Catechismus van de Katholieke Kerk

x
Gebruik de knoppen om door de historische teksten te lopen:

Informatie over dit document

Catechismus van de Katholieke Kerk
15 augustus 1997
Catechismus - Catechismus
1997, Libreria Editrice Vaticana / 2023, Nederlandse Bisschoppenconferentie
Hierin verwerkt de officiële aanpassingen aan de "editio typica" volgens o.a. het protocol van wijzigingen 1997
De referenties, de leeswijzer, trefwoorden (conform de Nederlandstalige uitgave) en nummertoevoegingen aan de inhoudsopgave zijn toevoegingen van de redactie om het gebruik van de Catechismus te bevorderen. Deze toevoegingen, hoewel getrouw aan de kerkelijke leer, vormen geen onderdeel van de geautoriseerde, door de Apostolische Constitutie Fidei Depositum vastgestelde uitgave.
Aanpassingen aan de 3e druk (2023), waar nodig, aangegeven. (Alleen van toepassing op de Nederlandstalige vertaling)
De nummers van de noten komen, om technische redenen, niet overeen met de officiële uitgaven.Zie de gebruiksvoorwaarden van de documenten
1997
3 april 2025
1
nl
Toon meer

Referenties naar dit document: 284

Open uitgebreid overzicht

Referenties naar dit document van thema's en berichten

Open uitgebreid overzicht

Extra opties voor dit document

Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social media
- VII. - De akten van de boeteling (1450-1460)
1450

980
"Het Boetesacrament verplicht de zondaar alles graag te aanvaarden: het berouw in zijn hart; de belijdenis in zijn mond; algehele nederigheid en een vruchtbare voldoening in zijn doen en laten". 1[[830]] 2[[[683|7]]]

Referenties naar alinea 1450: 1

Youcat ->=geentekst=

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
1451

980
1431
Het berouw
Onder de akten van de boeteling komt het berouw op de eerste plaats. Dit is "de zielensmart vanwege de zonde die men bedreven heeft en de afschuw ervan, vergezeld van het voornemen voortaan niet meer te zondigen". 3[[683|10]]


Zie ook alinea's: -1431-[al:1431]

Referenties naar alinea 1451: 1

Youcat ->=geentekst=

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
1452

980
Dit berouw wordt "volmaakt" genoemd, wanneer het voortkomt uit liefde tot God die bovenal bemind wordt ("contritie" ofwel "berouw uit liefde"). Door zulk een berouw worden de dagelijkse zonden vergeven; ook schenkt het vergiffenis van doodzonden als het vergezeld wordt van het vaste voornemen zo spoedig mogelijk tot de sacramentele Biecht te naderen. 4[[[683|11]]]


Zie ook alinea's: -1822-[al:1822]

Referenties naar alinea 1452: 3

De werkelijke tegenwoordigheid van Jezus Christus in het Sacrament van de Eucharistie ->=geentekst=
Youcat ->=geentekst=
"Ik ben met u alle dagen" (Mt. 28, 20) ->=geentekst=

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
1453

980
Het berouw dat "onvolmaakt" genoemd wordt (ofwel "attritie"), is eveneens een gave van God, een impuls van de Heilige Geest. Het komt voort uit het besef hoe afschuwwekkend de zonde is of uit angst voor de eeuwige verwerping en andere straffen waarmee de zondaar bedreigd Wordt (berouw uit vrees). Een dergelijke verontrusting van het geweten kan een innerlijke ontwikkeling op gang brengen die onder inwerking van de genade door de sacramentele absolutie vervolmaakt zal worden. Uit zichzelf bewerkt het onvolmaakte berouw echter niet de vergeving van zware zonden. Het bevordert de ontvankelijkheid voor deze vergeving die verkregen wordt in het Boetesacrament. 5[[[683|12.32]]]

Referenties naar alinea 1453: 1

Youcat ->=geentekst=

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
1454

980
Het is passend zich op het ontvangen van dit Sacrament voor te bereiden door een gewetensonderzoek in het licht van het woord van God. De meest passende teksten hiervoor vindt men in de Tien Geboden[688] en in de catechese over het zedelijk handelen dat in de Evangelies en de Brieven van de apostelen vervat ligt: de Bergrede, de onderrichting van de apostelen. 6[[b:Rom. 12-15; 1 Kor. 12-13; Gal. 5; Ef. 4-6]]

Referenties naar alinea 1454: 1

Youcat ->=geentekst=

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
1455

980
1847
De belijdenis van de zonden
De belijdenis van de zonden (de bekentenis) heeft, zelfs louter menselijk gesproken, een bevrijdende uitwerking en vergemakkelijkt onze verzoening met de anderen. Door de belijdenis erkent de mens de zonden die hij bedreven heeft; hij aanvaardt de verantwoordelijkheid ervoor en stelt zich zodoende opnieuw open voor God en de gemeenschap met de Kerk, waardoor een nieuwe toekomst mogelijk wordt..


Zie ook alinea's: -1424-[al:1424]-1734-[al:1734]

Referenties naar alinea 1455: 1

Youcat ->=geentekst=

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
1456

980
1424
De belijdenis ten overstaan van een priester is een wezenlijk onderdeel van het Boetesacrament: "De boetelingen moeten in de Biecht alle doodzonden opsommen waarvan zij zich na een zorgvuldig gewetensonderzoek bewust zijn, zelfs wanneer deze zeer verborgen zijn en slechts ingaan tegen de laatste twee van de Tien Geboden[688], 7[[b:Ex. 20, 17; Mt. 5, 28]] want soms brengen deze zonden de ziel een zwaardere wonde toe en zijn ze gevaarlijker dan zonden die openlijk bedreven werden": 8[[683|14]]

Wanneer de gelovigen zich erop toeleggen alle zonden die zij zich herinneren te belijden, onderwerpen zij deze ongetwijfeld aan Gods vergevingsgezinde barmhartigheid. Zij echter die anders handelen en bewust enkele zonden verzwijgen, leggen aan Gods goedheid niets voor wat deze door tussenkomst van de priester zou kunnen vergeven. "Als de zieke zich ervoor schaamt zijn wonde aan de dokter te laten zien, kan de geneeskunde niet verzorgen wat zij niet kent". 9[[4958]] 10[[683|14]]
Zie ook alinea's: -1855-[al:1855]-1505-[al:1505]

Referenties naar alinea 1456: 2

Vademecum voor biechtvaders over de huwelijksmoraal ->=geentekst=
Youcat ->=geentekst=

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
1457

980
1385
2042
Volgens het gebod van de Kerk is "iedere gelovige, wanneer hij tot de jaren van het verstand gekomen is, verplicht minstens eenmaal per jaar zijn zware zonden oprecht te belijden". 11[[30|989]] 12[[[683|17.35]]] Hij die zich ervan bewust is een doodzonde bedreven te hebben, kan de Heilige Communie niet ontvangen zonder eerst de sacramentele absolutie verkregen te hebben, 13[[[679|13.27]]] zelfs wanneer hij diep berouw heeft, tenzij hij een ernstige reden heeft om te communiceren en het hem niet mogelijk is zich tot een biechtvader te richten. 14[[[30|916]]] 15[[[574|(711)]]] Kinderen moeten tot het Boetesacrament naderen, voordat zij de eerste Heilige Communie ontvangen. 16[[[30|914]]]
Zie ook alinea's: -2042-[al:2042]-1385-[al:1385]

Referenties naar alinea 1457: 4

Youcat ->=geentekst=
Youcat ->=geentekst=
Youcat ->=geentekst=
Manifest van het geloof ->=geentekst=

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
1458

980
2468
Hoewel het niet strikt noodzakelijk is, beveelt de Kerk het toch ten zeerste aan, ook de dagelijkse zonden te belijden. 17[[[683|14]]] 18[[[30|988]]] De regelmatige belijdenis van onze dagelijkse zonden helpt ons ook werkelijk ons geweten te vormen, te strijden tegen onze slechte neigingen, ons te laten helen door Christus en voortgang te boeken in het geestelijk leven. Door vaker in dit sacrament de barmhartigheid van de Vader te ervaren, worden wij ertoe aangezet zelf, zoals Hij, barmhartig te zijn: 19[[b:Lc. 6, 36]]

Wie zijn zonden belijdt, werkt reeds met God samen. God klaagt uw zonden aan; als ook gij die aanklaagt, sluit gij u bij God aan. De mens en de zondaar zijn als het ware twee dingen. Wat gij onder mens verstaat, heeft God gemaakt; de zondaar is door de mens zelf gemaakt. Vernietig wat gij hebt gemaakt, opdat God kan redden wat Hij gemaakt heeft (...). Uw goede daden nemen een aanvang wanneer uw eigen maaksel u begint te mishagen, omdat gij dan uw slechte daden aanklaagt. Het begin van de goede daden is de belijdenis van de slechte daden. Dan doet gij de waarheid en komt gij tot het licht. 20[[859]]
Zie ook alinea's: -1783-[al:1783]-2428-[al:2428]

Referenties naar alinea 1458: 5

Ad Limina-bezoek Nederlandse Bisschoppen 1998 - Afsluiting ->=geentekst=
Misericordia Dei ->=geentekst=
Youcat ->=geentekst=
Youcat ->=geentekst=
Manifest van het geloof ->=geentekst=

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
1459

980
2412
2487
De voldoening
Vele zonden berokkenen aan de naaste schade. Men moet al het mogelijke doen om deze schade te herstellen (bijvoorbeeld door gestolen goed terug te geven, de goede naam te herstellen van iemand die het slachtoffer is van laster, verwondingen goed te maken). De rechtvaardigheid alleen al vereist dit. Maar de zonde kwetst en verzwakt bovendien de zondaar zelf, evenals zijn relatie tot God en de naaste. De absolutie neemt de zonde weg, maar maakt de wanorde die door de zonde veroorzaakt werd niet geheel ongedaan. 21[[[683|39]]] Uit de zonde opgestaan moet de zondaar nog de volledige geestelijke gezondheid herwinnen. Hij moet dus nog iets meer doen om zijn zonden goed te maken: hij moet op geëigende wijze "voldoening schenken" of zijn zonden "uitboeten". Deze voldoening wordt ook "penitentie" genoemd.


Zie ook alinea's: -2412-[al:2412]-2487-[al:2487]-1473-[al:1473]

Referenties naar alinea 1459: 1

Youcat ->=geentekst=

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
1460

618
980
2011
2447
De voldoening (penitentie) die de biechtvader oplegt, moet rekening houden met de persoonlijke situatie van de boeteling en gericht zijn op diens geestelijk welzijn. Zij moet zo goed mogelijk in verhouding staan tot de zwaarte en de aard van de bedreven zonden. Ze kan bestaan uit gebed, een gift, werken van barmhartigheid, dienst aan de naaste, vrijwillige verstervingen, offers en vooral uit het geduldig, aanvaarden van het kruis dat ons te dragen wordt gegeven. Dergelijke boetedoeningen helpen ons gelijkvormig te worden aan Christus, die als enige eens voor altijd onze zonden heeft uitgeboet. 22[[b:Rom. 3, 25; 1 Joh. 2, 1-2]] Boetedoeningen staan ons toe mede-erfgenamen van de verrezen Christus te worden, "daar wij delen in zijn lijden" (Rom. 8, 17)[b:Rom. 8, 17]: 23[[[683|24]]]

Maar de voldoening die wij voor onze zonden brengen, wordt slechts door Christus Jezus bewerkt, want uit onszelf kunnen wij niets. Maar met de hulp "van Hem die ons kracht geeft, vermogen wij alles" (Fil. 4, 13)[b:Fil. 4, 13]. De mens heeft dus niets om op te roemen, tenzij Christus (...) in wie wij' voldoening schenken door "vruchten voort te brengen die passen bij bekering" (Lc. 3, 8)[b:Lc. 3, 8]; vruchten die uit Hem hun kracht krijgen, door Hem aan de Vader opgedragen en dankzij Hem door de Vader aanvaard worden. 24[[683|25]]
Zie ook alinea's: -2447-[al:2447]-618-[al:618]-2011-[al:2011]

Referenties naar alinea 1460: 1

Youcat ->=geentekst=

Extra opties voor deze alinea

Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media