Inhoudsopgave

- Brand in het Castel Gandolfo museum: schade aan een kamer waar Johannes Paulus II en Benedictus XVI woonden

(Il Messagero / Diana Montagna) - Een paar dagen geleden, in de totale stilte vanuit het Vaticaan, hebben de vlammen een van de zalen op de tweede verdieping van het voormalige pauselijk paleis Castel Gandolfo zwaar beschadigd, precies waar in het verleden pausen van Paulus VI tot Wojtyla tot Ratzinger woonden en lange periodes van vakantie doorbrachten. De pauselijke kamers van het paleis staan vol met onbetaalbare kunstwerken en waardevol meubilair.

De oorzaken van de uitslaande brand zijn nog niet precies bekend, hoewel brandstichting is uitgesloten. Waarschijnlijk is alles, legt woordvoerder Matteo Bruni uit, begonnen met een kortsluiting in het airconditioningsysteem. Er zijn op dit moment echter nog geen verdere details gegeven over de omvang van de totale schade.

"Ik kan niets zeggen. We moeten praten met zuster Raffaella Petrini N.v.d.r.: Secertaris-generaal...N.v.d.r.: Secertaris-generaal van de Pauselijke Commissie voor Vaticaanstad," zei museumdirecteur Andrea Tamburelli over de telefoon. Volgens Il Messaggero werd de kamer, die getroffen was door de brand, in een verwoestende staat aangetroffen, met alle plafonds gehuld in zwarte rook, verwoeste schilderijen, het oude wandtapijt verpulverd en overal as. Het lijkt inderdaad een behoorlijke ramp, in afwachting van een algehele evaluatie van de bezittingen die nu nauwgezet moeten worden gerestaureerd.

In 2016 heeft paus Franciscus het pauselijk paleis Castel Gandolfo de functie van museum gegeven. Zelf heeft hij er nooit zijn intrek in genomen.

Toeristen die de appartementen van de paus bezoeken vanaf de Audience Courtyard beklimmen sinds 2016 de Scalone d'Onore om de hoofdverdieping van het paleis te bereiken. De historische zalen zijn gerangschikt volgens de hiërarchische volgorde van het Vaticaanse ceremonieel en volgen het patroon dat ook de Tweede Loggia van het Apostolisch Paleis in Rome volgt. De eerste zaal is in feite de Salone degli Svizzeri, oftewel de zaal van de Zwitsers, of Duitsers, een ruimte die ooit werd gebruikt als wachthuisje. Tot de restauratie door Pius XI in de jaren 1930 werd de zaal in tweeën gedeeld door vier zuilen en waren tekeningen en inscripties van de hellebaarden van de Zwitserse Garde zichtbaar op de oorspronkelijke vloer. Tegenwoordig is de zaal versierd met een hoog reliëf van de 'Kruisafneming' en een 18e-eeuwse Madonna van Domenico Corvi.

Dit wordt gevolgd door de zaal van de Palafrenieri en de zaal van de Guardie Nobili, met aandenkens aan de aanwezigheid van Pius IX. De volgende Sala dei Camerieri di Cappa e Spada herbergt kopieën van schilderijen van Bartolomé Esteban Murillo en Guido Reni. In de volgende Zaal van de Bussolanti is een kopie van de zaal van Fontainebleau. In die zaal werd de bul van 1801 aangaande het Concordaat ondertekend. Er hangt een portret van Pius VII en zijn Staatssecretaris Ercole Consalvi door Jean-Baptiste Wicar. Vervolgens is er de Troonzaal, die dateert uit de tijd van Innocentius X, en de Consistoriekamer, die werd ingericht door Pius IX met damasten wandtapijten en polychrome marmeren vloeren: vandaag de dag hangen er twee wandtapijten van de beroemde Brusselse artiest Gobelin die de vlucht van de Heilige Familie naar Egypte uitbeelden. Vervolgens is er de Benedictus XIV Galerij, een uitbreiding die dateert uit de tijd van Alexander VII maar in de 18e eeuw versierd werd met gouaches van Pier Leone Ghezzi. Van hieruit komt men in de pauselijke kapel van Urbanus VIII, een van de oudste kamers van het paleis, met fresco's van Simone Lagi en stucwerk van de gebroeders Zuccari.