Inhoudsopgave
- Inhoud
Van oudsher begint de liturgie van Pasen met de woorden: Resurrexi et adhuc tecum sum - Ik ben verrezen en ben altijd bij je. Je hebt jouw hand op de mijne gelegd. De liturgie ziet hierin het eerste woord van de Zoon tot de Vader na de verrijzenis, na de terugkeer uit de nacht van de dood naar het land van de levenden. De hand van de Vader hield Hem ook die nacht vast, en zo kon Hij opstaan, weer opstaan.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
Deze woorden zijn ontleend aan Psalm 138 en hebben hier een andere betekenis. Deze Psalm is een lied van verwondering over God's almacht en alomtegenwoordigheid en een lied van vertrouwen in de God die ons nooit uit Zijn handen laat vallen. En Zijn handen zijn goede handen. De biddende stelt zich een reis voor door alle dimensies van de ruimte - wat zal hem daar overkomen? "Klom ik op tot de hemel - Gij waart er, lag ik neer bij de doden - daar staat Gij. Sloeg ik dageraadsvleugelen uit, streek ik neer aan de uiterste zeekust, ook daar zou uw hand mij geleiden, hield mij uw rechterhand vast. Sprak ik: 'mij mag het duister omsluiten, het licht worde nacht om mij heen'. Voor u heerst in het duister geen duister: lichtend is de nacht als de dag, de duisternis is gelijk licht." .
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
Tijdens Pasen zegt de Kerk tegen ons: Jezus Christus heeft deze reis door de dimensies van de ruimte voor ons gemaakt. In de brief aan de Efeziërs staat: "Hij is opgestegen: dit betekent dat Hij eerst in de diepte is afgedaald tot op de aarde. Hij die is neergedaald, is dezelfde die ook is opgestegen hoog boven alle hemelen, om het heelal te vervullen." . Zo is het visioen van de Psalm werkelijkheid geworden. In de ondoordringbare duisternis van de dood kwam Hij als het licht - de nacht werd helder zoals de dag en de duisternis werd licht. Daarom kan de Kerk het woord van dank en vertrouwen met recht beschouwen als het woord van de verrezen Heer tot de Vader: "Ja, ik heb de reis gemaakt naar de diepste diepten van de aarde, naar de afgrond van de dood en heb licht gebracht, en nu ben ik opgestaan en altijd in jouw handen omsloten." Maar dit woord van de verrezen Heer tot de Vader is ook een woord van de Heer tot ons geworden: "Ik ben opgestaan en ben nu altijd bij jullie", zegt Hij tegen ieder van ons. Mijn hand houdt je vast. Naar welke kant je ook valt, je valt in Mijn handen. Zelfs op de drempel van de dood ben Ik er. Daar, waar niemand met je mee kan gaan en waarheen je niets mee kunt nemen, zal Ik op je wachten en zal Ik de duisternis voor je verlichten.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
Deze woorden van de Psalm, gelezen als dialoog tussen de Verrezene en onszelf, verklaart ook hetgeen bij de doop geschiedt. De doop is meer dan een wassing, een reiniging. De doop is meer dan de acceptatie in een gemeenschap. De doop is een nieuwe geboorte. Een nieuw begin van het leven. De lezing uit Brief aan de Romeinen, die we zojuist hebben gehoord, zegt op mysterieuze wijze dat we door de doop "geplant" worden in de gelijkenis van de dood van Christus. In de doop geven we ons over aan Christus - Hij neemt ons in zich op zodat we voortaan niet meer voor onszelf leven, maar uit Hem, met Hem en in Hem; zodat we met Hem - en zodoende voor de ander - leven. In de doop geven we ons over en leggen wij ons leven in Zijn handen zodat we met Sint-Paulus kunnen zeggen: "Ikzelf leef niet meer, Christus is het die leeft in mij." Wanneer we onszelf op deze manier opofferen, een soort dood accepteren van ons eigen ego, dan betekent dit eveneens dat de grens tussen dood en leven niet meer absoluut is. Zowel aan deze kant als aan de andere kant van de dood zijn we met Christus, en daarom is de dood vanaf dat moment geen echte grens meer. Dat vertelt Paulus ons heel persoonlijk in zijn brief aan de Filippenzen. Hij schreef deze brief vanuit de gevangenis; hij stond terecht en moest rekening houden met de doodstraf. En dan zegt hij tegen de Filippenzen: "Want voor mij is leven Christus en sterven winst. Maar blijf ik leven, dan wacht mij vruchtbare arbeid. Daarom weet ik niet wat ik moet kiezen. Ik word naar twee kanten getrokken: ik verlang heen te gaan om met Christus te zijn, want dat is verreweg het beste. Maar voor u is het nuttiger dat ik nog hier blijf." . Hij is met Christus aan beide kanten van de scheidslijn van de dood - er is geen echt verschil meer. Ja, het is waar: "Achter mij zijt Gij, voor mij, rondom mij: Gij hebt uw hand op mij gelegd" . Paulus schreef aan de Romeinen: "Niemand van ons leeft voor zichzelf alleen, niemand sterft voor zichzelf alleen. Zolang wij leven, leven wij voor de Heer, en sterven wij, dan sterven wij voor de Heer: of wij leven of sterven, Hem behoren wij toe." .
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
Beste gedoopten, dit is het nieuwe aan de doop: ons leven is van Christus en niet langer van onszelf. Maar juist daarom zijn we in de dood niet alleen, maar bij Hem, die altijd leeft. In de doop hebben we de kosmische reis met Christus al gemaakt tot in de diepten van de dood. Door Hem begeleid, ja, door Hem omhelsd in Zijn liefde, zijn we vrij van angst. Hij omarmt ons en draagt ons overal waar we gaan - Hij die het leven zelf is.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
Laten we nog een keer terugkeren naar de nacht van Stille Zaterdag. In de geloofsbelijdenis belijden we over de weg van Christus: Hij daalde neer in het koninkrijk van de dood. Wat is daar gebeurd? Omdat we de wereld van de dood niet kennen, kunnen we ons dit proces van het overwinnen van de dood alleen voorstellen in beelden die ontoereikend blijven. Maar hoe ontoereikend ze ook zijn, ze kunnen ons helpen om iets van het mysterie te begrijpen. De liturgie past de woorden van Psalm 23 (24) toe op de afdaling van Jezus in de nacht van de dood: "Heft, poorten, uw hoofden omhoog, verheft u, ingangen aloud, dat inga de koning der ere!" De poorten van de dood zijn gesloten, niemand kan ooit terugkomen. Er is geen sleutel voor deze ijzeren poorten. Maar Christus heeft de sleutel. Zijn kruis gooit de poorten van de dood open. Ze zijn niet meer geblokkeerd. Zijn kruis, de radicale aard van zijn liefde, is de sleutel die deze poorten opent. De liefde van Hem, God die mens werd om te kunnen sterven, heeft de macht om die poorten te openen. Deze liefde is sterker dan de dood. De paasiconen van de Oosterse Kerk tonen Jezus die de wereld van de doden betreedt. Hij is bekleed met licht, want God is licht. "Lichtend is de nacht als de dag, de duisternis is gelijk licht" . Jezus betreedt de wereld van de doden en draagt de tekenen van zijn passie: zijn wonden, zijn lijden is kracht geworden: het is liefde die de dood overwint. Hij ontmoet Adam en alle mensen die wachten in de nacht van de dood. Terwijl wij naar hen kijken, horen we een echo van het gebed van Jona: "In mijn nood roep ik Jahwe aan, roep ik tot Hem om antwoord. Uit de schoot van de onderwereld schreeuw ik: Luister naar mijn stem!" . In de incarnatie heeft de Zoon van God zich verenigd met de mens - met Adam. Maar pas op het moment dat Hij de laatste daad van liefde verricht en afdaalt in de nacht van de dood, voltooit Hij het pad van incarnatie. Door Zijn dood neemt Hij nu de hand van Adam, van elke man en vrouw die op hem wacht, en brengt hen naar het licht.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
Maar nu kunnen we ons afvragen: wat betekent deze beeldspraak? Welke nieuwe dingen zijn er werkelijk gebeurd door Christus? De menselijke ziel is onsterfelijk geschapen - wat bracht Jezus precies dat nieuw was? Ja, de ziel is onsterfelijk omdat God de mens op unieke wijze herinnert en liefheeft, ook de gevallen mens. Maar zijn kracht is niet genoeg om tot God op te stijgen. We hebben geen vleugels om ons naar deze hoogte te dragen. En toch, niets anders kan de mens eeuwig voldoening geven, dan bij God te zijn. Een eeuwigheid zonder eenheid met God zou verdoemenis zijn. De mens kan niet omhoog en wil toch omhoog: uit de schoot van de onderwereld schreeuw ik. Alleen de verrezen Christus kan ons verheffen tot eenheid met God, naar de plaats waar onze eigen krachten ons niet kunnen brengen. Hij neemt daadwerkelijk het verloren schaap op Zijn schouders en draagt het naar huis. Wij leven doordat wij ons vastklampen aan Zijn lichaam, en in gemeenschap met Zijn lichaam bereiken we het hart van God. Alleen dan is de dood overwonnen, zijn we vrij en is ons leven hoop.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
Dit is de jubel van de Paaswake: we zijn vrij. Door de opstanding van Jezus heeft de liefde zich sterker getoond dan de dood en het kwaad. Liefde deed Hem dalen, en tegelijkertijd is het de kracht waarmee Hij opstijgt en waar Hij ons doorheen voert. Verenigd met Zijn liefde, gedragen op haar vleugels, dalen we met Hem af als geliefden in de duisternis van de wereld, wetende dat we weer met Hem zullen opstijgen. Daarom vragen we deze avond: Heer, laat ook vandaag zien dat liefde sterker is dan haat. Dat liefde sterker is dan de dood. Daal ook af in de nachten en onderwerelden van onze moderne tijd en neem degenen die wachten bij de hand. Leid ze naar het licht. Wees ook bij mij in mijn donkere nachten en leid mij daar vandaan. Help mij, help ons, om met U af te dalen in de duisternis van degenen die wachten, die vanuit de diepte om U schreeuwen. Help ons om Uw licht daarheen te dragen. Help ons ja te zeggen tegen de liefde, die ons in staat stelt af te dalen en op dezelfde manier met U op te stijgen. Amen.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
https://rkdocumenten.nl/toondocument/8804-het-eerste-woord-van-de-zoon-tot-de-vader-na-de-verrijzenis-nl