Communionis notio
x
Gebruik de knoppen om door de historische teksten te lopen:
Informatie over dit document
Communionis notio
Brief aan de Bisschoppen van de Katholieke Kerk over enkele aspecten van de Kerk als Communio.
Joseph Kardinaal Ratzinger
Congregatie voor de Geloofsleer
28 mei 1992
Curie - Brieven
1996, SRKK, Utrecht
1996
Drs. F. Visschedijk
7 december 2022
306
nl
Referenties naar dit document: 6
Open uitgebreid overzichtReferenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
Uitklappen
- === Inleiding
1
Het begrip communio (koinonia), dat in de teksten van het Tweede Vaticaanse Concilie een belangrijke rol speelt, vgl: Lumen Gentium, 4,8,13-15,18,21,24-25[[[617|4.8.13-15.18.21.24-25]]] vgl: Dei Verbum, 10[[[576|10]]] vgl: Gaudium et Spes, 32[[[575|32]]] vgl: Unitatis Redintegratio, 2-4,14-15,17-19,22[[[618|2-4.14-15.17-19.22]]] is een begrip waarmee men de kern van het mysterie van de Kerk goed kan uitdrukken en dat ook als sleutelwoord kan dienen voor de vernieuwing van de Katholieke ecclesiologie. II, C), 1[[3283]] Een grotere waardering voor de Kerk als communio is bijzonder belangrijk en biedt vele mogelijkheden voor theologische bezinning op het mysterie van de Kerk "die door haar aard altijd nieuw en verder onderzoek toelaat". Salvete, 16[[166|16]] Sommige ecclesiologische benaderingen hebben echter te weinig aandacht voor de Kerk als mysterie van communio vooral doordat het begrip communio niet voldoende geïntegreerd wordt met de begrippen volk van God en lichaam van Christus en doordat te weinig aandacht wordt besteed aan de relatie tussen de kerk als communio en de kerk als sacrament.
Referenties naar alinea 1: 1
De synodaliteit in het leven en de zending van de Kerk ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Gezien het leerstellige, pastorale en oecumenische belang van de verschillende aspecten van de kerk begrepen als communio, heeft de Congregatie voor de Geloofsleer[d:106] het opportuun geacht in deze brief een kort overzicht en waar nodig een verheldering te geven van enkele fundamentele elementen die als vaststaand beschouwd moeten worden, mede door hen die het gewenste theologische onderzoek verrichten.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 1 De Kerk, een mysterie van Communio
3
Het begrip communio vormt "de kern van het kerkelijk zelfverstaan" Tot de Bisschoppen van de Verenigde Staten van Amerika, 1[[3282|1]], omdat daarin het mysterie tot uitdrukking komt van de persoonlijke eenheid van iedere mens met de goddelijke Drie-eenheid en met de rest van de mensheid; dit mysterie vloeit voort uit het geloof (1 Joh. 1, 3)[b:1 Joh. 1, 3] (1 Kor. 1, 9)[[b:1 Kor. 1, 9]] vgl: Christifideles laici, 19[[[692|19]]] vgl: Ecclesia sub Verbo Dei mysteria Christi celebrans pro salute mundi, 18[[[1485|18]]], en richt zich, nadat het in de Kerk op aarde werkelijkheid geworden is, op de eschatologische vervulling in de hemelse Kerk.(Fil. 3, 20-21; Kol. 3, 1-4)[[b:Fil. 3, 20-21; Kol. 3, 1-4]] vgl: Lumen Gentium, 48[[[617|48]]]
Als het begrip communio, dat meer dan één betekenis heeft, als sleutelwoord voor de ecclesiologie wil dienen, moet het begrepen worden in de lijn van de bijbel en de patristische traditie, waarin communio altijd een dubbele dimensie heeft: de verticale dimensie (communio met God) en de horizontale dimensie (communio van mensen). In de christelijke interpretatie van communio is het essentieel dat deze allereerst begrepen wordt als een gave van God, als een vrucht van Gods initiatief in het paasmysteries. De nieuwe relatie tussen mens en God, die in Christus tot stand is gebracht en waaraan eenieder deel heeft door de sacramenten, betekent ook een nieuwe relatie tussen mensen onderling. Daarom moet het begrip communio een uitdrukking vormen zowel van de sacramentele natuur van de Kerk, omdat wij "ver zijn van de Heer" (2 Kor. 5, 6)[b:2 Kor. 5, 6] Lumen Gentium, 1[[617|1]], als van de speciale eenheid waardoor de gelovigen leden worden van één lichaam, het mystieke lichaam van Christus vgl: Lumen Gentium, 7[[[617|7]]] vgl: Mystici Corporis Christi[[[433]]], een organisch gestructureerde gemeenschap vgl: a[[[617|11]]], "een volk dat verenigd wordt door de band tussen de Vader, de Zoon en de Heilige Geest" vgl: 23: PL 4, 553[[[916]]] vgl: b[[[617|4]]], en dat de middelen ontvangt voor een zichtbare, sociale eenheid. vgl: c[[[617|9]]]
Als het begrip communio, dat meer dan één betekenis heeft, als sleutelwoord voor de ecclesiologie wil dienen, moet het begrepen worden in de lijn van de bijbel en de patristische traditie, waarin communio altijd een dubbele dimensie heeft: de verticale dimensie (communio met God) en de horizontale dimensie (communio van mensen). In de christelijke interpretatie van communio is het essentieel dat deze allereerst begrepen wordt als een gave van God, als een vrucht van Gods initiatief in het paasmysteries. De nieuwe relatie tussen mens en God, die in Christus tot stand is gebracht en waaraan eenieder deel heeft door de sacramenten, betekent ook een nieuwe relatie tussen mensen onderling. Daarom moet het begrip communio een uitdrukking vormen zowel van de sacramentele natuur van de Kerk, omdat wij "ver zijn van de Heer" (2 Kor. 5, 6)[b:2 Kor. 5, 6] Lumen Gentium, 1[[617|1]], als van de speciale eenheid waardoor de gelovigen leden worden van één lichaam, het mystieke lichaam van Christus vgl: Lumen Gentium, 7[[[617|7]]] vgl: Mystici Corporis Christi[[[433]]], een organisch gestructureerde gemeenschap vgl: a[[[617|11]]], "een volk dat verenigd wordt door de band tussen de Vader, de Zoon en de Heilige Geest" vgl: 23: PL 4, 553[[[916]]] vgl: b[[[617|4]]], en dat de middelen ontvangt voor een zichtbare, sociale eenheid. vgl: c[[[617|9]]]
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
Ecclesia de Eucharistia ->=geentekst=
Anglicanorum Coetibus ->=geentekst=
Iuvenescit Ecclesia ->=geentekst=
De Kerkelijke communio is tegelijk zichtbaar en onzichtbaar.
Als een onzichtbare werkelijkheid is het de communio van elke mens met de Vader door Christus in de Heilige Geest en met de andere mensen die delen in dezelfde goddelijke natuur (2 Pt. 1, 4)[[b:2 Pt. 1, 4]], door het lijden van Christus (2 kor. 1, 7)[[b:2 kor. 1, 7]], in hetzelfde geloof (Ef. 4, 13; Filemon 6)[[b:Ef. 4, 13; Filemon 6]], en in dezelfde geest (Fil. 2, 1)[[b:Fil. 2, 1]]. In de Kerk op aarde bestaat een nauwe band tussen deze onzichtbare communio en de zichtbare communio door de leer van de apostelen, de sacramenten en de hiërarchie. Door deze goddelijke gaven, die tot de zichtbare werkelijkheid behoren, vervult Christus op verschillende manieren zijn profetische, priesterlijke en koninklijke functies in dienst van de verlossing van de mensheid vgl: Lumen Gentium, 25-27[[[617|25-27]]]. Door deze band tussen de onzichtbare en de zichtbare aspecten van de Kerkelijk communio is de Kerk het sacrament van de verlossing.
Uit deze sacramentaliteit vloeit voort dat de Kerk geen in zichzelf besloten realiteit is. Ze ontplooit altijd missionaire en oecumenische activiteiten. Want de Kerk is in de wereld om het mysterie van de communio, dat essentieel voor haar is, te verkondigen, ervan te getuigen, het tegenwoordig te stellen en te verbreiden, en daarbij alle mensen en dingen in Christus te verenigen (Mt. 28, 19-20; Joh. 17, 21-23; Ef. 1, 10)[[b:Mt. 28, 19-20; Joh. 17, 21-23; Ef. 1, 10]] vgl: Lumen Gentium, 9,13,17[[[617|9.13.17]]] vgl: Ad Gentes Divinitus, 1,5[[[703|1.5]]] vgl: III, 16, 6 en 22, 1-3: PG 7, 925-926 en 955-958[[[848]]], om zo voor allen een "ondeelbaar sacrament van eenheid" 6: PL 3, 1142[[3284]] te zijn.
Als een onzichtbare werkelijkheid is het de communio van elke mens met de Vader door Christus in de Heilige Geest en met de andere mensen die delen in dezelfde goddelijke natuur (2 Pt. 1, 4)[[b:2 Pt. 1, 4]], door het lijden van Christus (2 kor. 1, 7)[[b:2 kor. 1, 7]], in hetzelfde geloof (Ef. 4, 13; Filemon 6)[[b:Ef. 4, 13; Filemon 6]], en in dezelfde geest (Fil. 2, 1)[[b:Fil. 2, 1]]. In de Kerk op aarde bestaat een nauwe band tussen deze onzichtbare communio en de zichtbare communio door de leer van de apostelen, de sacramenten en de hiërarchie. Door deze goddelijke gaven, die tot de zichtbare werkelijkheid behoren, vervult Christus op verschillende manieren zijn profetische, priesterlijke en koninklijke functies in dienst van de verlossing van de mensheid vgl: Lumen Gentium, 25-27[[[617|25-27]]]. Door deze band tussen de onzichtbare en de zichtbare aspecten van de Kerkelijk communio is de Kerk het sacrament van de verlossing.
Uit deze sacramentaliteit vloeit voort dat de Kerk geen in zichzelf besloten realiteit is. Ze ontplooit altijd missionaire en oecumenische activiteiten. Want de Kerk is in de wereld om het mysterie van de communio, dat essentieel voor haar is, te verkondigen, ervan te getuigen, het tegenwoordig te stellen en te verbreiden, en daarbij alle mensen en dingen in Christus te verenigen (Mt. 28, 19-20; Joh. 17, 21-23; Ef. 1, 10)[[b:Mt. 28, 19-20; Joh. 17, 21-23; Ef. 1, 10]] vgl: Lumen Gentium, 9,13,17[[[617|9.13.17]]] vgl: Ad Gentes Divinitus, 1,5[[[703|1.5]]] vgl: III, 16, 6 en 22, 1-3: PG 7, 925-926 en 955-958[[[848]]], om zo voor allen een "ondeelbaar sacrament van eenheid" 6: PL 3, 1142[[3284]] te zijn.
Referenties naar alinea 4: 4
Ut Unum Sint ->=geentekst=Ecclesia de Eucharistia ->=geentekst=
Anglicanorum Coetibus ->=geentekst=
Iuvenescit Ecclesia ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5
De kerkelijke communio, waarin ieder individu door het geloof en door de doop wordt opgenomen, heeft haar fundament en haar centrum in de heilige Eucharistie. Door de doop wordt de mens opgenomen in een lichaam (Ef. 4, 4-5)[b:Ef. 4, 4-5] (Mc. 16, 16)[[b:Mc. 16, 16]] dat de verrezen Heer door de Eucharistie opbouwt en in leven houdt, zodat dit lichaam met recht het lichaam van Christus genoemd kan worden. De Eucharistie is de creatieve kracht en de bron van communio tussen de leden van de kerk, juist omdat hierdoor ieder van hen met Christus zelf verbonden wordt: "in het breken van het eucharistisch brood worden wij werkelijk deelachtig aan het lichaam van de Heer en tot gemeenschap met Hem en onder elkaar verheven. ' Omdat het brood één is, vormen wij allen te zamen één lichaam, want allen hebben deel aan het éne brood" (1 Kor. 10, 17)[b:1 Kor. 10, 17]. Lumen Gentium, 7[[617|7]] 12, 20: PL 42, 265[[2087]] 63, 7: PL 54, 357[[913]]
De paulijnse uitdrukking "de Kerk is het lichaam van Christus" betekent dus dat de Eucharistie, waarin de Heer ons zijn lichaam geeft en ons omvormt tot één lichaam vgl: Lumen Gentium, 3,11[[[617|3.11]]] vgl: 24, 2:PG 61, 200[[[1661]]], de plaats is waar de Kerk zichzelf voortdurend en in de meest essentiële vorm realiseert. Hoewel ze overal aanwezig is, is er maar één communio, zoals er maar één Christus is.
De paulijnse uitdrukking "de Kerk is het lichaam van Christus" betekent dus dat de Eucharistie, waarin de Heer ons zijn lichaam geeft en ons omvormt tot één lichaam vgl: Lumen Gentium, 3,11[[[617|3.11]]] vgl: 24, 2:PG 61, 200[[[1661]]], de plaats is waar de Kerk zichzelf voortdurend en in de meest essentiële vorm realiseert. Hoewel ze overal aanwezig is, is er maar één communio, zoals er maar één Christus is.
Referenties naar alinea 5: 1
Iuvenescit Ecclesia ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
6
De Kerk is een "gemeenschap van heiligen".
Dit is een traditionele uitdrukking die men kan vinden in de Latijnse versies van de Apostolische Geloofsbelijdenis uit het eind van de vierde eeuw. Het voor iedereen zichtbare delen van de gaven van de verlossing (de heilsmiddelen), in het bijzonder in de Eucharistie, is de bron van de onzichtbare communio tussen hen die daaraan deelhebben (de heiligen). Deze communio realiseert een spirituele solidariteit tussen de leden van de Kerk, aangezien ze ledematen van een en hetzelfde Lichaam zijn (1 Kor. 12, 25-27; Ef. 1, 22-23; Ef. 3, 3-6)[[b:1 Kor. 12, 25-27; Ef. 1, 22-23; Ef. 3, 3-6]], en versterkt hun eenheid in liefde door ze "één van hart en één van ziel" (Hand. 4, 32)[b:Hand. 4, 32], te maken. Communio leidt ook tot eenheid in gebed (Hand. 2, 42)[[b:Hand. 2, 42]], waarbij allen geïnspireerd worden door een en dezelfde Geest (Rom. 8, 15-16.26; Gal. 4, 6)[[b:Rom. 8, 15-16.26; Gal. 4, 6]] vgl: Lumen Gentium, 4[[[617|4]]], de heilige Geest "die de hele Kerk vervult en verenigt" q. 29, a. 4c[[1105]] Unitatis Redintegratio, 2[[618|2]].
De onzichtbare kant van deze communio houdt in dat deze niet alleen bestaat onder de leden van de pelgrimerende Kerk op aarde, maar ook tussen hen en allen die van deze wereld overgegaan zijn naar de genade van de Heer en die nu behoren tot de hemelse Kerk of daar opgenomen zullen worden na een volledige zuivering vgl: Lumen Gentium, 49[[[617|49]]]. Dit betekent onder andere dat er een wederzijdse relatie bestaat tussen de pelgrimerende Kerk op aarde en de hemelse Kerk bij de verlossende zending in de geschiedenis. Daarom is in de ecclesiologie naast Christus' voorspraak ten behoeve van de gelovigen (Hebr. 7, 25)[[b:Hebr. 7, 25]], ook de voorspraak van de heiligen en op een bijzondere manier van de heilige Maagd Maria zo belangrijk vgl: Lumen Gentium, 50,66[[[617|50.66]]]. De verering van de heiligen, die zo'n grote rol speelt in de vroomheid van christenen, is dus in overeenstemming met een essentiële en diepe realiteit van de Kerk als een mysterie van communio.
Dit is een traditionele uitdrukking die men kan vinden in de Latijnse versies van de Apostolische Geloofsbelijdenis uit het eind van de vierde eeuw. Het voor iedereen zichtbare delen van de gaven van de verlossing (de heilsmiddelen), in het bijzonder in de Eucharistie, is de bron van de onzichtbare communio tussen hen die daaraan deelhebben (de heiligen). Deze communio realiseert een spirituele solidariteit tussen de leden van de Kerk, aangezien ze ledematen van een en hetzelfde Lichaam zijn (1 Kor. 12, 25-27; Ef. 1, 22-23; Ef. 3, 3-6)[[b:1 Kor. 12, 25-27; Ef. 1, 22-23; Ef. 3, 3-6]], en versterkt hun eenheid in liefde door ze "één van hart en één van ziel" (Hand. 4, 32)[b:Hand. 4, 32], te maken. Communio leidt ook tot eenheid in gebed (Hand. 2, 42)[[b:Hand. 2, 42]], waarbij allen geïnspireerd worden door een en dezelfde Geest (Rom. 8, 15-16.26; Gal. 4, 6)[[b:Rom. 8, 15-16.26; Gal. 4, 6]] vgl: Lumen Gentium, 4[[[617|4]]], de heilige Geest "die de hele Kerk vervult en verenigt" q. 29, a. 4c[[1105]] Unitatis Redintegratio, 2[[618|2]].
De onzichtbare kant van deze communio houdt in dat deze niet alleen bestaat onder de leden van de pelgrimerende Kerk op aarde, maar ook tussen hen en allen die van deze wereld overgegaan zijn naar de genade van de Heer en die nu behoren tot de hemelse Kerk of daar opgenomen zullen worden na een volledige zuivering vgl: Lumen Gentium, 49[[[617|49]]]. Dit betekent onder andere dat er een wederzijdse relatie bestaat tussen de pelgrimerende Kerk op aarde en de hemelse Kerk bij de verlossende zending in de geschiedenis. Daarom is in de ecclesiologie naast Christus' voorspraak ten behoeve van de gelovigen (Hebr. 7, 25)[[b:Hebr. 7, 25]], ook de voorspraak van de heiligen en op een bijzondere manier van de heilige Maagd Maria zo belangrijk vgl: Lumen Gentium, 50,66[[[617|50.66]]]. De verering van de heiligen, die zo'n grote rol speelt in de vroomheid van christenen, is dus in overeenstemming met een essentiële en diepe realiteit van de Kerk als een mysterie van communio.
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 2 Universele kerk en particuliere kerken
7
Iuvenescit Ecclesia ->=geentekst=
De synodaliteit in het leven en de zending van de Kerk ->=geentekst=
De Kerk van Christus, waarvan we in de geloofsbelijdenis uitzeggen dat deze één, heilig, katholiek en apostolisch is, is de universele Kerk, dat wil zeggen de wereldwijde communio van volgelingen van de Heer ((Vgl. Mt. 16, 18; 1 Kor. 12, 28; etc.))[[b:Mt. 16, 18; 1 Kor. 12, 28]], die in de eigen kenmerken en de verscheidenheid van personen, groepen, tijdstippen en plaatsen, aanwezig en actief is. Tot deze veelvuldige particuliere uitdrukkingen van de reddende aanwezigheid van de ene Kerk van Christus, behoren vanaf de tijd van de apostelen die eenheden die op zichzelf beschouwd kerken ((Vgl. Hand. 8, 1; Hand. 11, 22; 1 Kor. 1, 2; 1 Kor. 16, 19; Gal. 1, 22; Openb. 2, 1.8; etc.))[[b:Hand. 8, 1; Hand. 11, 22; 1 Kor. 1, 2; 1 Kor. 16, 19; Gal. 1, 22; Openb. 2, 1.8]] zijn, omdat - ofschoon zij particulier zijn - de universele kerk met alle wezenlijke kenmerken in hen tegenwoordig wordt gesteld. vgl: Unité et diversité dans l'Eglise, (14-28)[[[3380|(14-28)]]] Ze zijn gevormd "naar het beeld van de universele kerk" Lumen Gentium, 23[[617|23]] vgl: Ad Gentes Divinitus, 20[[[703|20]]], en elk van hen is "een deel van het volk van God dat toevertrouwd is aan de herderlijke zorg van een Bisschop en van diens priesterlijke medewerkers". Christus Dominus, 11[[646|11]]
Referenties naar alinea 7: 3
Redemptionis Sacramentum ->=geentekst=Iuvenescit Ecclesia ->=geentekst=
De synodaliteit in het leven en de zending van de Kerk ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
8
Erga migrantes caritas Christi ->=geentekst=
De synodaliteit in het leven en de zending van de Kerk ->=geentekst=
In de universele kerk zijn de kerken ledematen van één lichaam. Lumen Gentium, 23[[617|23]] vgl: 14,3: PL 9, 301[[[2061]]] vgl: IV, 7, 12: PL 75, 643[[[847]]] Daarom kan het begrip communio op een analoge wijze worden toegepast op de eenheid tussen de particuliere kerken en kan de universele kerk beschouwd worden als een communio van kerken. Soms wordt de gedachte van een "communio van particuliere kerken" echter zo uitgelegd dat daarmee het begrip van de eenheid van de kerk op zichtbaar en institutioneel niveau wordt afgezwakt. Zo wordt gesteld dat iedere particuliere kerk een zelfstandige eenheid is en dat de universele kerk het resultaat is van de wederzijdse erkenning door de particuliere kerken. Dit ecclesiologisch unilateralisme, dat niet alleen een verarming betekent van het begrip universele kerk maar ook van het begrip particuliere kerk, verraadt een te beperkt verstaan van het begrip communio. Wanneer een particuliere kerk geheel op eigen benen probeert te staan en de reële communio met de universele kerk en met haar actuele en zichtbare centrum afzwakt, blijkt - zo leert de geschiedenis - dat ook haar interne eenheid schade leidt en dat deze kerk gevaar loopt haar vrijheid te verliezen onder druk van verschillende vormen van onderwerping en uitbuiting. vgl: Evangelii Nuntiandi, 64[[[519|64]]]
Referenties naar alinea 8: 3
Redemptionis Sacramentum ->=geentekst=Erga migrantes caritas Christi ->=geentekst=
De synodaliteit in het leven en de zending van de Kerk ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
9
Redemptionis Sacramentum ->=geentekst=
Erga migrantes caritas Christi ->=geentekst=
Pastores Gregis ->=geentekst=
Apostolos Suos ->=geentekst=
Ecclesia in Medio Oriente ->=geentekst=
Iuvenescit Ecclesia ->=geentekst=
De synodaliteit in het leven en de zending van de Kerk ->=geentekst=
Wanneer men de analoge toepassing van de term communio op de particuliere kerken als geheel goed wil begrijpen, moet men vooral in gedachten houden dat de particuliere kerken, voorzover ze "delen van de ene kerk van Christus" Christus Dominus, 6[[646|6]] zijn, een speciale relatie van "wederzijdse interioriteit" Tot de Romeinse Curie bij gelegenheid van het Kerstfeest, (9)[[3381|(9)]] hebben met het geheel, dus met de universele kerk, omdat in elke particuliere kerk "de ene, heilige, katholieke en apostolische kerk van Christus waarlijk aanwezig is en zich uitwerkt". Christus Dominus, 11[[646|11]] Daarom kan "de universele kerk niet verstaan worden als de som van de particuliere kerken of als een federatie van particuliere kerken". Tot de Bisschoppen van de Verenigde Staten van Amerika, 3[[3282|3]] De universele kerk vloeit niet voort uit de communio van de kerken, maar is een realiteit die, in haar essentiële mysteries ontologisch en temporeel voorafgaat aan iedere individuele particuliere kerk.
Volgens de kerkvaders gaat de Kerk als mysteries de kerk die één en uniek is, ontologisch vooraf aan de schepping vgl: Vis. 2, 4: PG 2, 897-900[[[2277]]] temporeel op Pinksteren gestalte gekregen in de gemeenschap van de honderdtwintig die verenigd waren rond Maria en de twaalf apostelen, de vertegenwoordigers van de ene unieke Kerk en de toekomstige stichters van de lokale kerken, die een zending hebben voor de wereld. De kerk spreekt alle talen (Hand. 2,1 vv.)[[b:Hand. 2,1 vv.]] vgl: III, 17, 2:PG 7, 929-930; "at Pentecost (...) all nations (...) had become a marvellous choir to intone a hymn of praise to God in perfect harmony, because the Holy Spirit had brought distances to nought, eliminated discordant notes and transformed the varieties of the peoples into the first-fruits to be offered to the Father"[[[848]]] vgl: 8 in Pentecoste, 2-3: PL 65, 743-744[[[3382]]], al vanaf het begin.
Uit de Kerk die van oorsprong en in haar eerste manifestatie universeel is, zijn de verschillende lokale kerken ontstaan als particuliere uitdrukkingen van de ene en unieke kerk van Jezus Christus. Ze zijn ontstaan binnen en vanuit de universele kerk en hun kerkelijkheid bestaat binnen en door de universele kerk. Daarom is de formule van het Tweede Vaticaanse Concilie: "De Kerk in en gevormd door de kerken" (Ecclesia in et ex Ecclesiis) "in en uit deze particuliere Kerken bestaat de ene en enige katholieke Kerk". Deze Leer ontwikkelt zich terecht uit hetgeen eerder gezegd is[[617|23]] Bijv. door Paus Pius XII, "de éne katholieke Kerk bestaat en wordt opgebouwd"[[433|41]], niet los te zien van de andere formule: "De kerken in en gevormd uit de Kerk" (Ecclesia in et ex Ecclesiia) vgl: Tot de Romeinse Curie bij gelegenheid van het Kerstfeest, (9)[[[3381|(9)]]]. De relatie tussen de universele Kerk en de particuliere kerken is een mysterie en kan niet vergeleken worden met de relatie die in een puur menselijke groep of vereniging bestaat tussen het geheel en de delen.
Volgens de kerkvaders gaat de Kerk als mysteries de kerk die één en uniek is, ontologisch vooraf aan de schepping vgl: Vis. 2, 4: PG 2, 897-900[[[2277]]] temporeel op Pinksteren gestalte gekregen in de gemeenschap van de honderdtwintig die verenigd waren rond Maria en de twaalf apostelen, de vertegenwoordigers van de ene unieke Kerk en de toekomstige stichters van de lokale kerken, die een zending hebben voor de wereld. De kerk spreekt alle talen (Hand. 2,1 vv.)[[b:Hand. 2,1 vv.]] vgl: III, 17, 2:PG 7, 929-930; "at Pentecost (...) all nations (...) had become a marvellous choir to intone a hymn of praise to God in perfect harmony, because the Holy Spirit had brought distances to nought, eliminated discordant notes and transformed the varieties of the peoples into the first-fruits to be offered to the Father"[[[848]]] vgl: 8 in Pentecoste, 2-3: PL 65, 743-744[[[3382]]], al vanaf het begin.
Uit de Kerk die van oorsprong en in haar eerste manifestatie universeel is, zijn de verschillende lokale kerken ontstaan als particuliere uitdrukkingen van de ene en unieke kerk van Jezus Christus. Ze zijn ontstaan binnen en vanuit de universele kerk en hun kerkelijkheid bestaat binnen en door de universele kerk. Daarom is de formule van het Tweede Vaticaanse Concilie: "De Kerk in en gevormd door de kerken" (Ecclesia in et ex Ecclesiis) "in en uit deze particuliere Kerken bestaat de ene en enige katholieke Kerk". Deze Leer ontwikkelt zich terecht uit hetgeen eerder gezegd is[[617|23]] Bijv. door Paus Pius XII, "de éne katholieke Kerk bestaat en wordt opgebouwd"[[433|41]], niet los te zien van de andere formule: "De kerken in en gevormd uit de Kerk" (Ecclesia in et ex Ecclesiia) vgl: Tot de Romeinse Curie bij gelegenheid van het Kerstfeest, (9)[[[3381|(9)]]]. De relatie tussen de universele Kerk en de particuliere kerken is een mysterie en kan niet vergeleken worden met de relatie die in een puur menselijke groep of vereniging bestaat tussen het geheel en de delen.
Referenties naar alinea 9: 8
Notitie over de term Zusterkerken ->=geentekst=Redemptionis Sacramentum ->=geentekst=
Erga migrantes caritas Christi ->=geentekst=
Pastores Gregis ->=geentekst=
Apostolos Suos ->=geentekst=
Ecclesia in Medio Oriente ->=geentekst=
Iuvenescit Ecclesia ->=geentekst=
De synodaliteit in het leven en de zending van de Kerk ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
10
De synodaliteit in het leven en de zending van de Kerk ->=geentekst=
Iedere gelovige is door het geloof en de doop opgenomen in de ene, heilige, katholieke en apostolische kerk. De gelovige behoort niet als het ware indirect tot de universele kerk, doordat hij of zij tot een particuliere kerk behoort, maar direct, hoewel de toetreding tot en het leven binnen de universele kerk alleen gerealiseerd kunnen worden binnen een particuliere kerk. Vanuit het gezichtspunt van de kerk begrepen als communio vloeien de gemeenschap van de gelovigen en de gemeenschap van de kerken niet uit elkaar voort, maar betreffen dezelfde werkelijkheid, bekeken vanuit verschillende gezichtspunten.
Tot een particuliere kerk behoren is daarom nooit in strijd met de stelling: in de kerk is niemand een vreemde. (Gal. 3, 28)[[b:Gal. 3, 28]] Elke gelovige is, zeker tijdens de viering van de Eucharistie, thuis in zijn eigen kerk, in de kerk van Christus, ongeacht of deze gelovige volgens de kerkelijke wet al of niet tot het Bisdom, de parochie of een andere bijzondere gemeenschap behoort, waar de viering plaatsvindt. Zonder de noodzaak van regelingen voor het juridische gezag vgl: Codex Iuris Canonici, 107[[[30|107]]] over de leden af te zwakken moet men zeggen dat iemand die tot een particuliere kerk behoort, ook tot alle andere kerken behoort, want lid zijn van de communio, net als lid zijn van de kerk, is nooit alleen particulier maar naar diepste wezen altijd universeel. 65, 1: PG 59, 361; "wie in Rome is, weet dat de Indiërs haar ledematen zijn"[[1028]] vgl: Lumen Gentium, 13[[[617|13]]]
Tot een particuliere kerk behoren is daarom nooit in strijd met de stelling: in de kerk is niemand een vreemde. (Gal. 3, 28)[[b:Gal. 3, 28]] Elke gelovige is, zeker tijdens de viering van de Eucharistie, thuis in zijn eigen kerk, in de kerk van Christus, ongeacht of deze gelovige volgens de kerkelijke wet al of niet tot het Bisdom, de parochie of een andere bijzondere gemeenschap behoort, waar de viering plaatsvindt. Zonder de noodzaak van regelingen voor het juridische gezag vgl: Codex Iuris Canonici, 107[[[30|107]]] over de leden af te zwakken moet men zeggen dat iemand die tot een particuliere kerk behoort, ook tot alle andere kerken behoort, want lid zijn van de communio, net als lid zijn van de kerk, is nooit alleen particulier maar naar diepste wezen altijd universeel. 65, 1: PG 59, 361; "wie in Rome is, weet dat de Indiërs haar ledematen zijn"[[1028]] vgl: Lumen Gentium, 13[[[617|13]]]
Referenties naar alinea 10: 2
Redemptionis Sacramentum ->=geentekst=De synodaliteit in het leven en de zending van de Kerk ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 3 Communio van de kerken, Eucharistie en episcopaat
11
Dies Domini ->=geentekst=
Sacramentum Caritatis ->=geentekst=
Aan de Katholieke Kerk in de Volksrepubliek China ->=geentekst=
De eenheid of communio tussen de particuliere kerken in de universele kerk is niet alleen gebaseerd op hetzelfde geloof en dezelfde doop, maar vooral op de Eucharistie en het episcopaat.
De communio is gebaseerd op de Eucharistie, omdat het eucharistische offer, dat altijd wordt opgedragen in een particuliere gemeenschap, nooit alleen het vieren van die gemeenschap is. De gemeenschap ontvangt de eucharistische aanwezigheid van de Heer en daarmee de volledige gave van de verlossing en is - zelfs in de blijvend zichtbare en particuliere vorm - het beeld en de ware aanwezigheid van de ene, heilige, katholieke en apostolische kerk. vgl: Lumen Gentium, 26[[[617|26]]] vgl: 26, 13: PL 35, 1612-1613[[[859]]]
De herontdekking van de eucharistische ecclesiologie is van groot belang, maar heeft soms het principe van de lokale kerk te veel benadrukt. Bij het vieren van de Eucharistie, zo zegt men, wordt het totale mysterie van de kerk zodanig aanwezig gesteld, dat ieder ander principe van eenheid of universaliteit overbodig is. Soms, onder invloed van bepaalde theologische stromingen, wordt deze visie in een nog radicalere vorm naar voren gebracht: zich verenigen in naam van Jezus (Mt. 18, 20)[[b:Mt. 18, 20]] zou gelijk staan aan het doen ontstaan van de kerk. De groep die in naam van Christus een gemeenschap vormt, zou zelf de bevoegdheid van de kerk bezitten, waaronder de bevoegdheid tot het vieren van de Eucharistie. De kerk ontstaat volgens sommigen 'vanaf de basis'. Bij deze en andere misvattingen wordt onvoldoende rekening gehouden met het feit dat de Eucharistie juist de volledige onafhankelijkheid Eng.: self-sufficiencyEng.: self-sufficiency van de particuliere kerken onmogelijk maakt.
De eenheid en ondeelbaarheid van het eucharistische lichaam van de Heer verwijst naar de eenheid van zijn mystieke lichaam, dat de ene en ondeelbare kerk is. Uit het centrum van de Eucharistie ontstaat de noodzakelijke openheid van iedere vierende gemeenschap en van iedere particuliere kerk. Door zich over te geven aan de uitnodiging van de Heer, wordt een eenheid tot stand gebracht met zijn ene en onverdeelde lichaam. Daarom ook heeft het Petrus-ambt, dat de basis vormt van de eenheid van het episcopaat en van de universele kerk, een sterke overeenkomsten met het eucharistische karakter van de kerk.
De communio is gebaseerd op de Eucharistie, omdat het eucharistische offer, dat altijd wordt opgedragen in een particuliere gemeenschap, nooit alleen het vieren van die gemeenschap is. De gemeenschap ontvangt de eucharistische aanwezigheid van de Heer en daarmee de volledige gave van de verlossing en is - zelfs in de blijvend zichtbare en particuliere vorm - het beeld en de ware aanwezigheid van de ene, heilige, katholieke en apostolische kerk. vgl: Lumen Gentium, 26[[[617|26]]] vgl: 26, 13: PL 35, 1612-1613[[[859]]]
De herontdekking van de eucharistische ecclesiologie is van groot belang, maar heeft soms het principe van de lokale kerk te veel benadrukt. Bij het vieren van de Eucharistie, zo zegt men, wordt het totale mysterie van de kerk zodanig aanwezig gesteld, dat ieder ander principe van eenheid of universaliteit overbodig is. Soms, onder invloed van bepaalde theologische stromingen, wordt deze visie in een nog radicalere vorm naar voren gebracht: zich verenigen in naam van Jezus (Mt. 18, 20)[[b:Mt. 18, 20]] zou gelijk staan aan het doen ontstaan van de kerk. De groep die in naam van Christus een gemeenschap vormt, zou zelf de bevoegdheid van de kerk bezitten, waaronder de bevoegdheid tot het vieren van de Eucharistie. De kerk ontstaat volgens sommigen 'vanaf de basis'. Bij deze en andere misvattingen wordt onvoldoende rekening gehouden met het feit dat de Eucharistie juist de volledige onafhankelijkheid Eng.: self-sufficiencyEng.: self-sufficiency van de particuliere kerken onmogelijk maakt.
De eenheid en ondeelbaarheid van het eucharistische lichaam van de Heer verwijst naar de eenheid van zijn mystieke lichaam, dat de ene en ondeelbare kerk is. Uit het centrum van de Eucharistie ontstaat de noodzakelijke openheid van iedere vierende gemeenschap en van iedere particuliere kerk. Door zich over te geven aan de uitnodiging van de Heer, wordt een eenheid tot stand gebracht met zijn ene en onverdeelde lichaam. Daarom ook heeft het Petrus-ambt, dat de basis vormt van de eenheid van het episcopaat en van de universele kerk, een sterke overeenkomsten met het eucharistische karakter van de kerk.
Referenties naar alinea 11: 4
Ecclesia de Eucharistia ->=geentekst=Dies Domini ->=geentekst=
Sacramentum Caritatis ->=geentekst=
Aan de Katholieke Kerk in de Volksrepubliek China ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
12
Pastores Gregis ->=geentekst=
Apostolos Suos ->=geentekst=
Aan de Katholieke Kerk in de Volksrepubliek China ->=geentekst=
Anglicanorum Coetibus ->=geentekst=
De eenheid van de kerk steunt tevens op de eenheid van het episcopaat. vgl: Lumen Gentium, 18,21,22[[[617|18.21.22]]] vgl: 5: PL 4, 516-517[[[883]]] vgl: 46, 5: PL 35, 1730[[[859]]] Kerken als ledematen van één lichaam vereist het bestaan van een kerk die aan het hoofd van de kerken staat, de kerk van Rome dus, "vooraan in de universele communio van de liefde", Prol.: PG 5, 685[[923]] vgl: Lumen Gentium, 13[[[617|13]]] zo vereist de eenheid van het episcopaat ook een Bisschop die aan het hoofd staat van de ledematen van het lichaam dat het college van bisschoppen is, namelijk de Bisschop van Rome. vgl: Lumen Gentium, 22[[[617|22]]] "De Paus van Rome, als opvolger van Petrus, is het blijvend en zichtbaar beginsel en fundament", vgl: Lumen Gentium, 23[[[617|23]]] vgl: Pastor Aeternus, 2-8[[[116|2-8]]] vgl: 4: PL 4, 512-515[[[883]]] van de eenheid van het episcopaat en van eenheid van de gehele kerk. Deze eenheid van het episcopaat wordt al eeuwenlang voortgezet door de apostolische successie en is het fundament van de eenheid tussen de kerk van alle tijden en de kerk die door Christus op Petrus en op de andere apostelen is gebouwd. vgl: Lumen Gentium, 20[[[617|20]]] vgl: III, 3, 1-3: PG 7, 848-849[[[848]]] vgl: 27,1: PL 4, 305-306[[[1048]]] vgl: 1, 20, 39: PL 42, 626[[[1129]]]
Referenties naar alinea 12: 5
Dies Domini ->=geentekst=Pastores Gregis ->=geentekst=
Apostolos Suos ->=geentekst=
Aan de Katholieke Kerk in de Volksrepubliek China ->=geentekst=
Anglicanorum Coetibus ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
13
Pastores Gregis ->=geentekst=
Apostolos Suos ->=geentekst=
Apostolos Suos ->=geentekst=
Aan de Katholieke Kerk in de Volksrepubliek China ->=geentekst=
Compendium Eucharisticum ->=geentekst=
Anglicanorum Coetibus ->=geentekst=
Iuvenescit Ecclesia ->=geentekst=
De Bisschop is een zichtbare bron en een zichtbaar fundament van de eenheid van de particuliere kerk die aan zijn pastorale zorg is toevertrouwd. vgl: a[[[617|23]]] Maar in iedere particuliere kerk die volledig kerk wil zijn, dat wil zeggen, de particuliere representatie van de universele kerk met alle essentiële elementen en dus gevormd naar het model van de universele kerk, moet het hoogste gezag van de kerk - het bisschoppencollege "wanneer zij in communio is met de Paus van Rome als haar hoofd en nooit zonder dit hoofd" - aanwezig zijn. b[[617|22]] vgl: Lumen Gentium, 19[[[617|19]]] Het primaat van de Bisschop van Rome en het bisschoppencollege zijn kenmerken van de universele kerk die "niet afgeleid zijn van het particuliere van de kerken" Tot de Romeinse Curie bij gelegenheid van het Kerstfeest, (9)[[3381|(9)]], maar wel tot het wezen van iedere particuliere kerk behoren. Daarom "moeten we het ambt van de opvolger van Petrus niet alleen zien als een ambt 'voor de wereld' dat de particuliere kerk als het ware 'van buitenaf' bereikt, maar als een ambt dat 'van binnenuit' Tot de Bisschoppen van de Verenigde Staten van Amerika, 4[[3282|4]] tot de essentie van iedere particuliere kerk behoort". Het primaatschap is in zijn essentie een vorm van bisschoppelijk gezag, dat niet alleen primair, volledig en universeel is, maar ook direct op allen, pastores en andere gelovigen, betrekking heeft. vgl: Pastor Aeternus, 15[[[116|15]]] vgl: b[[[617|22]]] Het ambt van de opvolger van Petrus, dat inherent is aan elke particuliere kerk, is een noodzakelijke uitdrukking van die fundamentele wederzijdse interioriteit tussen de universele kerk en de particuliere kerk. Tot de Romeinse Curie bij gelegenheid van het Kerstfeest, (9)[[3381|(9)]]
Referenties naar alinea 13: 8
Dies Domini ->=geentekst=Pastores Gregis ->=geentekst=
Apostolos Suos ->=geentekst=
Apostolos Suos ->=geentekst=
Aan de Katholieke Kerk in de Volksrepubliek China ->=geentekst=
Compendium Eucharisticum ->=geentekst=
Anglicanorum Coetibus ->=geentekst=
Iuvenescit Ecclesia ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
14
Dies Domini ->=geentekst=
Aan de Katholieke Kerk in de Volksrepubliek China ->=geentekst=
Compendium Eucharisticum ->=geentekst=
Compendium Eucharisticum ->=geentekst=
Iuvenescit Ecclesia ->=geentekst=
De eenheid van de Eucharistie en de eenheid van het bisschoppencollege met Petrus en onder Petrus zijn geen onafhankelijke fundamenten van de eenheid van de kerk omdat Christus de Eucharistie en het bisschoppencollege als wezenlijk met elkaar verbonden realiteiten heeft ingesteld. vgl: Lumen Gentium, 26[[[617|26]]] vgl: 4: PG 5, 700[[[1782|+15]]] vgl: 8: PG 5, 713[[[945]]] Het bisschoppencollege is één zoals de Eucharistie één is: het ene offer van Christus die gestorven en verrezen is. De liturgie geeft hier op verschillende manieren uitdrukking aan, door bijvoorbeeld te laten zien dat iedere viering van de Eucharistie niet alleen plaatsvindt in eenheid met de eigen Bisschop, maar ook met de Paus, met alle bisschoppen, met alle geestelijken en met alle gelovigen. vgl: Eucharistisch Gebed III[[[1209]]] Iedere rechtsgeldige viering van de Eucharistie geeft uitdrukking aan de universele communio met Petrus en met de gehele kerk of vraagt hier objectief om, zoals het geval is bij de christelijke kerken die van Rome gescheiden zijn. vgl: § 2[[[617|8]]]
Referenties naar alinea 14: 6
Ecclesia de Eucharistia ->=geentekst=Dies Domini ->=geentekst=
Aan de Katholieke Kerk in de Volksrepubliek China ->=geentekst=
Compendium Eucharisticum ->=geentekst=
Compendium Eucharisticum ->=geentekst=
Iuvenescit Ecclesia ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 4 Eenheid en verscheidenheid in kerkelijke communio
15
Iuvenescit Ecclesia ->=geentekst=
"De universaliteit van de kerk betekent enerzijds een hechte eenheid en anderzijds een pluraliteit en verscheidenheid, die niet tegen de eenheid in gaan, maar eerder het karakter van communio bevestigen. De geboorte van de Kerk met Pinksteren, (2)[[5023|(2)]] Dit pluralisme heeft zowel betrekking op de verscheidenheid aan ambten, charisma's en vormen van leven en apostolaat binnen iedere particuliere kerk als op de verscheidenheid aan tradities in liturgie en cultuur van de verschillende particuliere kerken. vgl: § 4[[[617|23]]]
Eenheid bevorderen die de verscheidenheid niet tegenwerkt en verscheidenheid erkennen en bevorderen die de eenheid niet tegenwerkt maar juist versterkt, is een van de fundamentele taken van de Paus van Rome ten behoeve van de universele kerk, vgl: § 3[[[617|13]]] en ook, zonder afbreuk te doen aan de algemene wet van de kerk, van iedere Bisschop in de particuliere kerk die aan zijn herderlijke zorg is toevertrouwd, is. vgl: § 1[[[646|8]]] Maar het opbouwen en beschermen van deze eenheid, waarvan de verscheidenheid het karakter van communio bevestigt, is ook een taak van alle kerkleden, omdat allen iedere dag geroepen zijn om de eenheid op te bouwen en te bewaren, vooral door middel van die liefde die de 'band van volmaaktheid' is. (Kol. 3, 14)[b:Kol. 3, 14] a. 9: "La Chiesa è una (...) dall'unità della carità, perché tutti sono connessi nell'amore di Dio, e tra di loro nell'amore mutuo"[[1987]]
Eenheid bevorderen die de verscheidenheid niet tegenwerkt en verscheidenheid erkennen en bevorderen die de eenheid niet tegenwerkt maar juist versterkt, is een van de fundamentele taken van de Paus van Rome ten behoeve van de universele kerk, vgl: § 3[[[617|13]]] en ook, zonder afbreuk te doen aan de algemene wet van de kerk, van iedere Bisschop in de particuliere kerk die aan zijn herderlijke zorg is toevertrouwd, is. vgl: § 1[[[646|8]]] Maar het opbouwen en beschermen van deze eenheid, waarvan de verscheidenheid het karakter van communio bevestigt, is ook een taak van alle kerkleden, omdat allen iedere dag geroepen zijn om de eenheid op te bouwen en te bewaren, vooral door middel van die liefde die de 'band van volmaaktheid' is. (Kol. 3, 14)[b:Kol. 3, 14] a. 9: "La Chiesa è una (...) dall'unità della carità, perché tutti sono connessi nell'amore di Dio, e tra di loro nell'amore mutuo"[[1987]]
Referenties naar alinea 15: 2
Vita Consecrata ->=geentekst=Iuvenescit Ecclesia ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
16
Iuvenescit Ecclesia ->=geentekst=
Voor een meer complete visie op dit aspect van kerkelijke communio - eenheid in verscheidenheid - moet men in gedachten houden dat er door het apostolische gezag instituten en gemeenschappen zijn ingesteld voor specifieke pastorale taken. Deze instituten en gemeenschappen behoren als zodanig tot de universele kerk, hoewel hun leden ook lid zijn van de particuliere kerken waar zij leven en werken. Het lidmaatschap van de particuliere kerken, met hun speciale flexibiliteit, vgl: Christus Dominus, 10[[[646|10]]] heeft verschillende juridische vormen aangenomen. Maar dit betekent geen aantasting van de eenheid van de particuliere kerken die steunt op de Bisschop; het geeft deze eenheid juist een aspect van verscheidenheid dat kenmerkend is voor communio. vgl: Christus Dominus, 15[[[646|15]]]
In de context van de kerk begrepen als communio, moet men ook aandacht hebben voor de vele instituten en gemeenschappen die uitdrukking geven aan de charisma's van gewijd en apostolisch leven, waarmee de heilige Geest het mystieke lichaam van Christus verrijkt. Hoewel deze geen deel uitmaken van de hiërarchische structuur van de kerk, behoren ze wel tot haar dynamiek en haar heiligheid. vgl: § 4[[[617|44]]]
Door hun bovendiocesaan karakter, geworteld in het Petrus-ambt, staan al deze kerkelijke instellingen mede in dienst van de communio tussen de verschillende particuliere kerken.
In de context van de kerk begrepen als communio, moet men ook aandacht hebben voor de vele instituten en gemeenschappen die uitdrukking geven aan de charisma's van gewijd en apostolisch leven, waarmee de heilige Geest het mystieke lichaam van Christus verrijkt. Hoewel deze geen deel uitmaken van de hiërarchische structuur van de kerk, behoren ze wel tot haar dynamiek en haar heiligheid. vgl: § 4[[[617|44]]]
Door hun bovendiocesaan karakter, geworteld in het Petrus-ambt, staan al deze kerkelijke instellingen mede in dienst van de communio tussen de verschillende particuliere kerken.
Referenties naar alinea 16: 2
Vita Consecrata ->=geentekst=Iuvenescit Ecclesia ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 5 Kerkelijke communio en oecumene
17
Ad Catholicam Profundius ->=geentekst=
Commentaar bij de "Antwoorden op vragen over enige aspecten aangaande de leer over de Kerk" / "Ad Catholicam Profundius" ->=geentekst=
Commentaar bij de "Antwoorden op vragen over enige aspecten aangaande de leer over de Kerk" / "Ad Catholicam Profundius" ->=geentekst=
"Sensus Fidei" in the life of the Church ->=geentekst=
"Met de gedoopten die de erenaam van christenen dragen, doch het katholieke geloof niet volledig belijden, of de eenheid van communio onder de opvolger van Petrus niet hebben bewaard, voelt de kerk zich op velerlei wijze verbonden." Lumen Gentium, 15[[617|15]] Onder de niet-katholieke kerken en christelijke gemeenschappen zijn veel aspecten van de kerk van Christus te vinden, waardoor wij naast vreugde en hoop het bestaan van een zekere communio moeten erkennen, ook al is deze onvolledig. vgl: § 1[[[618|3]]] vgl: Unitatis Redintegratio, 22[[[618|22]]] vgl: § 4[[[617|13]]]
Deze communio bestaat vooral met de oosters-orthodoxe kerken die, hoewel gescheiden van de zetel van Petrus, met de katholieke kerk verbonden blijven door hechte banden zoals de apostolische successie en een rechtsgeldige Eucharistie en daarom met recht particuliere kerken worden genoemd. vgl: § 3[[[618|14.15]]] "Door de viering van de Eucharistie des Heren wordt dus in deze afzonderlijke kerken de kerk van God opgebouwd en uitgebreid", vgl: § 1[[[618|15]]] want in elke rechtsgeldige viering van de Eucharistie wordt de ene, heilige, katholieke en apostolische kerk waarlijk tegenwoordig gesteld.
De communio met de universele kerk, die door Petrus' opvolger wordt gerepresenteerd, is echter geen externe aanvulling op de particuliere kerk, maar een van de vormende elementen. Daarom zijn deze eerbiedwaardige christelijke gemeenschappen als particuliere kerken gewond. Deze wond is nog dieper in die kerkelijke gemeenschappen waar de apostolische successie werd verbroken en de Eucharistie niet meer rechtsgeldig is. Maar ook de katholieke kerk, die door de Heer geroepen is om voor allen 'één volk' met 'één herder' te zijn, (Joh. 10, 16)[b:Joh. 10, 16] lijdt hieronder, omdat de volledige realisering van haar universaliteit in de geschiedenis belemmerd wordt.
Deze communio bestaat vooral met de oosters-orthodoxe kerken die, hoewel gescheiden van de zetel van Petrus, met de katholieke kerk verbonden blijven door hechte banden zoals de apostolische successie en een rechtsgeldige Eucharistie en daarom met recht particuliere kerken worden genoemd. vgl: § 3[[[618|14.15]]] "Door de viering van de Eucharistie des Heren wordt dus in deze afzonderlijke kerken de kerk van God opgebouwd en uitgebreid", vgl: § 1[[[618|15]]] want in elke rechtsgeldige viering van de Eucharistie wordt de ene, heilige, katholieke en apostolische kerk waarlijk tegenwoordig gesteld.
De communio met de universele kerk, die door Petrus' opvolger wordt gerepresenteerd, is echter geen externe aanvulling op de particuliere kerk, maar een van de vormende elementen. Daarom zijn deze eerbiedwaardige christelijke gemeenschappen als particuliere kerken gewond. Deze wond is nog dieper in die kerkelijke gemeenschappen waar de apostolische successie werd verbroken en de Eucharistie niet meer rechtsgeldig is. Maar ook de katholieke kerk, die door de Heer geroepen is om voor allen 'één volk' met 'één herder' te zijn, (Joh. 10, 16)[b:Joh. 10, 16] lijdt hieronder, omdat de volledige realisering van haar universaliteit in de geschiedenis belemmerd wordt.
Referenties naar alinea 17: 5
Dominus Iesus ->=geentekst=Ad Catholicam Profundius ->=geentekst=
Commentaar bij de "Antwoorden op vragen over enige aspecten aangaande de leer over de Kerk" / "Ad Catholicam Profundius" ->=geentekst=
Commentaar bij de "Antwoorden op vragen over enige aspecten aangaande de leer over de Kerk" / "Ad Catholicam Profundius" ->=geentekst=
"Sensus Fidei" in the life of the Church ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
18
Deze situatie vraagt duidelijk om een oecumenische inzet van iedereen, om het oog op de realisering van de volledige communio in de eenheid van de kerk, deze eenheid "heeft Christus vanaf het begin aan zijn kerk geschonken; naar onze geloofsovertuiging leeft zij onverliesbaar voort in de katholieke kerk en wij hopen, dat zij van dag tot dag blijft toenemen tot aan de voleinding van de wereld". § 3[[618|4]] Bij deze inzet voor de oecumene zijn vooral gebed, boete, studie, dialoog en samenwerking belangrijk, opdat door een nieuwe bekering tot de Heer allen de voortzetting van het primaat van Petrus in zijn opvolgers de bisschoppen van Rome kunnen herkennen en de vervulling van het Petrus-ambt zullen zien, zoals dit door de Heer bedoeld is, namelijk als een wereldwijde apostolische dienst die in alle kerken van binnenuit aanwezig is en die, zoals de geschiedenis heeft laten zien, met behoud van de essentie van een goddelijke instelling, op verschillende manieren uitdrukking kan vinden onder wisselende omstandigheden van tijd en plaats.
Referenties naar alinea 18: 1
Petrusambt als dienst aan de eenheid ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- HOOFDSTUK 6 Ter afsluiting
19
De heilige Maagd Maria is het model van de kerkelijke communio in geloof, liefde en eenheid met Christus. vgl: Lumen Gentium, 63,68[[[617|63.68]]] vgl: 2, 7: PL 15, 1555[[[852]]] vgl: 27: PL 194, 1778-1779[[[1225]]] vgl: 12, 1: PL 169, 1464-1465[[[5024]]] "Voor eeuwig aanwezig in het mysterie van Christus", Redemptoris Mater, 19[[713|19]] staat zij, temidden van de apostelen, in het centrum van de kerk van aanvang aan en van de kerk van alle tijden. (Hand. 1, 14)[[b:Hand. 1, 14]] vgl: Redemptoris Mater, 26[[[713|26]]] "De kerk was verzameld in de bovenzaal (van het cenakel) met Maria, de moeder van Jezus, en zijn broeders. We kunnen daarom alleen spreken van de kerk als Maria, de moeder van de Heer, samen met zijn broeders aanwezig is." 30, 1: Sources Chretiennes 164, p. 134[[1399]] vgl: Marialis Cultus, 28[[[598|28]]]
Als afsluiting van deze brief nodigt de Congregatie voor de Geloofsleer, met de laatste woorden van de Constitutie Lumen Gentium[617] vgl: Lumen Gentium, 69[[[617|69]]] in gedachten, alle Bisschoppen en via hen alle gelovigen, vooral de theologen, uit om hun inzet voor de comminio en hun theologische reflectie op de communio op te dragen aan de heilige Maagd.
Als afsluiting van deze brief nodigt de Congregatie voor de Geloofsleer, met de laatste woorden van de Constitutie Lumen Gentium[617] vgl: Lumen Gentium, 69[[[617|69]]] in gedachten, alle Bisschoppen en via hen alle gelovigen, vooral de theologen, uit om hun inzet voor de comminio en hun theologische reflectie op de communio op te dragen aan de heilige Maagd.
Paus Johannes Paulus II heeft in audiëntie met de ondergetekende kardinaal-prefect deze brief, die in de gewone vergadering van de Congregatie aanvaard werd, goedgekeurd en opdracht gegeven deze te publiceren. Rome, 28 mei 1992, bij de Congregatie voor de Geloofsleer.
Joseph Kardinaal Ratzinger
prefect
Alberto Bovone
Titulair Aartsbisschop van Caesarea in Numidië, Secretaris
Referenties naar alinea 19: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaReferenties naar dit document: 6
Open uitgebreid overzichthttps://rkdocumenten.nl/toondocument/306-communionis-notio-nl