Inhoudsopgave
- Inhoud
5
{...}
Ik geloof dat godsdienstvrijheid en vrije meningsuiting fundamentele rechten zijn. U bent Fransman, laten we het over Parijs hebben en klare taal spreken! De waarheid dat ieder het recht heeft zijn godsdienst te beoefenen, zonder beledigd te worden, vrij, mag men niet wegsteken. (…) Ten tweede, men mag niet beledigen, oorlog voeren, doden in naam van zijn godsdienst, met andere woorden in Gods naam. Wat nu gebeurt, verbaast ons. Maar laten wij aan onze geschiedenis denken : hoeveel godsdienstoorlogen hebben wij gehad ! Denk aan de Sint-Bartolomeüsnacht: hoe dat verstaan? Ook wij zijn op dat punt zondaars. Men mag niet doden in Gods naam. Doden in Gods naam is verdwazing. Ik denk dat dit het belangrijkste is inzake godsdienstvrijheid: zij moet vrij zijn, zonder te beledigen, zonder op te dringen en zonder te doden.
{...}
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
6
{...}
“Iedereen heeft niet alleen de vrijheid, het recht, maar ook de plicht te zeggen wat hij denkt om bij te dragen tot het algemeen welzijn. De plicht. Denken wij aan een afgevaardigde, een senator: als hij niet zegt wat volgens hem de goede weg is, draagt hij niet bij tot het algemeen welzijn. En zij niet alleen, ook vele anderen. Wij hebben de plicht open te spreken, die vrijheid te nemen, maar zonder te beledigen.
Als iets waar is, kan men hevig reageren. Als een grote vriend, mijn moeder beledigt, krijgt hij een vuistslag ! Dat is normaal! Men mag niet provoceren, men mag het geloof van de anderen niet beledigen, men mag met het geloof niet spotten. Paus Benedictus heeft in een toespraak, ik weet niet meer waar, over deze post-positivistische mentaliteit, post-positivistische metafysiek gesproken, die uiteindelijk meent dat alle godsdiensten of godsdienstuitingen een soort van ondercultuur zijn die getolereerd wordt, maar van weinig belang is; zij behoren niet tot de cultuur van de Verlichting. Een mening die geërfd is van de Verlichting. Zo veel mensen spreken kwaad over de godsdiensten, spotten er mee, laten we zeggen: zij spelen met de godsdienst van de anderen. Zij provoceren en dan kan gebeuren toen iemand iets tegen mijn moeder zei. Er is een grens. Elke godsdienst heeft zijn waardigheid, elke godsdienst die het mensenleven, die de mens respecteert. Ik mag daar niet mee spotten. Dat is een grens. Ik heb dit voorbeeld genomen om te zeggen dat vrije meningsuiting een grens heeft”
{...}
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
https://rkdocumenten.nl/toondocument/5784-fragmenten-van-een-interview-met-meegereisde-journalisten-nl