Inhoudsopgave
- Inhoud
Beminde broeders en zusters:
Gisteren liet het feest van ons mediteren over "de hemelse stad, onze moeder het hemelse Jeruzalem" (
Prefatie van Allerheiligen). Vandaag, met ons hart nog steeds gericht op de uitersten, gedenken we alle overleden gelovigen, die zijn "gemerkt met het teken van het geloof, en die rusten in de slaap van de vrede" (
Eucharistisch gebed I). Het is heel belangrijk dat de Christenen de relatie met de overledenen beleven in de waarheid van het geloof, en dat wij kijken naar de dood en het hiernamaals in het licht van de Openbaring. Reeds de apostel Paulus die schreef aan de eerste gemeenschappen, vermaande de gelovigen "gij moogt niet bedroefd zijn zoals de andere mensen, die geen hoop hebben". "Wij geloven immers dat Jezus is gestorven en weer opgestaan; evenzo zal God hen die in Jezus zijn ontslapen levend met Hem meevoeren" . Ook vandaag is het noodzakelijk om de realiteit van de dood en het eeuwig leven te verkondigen, realiteiten die in het bijzonder onderhevig zijn aan bijgelovige overtuigingen en syncretismen, zodat de christelijke waarheid niet het risico loopt te worden vermengd met mythologieën van verschillende soort.
Referenties naar deze alinea: 1
Het gezin - 19. Rouw ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
In mijn encycliek over de christelijke hoop stelde ik mezelf vragen over het mysterie van het eeuwige leven. Ik vroeg me af: is het christelijk geloof ook voor de mensen van vandaag een hoop die hun leven omvormt en ondersteunt? En nog radicaler: verlangen de mannen en vrouwen van onze tijd nog naar het eeuwige leven? Of is het aardse bestaan misschien hun enige horizon geworden? Feitelijk, zoals heilige Augustinus al opmerkte, willen we allemaal het "gelukzalige leven", het geluk; we willen gelukkig zijn. We weten niet goed wat het is en hoe het is, maar we voelen ons ertoe aangetrokken. Het gaat over een universele hoop, gemeenschappelijk aan de mensen van alle tijden en op alle plaatsen. De uitdrukking "eeuwig leven" zou deze verwachting die we niet kunnen onderdrukken een naam willen geven: geen eindeloze opeenvolging, maar een onderdompeling in de oceaan van oneindige liefde, waarin tijd niet meer bestaat, geen ervoor en erna. Een volheid van leven en vreugde: dit is wat we hopen en verwachten van ons zijn met Christus.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
Laten we vandaag onze hoop op het eeuwig leven hernieuwen, werkelijk gegrondvest op de dood en verrijzenis van Christus. "Ik ben verrezen en Ik ben nu altijd met u" zegt de Heer , en mijn hand ondersteunt u. Waar ge ook valt, ge zult in mijn handen vallen, en ik zal aanwezig zijn, zelfs tot de poorten van de dood. Waar niemand u kan vergezellen en waarheen ge niets mee kunt nemen, daar zal ik u verwachten om de duisternis voor u in licht te veranderen. Maar de christelijke hoop is nooit alleen individueel; ze is ook altijd hoop voor anderen. Onze levens zijn nauw met elkaar verbonden, en het goede en het kwade dat elk doet, heeft ook altijd invloed op de anderen. Zo kan het gebed van een pelgrimsziel in de wereld een andere ziel helpen die zichzelf zuivert na de dood. Daarom nodigt de Kerk ons vandaag uit om voor onze dierbare overledenen te bidden en hun graven op de kerkhoven te bezoeken. Moge Maria, Ster van de Hoop, ons geloof in het eeuwige leven sterker en authentieker maken en onze voorspraak voor onze overleden broeders ondersteunen.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
https://rkdocumenten.nl/toondocument/6679-werkelijkheid-van-de-dood-en-eeuwig-leven-nl