Lieve vrienden,
We zijn hier in de bedevaartsplaats Altötting in de basiliek van de H. Anna, tegenover het heiligdom van haar dochter, de Moeder van de Heer, bijeengekomen - seminaristen op weg naar het priesterschap, priesters, religieuzen, medewerkers voor het roepingenpastoraat - , om onze roeping voor Jezus Christus bevragen te laten en bij de heilige Anna, in wier huis de grootste roeping uit de heilsgeschiedenis gegroeid is, onze roeping te leren. Maria ontving haar roeping uit de mond van de Engel. In ons huis komt de engel niet zichtbaar binnen, maar met ieder van ons heeft de Heer Zijn plan. En ieder van ons wordt bij zijn naam geroepen. Zo is het onze opdracht, luisterend te worden, in staat om Zijn roepstem te horen, moedig en trouw te worden, opdat we het volgen en aan het einde als betrouwbare knechten gevonden te worden, die terecht met de hun toevertrouwde gaven gewerkt hebben. Wij weten dat de Heer arbeiders zoekt voor Zijn oogst. Hij heeft zelf gezegd: "
De oogst is groot, maar arbeiders zijn er weinig. Vragen we daarom de Heer van de oogst, dat Hij arbeiders voor Zijn oogst zal zenden." . Daartoe hebben we ons hier verzameld, om dit gebed tot de Heer van de oogst op te laten gaan. Ja, de oogst van de Heer is groot en wacht op de arbeiders - in de zogenaamde Derde Wereld, in Latijns-Amerika, in Afrika, in Azië wachten de mensen op herauten, die hun het Evangelie van vrede, de boodschap van de mensgeworden Zoon van God brengen. En ook in het zogenaamde Westen, bij ons in Duitsland als ook in het uitgebreide Rusland geldt dat de oogst groot kan zijn. Maar het ontbreekt aan de mensen, die bereid zijn zich tot oogstarbeiders voor God te maken. Er zijn nu zoals toen, - destijds was de Heer door medelijden bewogen over de mensen, die als schapen zonder herder leken, - mensen , die zeker alle mogelijkheden kenden, maar niet konden zien, hoe hun leven goed in te richten. Heer, zie neer op de nood van dit moment, die de herauten van uw Evangelie nodig heeft, getuigen voor U, wegwijzers naar het "
leven in overvloed"! Zie de wereld en laat U zich ook nu door medelijden bewogen zijn! Zie naar de wereld en zendt arbeiders! Met deze vraag kloppen we aan de deur van God. Maar met deze bede klopt dan de Heer ook aan ons eigen hart. Heer, wilt u mij? Is het niet iets te groots voor mij? Ben ik niet te klein daarvoor? "
Vreest niet", heeft de Engel tot Maria gesproken. Vreest niet, ik heb je bij je naam geroepen, zegt Hij door de profeet Jesaja tot ons - tot ieder van ons.