Naar een authentieke interpretatie van Sacrosanctum Concilium
x
Gebruik de knoppen om door de historische teksten te lopen:
Informatie over dit document
Naar een authentieke interpretatie van Sacrosanctum Concilium
Opening van het Internationale Congres Sacra Liturgia UK 2016
Robertus Kard. Sarah
5 juli 2016
Overige auteurs - Toespraken
2016, Sacra Liturgia UK / Stg. InterKerk / incaelo.wordpress.com
Werkvert. vanuit de Engelstalige officiële versie; alineanummering en -verdeling: redactie
Zie de gebruiksvoorwaarden van de documenten
Zie de gebruiksvoorwaarden van de documenten
5 juli 2016
Mark de Vries en W.J.G.A. Veth pr. / redactie
2 april 2022
6390
nl
Referenties naar dit document: 1
Open uitgebreid overzichtReferenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
Uitklappen
- Inhoud
Vertaling op basis van de originele tekst, zoals deze door Kard. Sarah is uitgesproken als inaugurale rede van het internationale liturgische congres Sacra Liturgia UK 2016, gehouden van 5 - 8 juli 2016 in Londen.
Na terugkomst in Rome heeft de Kardinaal de definitieve tekst beschikbaar gesteld op 11 juli. Onderstaande niet geautoriseerde werkvertaling is op deze definitieve Engelstalige versie gebaseerd.
De volledige originele tekst is op het moment in te zien:
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
1
Uwe excellentiesIk wil in de eerste plaats mijn dank uitspreken aan Zijne Eminentie Vincent Kardinaal Nichols, voor zijn welkom in het Aartsbisdom Westminster en zijn vriendelijke begroetingswoorden. Eveneens wil ik Zijne Excellentie Bisschop Dominique Rey, bisschop van Fréjus-Toulon, danken voor zijn uitnodiging om hier met u aanwezig zijn bij de derde internationale “Sacra Liturgia” conferentie, en vanavond de openingstoespraak te presenteren. Uwe Excellentie, ik feliciteer u met dit internationale initiatief ter bevordering van de studie van het belang van liturgische vorming en viering in het leven en de missie van de Kerk.
dierbare priesters, diakens en dierbare mannelijke en vrouwelijke religieuzen
direbare broeders en zusters in Christus,
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- === Inleiding
2
Ik ben heel blij om met u allen hier te zijn. Ik dank ieder van u voor uw aanwezigheid hetgeen weerspiegelt uw waardering voor het belang van wat de toendertijd Kardinaal Ratzinger noemde "de kwestie van de liturgie" vandaag, bij het begin van de 21e eeuw. Dit is een groot teken van hoop voor de Kerk.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
In zijn boodschap, gedateerd 18 februari 2014, tot het symposium bij de viering van de 50e verjaardag van de Constitutie over de heilige Liturgie van het Tweede Vaticaans Concilie, Sacrosanctum Concilium[570], merkte de Heilige Vader, Paus Franciscus, op dat het vieren van de 50 jaar sinds de promulgatie van de Constitutie een stap moet zijn "tot een herleven van de toewijding om de leer van de Sacrosanctum Concilium[570] steeds vollediger te accepteren en te implementeren." De Heilige Vader zei verder:
Het is noodzakelijk eensgezind een nieuwe bereidheid te tonen om het pad te gaan dat de Concilievaders ons getoond hebben, omdat er nog veel gedaan moet worden om te komen tot een correcte en complete aanvaarding van de Constitutie over de Heilige Liturgie[570] door de gedoopte en kerkelijke gemeenschappen. Ik verwijs in het bijzonder naar de inzet om te komen tot een stevige en organische liturgische initiatie en vorming, zowel van de lekengelovigen als ook van de clerus en Godgewijde personen. Sacrosanctum Concilium - Dankbaarheid en engagement voor een grote kerkelijke beweging, 3[[5352|3]]De Heilige Vader heeft gelijk. We moeten nog veel doen als we de visie van de Vaders van het Tweede Vaticaans Concilie willen realiseren aangaande het liturgische leven in de Kerk. We hebben nog heel veel te doen, zo'n vijftig jaar ná de afsluiting van het Concilie, om vandaag een "correcte en volledige implementatie van de Constitutie over de Heilige Liturgie" te bereiken.
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
In deze toespraak wil ik een aantal overwegingen aan u voorleggen over hoe de Kerk in het Westen naar een meer getrouwe toepassing van Sacrosanctum Concilium[570] kan toewerken. Hiermee wil ik de vraag stellen: “Wat hadden de Vaders van het Tweede Vaticaans Concilie voor ogen met de liturgische hervorming?” Daarna wil ik bespreken hoe hun bedoelingen na het Concilie zijn toegepast. Uiteindelijk zou ik u een aantal voorstellen willen voorleggen over het liturgisch leven van de Kerk vandaag, zodat onze liturgische praktijk de bedoelingen van de Concilievaders beter kan weergeven.
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Wat is de Heilige Liturgie?
5
Maar we moeten eerst een voorafgaande vraag stellen. Dat is de vraag: "Wat is de Heilige Liturgie?" Want als we het wezen van de Katholieke liturgie, zich onderscheidend van andere christelijke gemeenschappen en van andere religies, begrijpen kunnen we niet hopen de Constitutie over de Heilige Liturgie[570] van het Tweede Vaticaans Concilie te begrijpen of om te komen tot een meer getrouwe toepassing daarvan.
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
6
In zijn Motu Proprio "Tra le sollecitudini - Inter sollicitudines[308]" (22 november 1903) leert de heilige Paus Pius X dat de "heilige mysteries" en "de openbare plechtige eredienst van de Kerk", dat is de Heilige Liturgie, de "voornaamste en onontbeerlijke bron" zijn voor het verkrijgen van "een ware christelijke geest". St. Pius X roept daarom op tot een werkelijk en vruchtbare deelname aan de kerkelijke liturgische rite door iedereen. Zoals we weten, is de uitnodiging en aansporing herhaald door artikel 14 van Sacrosanctum Concilium[570|14].
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
7
Paus Pius XI verhief zijn stem over ditzelfde onderwerp zo'n 25 jaar later in zijn Apostolische Constitutie "Divini Cultus Sanctitatem[321]" (20 december 1928), waarin hij leert dat "de liturgie een heilige zaak is. Door haar verheffen wij ons tot God en worden wij met Hem verenigd; door haar belijden wij ons geloof en kwijten wij ons jegens God van de dure plicht van dankbaarheid voor de weldaden en genaden, die wij voortdurend behoeven." Divini Cultus Sanctitatem, 1[[321|1]]
Referenties naar alinea 7: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
8
Paus Pius XII wijdde een Encycliek, "Mediator Dei et hominum[419]" (20 november 1947) aan de Heilige Liturgie, waarin hij leerde dat:
"De heilige Liturgie dus de openbare eredienst vormt, die onze Verlosser, het hoofd van de Kerk, aan de hemelse Vader brengt en die de gemeenschap van de gelovigen aan haar Stichter en door Hem aan de eeuwige Vader brengt, en om alles kort uit te drukken: de Liturgie maakt de integrale openbare eredienst uit van het mystieke Lichaam van Jezus Christus, d.i. van het Hoofd en van Zijn ledematen." Mediator Dei et hominum, 20[[419|20]]De Paus leert dat het "wezen en de reden van bestaan van de heilige Liturgie" is dat "zij doelt op de vereniging van onze zielen met Christus en op de heiliging van onze zielen door de goddelijke Verlosser, opdat Christus wordt geëerd en door Hem en in. Hem de Allerheiligste Drie-eenheid." Mediator Dei et hominum, 169[[419|169]]
Referenties naar alinea 8: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
9
Het Tweede Vaticaans Concilie leert dat door de liturgie "het werk van onze verlossing is voltrokken" Sacrosanctum Concilium, 2[[570|2]] en dat de liturgie:
"het priesterlijk ambt van Jezus Christus, waarin de heiliging van de mens door uiterlijk waarneembare tekens wordt aangeduid en op de wijze, eigen aan ieder van deze tekens, wordt bewerkt, en waarin door het mystieke Lichaam van Jezus Christus, het Hoofd nl. en Zijn ledematen, de volledige publieke eredienst wordt uitgeoefend.
Daarom is alle liturgie, als zijnde het werk van Christus-Priester en van Zijn Lichaam, dat de Kerk is, bij uitstek heilige handeling; en geen enkele andere handeling van de Kerk evenaart de werkdadigheid ervan op gelijke titel en in gelijke mate." Sacrosanctum Concilium, 7[[570|7]]Hierop aansluitend leert Sacrosanctum Concilium[570] dat de liturgie:
"hoogtepunt is, waarop de activiteit van de Kerk zich richt, en tevens de bron, waaruit heel haar kracht voortkomt. Want de apostolische arbeid heeft tot doel, dat allen, door geloof en doopsel kinderen Gods geworden, samenkomen, God prijzen te midden van de kerkgemeenschap, deelnemen aan het offer en eten van de maaltijd des Heren." Sacrosanctum Concilium, 10[[570|10]]
Referenties naar alinea 9: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
10
Het zou mogelijk zijn om dit overzicht van de leer van het Magisterium over de aard van de Heilige Liturgie voort te zetten met de leer van de ná-Conciliaire Pausen en van de Catechismus van de Katholieke Kerk[1]. Maar laat ons voor het moment stil houden bij het Concilie. Het is volgens mij overduidelijk dat de Kerk leert dat de katholieke liturgie de unieke bevoorrechte plaats is van het verlossende handelen van Christus in onze huidige wereld, door middel van werkelijke participatie waarin wij Zijn genade en kracht ontvangen die zo nodig zijn voor onze volharding en groei in het christelijk leven. Het is de goddelijke vastgestelde plaats waar wij onze plicht tot het aanbieden van een offer, het Ene Ware Offer, aan God komen vervullen. Het is waar we onze diepgaande behoefte om God te aanbidden verwerkelijken. Katholieke liturgie is iets heiligs, iets dat door haar aard heilig is. Katholieke liturgie is geen gewone menselijke samenkomst.
Referenties naar alinea 10: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
11
Ik wil hier een zeer belangrijk feit onderstrepen: God, niet de mens, staat in het hart van de katholieke liturgie. We komen om Hem te aanbidden. De liturgie gaat niet om jou of mij; we vieren er niet onze eigen identiteit of prestaties, verheerlijken of promoten er niet onze eigen cultuur of plaatselijke religieuze gewoontes. De liturgie draait in de allereerste plaats om God en wat Hij voor ons gedaan heeft. In Zijn Goddelijke Voorzienigheid heeft de Almachtige God de Kerk gesticht en de heilige liturgie ingesteld waarmee wij Hem ware aanbidding kunnen opdragen in overeenstemming met het Nieuwe Verbond dat Christus gebracht heeft. Hierdoor, door het binnengaan van de vereisten van de heilige riten die zich in de traditie van de Kerk ontwikkelden, krijgen wij onze ware identiteit en betekenis als zonen en dochters van de Vader.
Het is van essentieel belang dat we dit specifieke karakter van de katholieke eredienst begrijpen, want in recente decennia hebben we vele liturgische vieringen gezien waarin mensen, persoonlijkheid en menselijke prestaties te prominent aanwezig waren, bijna tot uitsluiting van God. Zoals Kardinaal Ratzinger ooit schreef: “Als de liturgie in de eerste plaats een werkplaats voor ons eigen handelen lijkt, dan wordt het essentiële vergeten: God. Het vergeten van God is het meest dreigende gevaar van onze tijd”. Ignatius Press, San Francisco 2014, p. 593[[6389]]
We moeten volkomen duidelijk zijn over de aard van de katholieke eredienst als we de Constutitie over de Heilige Liturgie van het Tweede Vaticaans Concilie[570] op de juiste wijze willen lezen en als we deze getrouw willen uitvoeren. De Vaders van het Concilie waren gevormd in de leer van het Magisterium van de twintigeeuwse Pausen die ik genoemd heb. St. Johannes XXIII heeft het Oecumenisch Concilie niet bijeen geroepen om deze leer te ondermijnen, welke hijzelf voorstond. De Concilievaders arriveerden niet in Rome in oktober 1962 met de bedoeling om een antropologische liturgie te produceren. Eerder zochten de Paus en de Concilievaders naar wegen waardoor Christus' gelovigen veel meer konden putten uit de "voornaamste en onontbeerlijke bron" waardoor de "ware christelijke geest" verworven kan worden voor hun eigen heil en voor dat van alle mannen en vrouwen van hun dagen.
Het is van essentieel belang dat we dit specifieke karakter van de katholieke eredienst begrijpen, want in recente decennia hebben we vele liturgische vieringen gezien waarin mensen, persoonlijkheid en menselijke prestaties te prominent aanwezig waren, bijna tot uitsluiting van God. Zoals Kardinaal Ratzinger ooit schreef: “Als de liturgie in de eerste plaats een werkplaats voor ons eigen handelen lijkt, dan wordt het essentiële vergeten: God. Het vergeten van God is het meest dreigende gevaar van onze tijd”. Ignatius Press, San Francisco 2014, p. 593[[6389]]
We moeten volkomen duidelijk zijn over de aard van de katholieke eredienst als we de Constutitie over de Heilige Liturgie van het Tweede Vaticaans Concilie[570] op de juiste wijze willen lezen en als we deze getrouw willen uitvoeren. De Vaders van het Concilie waren gevormd in de leer van het Magisterium van de twintigeeuwse Pausen die ik genoemd heb. St. Johannes XXIII heeft het Oecumenisch Concilie niet bijeen geroepen om deze leer te ondermijnen, welke hijzelf voorstond. De Concilievaders arriveerden niet in Rome in oktober 1962 met de bedoeling om een antropologische liturgie te produceren. Eerder zochten de Paus en de Concilievaders naar wegen waardoor Christus' gelovigen veel meer konden putten uit de "voornaamste en onontbeerlijke bron" waardoor de "ware christelijke geest" verworven kan worden voor hun eigen heil en voor dat van alle mannen en vrouwen van hun dagen.
Referenties naar alinea 11: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Wat waren de bedoelingen van de Vaders van het Tweede Vaticaanse Concilie?
12
We moeten meer in detail de bedoelingen van de Concilievaders nagaan, vooral als we nu meer getrouw willen zijn aan hun intenties. Wat was hun bedoeling om tot stand te brengen met de Constitutie over de heilige Liturgie[570]?
Laten we beginnen met het allereerste artikel van Sacrosanctum Concilium[570], waar staat:
Dus het eerste artikel van de Constitutie[570] geeft ons vier redenen voor liturgische vernieuwing. De eerste, “het christelijk leven onder de gelovigen steeds hoger op te voeren”, is een blijvende zorg van de herders in de Kerk van alle tijden.
De tweede, “de instellingen, die aan veranderingen onderhevig zijn, beter aan te passen aan de behoeften van onze tijd”, is een reden om bij stil te staan, vooral vanwege de ‘Zeitgeist’ van de jaren zestig. In werkelijkheid, wanneer dit gelezen wordt volgens de hermeuntiek van de continuïteit, hetgeen de meeste van de Concilievaders zeker van plan waren te doen, betekent dit dat het Concilie waar mogelijk een liturgische ontwikkeling voor ogen stond om daarmee mogelijk te maken het christelijk leven op een hoger plan te brengen. De Concilievaders wilden geen veranderingen alleen maar om de veranderingen.
Zo ook de derde reden, “alles te bevorderen, wat kan bijdragen tot de eenheid van allen die in Christus geloven”, laat ons stilstaan indien we zouden denken dat de Vaders de heilige Liturgie wensten te instrumentaliseren en er een oecumenische middel van te maken, om daarmee een doel te bereiken. Maar kan dat het geval zijn? Inderdaad hebben enkelen na het Concilie dit geprobeerd. Maar de Vaders zelf wisten dat dit niet mogelijk was. De eenheid in aanbidding voor het altaar van het offer is het gewenste doel van de oecumenische inspanningen. De liturgie is niet een middel om de goede wil aan te moedigen of samenwerking in apostolische werkzaamheden. Nee, de Concilievaders zeggen hier dat zij geloven dat de liturgische hervorming deel kan uitmaken van een momentum dat de mensen kan helpen een katholieke eenheid te bewerkstelligen zonder welke een volledige ‘communio’ in aanbidding niet mogelijk is.
Dezelfde motivering is te vinden bij de vierde reden voor een liturgische hervorming: “steeds krachtiger de wegen te effenen, die ertoe leiden, alle mensen tot de Kerk te roepen”. Hierbij echter reiken we verder dan onze gescheiden christelijke broeders en zusters en bedoelen “de gehele mensheid”. De missie van de Kerk is voor iedere man en vrouw! De Concilievaders geloofden en hoopten dat een meer vruchtbare deelname aan de liturgie zou helpen bij een vernieuwing van de missionaire activiteit van de Kerk.
Laten we beginnen met het allereerste artikel van Sacrosanctum Concilium[570], waar staat:
"Het heilige Concilie stelt zich ten doel, het christelijk leven onder de gelovigen steeds hoger op te voeren; de instellingen, die aan veranderingen onderhevig zijn, beter aan te passen aan de behoeften van onze tijd; alles te bevorderen, wat kan bijdragen tot de eenheid van allen die in Christus geloven; en steeds krachtiger de wegen te effenen, die ertoe leiden, alle mensen tot de Kerk te roepen. Daarom beschouwt het Concilie het als zijn taak, om op bijzondere wijze ook de vernieuwing en de bevordering van de liturgie te behartigen." Sacrosanctum Concilium, 1[[570|1]]Herinneren we ons dat, toen het Concilie begon, liturgische hervormingen gaande waren in de voorafgaande decennia en dat de Vaders zeer bekend waren met deze hervormingen. Ze benaderden deze vragen niet theoretisch, zonder enige context. Ze verwachtten het werk voort te zetten dat al reeds begonnen was en daarbij de “altioria principia”, de hogere of fundamentele principes van de liturgische hervorming, waarover St. Johannes XXIII gesproken had in zijn Motu Proprio Rubricarum Instructum[1723] van 25 juli 1960, volgend.
Dus het eerste artikel van de Constitutie[570] geeft ons vier redenen voor liturgische vernieuwing. De eerste, “het christelijk leven onder de gelovigen steeds hoger op te voeren”, is een blijvende zorg van de herders in de Kerk van alle tijden.
De tweede, “de instellingen, die aan veranderingen onderhevig zijn, beter aan te passen aan de behoeften van onze tijd”, is een reden om bij stil te staan, vooral vanwege de ‘Zeitgeist’ van de jaren zestig. In werkelijkheid, wanneer dit gelezen wordt volgens de hermeuntiek van de continuïteit, hetgeen de meeste van de Concilievaders zeker van plan waren te doen, betekent dit dat het Concilie waar mogelijk een liturgische ontwikkeling voor ogen stond om daarmee mogelijk te maken het christelijk leven op een hoger plan te brengen. De Concilievaders wilden geen veranderingen alleen maar om de veranderingen.
Zo ook de derde reden, “alles te bevorderen, wat kan bijdragen tot de eenheid van allen die in Christus geloven”, laat ons stilstaan indien we zouden denken dat de Vaders de heilige Liturgie wensten te instrumentaliseren en er een oecumenische middel van te maken, om daarmee een doel te bereiken. Maar kan dat het geval zijn? Inderdaad hebben enkelen na het Concilie dit geprobeerd. Maar de Vaders zelf wisten dat dit niet mogelijk was. De eenheid in aanbidding voor het altaar van het offer is het gewenste doel van de oecumenische inspanningen. De liturgie is niet een middel om de goede wil aan te moedigen of samenwerking in apostolische werkzaamheden. Nee, de Concilievaders zeggen hier dat zij geloven dat de liturgische hervorming deel kan uitmaken van een momentum dat de mensen kan helpen een katholieke eenheid te bewerkstelligen zonder welke een volledige ‘communio’ in aanbidding niet mogelijk is.
Dezelfde motivering is te vinden bij de vierde reden voor een liturgische hervorming: “steeds krachtiger de wegen te effenen, die ertoe leiden, alle mensen tot de Kerk te roepen”. Hierbij echter reiken we verder dan onze gescheiden christelijke broeders en zusters en bedoelen “de gehele mensheid”. De missie van de Kerk is voor iedere man en vrouw! De Concilievaders geloofden en hoopten dat een meer vruchtbare deelname aan de liturgie zou helpen bij een vernieuwing van de missionaire activiteit van de Kerk.
Referenties naar alinea 12: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
13
Al vele jaren voor het Concilie, in zowel missielanden als in de meer ontwikkelde gebieden, was er veel discussie over de mogelijkheid om het gebruik van de volkstalen in de liturgie uit te breiden, vooral voor de lezingen uit de Heilige Schrift, alsook voor een aantal andere onderdelen van het eerste deel van de Mis (wat we nu de “liturgie van het Woord” noemen) en de liturgische zang. De Heilige Stoel had al meerdere keren toestemming gegeven voor het gebruik van de volkstaal bij het toedienen van de Sacramenten. Dit is de context waarin de Concilievaders spraken over de mogelijke positieve oecumenische of missionaire gevolgen van liturgische hervorming. Het is waar dat de volkstaal een positieve plaats heeft in de liturgie. Hier zochten de Vaders naar, niet naar de protestantisering van de Heilige Liturgie of instemmend met haar onderwerping aan een valse inculturisatie.
Ik ben een Afrikaan. Laat me dit duidelijk maken: de liturgie is niet de plaats om mijn cultuur te promoten. Het is veeleer de plaats waar mijn cultuur gedoopt wordt, waar mijn cultuur in het goddelijke wordt opgenomen. Door de liturgie van de Kerk (die missionarissen door heel de wereld hebben meegedragen) spreekt God tot ons, verandert Hij ons en stelt ons in staat deel te nemen in Zijn goddelijk bestaan. Als iemand Christen wordt, als iemand in volledige eenheid met de Katholieke Kerk komt, ontvangt hij iets meer, iets dat hem verandert. Zeker, culturen en andere Christenen brengen gaven met zich mee in de Kerk – de liturgie van de Ordinariaten voor Anglicanen die nu in volle eenheid met de Kerk zijn is hier een prachtig voorbeeld van. Maar zij brengen deze gaven met nederigheid, en de Kerk, in haar moederlijke wijsheid, maakt er gebruik van zoals zij dat goed acht.
Ik ben een Afrikaan. Laat me dit duidelijk maken: de liturgie is niet de plaats om mijn cultuur te promoten. Het is veeleer de plaats waar mijn cultuur gedoopt wordt, waar mijn cultuur in het goddelijke wordt opgenomen. Door de liturgie van de Kerk (die missionarissen door heel de wereld hebben meegedragen) spreekt God tot ons, verandert Hij ons en stelt ons in staat deel te nemen in Zijn goddelijk bestaan. Als iemand Christen wordt, als iemand in volledige eenheid met de Katholieke Kerk komt, ontvangt hij iets meer, iets dat hem verandert. Zeker, culturen en andere Christenen brengen gaven met zich mee in de Kerk – de liturgie van de Ordinariaten voor Anglicanen die nu in volle eenheid met de Kerk zijn is hier een prachtig voorbeeld van. Maar zij brengen deze gaven met nederigheid, en de Kerk, in haar moederlijke wijsheid, maakt er gebruik van zoals zij dat goed acht.
Referenties naar alinea 13: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
14
Toch lijkt het onvermijdelijk om zeer duidelijk te zijn over wat wij bedoelen met inculturatie. Als we deze term werkelijk verstaan als een inzicht in het mysterie van Jezus Christus, dan hebben we de sleutel tot inculturatie. Deze is niet een zoektocht of een claim op de legitimatie van afrikanisering of latinisering of aziatisering ter vervanging van een verwesterlijking van het Christendom. Inculturatie is evenmin een verheffing van een lokale cultuur noch een nesteling in deze cultuur om ze te verabsoluteren. Inculturatie is een aanbreken en een manifestatie van de Heer in de diepten van ons bestaan. En het aanbreken van de Heer in ons leven veroorzaakt ook een inbreken, een losmaken dat de weg opent voor nieuwe oriëntatie die elementen schept voor een nieuwe cultuur. Die cultuur is een drager van het Goede Nieuws voor de mens en diens waardigheid als kind van God. Als het Evangelie ons leven binnentreedt, onderbreekt ze het en vormt het om. Het geeft het een nieuwe richting, een nieuwe moraal en ethische oriëntatie. Het richt het mensenhart op God en de naaste om hen te beminnen en te dienen op absolute en belangeloze wijze. Als Jezus een leven betreedt vormt Hij het om, hij vergoddelijkt het met het stralende licht van zijn gelaat, juist zoals heilige Paulus op de weg naar Damascus. (Hand. 9, 5-6)[[b:Hand. 9, 5-6]]
Referenties naar alinea 14: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
15
Zoals door zijn Menswording het Woord van God in alles aan ons gelijk werd, behalve in de zonde (Heb. 4, 15)[b:Heb. 4, 15],zo neemt het Evangelie alle menselijke en culturele waarden op, maar weigert vorm aan te nemen in de structuren van de zonde. Dit betekent dat hoe meer individuele en collectieve zonden tieren in een menselijke of kerkelijke gemeenschap, des te minder ruimte bestaat voor inculturatie. Daarentegen, hoe christelijker een gemeenschap en hoe meer heiligheid en evangelische waarden ze uitstraalt, des te aannemelijker is het dat de christelijke boodschap er incultureert. De inculturatie van het geloof is de uitdaging van heiligheid. Het bekrachtigt de graad van heiligheid en penetratie van het Evangelie, en bekrachtigt het geloof in Jezus Christus in een christelijke gemeenschap. Inculturatie is daarom geen religieuze folklore.
Referenties naar alinea 15: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
16
Het komt niet wezenlijk tot stand door het gebruik van lokale talen, instrumenten en Latijns-Amerikaanse muziek, Afrikaanse dansen, of Afrikaanse of Aziatische rituelen en symbolen in de liturgie en de Sacramenten. Inculturatie is God die neerdaalt in het leven, in het morele gedrag, in de culturen en in de gebruiken van mensen om ze te bevrijden van zonde en om ze binnen te leiden in het leven van de Drie-eenheid. Zeker heeft het geloof een cultuur nodig om aldus te worden meegedeeld. Daarom beweerde heilige Johannes Paulus II dat een geloof dat niet tot cultuur wordt, een geloof is dat stervende is: "Om correct te verlopen moet de inculturatie geleid worden door een tweevoudig beginsel; de verenigbaarheid met het Evangelie en de gemeenschap met de universele Kerk." Redemptoris Missio, 54[[4|54]]
Referenties naar alinea 16: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
17
Ik heb wat tijd doorgebracht met het beschouwen van het eerste artikel van de Constitutie omdat het belangrijk is dat we Sacrosanctum Concilium[570] in zijn context lezen. We lezen het als een document dat bedoelt de legitieme ontwikkeling te bevorderen (zoals het toenemend gebruik van de landstaal) in continuïteit met de aard, het onderricht en de zending van de Kerk in de moderne wereld. Wij moeten er geen dingen in lezen die er niet staan. De Vaders hadden geen revolutie in de zin, maar een ontwikkeling, een gematigde hervorming.
De bedoelingen van de concilievaders worden zeer duidelijke uit andere sleutelpassages. Arlinea 14[570|14] is een van de belangrijkste van de gehele Constitutie:
De bedoelingen van de concilievaders worden zeer duidelijke uit andere sleutelpassages. Arlinea 14[570|14] is een van de belangrijkste van de gehele Constitutie:
Het is de vurige wens van onze moeder de Kerk, dat alle gelovigen worden gevormd tot die volledige, bewuste en actieve deelname aan de liturgische vieringen, die door de aard van de liturgie zelf wordt vereist en waartoe het christenvolk, "een uitverkoren geslacht, een koninklijke priesterschap, een heilige natie, Gods eigen volk", (1 Pt. 2, 9)[b:1 Pt. 2, 9] (1 Pt. 2, 4-5)[[b:1 Pt. 2, 4-5]] krachtens het doopsel het recht en de plicht bezit.
Aan deze volledige en actieve deelname van heel het volk moet bij de vernieuwing en de bevordering van de heilige liturgie de grootste zorg worden besteed. Ze is immers de eerste en noodzakelijke bron, waaruit de gelovigen de echte christelijke geest moeten putten. Daarom moet ze door de zielenherders bij heel hun pastorale activiteit ijverig worden nagestreefd door middel van een aangepaste vorming.
Maar omdat er geen enkele kans bestaat op de verwezenlijking hiervan, als niet eerst de zielenherders zelf diep doordrongen zijn van de geest en de kracht van de liturgie en hier als leraars kunnen optreden, is het absoluut noodzakelijk, dat er op de eerste plaats gezorgd wordt voor de liturgische vorming van de geestelijkheid. Daarom heeft het heilig Concilie besloten het volgende te bepalen.
Referenties naar alinea 17: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
18
Wij horen hier de stem van de pausen voor het concilie, die een werkelijke en vruchtbare deelname zochten aan de liturgie. Om die te bewerkstelligen is de aandrang op grondige instructie of vorming in de liturgie dringend noodzakelijk. De Vaders tonen hier een realisme dat later wellicht vergeten werd. Laten wij opnieuw luisteren naar die woorden van het Concilie en hun belang overwegen:
(Er bestaat) geen enkele kans (...) op de verwezenlijking hiervan (de actieve deelname), als niet eerst de zielenherders zelf diep doordrongen raken van de geest en de kracht van de liturgie en hier als leraars kunnen optreden ...”. Sacrosanctum Concilium, 14[[570|14]]
Referenties naar alinea 18: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
19
Aan het begin van artikel 21[570|21] horen we de bedoelingen van de Vaders zeer duidelijk:
“Om het christenvolk des te zekerder te laten profiteren van de overvloed van genaden, die in de heilige liturgie te vinden is, wenst onze heilige Moeder de Kerk met alle ijver een algemene hervorming van de liturgie door te voeren.” “Ut populus christianus in sacra Liturgia abundantiam gratiarum securius assequatur...”Als wij Latijn studeren, leren we dat het woord “ut” een duidelijk doel aanwijst dat blijkt uit dezelfde zin. Wat hadden de concilievaders voor ogen? Dat het Christenvolk des te zekerder een overvloed van genaden zou verkrijgen uit de heilige Liturgie. Hoe stelden zij voor die te verkrijgen? Door met grote zorg een algemeen herstel van de liturgie zelf te ondernemen (“ipsius Liturgiae generalem instaurationem sedulo curare cupit”). Let wel dat de Vaders spreken over een “restauratie”, niet een revolutie!
Referenties naar alinea 19: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
20
Eén van de duidelijkste en mooiste uitdrukking van de bedoelingen van de Concilievaders is te vinden aan het begin van het tweede hoofdstuk van de Constitutie[570], dat het mysterie van de Hoogheilige Eucharistie behandelt. In nummer 48[570|48] lezen we:
“Daarom geeft de Kerk zich alle zorg en moeite, dat de Christengelovigen dit geheim van het geloof niet als buitenstaanders of als zwijgende toeschouwers bijwonen, maar dat zij het door de riten en gebeden goed leren begrijpen en daardoor bewust, godvruchtig en actief deelnemen aan de heilige handeling, dat zij door Gods woord onderwezen worden, zich voeden aan de tafel van ‘s Heren Lichaam en God dank brengen, dat zij het onbevlekt Offer opdragen niet alleen door de handen van de priester, maar ook tezamen met hem, en zo zich zelf leren offeren, dat zij eindelijk steeds meer door Christus de Middelaar uitgroeien tot een volmaakte eenheid met God en met elkaar, opdat tenslotte Gods alles in allen moge zijn.” Sacrosanctum Concilium, 48[[570|48]]
Referenties naar alinea 20: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
21
Broeders en zusters, dit is wat de Concilievaders wilden. Jazeker, ze discussieerden en stemden over specifieke manieren om hun bedoelingen toe te passen. Maar laat ons glashelder zijn: de hervormingen van de rite volgens de Constitutie[570], zoals het herstel van het gebed van de gelovigen tijdens de Mis (n. 53)[570|53], de uitbreiding van de concelebratie (n. 57)[570|57] of een aantal van haar beleidslijnen zoals vereenvoudigingen verlangd in nummers 34[570|34] en 50[570|50], zijn alle ondergeschikt aan de fundamentele bedoelingen van de Concilievaders die ik zojuist heb omschreven. Het zijn middelen tot een doel, en het is het doel dat wij moeten behalen.
Referenties naar alinea 21: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
22
Als we naar een authentiekere toepassing van Sacrosanctum Concilium[570] willen toewerken, dan moeten we op de allereerste plaats deze einddoelen in het oog houden. Misschien dat, als we ze met een frisse blik en met het voordeel van de ervaring van de laatste vijf decennia bestuderen, we sommige hervormingen van de riten en bepaalde liturgische beleidslijnen in een ander licht zullen zien. Als sommige van deze nu moeten worden heroverwogen, om zo “het christelijk leven onder de gelovigen steeds hoger op te voeren” en “alle mensen tot de Kerk te roepen”, laat ons dan de Heer vragen ons de liefde en de nederigheid en wijsheid te schenken om dit te doen.
Referenties naar alinea 22: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Wat is er gebeurd na de promulgatie van Sacrosanctum Concilium?
23
Ik noem deze mogelijkheid om opnieuw te kijken naar de Constitutie[570] en de hervorming die volgde op de publicatie ervan, omdat ik niet denk dat we vandaag zelfs ook maar de eerste paragraaf van Sacrosanctum Concilium[570] eerlijk kunnen lezen en tevreden kunnen zijn dat we de doelstellingen ervan hebben bereikt. Broeders en zusters, waar zijn de gelovigen waarover de Concilievaders spraken? Vele gelovigen zijn nu ongelovig: ze komen helemaal niet meer naar de liturgie. In de woorden van de heilige Johannes Paulus II: vele Christenen leven in een staat van “stille apostasie (afvalligheid);” zij “leven alsof God niet bestaat”. Ecclesia de Eucharistia, 9[[87|9]] Waar is de eenheid die het Concilie hoopte te bereiken? We hebben het nog niet bereikt. Hebben we werkelijk vooruitgang geboekt in het roepen van alle mensen tot de Kerk? Ik denk het niet. En toch hebben we heel veel in de liturgie gedaan!
Referenties naar alinea 23: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
24
In mijn 47 jaar als priester en na meer dan 36 jaar in het bisschoppelijk dienstwerk kan ik verklaren dat vele katholieke gemeenschappen en individuen de liturgie, zoals hervormd na het Concilie, met geestdrift en vreugde leven en vieren, en er veel van, zo niet alles, het goede uit halen dat de Concilievaders verlangden. Dit is een grote vrucht van het Concilie. Maar uit mijn ervaring – nu ook als Prefect van de Congregatie voor de Goddelijke Eredienst en de Regeling van de Sacramenten[d:108] – weet ik ook dat er vele vervormingen van de liturgie in heel de Kerk van vandaag bestaan, en er zijn vele situaties die verbeterd kunnen worden zodat de doelstellingen van het Concilie behaald kunnen worden. Voor ik over een aantal mogelijke verbeteringen spreek, laten we bedenken wat er gebeurde na de publicatie van de Constitutie over de Heilige Liturgie.
Referenties naar alinea 24: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
25
In de zestiende eeuw droeg de paus de liturgische hervorming zoals gewenst door het concilie van Trente[d:21] op aan een bijzondere commissie die aan het werk ging om herziene uitgaven van de liturgische boeken voor te bereiden die vervolgens door de paus werden afgekondigd. Dit is een volkomen normale procedure en deze werd aangenomen door zalige Paulus VI in 1964 toen hij het Consilium ad exsequendam constitutionem de sacra liturgia[d:463] in het leven riep. Wij weten veel over deze commissie uit de gepubliceerde memoires van haar secretaris, aartsbisschop Annibale Bugnini. The Reform of the Liturgy:...The Reform of the Liturgy: 1948-1975, Liturgical Press, Collegeville 1990
Referenties naar alinea 25: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
26
Het werk van deze commissie tot implementatie van de Constitutie[d:463] onderging zeker invloeden, ideologieën en nieuwe voorstellen die afwezig waren in Sacrosanctum Concilium[570]. Het is bijvoorbeeld waar, dat het Concilie niet had voorgesteld om nieuwe eucharistische gebeden te introduceren, maar dit idee kwam op, werd aangenomen en de nieuwe gebeden werden met de autoriteit van de Paus afgekondigd. Het is evenzo waar, zoals aartsbisschop Bugnini duidelijk maakt, dat sommige gebeden en riten werden opgesteld of herzien overeenkomstig de geest van de tijd, on het bijzonder overeenkomstig oecumenische gevoeligheden. Of er teveel is gedaan, of wat gedaan is werkelijk behulpzaam was de doelstellingen van de Constitutie te realiseren, of dat zij ze juist in de weg stonden, dat zijn kwesties die we moeten bestuderen. Ik ben erg blij dat wetenschappers vandaag zich met deze zaken diepgaand bezig houden. Niettemin is het een belangrijk feit dat zalige Paulus VI de voorgestelde hervormingen zoals voorgesteld door de commissie[d:463] geschikt achtte en ze afkondigde. Met zijn apostolische autoriteit heeft hij ze vastgesteld als normatief en hun wettigheid en geldigheid bepaald.
Referenties naar alinea 26: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
27
Terwijl het officiële hervormingswerk plaatsvond ontstonden er een aantal zeer ernstige verkeerde interpretaties van de liturgie en deze schoten wortel in verschillende plaatsen in de wereld. Deze misbruiken van de Heilige Liturgie ontwikkelden zich vanwege een foutief begrip van het Concilie en resulteerden in liturgische vieringen die subjectief waren en meer gericht op de verlangens van de individuele gemeenschap dan op de offerdienst van de Almachtige God. Mijn voorganger als Prefect van de Congregatie, Francis Kardinaal Arinze, noemde dit ooit eens “de doe-het-zelf Mis”. De heilige Johannes Paulus II vond het zelfs noodzakelijk het volgende te schrijven in zijn encycliek Ecclesia de Eucharistia[87] (17 april 2003):
“Deze dienst van de verkondiging van de kant van het Leergezag heeft een antwoord gekregen in de innerlijke groei van de christelijke gemeente. Zonder twijfel heeft de liturgiehervorming van het Concilie in hoge mate bijgedragen aan een bewustere, actievere en vruchtbaarder deelname aan het heilig Offer van het Altaar van de kant van de gelovigen. Op veel plaatsen is Aanbidding van het Allerheiligst Sacrament ook een belangrijke dagelijkse praktijk en wordt een onuitputtelijke bron van heiligheid. De vrome deelname van de gelovigen aan de eucharistische processie op Sacramentsdag is een genade van de Heer die ieder jaar vreugde brengt aan hen die eraan deelnemen. Andere positieve tekenen van geloof in en liefde voor de Eucharistie zouden nog genoemd kunnen worden.
Helaas is er naast dit licht ook schaduw. Op sommige plaatsen is de praktijk van de eucharistische Aanbidding vrijwel volledig verwaarloosd. In verschillende delen van de Kerk zijn misbruiken opgetreden, die lijden tot verwarring met betrekking tot het gezonde geloof en de katholieke leer ten aanzien van dit wonderbaarlijke Sacrament. Soms komt men een uiterst verengd begrip van het eucharistische mysterie tegen. Beroofd van zijn betekenis als offer wordt het gevierd als ware het eenvoudigweg een broederlijke maaltijd. Daarenboven wordt van tijd tot tijd de noodzaak van het ambtelijke priesterschap dat wortelt in de apostolische opvolging verduisterd en de sacramentaliteit van de Eucharistie wordt teruggebracht tot louter werkdadigheid in de verkondiging. Dit heeft hier en daar geleid tot oecumenische initiatieven die hoewel edel in hun motieven, toegeven aan eucharistische praktijken die in tegenspraak zijn met de discipline waarmee de Kerk haar geloof uitdrukt. Kunnen wij anders dan onze diepe droefheid over dit alles uitdrukken? De Eucharistie is een te groot geschenk dan dat wij dubbelzinnigheid en verschraling van de betekenis zouden kunnen dulden.
Ik vertrouw erop dat deze encycliek er effectief aan kan bijdragen om de schaduwen van onaanvaardbare doctrines en praktijken te verdrijven, opdat de Eucharistie verder moge stralen in heel de glans van haar mysterie.” Ecclesia de Eucharistia, 10[[87|10]]
Referenties naar alinea 27: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
28
Zowel als misbruiken kwam er ook een afwijzende reactie op de officieel afgekondigde hervormingen. Sommigen vonden dat deze te ver en te snel waren gegaan, of vonden de officiële hervormingen leerstellig verdacht. We herinneren ons de controverse die opkwam in 1969 met de brief aan Paulus VI van kardinalen Ottaviani en Bacci[7233] met zeer ernstige zorgen. De Paus meende het daarna verstandig om enkele leerstellige verduidelijkingen te maken. Ook deze kwesties moeten bedachtzaam worden bestudeerd.
Referenties naar alinea 28: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
29
Hier bestond ook een pastorale werkelijkheid: om goede redenen of niet, sommige mensen konden of wilden niet deelnemen aan de hervormde riten. Zij bleven weg of namen alleen deel aan de niet-hervormde liturgie waar ze die konden vinden, zelfs als de viering ervan niet was toegestaan. Zo werd de liturgie een uitdrukking van verdeeldheid in de Kerk, in plaats van één van katholieke eenheid. Het Concilie wilde niet dat de liturgie ons van elkaar scheidde! De heilige Johannes Paulus II werkte aan het genezen van deze verdeling, met de hulp van Kardinaal Ratzinger die, als Paus Benedictus XVI, de nodige interne verzoening in de Kerk wilde faciliteren door in zijn Motu Proprio Summorum Pontificum[1901] (7 juli 2007) te bepalen dat de oudere vorm van de Romeinse ritus zonder beperkingen beschikbaar moet zijn voor die individuen en groepen die uit haar rijkdom willen putten. In Gods Voorzienigheid is het nu mogelijk onze katholieke eenheid te vieren met respect voor, en zelfs vreugde in, een legitieme diversiteit van de rituele praktijk.
Referenties naar alinea 29: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
30
Tenslotte wil ik opmerken dat temidden van het werk van hervorming en vertaling dat plaats vond na het Concilie (en we weten dat een deel van dit werk te snel werd gedaan en dat betekent dat we vandaag de vertalingen moeten herzien om ze getrouwer aan het Latijnse origineel te maken), er wellicht niet genoeg aandacht is geschonken aan wat de Concilievaders noodzakelijk achtten om de vruchtbare deelname aan de liturgie die zij verlangden te laten slagen: dat de clerus “zelf diep doordrongen zou raken van de geest en de kracht van de liturgie en hier als leraar kan optreden”. Sacrosanctum Concilium, 14[[570|14]] We weten dat een gebouw met zwakke fundering beschadigd kan raken of zelfs kan instorten.
Referenties naar alinea 30: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
31
We mogen dan een hele nieuwe, moderne liturgie in de volkstaal hebben opgebouwd, maar als we niet de juiste basis hebben gelegd – als onze seminaristen en geestelijkheid niet “diep doordrongen zijn van de geest en de kracht van de liturgie”, zoals het Concilie vroeg – dan kunnen zij zelf de mensen die aan hun zorg zijn toevertrouwd niet vormen. We moeten de woorden van het Concilie zelf zeer serieus nemen: het zou “kansloos” zijn te hopen op een liturgische vernieuwing zonder een grondige liturgische vorming. Zonder deze essentiële vorming zouden geestelijken zelfs schade toebrengen aan het geloof van mensen in het eucharistisch mysterie.
Referenties naar alinea 31: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
32
Ik wil niet bovenmatig pessimistisch overkomen, en ik zeg nogmaals: er zijn vele, vele gelovige mannelijke en vrouwelijke leken, vele geestelijken en religieuzen voor wie de liturgie zoals hervormd na het Concilie een bron van veel geestelijke en apostolische vruchten is, en daar dank ik de Almachtige God voor. Maar ik denk dat u het met mij eens zal zijn, zelfs op basis van mijn korte analyse hierboven, dat we beter kunnen doen, zodat de Heilige Liturgie werkelijk de bron en het hoogtepunt van het leven en de missie van de Kerk wordt, nu, aan het begin van de eenentwintigste eeuw, zoals de Concilievaders zozeer verlangden.
Referenties naar alinea 32: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
33
Hoe dan ook, dit is het wat paus Franciscus van ons vraagt:
“Het is noodzakelijk om een hernieuwde wilskracht toe te voegen om verder te gaan op de weg die door de Concilievaders is aangewezen, omdat er nog veel gedaan moet worden voor een correcte en volledige assimilatie van de Constitutie over de Heilige Liturgie door de gedoopten en de kerkgemeenschappen. Ik doel met name op de inzet voor een degelijke en organische initiatie en liturgische vorming, zowel van de lekengelovigen als van de geestelijkheid en de godgewijde personen.” Sacrosanctum Concilium - Dankbaarheid en engagement voor een grote kerkelijke beweging, 3[[5352|3]]
Referenties naar alinea 33: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Hoe kunnen we heden voorwaarts komen tot een meer authentieke toepassing van Sacrosanctum Concilium
34
Gezien de fundamentele verlangens van de Concilievaders en de verschillende situaties die na het Concilie zichtbaar zijn geworden, zou ik een aantal praktische overwegingen willen presenteren over hoe we Sacrosanctum Concilium[570] vandaag beter kunnen toepassen. Ook al is het Prefect van de Congregatie voor de Goddelijke Eredienst[d:108] zijn mijn dienstwerk, ik doe dit in alle nederigheid als een priester en een bisschop in de hoop dat dit een volwassen reflectie en studie en goed liturgisch handelen in heel de Kerk zal bevorderen.
Referenties naar alinea 34: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
35
Vorming
Het zal geen verrassing zijn wanneer ik zeg dat we in de eerste plaats de kwaliteit en diepgang van onze liturgische vorming moeten onderzoeken, hoe we de geest en kracht van de liturgie overbrengen op onze geestelijken, religieuzen en lekengelovigen. Te vaak nemen we aan dat onze wijdingskandidaten voor het priesterschap of het permanente diaconaat genoeg over de liturgie “weten”. Maar het Concilie drong hierin niet aan op kennis, hoewel de Constitutie[570] natuurlijk het belang van liturgiestudie onderstreepte. vgl: Sacrosanctum Concilium, 15-17[[[570|15-17]]] Nee, de eerste en essentiële liturgische vorming is meer een onderdompeling in de liturgie, in het diepe mysterie van God, onze liefhebbende Vader. Het is een kwestie van de liturgie beleven in al haar rijkdom, zodat we, na gedronken te hebben uit haar bron, altijd dorsten naar haar verrukkingen, haar orde en schoonheid, haar stilte en bezinning, haar verheerlijking en aanbidding, haar vermogen ons ten diepste te verbinden met Hem die in en door de riten van de Kerk werkt.
Het zal geen verrassing zijn wanneer ik zeg dat we in de eerste plaats de kwaliteit en diepgang van onze liturgische vorming moeten onderzoeken, hoe we de geest en kracht van de liturgie overbrengen op onze geestelijken, religieuzen en lekengelovigen. Te vaak nemen we aan dat onze wijdingskandidaten voor het priesterschap of het permanente diaconaat genoeg over de liturgie “weten”. Maar het Concilie drong hierin niet aan op kennis, hoewel de Constitutie[570] natuurlijk het belang van liturgiestudie onderstreepte. vgl: Sacrosanctum Concilium, 15-17[[[570|15-17]]] Nee, de eerste en essentiële liturgische vorming is meer een onderdompeling in de liturgie, in het diepe mysterie van God, onze liefhebbende Vader. Het is een kwestie van de liturgie beleven in al haar rijkdom, zodat we, na gedronken te hebben uit haar bron, altijd dorsten naar haar verrukkingen, haar orde en schoonheid, haar stilte en bezinning, haar verheerlijking en aanbidding, haar vermogen ons ten diepste te verbinden met Hem die in en door de riten van de Kerk werkt.
Referenties naar alinea 35: 1
Wederzijdse verrrijking van beide Vormen van de Romeinse Ritus ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
36
Dat is reden waarom zij die “in opleiding” zijn voor het pastoraal dienstwerk de liturgie te volle zouden moeten beleven naar hun mogelijkheden in hun seminaries of vormingshuizen. Kandidaten voor het permanent diaconaat zouden eveneens voor langere tijd in een intens liturgisch leven moeten zijn ondergedompeld. En laat ik toevoegen, dat de volle en rijke viering van het oudere gebruik van de Romeinse ritus, de usus antiquior, een belangrijk deel zou moeten zijn van de liturgische vorming van de clerus. Want hoe kunnen we beginnen de hervormde riten te begrijpen of te vieren met een hermeneutiek van continuïteit als we nooit de schoonheid hebben ervaren van de liturgische traditie die de Concilievaders zelf wel kenden en die zo vele heiligen heeft voortgebracht in de loop der eeuwen? Een wijze openheid voor het mysterie van de Kerk en haar rijke, eeuwenoude traditie, en een nederige volgzaamheid aan wat de Heilige Geest heeft te zeggen aan de kerken vandaag, dat zijn de ware tekenen dat wij aan Jezus Christus toebehoren: Hij zei hun: “Daarom is iedere schriftgeleerde die onderwezen is in het Rijk der hemelen gelijk aan een huisvader die uit zijn schat nieuw en oud te voorschijn haalt.” (Mt. 13, 52)[b:Mt. 13, 52].
Referenties naar alinea 36: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
37
Als we hier zorg voor dragen, als onze nieuwe priesters en diakens werkelijk dorsten naar de liturgie, zullen zij op hun beurt in staat zijn degenen die aan hun zorg zijn toevertrouwd te vormen – zelfs als de liturgische situatie en mogelijkheden van hun kerkelijke missie bescheidener zijn dan die van het seminarie of de kathedraal. Ik weet van vele priesters in zulke omstandigheden die hun mensen vormen in de geest en kracht van de liturgie, en wier parochies voorbeelden zijn van grote liturgische schoonheid. We moeten niet vergeten dat waardige eenvoud niet hetzelfde is als reductief minimalisme of een verwaarloosde en vulgaire stijl. Zoals onze Heilige Vader, Paus Franciscus, leert in zijn Apostolische Exhortatie Evangelii Gaudium[4984]: “De Kerk evangeliseert en evangeliseert zichzelf met de schoonheid van de liturgie, die ook viering is van de evangeliserende activiteit en bron van een hernieuwde impuls tot zelfgave.” Evangelii Gaudium, 24[[4984|24]]
Referenties naar alinea 37: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
38
Participatie en internisalisatie
Ten tweede denk ik dat het zeer belangrijk is dat we duidelijk zijn over de aard van liturgische participatie, van de participatio actuosa waar het Concilie toe opriep. Hierover is veel verwarring geweest in de laatste decennia. Nummer 48 van de Constitutie[570|48] zegt: De Kerk wil “dat de Christengelovigen dit geheim van het geloof niet als buitenstaanders of als zwijgende toeschouwers bijwonen, maar dat zij het door de riten en gebeden goed leren begrijpen en daardoor bewust, godvruchtig en actief deelnemen aan de heilige handeling.” Het Concilie beschouwt participatie als voornamelijk intern, voortkomend uit een goed begrip van de riten en gebeden. Zeker, de Concilievaders vragen de gelovigen te zingen, de priester te antwoorden, liturgische taken op zich te nemen die rechtmatig de hunne zijn, maar staan erop dat allen "zich bewust zijn van wat ze doen, godvruchtig en actief”.
Ten tweede denk ik dat het zeer belangrijk is dat we duidelijk zijn over de aard van liturgische participatie, van de participatio actuosa waar het Concilie toe opriep. Hierover is veel verwarring geweest in de laatste decennia. Nummer 48 van de Constitutie[570|48] zegt: De Kerk wil “dat de Christengelovigen dit geheim van het geloof niet als buitenstaanders of als zwijgende toeschouwers bijwonen, maar dat zij het door de riten en gebeden goed leren begrijpen en daardoor bewust, godvruchtig en actief deelnemen aan de heilige handeling.” Het Concilie beschouwt participatie als voornamelijk intern, voortkomend uit een goed begrip van de riten en gebeden. Zeker, de Concilievaders vragen de gelovigen te zingen, de priester te antwoorden, liturgische taken op zich te nemen die rechtmatig de hunne zijn, maar staan erop dat allen "zich bewust zijn van wat ze doen, godvruchtig en actief”.
Referenties naar alinea 38: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
39
Als we het belang van de internalisatie van onze liturgische participatie begrijpen zullen we het luidruchtige en gevaarlijke liturgische activisme, dat in de laatste decennia zo prominent aanwezig is geweest, vermijden. We gaan niet naar de liturgie om op te treden, om dingen te doen zodat anderen het kunnen zien: we gaan om verbonden te worden met het handelen van Christus door een internalisatie van de uitwendige liturgische riten, gebeden, tekenen en symbolen. Wellicht dat degenen die geroepen zijn tot het liturgisch dienstwerk dit zich beter bewust moeten zijn dan anderen! Maar we moeten anderen ook vormen, in het bijzonder onze kinderen en jonge mensen, in de ware betekenis van liturgische participatie, in de ware manier om de liturgie te bidden.
Referenties naar alinea 39: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
40
"Hervorming van de hervorming"
Ten derde, ik heb gesproken over het feit dat een aantal hervormingen die na het Concilie zijn ingevoerd mogelijk zijn samengesteld volgens de tijdsgeest en dat er een groeiende hoeveelheid studie door trouwe zonen en dochters van de Kerk is geweest, waarin wordt gevraagd of wat was ingevoerd werkelijk de doelstellingen van de Constitutie[570] toepaste, of dat ze er in werkelijkheid aan voorbij gingen. Deze studie vindt soms plaats onder de noemer “hervorming van de hervorming” en ik weet dat EH Thomas Kocik over deze kwestie een doorwrochte studie heeft gepresenteerd tijdens de Sacra Liturgia conferentie in New York, een jaar geleden.
Ten derde, ik heb gesproken over het feit dat een aantal hervormingen die na het Concilie zijn ingevoerd mogelijk zijn samengesteld volgens de tijdsgeest en dat er een groeiende hoeveelheid studie door trouwe zonen en dochters van de Kerk is geweest, waarin wordt gevraagd of wat was ingevoerd werkelijk de doelstellingen van de Constitutie[570] toepaste, of dat ze er in werkelijkheid aan voorbij gingen. Deze studie vindt soms plaats onder de noemer “hervorming van de hervorming” en ik weet dat EH Thomas Kocik over deze kwestie een doorwrochte studie heeft gepresenteerd tijdens de Sacra Liturgia conferentie in New York, een jaar geleden.
Referenties naar alinea 40: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
41
Ik denk niet dat we de mogelijkheid of de wenselijkheid van een officiële hervorming van de liturgische hervorming kunnen afwijzen, omdat haar voorstanders een aantal belangrijke beweringen doen in hun pogingen trouw te zijn aan de nadruk van het Concilie in nummer 23 van de Constitutie[570|23] “om de gezonde traditie te bewaren en toch de weg te openen voor een gewettigde vooruitgang”, en dat “vernieuwingen niet plaats hebben, tenzij deze door een werkelijk en duidelijk nut van de Kerk worden vereist, waarbij men er op dient te letten, dat de nieuwe vormen als het ware organisch voortkomen uit de reeds bestaande vormen.”
Referenties naar alinea 41: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
42
Ik kan meedelen dat, toen ik afgelopen april door de Heilige Vader in audiëntie werd ontvangen, Paus Franciscus mij vroeg de kwestie van een hervorming van een hervorming te bestuderen en hoe beide vormen van de Romeinse ritus te verrijken. Dat zal een fijngevoelig werk zijn en ik vraag om uw geduld en gebed. Maar als we Sacrosanctum Concilium[570] beter willen toepassen, als we willen bereiken wat het Concilie verlangde, dan is dit een serieuze kwestie die zorgvuldig moet worden bestudeerd en behandeld met de nodige duidelijkheid en voorzichtigheid.
Referenties naar alinea 42: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
43
Priesters: aanbidders en bedienaren
Wij priesters, wij bisschoppen dragen een grote verantwoordelijkheid. Hoe leidt ons goede voorbeeld tot goed liturgisch handelen; hoe kwetst onze onachtzaamheid of wangedrag de Kerk en haar heilige liturgie!
Wij priesters moeten in de allereerste plaats aanbidders zijn. Onze mensen zien het verschil tussen een priester die met geloof viert en één die haastig viert, veel op zijn horloge kijkt, bijna alsof hij zo snel mogelijk weer terug naar de televisie wil! Priesters, we kunnen niets belangrijkers doen dan de heilige mysteries te vieren: laten we oppassen voor de verleiding van liturgische luiheid, want dat is een verleiding van de duivel.
Wij priesters, wij bisschoppen dragen een grote verantwoordelijkheid. Hoe leidt ons goede voorbeeld tot goed liturgisch handelen; hoe kwetst onze onachtzaamheid of wangedrag de Kerk en haar heilige liturgie!
Wij priesters moeten in de allereerste plaats aanbidders zijn. Onze mensen zien het verschil tussen een priester die met geloof viert en één die haastig viert, veel op zijn horloge kijkt, bijna alsof hij zo snel mogelijk weer terug naar de televisie wil! Priesters, we kunnen niets belangrijkers doen dan de heilige mysteries te vieren: laten we oppassen voor de verleiding van liturgische luiheid, want dat is een verleiding van de duivel.
Referenties naar alinea 43: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
44
We moeten onthouden dat wij niet de makers van de liturgie zijn. Wij zijn haar nederige bedienaars, onderworpen aan haar discipline en wetten. Wij hebben ook de verantwoordelijkheid om degenen die ons bijstaan in liturgische functies te vormen in zowel de geest en kracht van de liturgie en zeker ook haar regels. Ik heb soms priesters opzij zien stappen om buitengewone bedienaars de Heilige Communie uit te laten delen: dit is fout, het is een ontkenning van het priesterlijk dienstwerk evenals een clericalisering van de leken. Wanneer dit gebeurt is het een teken dat de vorming verkeerd is gegaan, en dat het gecorrigeerd moet worden. (Mt. 14, 18-21)[[b:Mt. 14, 18-21]] “Hij nam de vijf broden ... en gaf ze aan zijn leerlingen om ze aan de mensen voor te zetten ... Het waren vijfduizend mannen, die van de broden gegeten hadden. (Mc. 6, 30-44; Mt. 14, 18-21)[b:Mc. 6, 30-44; Mt. 14, 18-21].
Referenties naar alinea 44: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
45
Het is evenzo een schandaal en een profanatie door de lekengelovigen om foto’s te nemen gedurende de viering van de heilige Eucharistie. Zij zouden moeten deelnemen door gebed en hun tijd niet spenderen met het nemen van foto’s!
Referenties naar alinea 45: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
46
Ik heb ook priesters en bisschoppen gezien die, gekleed om de Heilige Mis te vieren, telefoons en camera’s tevoorschijn haalden en in de heilige liturgie gebruikten. Dit is een verschrikkelijke aanklacht tegen het begrip dat zij hebben over wat ze doen als ze de liturgische gewaden aantrekken, dus zich als een alter Christus kleden – en nog meer, als ipse Christus, als Christus zelf. Dit is heiligschennis. Geen bisschop, priester of diaken die is gekleed voor het liturgisch dienstwerk of aanwezig op het priesterkoor moet foto’s nemen, zelfs niet tijdens grote geconcelebreerde Missen. Dat priesters dit vaak doen tijdens zulke Missen, of met elkaar praten of nonchalant zitten, is volgens mij een teken dat wij opnieuw moeten nadenken over de gepastheid van deze Missen, vooral als het priesters aanzet tot zulk schandalig gedrag dat het gevierde mysterie zo onwaardig is, of als de grootte van deze geconcelebreerde vieringen tot het risico van ontheiliging van de heilige Eucharistie leidt.
Referenties naar alinea 46: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
47
Celebratie "ad Dominum"
Ik wil een beroep doen aan alle priester. U heeft misschien mijn artikel in L’Osservatore Romano van een jaar geleden (12 juni 2015)[6031] gelezen, of mijn interview met het tijdschrift Famille Chrétienne in mei van dit jaar. Bij beide gelegenheden heb ik gezegd dat ik denk dat het heel belangrijk is dat we zo snel mogelijk terugkeren naar een gezamenlijke richting, van priesters en gelovigen samen in dezelfde richting – naar het Oosten of tenminste naar de apsis – naar de Heer die komt, in die delen van de liturgische riten waarin we ons tot God richten. Dit is toegestaan onder de huidige liturgische regels. Het is volledig legitiem in de moderne vorm N.v.d.r.: dat is volgens het...N.v.d.r.: dat is volgens het Missaal van Paus Paulus VI, de Novus Ordo. Ik denk dat het een heel belangrijke stap is om te verzekeren dat in onze vieringen de Heer werkelijk in het centrum staat.
Ik wil een beroep doen aan alle priester. U heeft misschien mijn artikel in L’Osservatore Romano van een jaar geleden (12 juni 2015)[6031] gelezen, of mijn interview met het tijdschrift Famille Chrétienne in mei van dit jaar. Bij beide gelegenheden heb ik gezegd dat ik denk dat het heel belangrijk is dat we zo snel mogelijk terugkeren naar een gezamenlijke richting, van priesters en gelovigen samen in dezelfde richting – naar het Oosten of tenminste naar de apsis – naar de Heer die komt, in die delen van de liturgische riten waarin we ons tot God richten. Dit is toegestaan onder de huidige liturgische regels. Het is volledig legitiem in de moderne vorm N.v.d.r.: dat is volgens het...N.v.d.r.: dat is volgens het Missaal van Paus Paulus VI, de Novus Ordo. Ik denk dat het een heel belangrijke stap is om te verzekeren dat in onze vieringen de Heer werkelijk in het centrum staat.
Referenties naar alinea 47: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
48
En dus, beste priesters, vraag ik u dit waar mogelijk toe te passen, voorzichtig en met de nodige catechese, zeker, maar ook met het zelfvertrouwen van een herder dat dit iets goeds is voor de Kerk, iets goeds voor onze mensen. Uw eigen pastorale oordeel zal bepalen hoe en wanneer dit mogelijk is, maar wellicht is de eerste zondag van de Advent van dit jaar, wanneer we uitkijken naar “de Heer die zal komen” en “die niet aarzelt” zie de Introïtus van...zie de Introïtus van Woensdag in de eerste week van de Advent, een hele goede tijd om dit te doen. Beste priesters, we zouden opnieuw moeten luisteren naar de klaagzang van God zoals verkondigd door de profeet Jeremia: “ze hebben Mij de rug toegekeerd” (Jer. 2, 27)[b:Jer. 2, 27]. Laat ons weer naar de Heer terugkeren! Vanaf de dag van zijn Doopsel kent de christen slechts een richting: het Oosten.
“U trad binnen, zodat u uw tegenstander zou onderscheiden, die u zou gaan afzweren, als het ware recht in zijn gezicht, daarna richtte u zich naar het oosten (ad Orientem); want wie de duivel afzweert keert zich tot Christus, en aanschouwt Hem van aangezicht tot aangezicht” De Mysteriis, 7[[3466|7]]
Referenties naar alinea 48: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
49
Ik zou ook een nederig en broederlijk beroep willen doen op mijn broeders bisschoppen: leidt u alstublieft uw priesters en mensen op deze manier naar de Heer, in het bijzonder in grote vieringen in uw bisdommen en in uw kathedraal. Vorm uw seminaristen alstublieft in de werkelijkheid dat we niet tot het priesterschap geroepen zijn om zelf in het hart van de liturgische eredienst te staan, maar om de gelovigen van Christus als medegelovigen naar Hem te leiden. Maak deze eenvoudige maar diepgaande hervorming alstublieft mogelijk in uw bisdommen, uw kathedralen, uw parochies en uw seminaries.
Wij bisschoppen hebben een grote verantwoordelijkheid, en ooit zullen we ons voor de Heer moeten verantwoorden over ons beheer. Wij bezitten niets! Zoals de heilige Paulus ons leert, wij zijn slechts “helpers van Christus, belast met het beheer van Gods geheimen” (1 Kor. 4, 1)[b:1 Kor. 4, 1]. Wij hebben de verantwoordelijkheid ervoor te zorgen dat de heilige werkelijkheid van de liturgie wordt gerespecteerd in onze bisdommen en dat onze priesters en diakens zich niet alleen aan de liturgische voorschriften houden, maar de geest en de kracht van de liturgie waaruit deze voortkomen kennen. Ik was zeer bemoedigd door het lezen van de presentatie getiteld “The Bishop: Governor, Promoter and Guardian of the Liturgical Life of the Diocese”, gegeven voor de Sacra Liturgia conferentie in Rome in 2013 door aartsbisschop Alexander Sample van Portland in Oregon in de VS, en ik raad mijn broeders bisschoppen op broederlijke wijze aan zijn overwegingen zorgvuldig te bestuderen.
Wij bisschoppen hebben een grote verantwoordelijkheid, en ooit zullen we ons voor de Heer moeten verantwoorden over ons beheer. Wij bezitten niets! Zoals de heilige Paulus ons leert, wij zijn slechts “helpers van Christus, belast met het beheer van Gods geheimen” (1 Kor. 4, 1)[b:1 Kor. 4, 1]. Wij hebben de verantwoordelijkheid ervoor te zorgen dat de heilige werkelijkheid van de liturgie wordt gerespecteerd in onze bisdommen en dat onze priesters en diakens zich niet alleen aan de liturgische voorschriften houden, maar de geest en de kracht van de liturgie waaruit deze voortkomen kennen. Ik was zeer bemoedigd door het lezen van de presentatie getiteld “The Bishop: Governor, Promoter and Guardian of the Liturgical Life of the Diocese”, gegeven voor de Sacra Liturgia conferentie in Rome in 2013 door aartsbisschop Alexander Sample van Portland in Oregon in de VS, en ik raad mijn broeders bisschoppen op broederlijke wijze aan zijn overwegingen zorgvuldig te bestuderen.
Referenties naar alinea 49: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
50
Alle liturgische bedienaren zouden dagelijks een gewetensonderzoek moeten doen. Ik beveel daarvoor deel twee aan van de apostolische exhortatie Sacramentum Caritatis[1784] van Benedictus XVI, “De Eucharistie, een Mysterie om gevierd te worden (Eucharistie, een mysterie om te vieren)[1784|+51]”. Het is bijna tien jaar geleden dat deze exhortatie werd gepubliceerd als de collegiale vrucht van de bisschoppensynode van 2005[d:82]. Hoeveel vooruitgang hebben we gemaakt in deze tijd? Wat staat ons nog te doen? We moeten ons deze vragen stellen voor de Heer, ieder van ons overeenkomstig zijn verantwoordelijkheid, en dan doen wat we kunnen en wat we moeten om deze visie te realiseren die door Paus Benedictus is geschetst.
Referenties naar alinea 50: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
51
Hier herhaal ik wat ik elders heb gezegd: dat Paus Franciscus mij heeft gevraagd het liturgisch werk voort te zetten dat Paus Benedictus begonnen is. zie: Boodschap aan Sacra...zie: Boodschap aan Sacra Liturgia 2015, New York City Het feit dat we een nieuwe Paus hebben betekent niet dat de visie van zijn voorganger nu niet langer geldig is. Integendeel, zoals we weten heeft onze Heilige Vader Paus Franciscus het grootste respect voor de liturgische visie en maatregelen die Paus Benedictus heeft uitgevoerd in opperste trouw aan de wensen en doelstellingen van de Concilievaders.
Referenties naar alinea 51: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
52
Staat u mij toe, voor ik afrond, een aantal andere kleine manieren te noemen die ook bij kunnen dragen aan een meer getrouwe toepassing van Sacrosanctum Concilium[570]. Eén daarvan is dat we de liturgie moeten zingen, we moeten de liturgische teksten zingen, met respect voor de liturgische tradities van de Kerk en ons verheugend in de schatkist aan gewijde muziek die de onze is, in het bijzonder die muziek die hoort bij de Romeinse ritus, het Gregoriaans. We moeten gewijde liturgische muziek zingen, en niet slechts religieuze muziek of, erger, wereldse muziek.
Referenties naar alinea 52: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
53
We moeten de juiste balans vinden tussen de volkstalen en het gebruik van het Latijn in de liturgie. Het Concilie heeft nooit de bedoeling gehad dat de Romeinse ritus volledig in de volkstaal gevierd zou worden. Maar het wilde wel een breder gebruik ervan toestaan, in het bijzonder voor de lezingen. Tegenwoordig zou het mogelijk moeten zijn, vooral door moderne druktechnieken, om voor ieder het begrijpen van het Latijn te vergemakkelijken, wellicht voor de liturgie van de Eucharistie, en dit is natuurlijk met name gepast bij internationale samenkomsten waar de plaatselijke volkstaal door velen niet verstaan wordt. En wanneer de volkstaal gebruikt wordt moet het natuurlijk een juiste vertaling van het originele Latijn zijn, zoals Paus Franciscus recent aan mij heeft bevestigd.
Referenties naar alinea 53: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
54
Liturgische stilte
We moeten ervoor zorgen dat aanbidding het hart is van onze liturgische vieringen. Te vaak maken we niet de beweging van viering naar aanbidding, maar als we dat niet doen ben ik bang dat we niet altijd volledig intern hebben deelgenomen aan de liturgie. Twee lichaamshoudingen zijn hier nuttig, zelf onmisbaar. De eerste is stilte. Als ik nooit stil ben, als de liturgie mij geen ruimte geeft voor stil gebed en bezinning, hoe kan ik dan Christus aanbidden, hoe ik mij dan in mijn hart en ziel met Hem verbonden voelen? Stilte is zeer belangrijk, en niet alleen voor en na de liturgie. Het is de basis van ieder dieper spiritueel leven.
We moeten ervoor zorgen dat aanbidding het hart is van onze liturgische vieringen. Te vaak maken we niet de beweging van viering naar aanbidding, maar als we dat niet doen ben ik bang dat we niet altijd volledig intern hebben deelgenomen aan de liturgie. Twee lichaamshoudingen zijn hier nuttig, zelf onmisbaar. De eerste is stilte. Als ik nooit stil ben, als de liturgie mij geen ruimte geeft voor stil gebed en bezinning, hoe kan ik dan Christus aanbidden, hoe ik mij dan in mijn hart en ziel met Hem verbonden voelen? Stilte is zeer belangrijk, en niet alleen voor en na de liturgie. Het is de basis van ieder dieper spiritueel leven.
Referenties naar alinea 54: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
55
Knielen bij het ontvangen van de Heilige Communie
Zo is ook het knielen bij de consecratie (tenzij ik ziek ben) van belang. In het Westen is dit een lichamelijke handeling van aanbidding die ons nederig maakt voor onze Heer en God. Het is in zichzelf een gebedshandeling. Waar knielen en buigen uit de liturgie zijn verdwenen moeten ze worden teruggebracht, in het bijzonder in verband met het ontvangen van onze Heer in de Heilige Communie. Beste priesters, vorm uw mensen, waar mogelijk en met pastorale prudentie, zoals ik eerder zei, in deze prachtige handeling van aanbidding en liefde. Laat ons wederom neerknielen in aanbidding en liefde voor de Eucharistische Heer!
In verband met het geknield ontvangen van de Heilige Communie wil ik verwijzen naar de brief van de Congregatie voor de Goddelijke Eredienst en de Regeling van de Sacramenten[d:108] uit 2002, die duidelijk maakt dat “elke weigering van de Heilige Communie aan één van de gelovigen op basis van zijn of haar knielende houding is een ernstige overtreding van één van de meest fundamentele rechten van de Christengelovigen”. Notitiae, n. 437, nov-dec 2002, p. 583[[6388]]
Zo is ook het knielen bij de consecratie (tenzij ik ziek ben) van belang. In het Westen is dit een lichamelijke handeling van aanbidding die ons nederig maakt voor onze Heer en God. Het is in zichzelf een gebedshandeling. Waar knielen en buigen uit de liturgie zijn verdwenen moeten ze worden teruggebracht, in het bijzonder in verband met het ontvangen van onze Heer in de Heilige Communie. Beste priesters, vorm uw mensen, waar mogelijk en met pastorale prudentie, zoals ik eerder zei, in deze prachtige handeling van aanbidding en liefde. Laat ons wederom neerknielen in aanbidding en liefde voor de Eucharistische Heer!
In verband met het geknield ontvangen van de Heilige Communie wil ik verwijzen naar de brief van de Congregatie voor de Goddelijke Eredienst en de Regeling van de Sacramenten[d:108] uit 2002, die duidelijk maakt dat “elke weigering van de Heilige Communie aan één van de gelovigen op basis van zijn of haar knielende houding is een ernstige overtreding van één van de meest fundamentele rechten van de Christengelovigen”. Notitiae, n. 437, nov-dec 2002, p. 583[[6388]]
Referenties naar alinea 55: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
56
Correcte litugische kleding
Het correct kleden van alle liturgische bedienaren op het priesterkoor, inclusief de lectoren, is ook van groot belang, wil dit dienstwerk als authentiek beschouwd worden en wil het uitgevoerd worden met het decorum passend bij de heilige liturgie – ook de bedienaren zelf dienen de juiste eerbied te tonen voor de mysteries die zij toedienen.
Het correct kleden van alle liturgische bedienaren op het priesterkoor, inclusief de lectoren, is ook van groot belang, wil dit dienstwerk als authentiek beschouwd worden en wil het uitgevoerd worden met het decorum passend bij de heilige liturgie – ook de bedienaren zelf dienen de juiste eerbied te tonen voor de mysteries die zij toedienen.
Referenties naar alinea 56: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
57
Slot
Dit zijn enkele voorstellen: ik ben er zeker van dat er vele andere gedaan kunnen worden. Ik leg ze u voor als mogelijke manieren om verder te gaan naar “de juiste manier om de liturgie innerlijk en uiterlijk te vieren”, dat natuurlijk het verlangen was dat Kardinaal Ratzinger aan het begin van zijn grootse werk, Der Geist der Liturgie - Eine Einführung[3179], uitdrukte. Ik moedig u aan om alles te doen dat u kunt om dit doel te realiseren, dat volledig in overeenstemming is met dat van de Constitutie over de Heilige Liturgie van het Tweede Vaticaans Concilie.
Dit zijn enkele voorstellen: ik ben er zeker van dat er vele andere gedaan kunnen worden. Ik leg ze u voor als mogelijke manieren om verder te gaan naar “de juiste manier om de liturgie innerlijk en uiterlijk te vieren”, dat natuurlijk het verlangen was dat Kardinaal Ratzinger aan het begin van zijn grootse werk, Der Geist der Liturgie - Eine Einführung[3179], uitdrukte. Ik moedig u aan om alles te doen dat u kunt om dit doel te realiseren, dat volledig in overeenstemming is met dat van de Constitutie over de Heilige Liturgie van het Tweede Vaticaans Concilie.
Referenties naar alinea 57: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Slot
58
Ik begon deze toespraak met een beschouwing van de onderrichting van de twintigste-eeuwse pausen over de heilige Liturgie. De eerste van hen, heilige paus Pius X, had als persoonlijk motto: instaurare omnia in Christo, alles in Christus herstellen. Ik stel voor dat we deze worden opnemen en tot onze eigen standaard maken als we trachten tot een meer getrouwe implementatie te komen van Sacrosanctum Concilium[570]. Want als we de heilige Liturgie naderen, treden we in de geest van Christus binnen, als we ons met Christus bekleden zoals we ons bekleden met ons doopgewaad of het gewaad dat past bij ons liturgisch dienstwerk, kunnen we niet verdwalen.
Referenties naar alinea 58: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
59
Het is helaas waar dat in de decennia na het Tweede Vaticaans Concilie “naast (het) licht ook schaduw (is)” in het liturgisch leven van de Kerk, zoals heilige Johannes Paulus II zei in Ecclesia de Eucharistia[87]. Ecclesia de Eucharistia, 10[[87|10]] Het is onze plicht om de oorzaken hiervan aan te wijzen. Maar het is een bron van grote hoop en vreugde dat vandaag de dag, in het voortschrijden van de eenentwintigste eeuw, vele trouwe katholieken overtuigd zijn van het belang van de liturgie in het leven van de Kerk. Zij wijden zich aan het liturgisch apostolaat, aan wat in algemene zin een nieuwe liturgische beweging mag worden genoemd.
Referenties naar alinea 59: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
60
Mijn broeders en zusters, ik dank u voor uw toewijding aan de heilige Liturgie. Ik moedig u aan en zegen u in al uw ondernemingen, groot of klein, om op “de juiste wijze om de liturgisch innerlijk en uiterlijk te vieren”. Volhard in dit apostolaat: de Kerk en de wereld hebben u nodig!
Ik dank u voor uw gebeden voor mijn specifieke dienstwerk.
Dank u. God zegene u.
Ik dank u voor uw gebeden voor mijn specifieke dienstwerk.
Dank u. God zegene u.
© Robert Cardinal Sarah
Prefect, Congregatie voor de Goddelijke Eredienst en de Discipline van de Sacramenten[d:108]
Referenties naar alinea 60: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaReferenties naar dit document: 1
Open uitgebreid overzichthttps://rkdocumenten.nl/toondocument/6390-naar-een-authentieke-interpretatie-van-sacrosanctum-concilium-nl