueel systeem, zij is een grootse, geniale uitvinding van de menselijke geest. Het verrassende is dat deze uitvinding van onze menselijke geest werkelijk de sleutel is om de natuur te kunnen verstaan, dat de natuur werkelijk gestructureerd is op een mathematische manier, en dat onze mathematica, uitgevonden door onze geest, werkelijk het instrument is om met de natuur te kunnen werken, om haar in onze dienst te stellen, om haar door middel van de techniek hanteerbaar te maken.
Referenties naar alinea 20: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
21
Het komt mij voor als iets ongelooflijks dat een uitvinding van het menselijk intellect en de structuur van het universum overeenkomen: de mathematica die wij hebben uitgevonden geeft ons werkelijk toegang tot het universum en maakt dat voor ons bruikbaar. Dat betekent dat de intellectuele structuur van het menselijk subject en de objectieve structuur van de werkelijkheid samenvallen: de subjectieve reden en de geobjectiveerde reden in de natuur zijn identiek. Ik denk dat deze coïncidentie tussen wat wij hebben bedacht en hoe de natuur zich verwerkelijkt en gedraagt, een raadsel en een grote uitdaging zijn, opdat wij zien dat er uiteindelijk “een” ratio of reden is die beiden verbindt: onze reden zou niet die andere kunnen ontdekken, als er niet een identieke reden zou zijn die boven beiden uitgaat.
Referenties naar alinea 21: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
22
In deze zin lijkt het me eigen aan de mathematica, waarin als zodanig God niet kan verschijnen, dat zij ons de intelligente structuur van het universum laat zien. Er bestaan tegenwoordig ook theorieën die uitgaan van een chaos, maar die zijn er maar beperkt, want zou de chaos de overhand hebben, dan zou heel de techniek onmogelijk worden. Alleen omdat onze mathematica betrouwbaar is, is de techniek betrouwbaar. Onze wetenschap, die het uiteindelijk mogelijk maakt te werken met de energieën van de natuur, veronderstelt de betrouwbare, intelligente structuur van de materie. En zo zien we dat er een subjectieve redelijkheid bestaat en een geobjectiveerde redelijkheid in de materie die samenvallen. Natuurlijk kan nu niemand bewijzen - op de manier zoals men in het experiment bewijst, volgens de technische wetten - dat beide in werkelijkheid ontspringen aan een en dezelfde intelligentie, maar het lijkt mij dat achter de twee intelligenties deze eenheid van intelligentie werkelijk in onze wereld verschijnt. En hoe meer wij de wereld met onze intelligentie hanteerbaar en bruibaar kunnen maken, des te meer verschijnt het plan van de schepping.
Referenties naar alinea 22: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
23
Tenslotte zou ik, om bij de uiteindelijke vraag uit te komen, nog het volgende willen zeggen. God bestaat of Hij bestaat niet. Er zijn maar twee opties. Ofwel je erkent de prioriteit van de ratio of reden, van de scheppende Reden die aan het begin staat van alles en die van alles de oorsprong is - de prioriteit van de reden houdt ook de prioriteit van de vrijheid in - ofwel je stelt je op het standpunt van de prioriteit van het irrationele. Dan zou al wat op onze aarde en in ons leven functioneert louter toevallig zijn, marginaal, een irrationeel product - de reden of ratio zou een product zijn van de irrationaliteit. Men kan in laatste instantie het ene of het andere plan niet “bewijzen”, maar de grote keuze van het Christendom is de keuze voor de rationaliteit, voor de prioriteit van de reden. Dit lijkt mij een prima optie, die ons laat zien hoe achter alles een grote Intelligentie schuilt, waarop wij kunnen vertrouwen.
Referenties naar alinea 23: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
24
Maar het echte probleem dat vandaag de dag ingaat tegen het geloof lijkt me het kwaad in de wereld te zijn: men vraagt ons hoe dat dan samengaat met deze redelijkheid of rationaliteit van de Schepper. En hier hebben we echt God nodig die vlees geworden is en die ons laat zien hoe Hij niet alleen maar een mathematische ratio of reden is, maar dat deze oorspronkelijke ratio ook liefde is. Kijken we naar de grote keuzemogelijkheden, dan is de christelijke optie ook vandaag de dag de meest rationele en de meest menselijke. Hierdoor kunnen we met vertrouwen een filosofie, een wereldvisie uitwerken die gebaseerd is op deze prioriteit van de reden, op dit vertrouwen dat de scheppende Reden liefde is, en dat deze liefde God is.
Referenties naar alinea 24: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediahttps://rkdocumenten.nl/toondocument/950-gesprek-van-de-paus-met-de-jongeren-nl