Aan het pelgrimerende volk van God in Duitsland
x
Gebruik de knoppen om door de historische teksten te lopen:
Informatie over dit document
Aan het pelgrimerende volk van God in Duitsland
Naar aanleiding van de aanstaande bijeenkomst in het kader van de "synodale weg"
Paus Franciscus
29 juni 2019
Pauselijke geschriften - Brieven
2019, Libreria Editrice Vaticana / Stg. InterKerk / Nederlandse Bisschoppenconferentie
Vert. uit het Duits, gemaakt voor Stg. InterKerk
Zie de gebruiksvoorwaarden van de documenten
Zie de gebruiksvoorwaarden van de documenten
juni 2022
Sophie van Mierlo
22 juli 2022
7443
nl
Referenties naar dit document: 5
Open uitgebreid overzichtReferenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
- Inhoud
Geliefde broeders en zusters,Reflectie op de lezingen van het paasfeest uit het boek Handelingen van de Apostelen bracht mij ertoe u deze brief te schrijven. In deze lezingen komen we de allereerste apostolische gemeenschap tegen, die volledig doordrongen is van het nieuwe leven dat de Heilige Geest hun heeft gegeven, die gelijktijdig alle omstandigheden zodanig heeft geregeld dat zij goede gelegenheden zijn geworden voor verkondiging. Destijds leken de discipelen alles verloren te hebben en op de eerste dag van de week, tussen verbittering en droefheid, hoorden zij uit de mond van een vrouw dat de Heer leeft. Niets en niemand kon het binnendringen van het Paasmysterie in hun leven tegenhouden en tegelijkertijd konden de discipelen niet begrijpen wat ze met hun ogen hebben gezien en wat hun handen hebben aangeraakt (1 Joh. 1, 1)[[b:1 Joh. 1, 1]].
In het licht hiervan en in de overtuiging dat de Heer "altijd, met zijn nieuwheid, ons leven en onze gemeenschap kan vernieuwen" Evangelii Gaudium, 11[[4984|+16]], wil ik dichterbij u komen en uw bezorgdheid delen over de toekomst van de Kerk in Duitsland. Wij zijn ons ervan bewust dat wij niet alleen in een tijd van verandering leven, maar beter gezegd ons op een keerpunt bevinden dat nieuwe en oude vragen oproept waarover een discussie nodig is. De stand van zaken en vragen die ik met uw herders heb kunnen bespreken ter gelegenheid van het vorige Ad Limina-bezoek zullen zeker verdere weerklank vinden in uw gemeenten. Zoals bij die gelegenheid wil ik graag u mijn ondersteuning aanbieden, mijn nabijheid op het gemeenschappelijke pad meedelen en de zoektocht naar een vrijmoedig antwoord op de actuele situatie aanmoedigen.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
1
Met dankbaarheid aanschouw ik het uitvoerige netwerk van gemeenten en gemeenschappen, parochies en gemeenschappen van kerken, scholen en hogescholen, ziekenhuizen en andere sociale voorzieningen, die in de loop van de geschiedenis zijn ontstaan en van een levend geloof getuigen dat gedurende meerdere generaties is bewaard en gecultiveerd en levendig gehouden. Dit geloof heeft tijden gekend die bestemt waren voor lijden, confrontatie en beproeving, en wordt tegelijkertijd gekenmerkt door bestendigheid en levendigheid; ook vandaag de dag laat het zich nog altijd zien in vele getuigenissen en in werken van naastenliefde die rijk zijn aan vrucht. De katholieke parochies in Duitsland, met hun diversiteit en pluraliteit, zijn wereldwijd erkend voor hun gevoel van medeverantwoordelijkheid, en hun vrijgevigheid die begrepen heeft de hand uit te strekken, en de implementatie van evangelisatieprocessen om gebieden met benadeelde buurten met een gebrek aan vooruitzichten te bereiken en te begeleiden. Deze onbaatzuchtigheid heeft zich in de recente geschiedenis laten zien, niet alleen in de vorm van meer economische en materiële steun maar ook doordat zij in de loop der jaren zeer veel charismas heeft gedeeld en personeel uitgezonden heeft: priesters, nonnen, monniken en ook leken, die zeer loyaal en onvermoeibaar hun dienst en hun missie onder vaak zeer lastige condities vervult hebben. vgl: Bij de ontmoeting met de Duitse Bisschoppen, [[[7451|+5]]] U heeft de universele Kerk grote heilige mannen en vrouwen geschonken, grote theologen en theologes zowel als geestelijke herders en leken, die uw bijdragen voor het slagen van een vruchtbare ontmoeting tussen het evangelie en de culturen gepresteerd hebben, op weg naar nieuwe syntheses en in staat om het beste uit beiden te wekken voor toekomstige generaties met dezelfde bevlogenheid als van het begin. vgl: Gaudium et Spes, 58[[[575|+84]]] Dit maakte het mogelijk om via opmerkelijke inspanningen pastorale antwoorden te vinden op de uitdagingen die u werden voorgelegd.
Herinner ook de door u ingeslagen oecumenische weg waarvan de vruchten zich hebben laten zien naar aanleiding van het herdenkingsjaar "500 jaar Reformatie". Deze weg heeft moed gegeven voor verdere initiatieven in het gebed, net zoals in de culturele uitwisseling en in werken van naastenliefde, die ons in staat stellen om de vooroordelen en wonden van het verleden te overwinnen opdat wij de blijdschap van het evangelie beter kunnen vieren en getuigen.
Herinner ook de door u ingeslagen oecumenische weg waarvan de vruchten zich hebben laten zien naar aanleiding van het herdenkingsjaar "500 jaar Reformatie". Deze weg heeft moed gegeven voor verdere initiatieven in het gebed, net zoals in de culturele uitwisseling en in werken van naastenliefde, die ons in staat stellen om de vooroordelen en wonden van het verleden te overwinnen opdat wij de blijdschap van het evangelie beter kunnen vieren en getuigen.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Vandaag constateer ik gezamenlijk met u de toenemende erosie en de schrijnende verloedering van het geloof, met alles wat dit behelst op niet alleen het geestelijk vlak maar ook op sociaal en cultureel gebied. Deze situatie laat zich zichtbaar vaststellen, zoals al is aangetoond door Benedictus XVI, niet alleen “in het oosten, waar, zoals we weten, een meerderheid van de bevolking niet is gedoopt en geen enkel contact heeft met de Kerk en vaak Christus helemaal niet kent” Bij de ontmoeting met de Duitse Bisschoppen, [[7451|+6]], maar zelfs in zogeheten ”traditiegetrouw katholieke gebieden met een drastische daling van de bezoekers van de zondagsmis alsook in de ontvangst van de sacramenten” De voorrang van het gebed, 3[[6139|+4]]. Dit is een veelzijdige en ook niet snel of gemakkelijk op te lossen achteruitgang. Het vraagt om een serieuze en bewuste benadering en daagt ons uit in dit historische moment, zoals die bedelaar, wanneer ook wij het Woord van de apostelen horen: “Zilver en goud bezit ik niet. Maar wat ik heb, dat geef ik u: In de naam van Jezus Christus de Nazoreeër, sta op en wandel!” (Hand. 3, 6)[b:Hand. 3, 6]
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
Om deze situatie onder ogen te zien hebben uw bisschoppen een synodale weg voorgesteld. Wat dit concreet betekent en hoe dit zich ontwikkelt zal zeker nog dieper in aanmerking genomen moeten worden. Mijnerzijds heb ik mijn overwegingen over het onderwerp synodaliteit uiteen gezet naar aanleiding van het feest van het 50-jarige bestaan van de bisschoppensynode vgl: Episcopalis Communio, 0[[[7046|+7]]]. In de kern gaat het om een synodos, een gezamenlijke weg onder de leiding van de Heilige Geest. Maar dat houd in ons gezamenlijk op de weg te begeven met de gehele Kerk onder het licht van de Heilige Geest, onder zijn aanvoering en zijn aansporen, om te leren luisteren en de altijd nieuwe horizon te herkennen die Hij ons zou willen schenken. Want synodaliteit veronderstelt en behoeft de invloed van de Heilige Geest.
Naar aanleiding van de afgelopen vergadering van de Italiaanse bisschoppen had ik de gelegenheid om deze centrale realiteit voor het leven van de Kerk opnieuw voor de geest te halen, wat mij het dubbele perspectief dat zij nastreeft opleverde: “Synodaliteit van onderaf naar boven, dat betekent de plicht om zorg te dragen voor het bestaan en de behoorlijke werking van het bisdom, de concilies, de parochies, en voor de deelname van leken… vgl: Codex Iuris Canonici, 469-494[[[30|+542-570]]], beginnend bij het bisdom. Zo is het niet mogelijk een grote synode te houden zonder rekening te houden met het draagvlak... Alleen dan komt synodaliteit van boven naar beneden”, wat het mogelijk maakt om op een specifieke en speciale manier de collegiale hoedanigheid van het bisschoppelijk ambt en het Kerk-zijn te beleven vgl: Lumen Gentium, 23[[[617|+49]]] vgl: Christus Dominus, [[[646|+22]]] vgl: ”Ik citeerde de Internationale Theologencommissie uit hun meest recente document Synodaliteit in het leven en de zending van de Kerk en zei tegen de Italiaanse bisschoppen: “Collegialiteit is daarom de specifieke vorm waarin kerkelijke synodaliteit tot uitdrukking komt; het wordt gerealiseerd via het ambt van de bisschoppen op het vlak van gemeenschap tussen de regionale kerken en door gemeenschap tussen alle kerken in de universele Kerk. Elke authentieke uitdrukking van synodaliteit vereist hoofdzakelijk de collegiale dienst van de bisschoppen”[[[7703]]]. Alleen op deze manier gaan we in op de vragen die essentieel zijn voor het geloof en het leven van de Kerk om weloverwogen beslissingen te nemen. Dat zal mogelijk zijn onder de voorwaarde dat wij onderweg zijn, toegerust met geduld en de nederige en gezonde overtuiging dat het ons nooit zal lukken om alle vragen en problemen tegelijkertijd te kunnen oplossen. De Kerk is en zal altijd zijn gelijk een pelgrim op het pad van de geschiedenis; bovendien is zij drager van een schat in aarden vaten (2 Kor. 4, 7)[[b:2 Kor. 4, 7]]. Dat herinnert ons eraan: in deze wereld zal de Kerk nooit volmaakt zijn, hoewel haar levendigheid en haar schoonheid in die schat is gegrondvest waarvan zij vanaf het begin als bewaarster werd aangesteld vgl: Lumen Gentium[[[617]]].
De huidige uitdagingen alsook de antwoorden die wij geven vragen, met het oog op de ontwikkeling van een gezond aggiornamento, om "een lang rijpingsproces en de samenwerking van een heel volk door de jaren heen" Vera e falsa riforma della Chiesa[[7455]]. Dit stimuleert het ontstaan en voortduren van processen die ons als volk van God opbouwen in plaats van onmiddellijke resultaten te zoeken met voorbarige en halve uitkomsten, die vluchtig zijn wegens een gebrek aan verdieping en rijping of omdat ze niet overeenstemmen met de roeping die ons is gegeven.
Naar aanleiding van de afgelopen vergadering van de Italiaanse bisschoppen had ik de gelegenheid om deze centrale realiteit voor het leven van de Kerk opnieuw voor de geest te halen, wat mij het dubbele perspectief dat zij nastreeft opleverde: “Synodaliteit van onderaf naar boven, dat betekent de plicht om zorg te dragen voor het bestaan en de behoorlijke werking van het bisdom, de concilies, de parochies, en voor de deelname van leken… vgl: Codex Iuris Canonici, 469-494[[[30|+542-570]]], beginnend bij het bisdom. Zo is het niet mogelijk een grote synode te houden zonder rekening te houden met het draagvlak... Alleen dan komt synodaliteit van boven naar beneden”, wat het mogelijk maakt om op een specifieke en speciale manier de collegiale hoedanigheid van het bisschoppelijk ambt en het Kerk-zijn te beleven vgl: Lumen Gentium, 23[[[617|+49]]] vgl: Christus Dominus, [[[646|+22]]] vgl: ”Ik citeerde de Internationale Theologencommissie uit hun meest recente document Synodaliteit in het leven en de zending van de Kerk en zei tegen de Italiaanse bisschoppen: “Collegialiteit is daarom de specifieke vorm waarin kerkelijke synodaliteit tot uitdrukking komt; het wordt gerealiseerd via het ambt van de bisschoppen op het vlak van gemeenschap tussen de regionale kerken en door gemeenschap tussen alle kerken in de universele Kerk. Elke authentieke uitdrukking van synodaliteit vereist hoofdzakelijk de collegiale dienst van de bisschoppen”[[[7703]]]. Alleen op deze manier gaan we in op de vragen die essentieel zijn voor het geloof en het leven van de Kerk om weloverwogen beslissingen te nemen. Dat zal mogelijk zijn onder de voorwaarde dat wij onderweg zijn, toegerust met geduld en de nederige en gezonde overtuiging dat het ons nooit zal lukken om alle vragen en problemen tegelijkertijd te kunnen oplossen. De Kerk is en zal altijd zijn gelijk een pelgrim op het pad van de geschiedenis; bovendien is zij drager van een schat in aarden vaten (2 Kor. 4, 7)[[b:2 Kor. 4, 7]]. Dat herinnert ons eraan: in deze wereld zal de Kerk nooit volmaakt zijn, hoewel haar levendigheid en haar schoonheid in die schat is gegrondvest waarvan zij vanaf het begin als bewaarster werd aangesteld vgl: Lumen Gentium[[[617]]].
De huidige uitdagingen alsook de antwoorden die wij geven vragen, met het oog op de ontwikkeling van een gezond aggiornamento, om "een lang rijpingsproces en de samenwerking van een heel volk door de jaren heen" Vera e falsa riforma della Chiesa[[7455]]. Dit stimuleert het ontstaan en voortduren van processen die ons als volk van God opbouwen in plaats van onmiddellijke resultaten te zoeken met voorbarige en halve uitkomsten, die vluchtig zijn wegens een gebrek aan verdieping en rijping of omdat ze niet overeenstemmen met de roeping die ons is gegeven.
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
In deze zin kan men bij alle serieuze en noodzakelijke bezinning makkelijk in subtiele verleidingen betrokken raken, waar men mijns inziens bijzondere aandacht aan dient te besteden en wat de beweegreden is om voorzichtigheid te laten heersen, sinds zij ons, alles behalve behulpzaam voor een gezamenlijke weg, vasthouden in bevooroordeelde ideeën en structuren die onze missie beëindigen in een vervreemding of een begrenzing. Bijkomende bemoeilijkende omstandigheid: wanneer wij ons niet bewust zijn van deze verleidingen eindigen wij gemakkelijk in een gecompliceerde reeks van argumenten, analyses, en oplossingen met geen ander resultaat dan ons afzijdig te houden van de echte en dagelijkse ontmoeting met het trouwe volk en de Heer.
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5
De hedendaagse situatie accepteren en verdragen komt niet neer op passiviteit of wanhoop en nog minder op nalatigheid; integendeel, het is een uitnodiging om onder ogen te zien wat in ons en in onze gemeenschappen verdwenen is en wat evangelisatie en het bezoek van de Heer nodig heeft. Maar dat vereist moed, want wat wij nodig hebben is veel meer dan een structurele, organisatorische of praktische wijziging.
Ik herinner mij wat ik zei naar aanleiding van mijn ontmoeting met uw herders in het jaar 2015, namelijk dat één van de eerste en grootste verleidingen op het kerkelijk vlak erin bestaat te geloven dat de oplossingen van de hedendaagse en toekomstige problemen uitsluitend bereikt kunnen worden via de weg naar hervorming van structuren, organisaties en het bestuur, maar dat deze uiteindelijk op geen enkele manier de essentiële punten aanraken die feitelijk de aandacht behoeven. “Het is een soort nieuw pelagianisme dat er toe leidt ons vertrouwen te stellen in het bestuur, in de perfecte instantie. Een overmatige centralisatie maakt echter het leven van de Kerk en haar missionaire dynamiek ingewikkeld in plaats van haar te helpen” vgl: Evangelii Gaudium, 32[[[4984|+44]]] De voorrang van het gebed[[6139]].
De basis van deze verleiding is het idee dat het beste antwoord, gezien de vele problemen en imperfectie, te vinden is in een reorganisatie van zaken, in veranderingen en in "correct herstellen", om zo het kerkelijk leven te ordenen en glad te strijken door de huidige logica of die van een bepaalde groep aan te passen. Op zo'n manier lijken alle moeilijkheden opgelost te zijn en vinden de zaken ogenschijnlijk hun koers weer terug, zodat het kerkelijk leven een “volledig bepaalde” nieuwe of oude samenstelling vindt, wat dan een einde maakt aan de verdeeldheid die inherent is aan ons mens-zijn en die het evangelie opwekken wil Laudato Si', 106-114[[5000|+133-141]].
Op deze manier zou er verdeeldheid zijn in het kerkelijk leven alleen om het ogenschijnlijk weg te werken. Enkel op zoek gaan naar “orde en harmonie” zou slechts het hart van onze mensen gaandeweg in slaap brengen en temmen en zou de levende kracht van het evangelie, dat de Geest wil geven, verminderen of zelfs het zwijgen opleggen: “Maar dat zou de grootste zonde zijn van secularisatie en de geseculariseerde manier van denken ten opzichte van het evangelie” Incontro del santo padre Francesco con i partecipanti al convegno della diocesi di Roma[[8672]]. Men zou op deze manier tot een goed gestructureerde en functionerende organisatie kunnen komen, ja zelfs een "gemoderniseerd" kerkelijk organisme; het zou echter zonder ziel blijven en zonder de nieuwheid van het evangelie. Wij zouden alleen een "gasvormig", wazig christendom beleven, maar zonder het benodigd effect van het evangelie vgl: Evangelii Gaudium, 97[[[4984|+127]]]. “Vandaag zijn wij geroepen om te gaan met onbalans en ongelijkheid. Wij zullen niet in staat zijn om iets goeds te doen, wat overeenkomt met het evangelie, wat past bij het evangelie, als wij hier bang voor zijn” Incontro del santo padre Francesco con i partecipanti al convegno della diocesi di Roma[[8672]]. Wij mogen niet vergeten dat het verdeeldheid en onevenwichtigheden voortbrengt die de smaak van het evangelie hebben, die te behouden zijn aangezien ze nieuw leven beloven.
Ik herinner mij wat ik zei naar aanleiding van mijn ontmoeting met uw herders in het jaar 2015, namelijk dat één van de eerste en grootste verleidingen op het kerkelijk vlak erin bestaat te geloven dat de oplossingen van de hedendaagse en toekomstige problemen uitsluitend bereikt kunnen worden via de weg naar hervorming van structuren, organisaties en het bestuur, maar dat deze uiteindelijk op geen enkele manier de essentiële punten aanraken die feitelijk de aandacht behoeven. “Het is een soort nieuw pelagianisme dat er toe leidt ons vertrouwen te stellen in het bestuur, in de perfecte instantie. Een overmatige centralisatie maakt echter het leven van de Kerk en haar missionaire dynamiek ingewikkeld in plaats van haar te helpen” vgl: Evangelii Gaudium, 32[[[4984|+44]]] De voorrang van het gebed[[6139]].
De basis van deze verleiding is het idee dat het beste antwoord, gezien de vele problemen en imperfectie, te vinden is in een reorganisatie van zaken, in veranderingen en in "correct herstellen", om zo het kerkelijk leven te ordenen en glad te strijken door de huidige logica of die van een bepaalde groep aan te passen. Op zo'n manier lijken alle moeilijkheden opgelost te zijn en vinden de zaken ogenschijnlijk hun koers weer terug, zodat het kerkelijk leven een “volledig bepaalde” nieuwe of oude samenstelling vindt, wat dan een einde maakt aan de verdeeldheid die inherent is aan ons mens-zijn en die het evangelie opwekken wil Laudato Si', 106-114[[5000|+133-141]].
Op deze manier zou er verdeeldheid zijn in het kerkelijk leven alleen om het ogenschijnlijk weg te werken. Enkel op zoek gaan naar “orde en harmonie” zou slechts het hart van onze mensen gaandeweg in slaap brengen en temmen en zou de levende kracht van het evangelie, dat de Geest wil geven, verminderen of zelfs het zwijgen opleggen: “Maar dat zou de grootste zonde zijn van secularisatie en de geseculariseerde manier van denken ten opzichte van het evangelie” Incontro del santo padre Francesco con i partecipanti al convegno della diocesi di Roma[[8672]]. Men zou op deze manier tot een goed gestructureerde en functionerende organisatie kunnen komen, ja zelfs een "gemoderniseerd" kerkelijk organisme; het zou echter zonder ziel blijven en zonder de nieuwheid van het evangelie. Wij zouden alleen een "gasvormig", wazig christendom beleven, maar zonder het benodigd effect van het evangelie vgl: Evangelii Gaudium, 97[[[4984|+127]]]. “Vandaag zijn wij geroepen om te gaan met onbalans en ongelijkheid. Wij zullen niet in staat zijn om iets goeds te doen, wat overeenkomt met het evangelie, wat past bij het evangelie, als wij hier bang voor zijn” Incontro del santo padre Francesco con i partecipanti al convegno della diocesi di Roma[[8672]]. Wij mogen niet vergeten dat het verdeeldheid en onevenwichtigheden voortbrengt die de smaak van het evangelie hebben, die te behouden zijn aangezien ze nieuw leven beloven.
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
6
Daarom lijkt het mij belangrijk om niet uit het oog te verliezen wat “de Kerk herhaaldelijk geleerd heeft, dat we niet door onze werken of onze inspanningen gerechtvaardigd worden, maar door de barmhartigheid van de Heer die het initiatief neemt” Gaudete et Exsultate, 52[[6894|+70]]. Zonder deze dimensie van goddelijke deugden lopen wij het risico met de verschillende vernieuwingspogingen te herhalen wat de kerkelijke gemeenschap vandaag verhindert om de barmhartige liefde van God te verkondigen. De manier van aanvaarding van de huidige situatie zal bepalend zijn voor de vruchten die zich hieruit zullen ontwikkelen. Daarom doe ik er een beroep op dat dit in de toon van goddelijke goedheid gebeuren zal. Het evangelie van barmhartigheid met het bezoek van de Heilige Geest toont het licht en de gids zodat u zelf deze uitdagingen aan kunt gaan. Zo vaak een kerkgemeenschap geprobeerd heeft afzonderlijk uit hun problemen te komen en alleen op eigen kracht, op de eigen benadering en op de eigen intelligentie vertrouwde, eindigde dat erin de kwaal die men wilde overwinnen alsnog te vermenigvuldigen en in stand te houden. De vergiffenis en de verlossing zijn niet iets dat we kunnen kopen, “of wat we door onze werken of onze inspanningen kunnen verwerven. Hij vergeeft en bevrijdt ons kosteloos. Zijn overgave aan het kruis is iets zo groots dat wij het noch betalen kunnen noch verondersteld worden dit te doen, we kunnen dit geschenk alleen met de grootste dankbaarheid aanvaarden, vol blijdschap zo geliefd te zijn nog voordat we überhaupt erbij stilstaan” Christus Vivit, 121[[7341|+146]].
Het hedendaagse beeld van de situatie staat ons niet toe uit het oog te verliezen dat onze missie niet is gebaseerd op voorspellingen, berekeningen of verbonden aan bemoedigende of ontmoedigende vragenlijsten, dat wil zeggen noch op kerkelijk vlak, noch op politiek vlak, economisch of sociaal niveau en in gelijke mate evenmin aan succesvolle resultaten van onze pastorale planningen Een houding die een geest van... Een houding die een geest van ongeremd verlangen naar succes uitlokt in geval van gunstige winden of een slachtofferhouding voortbrengt wanneer "het noodzakelijk is tegen wind in te roeien". Deze denkwijzen zijn vreemd aan de geest van het evangelie en laten een elitaire geloofsbeoefening zien. Noch het een, noch het ander; de christen leeft middels dankzegging. Dat is allemaal van belang om ook deze zaken te evalueren, te beluisteren, te analyseren en in acht te nemen; op zichzelf echter maakt dat ons gelovig-zijn niet krachteloos. Onze missie en onze bestaansreden is erin geworteld dat “God de wereld zozeer heeft liefgehad dat Hij zijn enige zoon gegeven heeft, opdat een ieder die in hem gelooft niet verloren zal gaan maar het eeuwige leven heeft” (Joh. 3, 16)[b:Joh. 3, 16]. “Zonder nieuw leven en ware, door het evangelie geïnspireerde Geest, zonder "trouw van de Kerk ten opzichte van de eigen roeping" zal elke nieuwe structuur in korte tijd bederven”. Evangelii Gaudium, 26[[4984|+37]].
Om deze reden kan het aanstaande veranderingsproces niet uitsluitend antwoord geven in reactie op externe feiten en noodzakelijkheden, zoals bijvoorbeeld de sterke daling van het geboortecijfer en de vergrijzing van de gemeenschappen, die niet toelaten een normale wisseling van de generaties in te beelden. Objectieve en geldige redenen zouden echter een slechts reagerende houding - zowel positief als negatief - promoten en aanmoedigen wanneer zij los van het geheim van de Kerk worden bekeken. Een waarachtiger veranderingsproces beantwoordt, maar stelt tegelijkertijd ook eisen, die voortvloeien uit ons christen zijn en uit de eigen dynamiek van de evangelisatie van de Kerk; zo'n proces vereist een pastorale bekering. We worden gevraagd een houding in te nemen die erop doelt het evangelie te leven en transparant te maken doordat zij met “het grijze pragmatisme van het dagelijks leven van de Kerk breekt, dat schijnbaar allemaal normaal verloopt maar in werkelijkheid het geloof verzwakt en verzinkt in het armoedige” Evangelii Gaudium, 83[[4984|+110]]. Pastorale bekering herinnert ons eraan dat evangelisatie simpelweg ons leidende grondbeginsel dient te zijn, waarin wij alle stappen kunnen herkennen die wij als kerkelijke gemeenschap zijn geroepen in gang te zetten; evangeliseren vormt de feitelijke en essentiële missie van de Kerk vgl: Evangelii Nuntiandi, 14[[[519|+16]]].
Het hedendaagse beeld van de situatie staat ons niet toe uit het oog te verliezen dat onze missie niet is gebaseerd op voorspellingen, berekeningen of verbonden aan bemoedigende of ontmoedigende vragenlijsten, dat wil zeggen noch op kerkelijk vlak, noch op politiek vlak, economisch of sociaal niveau en in gelijke mate evenmin aan succesvolle resultaten van onze pastorale planningen Een houding die een geest van... Een houding die een geest van ongeremd verlangen naar succes uitlokt in geval van gunstige winden of een slachtofferhouding voortbrengt wanneer "het noodzakelijk is tegen wind in te roeien". Deze denkwijzen zijn vreemd aan de geest van het evangelie en laten een elitaire geloofsbeoefening zien. Noch het een, noch het ander; de christen leeft middels dankzegging. Dat is allemaal van belang om ook deze zaken te evalueren, te beluisteren, te analyseren en in acht te nemen; op zichzelf echter maakt dat ons gelovig-zijn niet krachteloos. Onze missie en onze bestaansreden is erin geworteld dat “God de wereld zozeer heeft liefgehad dat Hij zijn enige zoon gegeven heeft, opdat een ieder die in hem gelooft niet verloren zal gaan maar het eeuwige leven heeft” (Joh. 3, 16)[b:Joh. 3, 16]. “Zonder nieuw leven en ware, door het evangelie geïnspireerde Geest, zonder "trouw van de Kerk ten opzichte van de eigen roeping" zal elke nieuwe structuur in korte tijd bederven”. Evangelii Gaudium, 26[[4984|+37]].
Om deze reden kan het aanstaande veranderingsproces niet uitsluitend antwoord geven in reactie op externe feiten en noodzakelijkheden, zoals bijvoorbeeld de sterke daling van het geboortecijfer en de vergrijzing van de gemeenschappen, die niet toelaten een normale wisseling van de generaties in te beelden. Objectieve en geldige redenen zouden echter een slechts reagerende houding - zowel positief als negatief - promoten en aanmoedigen wanneer zij los van het geheim van de Kerk worden bekeken. Een waarachtiger veranderingsproces beantwoordt, maar stelt tegelijkertijd ook eisen, die voortvloeien uit ons christen zijn en uit de eigen dynamiek van de evangelisatie van de Kerk; zo'n proces vereist een pastorale bekering. We worden gevraagd een houding in te nemen die erop doelt het evangelie te leven en transparant te maken doordat zij met “het grijze pragmatisme van het dagelijks leven van de Kerk breekt, dat schijnbaar allemaal normaal verloopt maar in werkelijkheid het geloof verzwakt en verzinkt in het armoedige” Evangelii Gaudium, 83[[4984|+110]]. Pastorale bekering herinnert ons eraan dat evangelisatie simpelweg ons leidende grondbeginsel dient te zijn, waarin wij alle stappen kunnen herkennen die wij als kerkelijke gemeenschap zijn geroepen in gang te zetten; evangeliseren vormt de feitelijke en essentiële missie van de Kerk vgl: Evangelii Nuntiandi, 14[[[519|+16]]].
Referenties naar alinea 6: 1
Over het afwijzen van de oprichting van een "Synodale Raad", als uitvloeisel van de Duitse 'Synodale Weg' ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
7
Daarom is het, zoals uw bisschoppen al reeds benadrukt hebben, noodzakelijk om het primaat van de evangelisatie te herwinnen om de toekomst met vertrouwen en hoop tegemoet te zien, want “de Kerk, draagster van de evangelisatie, begint ermee haarzelf te evangeliseren. Als gemeenschap van gelovigen, als gemeenschap van geleefde en verkondigde hoop, als gemeenschap van broederlijke liefde dient de Kerk onophoudelijk zelf te horen wat ze dient te geloven, wat de beweegredenen van haar hoop zijn en wat het nieuwe gebod van liefde is” vgl: Evangelii Nuntiandi, 15[[[519|+17]]].
De aldus geleefde evangelisatie is geen strategie van kerkelijke herpositionering in de wereld van vandaag, oftewel het is geen daad van verovering, van dominantie of territoriale uitbreiding; het is geen "bewerking" die de Kerk aan de tijdsgeest aanpast maar haar authenticiteit en haar profetische missie laat verliezen. Ook betekent evangelisatie niet de poging gewoonten en gebruiken, die in andere culturele omstandigheden steekhoudend waren, te herwinnen. Nee, evangelisatie is een pad van het discipelschap als antwoord op de liefde voor degene die ons het allereerst liefhad (1 Joh. 4, 19)[[b:1 Joh. 4, 19]]; een pad dus dat een geloof biedt die met vreugde wordt geleefd, ervaren, gevierd en verkondigd. De evangelisatie drijft ons ertoe de blijdschap van het evangelie te opnieuw te bemachtigen, de blijdschap dat wij christenen zijn. Er zijn vast en zeker vervelende momenten en tijden van het kruis; maar niets kan de bovennatuurlijke vreugde vernietigen die begrijpt zich aan te passen, zich te veranderen, en die altijd blijft bestaan, zoals een eenvoudig uitstralen van licht dat uit de persoonlijke zekerheid voortvloeit oneindig geliefd te zijn, boven al het andere. Evangelisatie brengt innerlijke zekerheid voort, “een hoopvolle sereniteit die een geestelijke voldoening schenkt die voor wereldse normen onbegrijpelijk is” vgl: Gaudete et Exsultate, 132[[[6894|+170]]]. Ongenoegen, apathie, bitterheid, overmatige kritiek alsook droefheid zijn geen goede tekenen of raadgever; integendeel, er zijn tijden waarin “de droefheid soms met ondankbaarheid van doen heeft: men is zo in zichzelf gekeerd dat men onbekwaam wordt om de geschenken van God te herkennen” vgl: Gaudete et Exsultate, 133[[[6894|+171]]].
De aldus geleefde evangelisatie is geen strategie van kerkelijke herpositionering in de wereld van vandaag, oftewel het is geen daad van verovering, van dominantie of territoriale uitbreiding; het is geen "bewerking" die de Kerk aan de tijdsgeest aanpast maar haar authenticiteit en haar profetische missie laat verliezen. Ook betekent evangelisatie niet de poging gewoonten en gebruiken, die in andere culturele omstandigheden steekhoudend waren, te herwinnen. Nee, evangelisatie is een pad van het discipelschap als antwoord op de liefde voor degene die ons het allereerst liefhad (1 Joh. 4, 19)[[b:1 Joh. 4, 19]]; een pad dus dat een geloof biedt die met vreugde wordt geleefd, ervaren, gevierd en verkondigd. De evangelisatie drijft ons ertoe de blijdschap van het evangelie te opnieuw te bemachtigen, de blijdschap dat wij christenen zijn. Er zijn vast en zeker vervelende momenten en tijden van het kruis; maar niets kan de bovennatuurlijke vreugde vernietigen die begrijpt zich aan te passen, zich te veranderen, en die altijd blijft bestaan, zoals een eenvoudig uitstralen van licht dat uit de persoonlijke zekerheid voortvloeit oneindig geliefd te zijn, boven al het andere. Evangelisatie brengt innerlijke zekerheid voort, “een hoopvolle sereniteit die een geestelijke voldoening schenkt die voor wereldse normen onbegrijpelijk is” vgl: Gaudete et Exsultate, 132[[[6894|+170]]]. Ongenoegen, apathie, bitterheid, overmatige kritiek alsook droefheid zijn geen goede tekenen of raadgever; integendeel, er zijn tijden waarin “de droefheid soms met ondankbaarheid van doen heeft: men is zo in zichzelf gekeerd dat men onbekwaam wordt om de geschenken van God te herkennen” vgl: Gaudete et Exsultate, 133[[[6894|+171]]].
Referenties naar alinea 7: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
8
Daarom dient het onze voornaamste zorg te zijn hoe wij deze blijdschap meedelen: doordat wij ons openstellen en naar buiten gaan om onze broeders en zusters te ontmoeten, met name diegenen die aan de drempels van onze kerkdeuren, op de straten, in de gevangenissen, in de ziekenhuizen, op de pleinen en in de steden te vinden zijn. De Heer sprak duidelijke taal: “maar zoekt eerst het Koninkrijk Gods en Zijn rechtvaardigheid; daarna zal al het andere u toegeworpen worden” (Mat. 6, 33)[b:Mat. 6, 33]. Dit betekent naar buiten gaan om met de Geest van Christus alle aangelegenheden van deze aarde te zegenen op zijn verscheidene kruispunten, voornamelijk daar “waar de nieuwe verhalen en modellen van de werkelijkheid ontstaan, om met het Woord van Jezus de binnenste kern van de ziel van de steden te bereiken” Evangelii Gaudium, 74[[4984|+98]]. Dit betekent mee te helpen dat het lijden van Christus wezenlijk en concreet dat veelvuldige lijden kan aanraken en ook bij die situaties waarin zijn aangezicht verder lijdt onder zonde en ongelijkheid. Moge dit lijden het masker afscheuren van de oude en nieuwe vormen van slavernij, die mannen en vrouwen in gelijke mate pijn doen, vooral tegenwoordig, aangezien wij aanhoudend geconfronteerd worden met discours dat vijandelijk is tegen vreemdelingen en die een cultuur claimen die als uitgangspunt onverschilligheid, geslotenheid, individualisme en uitsluiting heeft. En het is in ruil voor het lijden van Christus dat in onze gemeenten en gemeenschappen, vooral onder de jongere mensen, het enthousiasme voor Zijn Koninkrijk opwekt!
Dat verlangt van ons “er een geestelijk genoegen in te vinden om dicht bij het leven van de mensen te staan, tot op het punt dat men ontdekt dat dit een bron van hogere vreugde is. De opdracht is een hartstocht voor Jezus samen met een gelijktijdige hartstocht voor Zijn volk” Evangelii Gaudium, 268[[4984|+349]].
Zodoende dienen we ons af te vragen wat de Heilige Geest vandaag de dag zegt tot de Kerk (Op. 2, 7)[[b:Op. 2, 7]] om de tekenen van de tijd te herkennen vgl: Gaudium et Spes, 11[[[575|+15]]], wat niet gelijkstaat aan simpelweg een aanpassing aan de tijdsgeest (Rom. 12, 2)[[b:Rom. 12, 2]]. Alle pogingen tot luisteren, advies en onderscheiding zijn erop gericht dat de Kerk in het verkondigen van de blijdschap van het evangelie, de grondslag waarop alle vragen opheldering en beantwoording kunnen vinden, elke dag meer beschikbaar, trouwer, wendbaarder, en transparanter wordt vgl: Evangelii Gaudium, 28[[[4984|+40]]]. “De uitdagingen bestaan om overwonnen te worden. Laten wij realistisch zijn, maar zonder de vrolijkheid, dapperheid en de hoopvolle toewijding kwijt te raken! Wij laten ons de zendingskracht niet afnemen!” vgl: Evangelii Gaudium, 109[[[4984|+141]]].
Dat verlangt van ons “er een geestelijk genoegen in te vinden om dicht bij het leven van de mensen te staan, tot op het punt dat men ontdekt dat dit een bron van hogere vreugde is. De opdracht is een hartstocht voor Jezus samen met een gelijktijdige hartstocht voor Zijn volk” Evangelii Gaudium, 268[[4984|+349]].
Zodoende dienen we ons af te vragen wat de Heilige Geest vandaag de dag zegt tot de Kerk (Op. 2, 7)[[b:Op. 2, 7]] om de tekenen van de tijd te herkennen vgl: Gaudium et Spes, 11[[[575|+15]]], wat niet gelijkstaat aan simpelweg een aanpassing aan de tijdsgeest (Rom. 12, 2)[[b:Rom. 12, 2]]. Alle pogingen tot luisteren, advies en onderscheiding zijn erop gericht dat de Kerk in het verkondigen van de blijdschap van het evangelie, de grondslag waarop alle vragen opheldering en beantwoording kunnen vinden, elke dag meer beschikbaar, trouwer, wendbaarder, en transparanter wordt vgl: Evangelii Gaudium, 28[[[4984|+40]]]. “De uitdagingen bestaan om overwonnen te worden. Laten wij realistisch zijn, maar zonder de vrolijkheid, dapperheid en de hoopvolle toewijding kwijt te raken! Wij laten ons de zendingskracht niet afnemen!” vgl: Evangelii Gaudium, 109[[[4984|+141]]].
Referenties naar alinea 8: 1
Verbod op "Synodale Raad" in Duitsland ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
9
Het gaat erom dat je de waarheid moet accepteren ->=geentekst=
Het Tweede Vaticaans Concilie was een belangrijke stap in de ontwikkeling van het bewustzijn dat de Kerk heeft over zowel haarzelf als over haar missie in de hedendaagse wereld. Deze weg, die meer dan vijftig jaar geleden begon, spoort ons bovendien aan tot zijn ontvangst en vooruitgang en is in elk geval nog niet bij zijn slot aanbelandt, met name met betrekking tot de synodaliteit die benoemd is om zich op de verschillende gebieden van het kerkelijk leven te ontplooien (parochie, bisdommen, op nationaal niveau, in de universele Kerk alsook in de verschillende gemeenten en gemeenschappen). Het is de opdracht van dit proces om, juist in deze tijden van sterke fragmentatie en polarisatie, te waarborgen dat de Sensus Ecclesiae ook daadwerkelijk leeft in elke beslissing die wij nemen en op alle niveaus voedt en in doordringt. Het gaat over het leven en het gevoel met de Kerk en in de Kerk, dat ons in vele situaties ook leed zal brengen in de Kerk, en bij de Kerk zal teweegbrengen. De universele Kerk leeft in en uit de particuliere kerken vgl: Lumen Gentium, 23[[[617|+49]]], net zoals de particuliere kerken in en uit de universele Kerk bloesemen; als zij van de universele Kerk gescheiden waren zouden ze verzwakken, bederven en bezwijken. Vandaar de noodzaak om de gemeenschap met het hele lichaam van de Kerk te allen tijde bezield en doeltreffend te blijven houden. Dat helpt ons om de vrees te overwinnen die ons in onszelf en in onze bijzonderheden isoleert zodat we diegenen in de ogen kijken en luisteren, of zodat wij afstand kunnen doen van behoeftes en op die manier diegenen kunnen begeleiden die langs de kant van de weg overgebleven zijn. Een enkele maal kan deze houding worden uitgedrukt in een allerkleinst gebaar, zoals die van de vader van de verloren zoon die de deuren openhoudt zodat de zoon wanneer hij terugkeert zonder moeilijkheden kan intreden vgl: Evangelii Gaudium, 46[[[4984|+61]]]. Dat betekent niet, niet te gaan, niet voorop te lopen, niets te wijzigen en wellicht niet eens te bespreken en betwisten, maar liever is het gewoonweg het gevolg van de kennis dat wij wezenlijk deel zijn van een groter lichaam, die ons verlangt, die op ons wacht en ons nodig heeft, en die wij ook verlangen, verwachten en benodigen. Het is de blijdschap zich onderdeel te voelen van het heilige en geduldig trouwe volk van God.
De aanstaande uitdagingen, de verschillende onderwerpen en vragen kunnen niet genegeerd of verborgen worden; men dient zich ermee te confronteren, waarbij we erop letten dat wijzelf niet erin verstrikt raken en de vooruitziende blik verliezen waardoor het gezichtsveld zich beperkt en de realiteit verbrokkelt. “Wanneer wij blijven vasthouden aan de tweespraak van de meningsverschillen verliezen wij het gevoel voor de diepe eenheid van de werkelijkheid” Evangelii Gaudium, 226[[4984|+295]]. In deze zin geeft de Sensus Ecclesiae ons dit brede begrip van de mogelijkheid waaruit geprobeerd kan worden te antwoorden op de urgente vragen. De Sensus Ecclesiae herinnert ons tegelijkertijd aan de schoonheid van het veelzijdige aangezicht van de Kerk vgl: Novo millennio ineunte, 40[[[9|+68]]]. Dit aangezicht is gevarieerd, niet alleen vanuit een ruimtelijk perspectief, in haar volkeren, etniciteiten en culturen vgl: Lumen Gentium, 13[[[617|+28]]], maar ook vanuit haar temporele werkelijkheid die ons in staat stelt in de bronnen van de meest levendige en meest volle traditie te duiken. Uwerzijds is deze traditie bestemt om het vuur in leven te houden in plaats van slechts de as te bewaren Gustav Mahler (toegeschreven):... Gustav Mahler (toegeschreven): "Traditie is de waarborg voor de toekomst en niet de bewaarder van de as".. Ze stelt alle generaties in staat de eerste liefde opnieuw te ontvlammen met behulp van de Heilige Geest.
De Sensus Ecclesiae bevrijdt ons van eigenzinnigheid en ideologische geneigdheid om ons een smaak te geven van deze zekerheid van het Tweede Vaticaans Concilie, toen het bevestigde dat de zalving van de Heilige (1 Joh. 2, 20-27)[[b:1 Joh. 2, 20-27]] toebehoort aan de totaliteit van de gelovigen vgl: Lumen Gentium, 13[[[617|+28]]]. De gemeenschap met het heilige en trouwe volk van God, de dragers van de zalving, houdt de hoop en de zekerheid levend dat de Heer aan onze zijde loopt en dat Hij het is die onze stappen ondersteunt. Een gezonde gezamenlijke reis dient deze overtuiging aan het licht te brengen in de zoektocht naar werkwijzen waardoor alle stemmen ruimte en gehoor krijgen, met name de stemmen van de eenvoudige en nederige mensen. De zalving van de Heilige die over het gehele kerkelijke lichaam uitgegoten werd “verdeelt bijzondere barmhartigheden onder de gelovigen van alle standen en leefomstandigheden en verdeelt zijn gaven aan een ieder naar Zijn wil (1 Kor. 12, 11)[b:1 Kor. 12, 11]. Zo maakt Hij hen geschikt en gereed om verschillende daden en diensten voor hun rekening te nemen voor de hernieuwing en de volledige opbouw van de Kerk, volgens het Woord: iedereen wordt de openbaring van de Geest te gegeven (1 Kor. 12, 7)[b:1 Kor. 12, 7] “ vgl: Lumen Gentium, 13[[[617|+28]]] Dit helpt ons waakzaam te zijn voor deze oude en steeds nieuwe verleiding van de promotors van het gnosticisme die, om naam te maken voor zichzelf en om de faam van hun leer en hun roem te vergroten, geprobeerd hebben iets te zeggen dat altijd nieuw en anders is dan wat het Woord van God hen heeft gegeven. Het is dat, wat de H. Johannes met de term proagon beschrijft (2 Joh. 9)[b:2 Joh. 9]; daarmee is bedoelt diegene die voorop wil lopen, de vooruitstrevende die zelf beweert verder te gaan dan "het kerkelijke wij" en ondertussen uitkijkt voor de uitspattingen die de gemeenschap bedreigen vgl: Der Gott Jesu Christi[[[8673]]].
De aanstaande uitdagingen, de verschillende onderwerpen en vragen kunnen niet genegeerd of verborgen worden; men dient zich ermee te confronteren, waarbij we erop letten dat wijzelf niet erin verstrikt raken en de vooruitziende blik verliezen waardoor het gezichtsveld zich beperkt en de realiteit verbrokkelt. “Wanneer wij blijven vasthouden aan de tweespraak van de meningsverschillen verliezen wij het gevoel voor de diepe eenheid van de werkelijkheid” Evangelii Gaudium, 226[[4984|+295]]. In deze zin geeft de Sensus Ecclesiae ons dit brede begrip van de mogelijkheid waaruit geprobeerd kan worden te antwoorden op de urgente vragen. De Sensus Ecclesiae herinnert ons tegelijkertijd aan de schoonheid van het veelzijdige aangezicht van de Kerk vgl: Novo millennio ineunte, 40[[[9|+68]]]. Dit aangezicht is gevarieerd, niet alleen vanuit een ruimtelijk perspectief, in haar volkeren, etniciteiten en culturen vgl: Lumen Gentium, 13[[[617|+28]]], maar ook vanuit haar temporele werkelijkheid die ons in staat stelt in de bronnen van de meest levendige en meest volle traditie te duiken. Uwerzijds is deze traditie bestemt om het vuur in leven te houden in plaats van slechts de as te bewaren Gustav Mahler (toegeschreven):... Gustav Mahler (toegeschreven): "Traditie is de waarborg voor de toekomst en niet de bewaarder van de as".. Ze stelt alle generaties in staat de eerste liefde opnieuw te ontvlammen met behulp van de Heilige Geest.
De Sensus Ecclesiae bevrijdt ons van eigenzinnigheid en ideologische geneigdheid om ons een smaak te geven van deze zekerheid van het Tweede Vaticaans Concilie, toen het bevestigde dat de zalving van de Heilige (1 Joh. 2, 20-27)[[b:1 Joh. 2, 20-27]] toebehoort aan de totaliteit van de gelovigen vgl: Lumen Gentium, 13[[[617|+28]]]. De gemeenschap met het heilige en trouwe volk van God, de dragers van de zalving, houdt de hoop en de zekerheid levend dat de Heer aan onze zijde loopt en dat Hij het is die onze stappen ondersteunt. Een gezonde gezamenlijke reis dient deze overtuiging aan het licht te brengen in de zoektocht naar werkwijzen waardoor alle stemmen ruimte en gehoor krijgen, met name de stemmen van de eenvoudige en nederige mensen. De zalving van de Heilige die over het gehele kerkelijke lichaam uitgegoten werd “verdeelt bijzondere barmhartigheden onder de gelovigen van alle standen en leefomstandigheden en verdeelt zijn gaven aan een ieder naar Zijn wil (1 Kor. 12, 11)[b:1 Kor. 12, 11]. Zo maakt Hij hen geschikt en gereed om verschillende daden en diensten voor hun rekening te nemen voor de hernieuwing en de volledige opbouw van de Kerk, volgens het Woord: iedereen wordt de openbaring van de Geest te gegeven (1 Kor. 12, 7)[b:1 Kor. 12, 7] “ vgl: Lumen Gentium, 13[[[617|+28]]] Dit helpt ons waakzaam te zijn voor deze oude en steeds nieuwe verleiding van de promotors van het gnosticisme die, om naam te maken voor zichzelf en om de faam van hun leer en hun roem te vergroten, geprobeerd hebben iets te zeggen dat altijd nieuw en anders is dan wat het Woord van God hen heeft gegeven. Het is dat, wat de H. Johannes met de term proagon beschrijft (2 Joh. 9)[b:2 Joh. 9]; daarmee is bedoelt diegene die voorop wil lopen, de vooruitstrevende die zelf beweert verder te gaan dan "het kerkelijke wij" en ondertussen uitkijkt voor de uitspattingen die de gemeenschap bedreigen vgl: Der Gott Jesu Christi[[[8673]]].
Referenties naar alinea 9: 2
Erklärung des Heiligen Stuhls ->=geentekst=Het gaat erom dat je de waarheid moet accepteren ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
10
Pas daarom opmerkzaam op voor elke verleiding die ertoe leidt het volk van God te willen reduceren tot een verlichte groep die niet toestaat de onopvallende, verspreide heiligheid te zien, zich erin te verheugen en hiervoor te danken. Deze heiligheid die leeft “in het geduldige volk van God: in de ouders die hun kinderen met zoveel liefde opvoeden, in de mannen en vrouwen die werken om het dagelijks brood naar huis te brengen, in de zieken, in de oudere nonnen die blijven glimlachen. In deze duurzaamheid van de dagelijkse vooruitgang zie ik de heiligheid van de strijdende Kerk. Vaak is de heiligheid "naburig": degenen die in onze nabijheid wonen en die een weerkaatsing zijn van de tegenwoordigheid van God” Gaudete et Exsultate, 7[[6894|+12]]. Het is de heiligheid die de Kerk te allen tijde bewaard heeft en beschut tegen elke ideologische, pseudowetenschappelijke en bedrieglijke reductie. Deze heiligheid spoort ons aan, herinnert daaraan en nodigt uit deze mariale stijl in de missionaire activiteit van de Kerk te ontwikkelen, die zo in een positie is om gerechtigheid met barmhartigheid, contemplatie met actie en tederheid met overtuiging tot uitdrukking te brengen. “Want wanneer wij naar Maria kijken geloven wij elke keer opnieuw in de revolutionaire aard van tederheid en van de liefde. Aan haar zien wij dat nederigheid en tederheid niet de deugden van de zwakken maar van de sterken zijn, die anderen niet slecht hoeven te behandelen om zich belangrijk te voelen” Evangelii Gaudium, 288[[4984|+374]].
In mijn thuisland bestaat er een tot nadenken stemmend en krachtig spreekwoord dat dit kan verduidelijken: “Broeders wees verenigd, want dit is de eerste wet; laat hen te allen tijde de eenheid bewaren, want wanneer zij onderling vechten zullen zij worden verslonden door de buitenstaanders” Decimoséptima sextina[[8671]]. Broeders en zusters, laten wij zorg dragen voor elkaar! Laten wij oppassen voor de verleiding door de vader van de leugen en verdeeldheid, de meester van splitsing, die bij het aandrijven van de zoektocht naar een ogenschijnlijk goed of een antwoord op een specifieke situatie het lichaam van het heilige en trouwe volk van God uiteindelijk aan stukken scheurt! Laten wij als apostolisch lichaam gezamenlijk op weg gaan en laten wij elkaar horen onder de leiding van de Heilige Geest - ook wanneer wij niet op dezelfde manier denken - uit de wijze overtuiging dat de Kerk in de loop van de eeuwen steevast de rijkdom van de goddelijke waarheid nastreeft, totdat in haar Gods Woord zich vervuld Dei Verbum, 8[[576|+18]].
In mijn thuisland bestaat er een tot nadenken stemmend en krachtig spreekwoord dat dit kan verduidelijken: “Broeders wees verenigd, want dit is de eerste wet; laat hen te allen tijde de eenheid bewaren, want wanneer zij onderling vechten zullen zij worden verslonden door de buitenstaanders” Decimoséptima sextina[[8671]]. Broeders en zusters, laten wij zorg dragen voor elkaar! Laten wij oppassen voor de verleiding door de vader van de leugen en verdeeldheid, de meester van splitsing, die bij het aandrijven van de zoektocht naar een ogenschijnlijk goed of een antwoord op een specifieke situatie het lichaam van het heilige en trouwe volk van God uiteindelijk aan stukken scheurt! Laten wij als apostolisch lichaam gezamenlijk op weg gaan en laten wij elkaar horen onder de leiding van de Heilige Geest - ook wanneer wij niet op dezelfde manier denken - uit de wijze overtuiging dat de Kerk in de loop van de eeuwen steevast de rijkdom van de goddelijke waarheid nastreeft, totdat in haar Gods Woord zich vervuld Dei Verbum, 8[[576|+18]].
Referenties naar alinea 10: 1
Leer over het priesterschap voorbehouden aan mannen en over homoseksuele handelingen bevestigt naar Duitse Synodale Weg ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
11
De synodale visie heft noch tegenpolen of verwarringen op, noch worden geschillen opgelost door een "goede consensus" te vormen die het geloof schaadt, de resultaten van volkstellingen of opiniepeilingen over het een en ander onderwerp die ontstaan als gevolg, van ondergeschikt belang maakt. Dat zou zeer beperkend zijn. Met de achtergrond en de centraliteit van de evangelisatie en de Sensus Ecclesiae als bepalende grondbeginselen van ons kerkelijk DNA maakt de synodaliteit aanspraak op een bewuste manier van Kerk-zijn op zich te nemen waarin “het geheel meer is dan het deel, en het is ook meer dan hun simpele som. Ook dient men niet vast komen te zitten in vragen die speciale situaties betreffen, maar behoort men altijd de zienswijze te verbreden om een groter goed te bevatten dat ons allemaal ten goede komt. Dit mag weliswaar niet het karakter van een vlucht of een ontworteling hebben. Het is noodzakelijk om de wortels in de vruchtbare bodem te laten zakken en in de geschiedenis van de eigen streek, wat een geschenk van God is. Men werkt kleinschalig met dat wat in de buurt is, echter met een wijdere blik” Evangelii Gaudium, 235[[4984|+306]].
Referenties naar alinea 11: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
12
Dit vereist van het hele volk van God, en met name van hun herders, een houding van waakzaamheid en bekering die het mogelijk maakt het leven en de werkzaamheid van deze realiteiten te preserveren. Waakzaamheid en bekering zijn geschenken die alleen de Heer ons kan geven. Ons dient het te volstaan om Zijn barmhartigheid te vragen door gebed en vasten. Altijd maakte het indruk op mij hoe de Heer gedurende Zijn aardse leven, vooral in de momenten van grote beslissingen, op uitzonderlijke wijze verzocht werd. Gebed en vasten waren van bijzonder en bepalend belang voor al zijn latere handelingen (Mat. 4, 1-11)[b:Mat. 4, 1-11] Ook de synodaliteit kan zich niet onttrekken aan deze logica en dient altijd gepaard te gaan met de barmhartigheid van de bekering, zodat ons persoonlijk en gemeenschappelijk handelen steeds meer de kenosis Christi kan evenaren en vertegenwoordigen (Fil. 2, 1-11)[[b:Fil. 2, 1-11]]. Spreken, handelen en reageren als het lichaam van Christus betekent ook dat wij op de manier van Christus dienen te spreken en te handelen, met gelijke manieren, met dezelfde bedachtzaamheid en dezelfde prioriteiten. In navolging van het voorbeeld van de Meester, die “zichzelf heeft vernietigd, en als een dienaar werd” (Fil. 2, 7)[b:Fil. 2, 7], bevrijdt de genade van de bekering ons daarom van verkeerde en steriele helden. Het bevrijdt ons van de verleiding om beschermde en gemakzuchtige posities in stand te houden, en nodigt ons uit om tot het uiterste te gaan om onszelf te vinden en beter naar de Heer te luisteren.
Deze houding van zelfontlediging stelt ons ook in staat om de creatieve en altijd rijke kracht van de hoop te ervaren die uit de armoede van het evangelie geboren werd, waartoe wij geroepen zijn; het maakt ons vrij voor evangelisatie en voor getuigenis. Op deze manier staan wij de Geest toe om ons leven te verfrissen en vernieuwen doordat Hij het van slavernij, luiheid en bijkomstige comfort bevrijdt, die ons tegenhouden om naar buiten te gaan en, bovenal, te aanbidden. Want in de aanbidding vervult de mens zijn hoogste plicht en het stelt hem in staat om een blik te werpen op de duidelijkheid die gaat komen, die ons zal helpen om de nieuwe schepping te proeven vgl: Mainz 3. Aufl. 1997. S.16.[[[4917]]].
Zonder dit perspectief lopen wij het risico om van onszelf uit te gaan of vanuit verlangen naar zelfrechtvaardiging en zelfbehoud, wat tot wijzigingen en regelingen leidt die halverwege vast komen te zitten. In plaats van de problemen op te lossen eindigt dat erin dat wij in een eindeloze spiraal verstrikt raken die de mooiste, meest bevrijdende en hoopvolle verkondiging die wij hebben en die zin geeft aan ons bestaan verstikt en doodt: Jezus Christus is de Heer! Wij behoeven gebed, boetedoening en aanbidding, die het ons mogelijk maken met de tollenaar te spreken: “God, wees mij genadig!” (Luc. 18, 13)[b:Luc. 18, 13], niet op een huichelachtige, infantiele of lafhartige wijze, maar met de moed om de deur te openen en dat te zien wat gewoonlijk door oppervlakkigheid, door de cultuur van welbehagen en schijnvertoning verborgen blijft vgl: Sobre la acusación de sí[[[8674]]].
In beginsel maken deze mentaliteiten - ware geestelijke geneesmiddelen (gebed, boetedoening en aanbidding) - voor ons mogelijk om nogmaals te ervaren wat het betekent om christen te zijn, de kennis zalig en gezegend te zijn en zodoende dragers te zijn van gelukzaligheid voor de anderen. Christen zijn betekent lid zijn van de Kerk van de zaligsprekingen voor de gezegenden van vandaag: de armen, de hongerigen, de huilenden, de gehatenen, de uitgeslotenen en de gekwetsten (Luc. 6, 20-23)[[b:Luc. 6, 20-23]]. Laten wij niet vergeten: “In de zaligsprekingen wijst de Heer ons de weg. Wanneer wij het pad van de zaligsprekingen bewandelen kunnen wij tot het meest wezenlijke menselijke en goddelijk geluk komen. De zaligsprekingen zijn de spiegel die in een oogopslag aan ons bekend maakt of wij op de goede weg zijn: Deze spiegel liegt niet” Tot de deelnemers aan het vijfde algemene vergadering van de Italiaanse Kerkprovincie[[6847]]!
Deze houding van zelfontlediging stelt ons ook in staat om de creatieve en altijd rijke kracht van de hoop te ervaren die uit de armoede van het evangelie geboren werd, waartoe wij geroepen zijn; het maakt ons vrij voor evangelisatie en voor getuigenis. Op deze manier staan wij de Geest toe om ons leven te verfrissen en vernieuwen doordat Hij het van slavernij, luiheid en bijkomstige comfort bevrijdt, die ons tegenhouden om naar buiten te gaan en, bovenal, te aanbidden. Want in de aanbidding vervult de mens zijn hoogste plicht en het stelt hem in staat om een blik te werpen op de duidelijkheid die gaat komen, die ons zal helpen om de nieuwe schepping te proeven vgl: Mainz 3. Aufl. 1997. S.16.[[[4917]]].
Zonder dit perspectief lopen wij het risico om van onszelf uit te gaan of vanuit verlangen naar zelfrechtvaardiging en zelfbehoud, wat tot wijzigingen en regelingen leidt die halverwege vast komen te zitten. In plaats van de problemen op te lossen eindigt dat erin dat wij in een eindeloze spiraal verstrikt raken die de mooiste, meest bevrijdende en hoopvolle verkondiging die wij hebben en die zin geeft aan ons bestaan verstikt en doodt: Jezus Christus is de Heer! Wij behoeven gebed, boetedoening en aanbidding, die het ons mogelijk maken met de tollenaar te spreken: “God, wees mij genadig!” (Luc. 18, 13)[b:Luc. 18, 13], niet op een huichelachtige, infantiele of lafhartige wijze, maar met de moed om de deur te openen en dat te zien wat gewoonlijk door oppervlakkigheid, door de cultuur van welbehagen en schijnvertoning verborgen blijft vgl: Sobre la acusación de sí[[[8674]]].
In beginsel maken deze mentaliteiten - ware geestelijke geneesmiddelen (gebed, boetedoening en aanbidding) - voor ons mogelijk om nogmaals te ervaren wat het betekent om christen te zijn, de kennis zalig en gezegend te zijn en zodoende dragers te zijn van gelukzaligheid voor de anderen. Christen zijn betekent lid zijn van de Kerk van de zaligsprekingen voor de gezegenden van vandaag: de armen, de hongerigen, de huilenden, de gehatenen, de uitgeslotenen en de gekwetsten (Luc. 6, 20-23)[[b:Luc. 6, 20-23]]. Laten wij niet vergeten: “In de zaligsprekingen wijst de Heer ons de weg. Wanneer wij het pad van de zaligsprekingen bewandelen kunnen wij tot het meest wezenlijke menselijke en goddelijk geluk komen. De zaligsprekingen zijn de spiegel die in een oogopslag aan ons bekend maakt of wij op de goede weg zijn: Deze spiegel liegt niet” Tot de deelnemers aan het vijfde algemene vergadering van de Italiaanse Kerkprovincie[[6847]]!
Referenties naar alinea 12: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
13
Geliefde broeders en zusters, ik weet van uw lijdzaamheid en mij is bekend wat u voor de naam van de Heer hebt doorstaan en verduren; ik weet ook van uw wens en uw verlangen naar een heropleving van de eerste liefde in de Kerk met de kracht van de Geest (Openb. 2, 1-5)[[b:Openb. 2, 1-5]]. Deze Geest, die het gebroken riet niet zal verbreken en de smeulende pit niet zal uitblussen (Jes. 42, 3)[[b:Jes. 42, 3]], voedt en bevordert het goede dat uw volk onderscheidt en laat het bloeien! Ik wil aan uw zijde staan en met u meelopen in de zekerheid dat als de Heer ons waardig acht om dit uur te leven, Hij dat niet heeft gedaan om ons te schande te maken of ons te verlammen wanneer we geconfronteerd worden met uitdagingen. Veeleer wil Hij dat Zijn Woord ons hart nog een keer uitdaagt en ontbrandt, zoals Hij bij uw vaders gedaan heeft, zodat uw zonen en dochters visioenen verkrijgen en uw ouderen opnieuw profetische dromen ontvangen (Joël 3, 1)[[b:Joël 3, 1]]. Zijn liefde “stelt ons in staat het hoofd te verheffen en opnieuw te starten. Laten wij niet vluchten voor de wederopstanding van Jezus, laten wij nooit opgeven, wat er ook gebeuren mag. Niets zal sterker zijn dan Zijn leven dat ons inspireert!” Evangelii Gaudium, 3[[4984|+6]].
En aldus verzoek ik u: bid voor mij!
Vaticaan, 29 juni 2019
Franciscus
En aldus verzoek ik u: bid voor mij!
Vaticaan, 29 juni 2019
Franciscus
Referenties naar alinea 13: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaReferenties naar dit document: 5
Open uitgebreid overzichthttps://rkdocumenten.nl/toondocument/7443-aan-het-pelgrimerende-volk-van-god-in-duitsland-nl