Orientales Omnes Ecclesias
x
Informatie over dit document
Orientales Omnes Ecclesias
Alle Oosterse Kerken - over de Rutheense Kerk
Paus Pius XII
23 december 1945
Pauselijke geschriften - Encyclieken
Ecclesia Docens 0168, Gooi & Sticht, Hiversum
1949
M.A. Jansen, pr.
3 februari 2024
8565
nl
Referenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
Uitklappen
- Inleiding
- Voortdurende zorg der pausen tot hereniging van alle afgescheiden Oosterse Kerken
1
Alle oosterse Kerken - zo leert de geschiedenis - zijn door de pausen van Rome steeds met de meest liefdevolle welwillendheid tegemoet getreden. Vol droefenis over haar uittreden uit de éne schaapstal en ,gedreven niet door een of andere menselijke overweging, maar door de liefde tot God en de ijver voor het gemeenschappelijk heil". Acta Leonis XIII, t. XIV, p. 201 [[1181|28]] hebben zij haar dan ook herhaaldelijk uitgenodigd om zo spoedig mogelijk terug te keren tot die eenheid, waarvan zij zich zo jammerlijk hebben afgescheiden. Zij zijn er immers stellig van overtuigd, dat door een dergelijke vreugdevol herstelde eenheid zowel voor de gehele christenheid als in het bijzonder voor het Oosten zelf de overvloedigste vruchten zullen geplukt worden. Door een volkomen en volmaakte eenheid aller christenen moet het mystieke lichaam van Jezus Christus in elk van zijn ledematen immers wel tot grote wasdom komen.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
In dit verband vestigen wij er de aandacht op, dat de oosterlingen allerminst behoeven te vrezen, dat zij na het herstel der eenheid van geloof en bestuur gedwongen zouden worden hun rechtmatige riten en gebruiken op te geven. Onze voorgangers hebben dit meer dan eens duidelijk en met nadruk verkondigd. "Er is geen enkele reden er aan te twijfelen, dat wij of onze opvolgers daarom iets van uw rechten, patriarchale privileges, riten en gewoonten van iedere Kerk zullen afdingen." Acta Leonis XIII, t. XIV, p. 201 [[1181]]
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Vreugde over de trouw der geünieerden
3
Ofschoon echter die blijde dag nog niet is aangebroken, waarop alle volkeren van het Oosten tot de éne schaapstal zijn teruggekeerd en wij hen aan ons vaderlijk hart mogen drukken, toch bemerken wij tot onze vreugde, dat vele zonen uit deze streken met taaie vasthoudendheid voortgaan deze eenheid te beschermen en te bestendigen, omdat zij in de Stoel van Petrus de burcht van katholieke eenheid erkennen.
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- In het bijzonder van de Rutheense Kerk die thans 350 jaar geleden herenigd werd
4
Om een bijzondere reden wensen wij hierbij de Rutheense Kerk Ter rechtvaardiging van het gebruik van deze term leze men het voorwoord. [[n:5080]] te vermelden, niet alleen omdat zij bovenaan staat in aantal gelovigen en in ijver voor het behoud van het geloof, maar ook omdat het nu reeds 350 jaar geleden is sinds zij tot de eenheid met de Apostolische Stoel op zo verheugende wijze is teruggebracht. Als op de eerste plaats zij, die er bij betrokken zijn, dit heugelijke feit dankbaar behoren te vieren, achten wij het tevens op zijn plaats alle katholieken hieraan te herinneren, zowel om God voor die buitengewone gave eeuwige dank te brengen, alsook om Hem te zamen met ons vurig te smeken, dat Hij de huidige benauwenissen en angsten waarin dit zeer geliefde volk verkeert, welwillend zal verlichten en verzachten en dat Hij zijn heilige godsdienst beschermen moge, zijn standvastigheid moge leiden en zijn geloof ongerept moge bewaren.
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Geschiedenis van de Rutheense Kerk
- Vóór de unie van Brest
- Eerbied voor de Apostolische Stoel
5
Wij menen echter, eerbiedwaardige broeders, er goed aan te doen u in deze encycliek de hierop betrekking hebbende feiten heel in het kort en historisch juist weer te geven. Allereerst moeten wij er op wijzen, dat reeds vóórdat de hereniging van de Ruthenen met de Apostolische Stoel in de jaren 1595 en 1596 te Rome onder zo gunstige voortekenen voltrokken en in de stad Brest bekrachtigd werd, deze volkeren meer dan eens hebben opgezien naar de Kerk van Rome als naar de éne moeder van de ganse christenheid, en dat zij zich in geweten verplicht achtten aan deze Kerk de verschuldigde gehoorzaamheid en eerbied te bewijzen. Zo bijvoorbeeld de uitnemende vorst, de H. Wladimir, dien talrijke Russische volkeren vereren als den bewerker en den bevorderaar van hun bekering tot het christendom. Ofschoon hij de liturgische ritus en de heilige ceremonieën aan de Oosterse Kerk had ontleend, volhardde hij niet alleen plichtsgetrouw in de eenheid der katholieke Kerk, maar ook ijverde hij er zorgvuldig voor, dat er tussen de Apostolische Stoel en zijn volk onderlinge vriendschappelijke betrekkingen werden onderhouden. Ook de meeste nakomelingen uit dit vorstengeslacht ontvingen, zelfs nadat de Kerk van Konstantinopel door een betreurenswaardig schisma was afgescheiden, de gezanten der pausen van Rome met de verschuldigde eer en zij bleven met banden van broederlijke vriendschap met de overige katholieke Kerken verbonden.
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Hereniging op Concilie van Florence (1439). Mislukking daarvan
6
Daarom handelde de metropoliet van Kiev en van Rusland, Isidorus, volkomen in overeenstemming met de alleroudste overleveringen der Rutheense Kerk, toen hij in het jaar 1439 tijdens het oecumenisch concilie, te Florence [d:375] gehouden, het decreet [895], waarbij de Griekse Kerk op plechtige wijze herenigd werd met de Latijnse, met zijn naam ondertekende. Ofschoon hij na zijn terugkeer van het concilie in zijn residentie Kiev onder groot vreugdebetoon werd ontvangen, werd hij niettemin spoedig daarop te Moskou in de gevangenis opgesloten en genoodzaakt de vlucht te nemen en in ballingschap te gaan.
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
7
Toch werd de herinnering aan deze gezegende hereniging van de Ruthenen met de Apostolische Stoel in de loop der tijden niet geheel uitgewist, hoewel er wegens allerbedroevendste tijdsomstandigheden verschillende oorzaken waren, waarom deze hereniging geheel teniet ging. Zo weten wij, dat in het jaar 1458 de patriarch van Konstantinopel, Gregorius Mammas, hier in de eeuwige stad een zekeren Gregorius gewijd heeft tot metropoliet der Ruthenen, die toentertijd onder den groothertog van Llthauen hoorden. Evenzo weten wij, dat enkele opvolgers van dezen metropoliet getracht hebben de band der eenheid met de Kerk van Rome te herstellen, ofschoon slechte tijdsomstandigheden een openlijke en plechtige afkondiging dezer eenheid niet veroorloofden.
Referenties naar alinea 7: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Opleving der herenigingsgedachte einde 16e eeuw
8
Tegen het einde van de 16e eeuw echter bleek met de dag al duidelijker, dat men de zo gewenste hernieuwing en hervorming van de Rutheense Kerk, die gebukt ging onder zware rampen, slechts van een nieuwe hereniging met de Apostolische Stoel kon verwachten. Zelfs schismatieke geschiedschrijvers stellen de allertreurigste toestand dezer Kerk vast en erkennen deze openlijk. Ook vooraanstaande Ruthenen, in het jaar 1585 te Warschau in vergadering bijeen, legden hun klachten in levendige en scherpe bewoordingen aan den metropoliet voor en erkenden, dat hun Kerk door zulke rampen beproefd werd, als er nog nooit tevoren geweest waren, of later nog zouden kunnen komen.
Referenties naar alinea 8: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
9
Zij aarzelden niet zelfs den metropoliet, de bisschoppen en de kloosteroversten ter verantwoording te roepen en hen onder zware beschuldigingen aan te klagen. Daar er dus leken tegen de hiërarchie opstonden, bleek wel, dat de kerkelijke tucht aanzienlijk verslapt was.
Referenties naar alinea 9: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
10
Het is daarom niet te verwonderen, dat de kerkvorsten ten slotte zelf, na verschillende vergeefse pogingen tot herstel, soms te kennen gaven, dat de enigste hoop voor de Rutheense Kerk gelegen was in een bewerken van de terugkeer tot de katholieke eenheid. In die tijd was het vorst Konstantijn Ostroschkyj onder de Ruthenen bezat deze de grootste macht die de totstandkoming van een dergelijke terugkeer voorstond, op voorwaarde echter, dat de gehele oosterse Kerk met de westerse tot overeenstemming kwam. Maar toen hij later bemerkte, dat men op dit plan niet zou ingaan, zoals hij wenste, werkte hij het herstel der eenheid heftig tegen. Niettemin publiceerden de metropoliet en zes bisschoppen, na onderling overleg, op 2 December van het jaar 1594 een gezamenlijke verklaring, waarin zij uiteen zetten bereid te zijn de overeenstemming en de gewenste eenheid te bevorderen. Tot deze overtuiging zo luidde hun schrijven zijn wij gekomen,
"omdat wij tot onze innige droefheid zien, hoeveel moeilijker het voor de mensen is om hun zaligheid te bereiken buiten deze eenheid der Kerken Gods. Te beginnen bij Christus, onzen Verlosser, en Zijn heilige apostelen, hebben onze voorgangers in die eenheid volhard en erkenden zij voor zover wij hierin over concilies en duidelijke canones beschikken in de Kerk Gods hier op aarde één opperherder en eersten opperpriester en wel niemand anders dan Z. H. den paus van Rome; hem waren zij in alles gehoorzaam en zo lang dit over de gehele lijn van kracht bleef, heerste er in de Kerk Gods altijd orde en bloeide de godsdienst." Baronius, Annales, t, VII,.. Baronius, Annales, t, VII, Romae 1596, appendix, p. 681
Referenties naar alinea 10: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
11
Voordat zij echter dit lofwaardig voornemen feitelijk met succes konden verwerkelijken, moesten er nog langdurige en zeer moeilijke kwesties behandeld worden. Nadat op 22 Juni van het jaar 1595 in naam van alle Rutheense bisschoppen een nieuwe verklaring van dezelfde strekking was uitgevaardigd, was de zaak tegen het einde van September eindelijk zover gevorderd, dat Cyrillus Terletskyj, bisschop van Luck en exarch van den patriarch van Konstaninopel, benevens Hypatius Pocej, bisschop van Wladimir, als vertegenwoordigers van alle andere bisschoppen de reis naar Rome konden ondernemen. Op deze reis namen zij een document mede, waarin de voorwaarden omschreven waren, waarop alle Rutheense bisschoppen bereid waren tot de eenheid der Kerk toe te treden. De gezanten werden met grote welwillendheid ontvangen en onze voorganger Clemens VIII z.g. liet de raad van kardinalen het meegebrachte document nauwkeurig bestuderen en beoordelen. Toen spoedig daarop de besprekingen over deze gehele aangelegenheid begonnen waren, bereikte men ten slotte het gezegende en verhoopte resultaat: op 23 December 1595 immers werden de gezanten tot den paus toegelaten, nadat zij hem in plenaire zitting de verklaring van al hun bisschoppen overhandigd hadden. Zij legden voor zichzelf en namens de anderen een plechtige belijdenis van het katholieke geloof af en zij beloofden hem de verschuldigde gehoorzaamheid en onderdanigheid.
Referenties naar alinea 11: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
12
Op dezelfde dag deelde onze voorganger Clemens VIII het bericht van deze heugelijke gebeurtenis in zijn apostolische constitutie "Groot is de Heer en alle lof overwaardig" A. Theiner, Vetera monumenta Poloniae et Lithuaniae, t. II, p. 240ss, [[7143]] aan de gehele wereld mede en wenste hij haar daarmede geluk. Met welk een vreugde en met welk een welwillendheid de Kerk van Rome hen, die tot de eenheid van de schaapstal waren teruggekeerd, het Rutheense volk nl., liefdevol heeft overstelpt, blijkt ook uit de apostolische brief "Gezegend zij de Herder", uitgevaardigd op 7 Februari 1596. Daarin stelt de paus den metropoliet en de overige Rutheense bisschoppen in kennis met de zo heugelijk tot stand gekomen hereniging en samenvoeging van hun gehele Kerk met de Apostolische Stoel. Nadat de paus van Rome in deze brief in korte bewoordingen had uiteengezet, wat er te Rome daaromtrent was behandeld en besproken, en met een dankbaar hart de arbeid had geprezen, die door Gods barmhartigheid eindelijk was aangevangen, verklaarde hij, dat de gebruiken en de wettige riten der Rutheense Kerk ongeschonden konden bewaard worden.
"Op dezelfde rond en op dezelfde wijze, waarop het concilie van Florence toestond, dat gij uw riten en ceremonién, welke de ongeschondenheid van het katholieke geloof en onze onderlinge eenheid niet in het minst aantasten, behield, staan ook wij u dit toe." A. Theiner, Vetera monumenta.. A. Theiner, Vetera monumenta Poloniae et Lithuaniae, t. II, p. 251ss,Vervolgens verzekert hij hun, zelfs Z. M. den koning van Polen verzocht te hebben niet alleen de bisschoppen en hun ambt te willen beschermen, maar hen ook met de hoogste eerbewijzen te bejegenen en hen, in zoverre zij dit verlangden, te benoemen in de rijksraad. Ten slotte spoort hij de kerkvorsten met broederlijke gevoelens aan zo spoedig mogelijk in een algemeen provinciaal concilie bijeen te komen en daar de tot stand gekomen eenheid tussen de Ruthenen en de katholieke Kerk te willen goedkeuren en bekrachtigen.
Referenties naar alinea 12: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Concilie van Brest: 8 oktober 1596
13
Aan dit concilie namen niet alleen alle Rutheense bisschoppen en vele andere kerkelijke hoogwaardigheidsbekleders te zamen met de afgezanten des konings deel, maar ook de Latijnse bisschoppen van Lemberg, Luck en Cholm, die den paus van Rome vertegenwoordigden. Het werd in de stad Brest gehouden. En ofschoon de bisschoppen van Lemberg en Premyzl hun gegeven woord jammerlijk hadden verbroken, toch werd op 8 October 1596 de hereniging van de Rutheense met de katholieke Kerk met vreugde bekrachtigd en afgekondigd. Van deze hereniging en verbroedering, die zo buitengewoon beantwoordde aan de noden van het Rutheense volk, mocht men inderdaad overvloedige vruchten verwachten, daar allen eensgezind waren.
Referenties naar alinea 13: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Na de unie van Brest
- Onenigheid over de hereniging
14
Maar er kwam een vijand en "deze zaaide onkruid onder de tarwe." (Mt. 13, 25) [b:Mt. 13, 25] Want ofwel ten gevolge van heerszucht onder enige vooraanstaande personen, ofwel wegens gerezen politieke geschillen, ofwel ten slotte omdat men verzuimd had geestelijkheid en volk van te voren hieromtrent te onderrichten en voor te bereiden, ontstonden er onmiddellijk daarop verbitterde strijd en langdurige moeilijkheden, waardoor het soms te vrezen scheen, dat de arbeid, onder zo gunstige voortekenen begonnen, op jammerlijke wijze schipbreuk zou lijden.
Referenties naar alinea 14: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
15
Dat dit wegens verwijten en veten, waaraan niet alleen onze afgescheiden broeders, maar zelfs ook sommige katholieken deel hadden, reeds riet in het begin geschiedde, is voornamelijk te danken aan de metropolieten Hypatius Pocej en Joseph Velamin Rutskyj, die met onvermoeide ijver de zaak der eenheid trachtten te beveiligen en te bevorderen. En vooral dit bereikten zij, dat priesters en monniken in de heilige leer en goede zeden werden gevormd en dat alle gelovigen werden onderricht in de juiste voorschriften van het zuivere geloof.
Referenties naar alinea 15: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- H. Josephat martelaar van de hereniging
16
Enkele jaren later werd dit jonge herenigingswerk door martelaarsbloed geheiligd. Op 12 November van het jaar 1623 zochten de schismatieken Josaphat Kuncevic, aartsbisschop van Polotsk en Vitebsk, uit bittere vijandschap te doden. Hij blonk uit in heiligheid van leven en apostolische ijver en was een onwankelbare voorstander der katholieke eenheid. Hij werd met dolkstoten doorboord en met ruwe bijlslagen vermoord. Doch ook het heilig bloed van dezen martelaar werd in zekere zin het zaad der christenen. Want alle moordenaars, op één uitzondering na, hadden spijt over hun misdaad en, voordat zij de doodstraf ondergingen, zwoeren zij het schisma af en verfoeiden zij hun wandaad. Zo ook schijnt het aan de voorspraak van dezen heiligen martelaar te moeten worden toegeschreven, dat Meletius Smotryckyj, zijn verbitterde mededinger naar de zetel van Polotsk, in het jaar 1627 tot het katholiek geloof terugkeerde en dat hij- ofschoon hij vrij lang naar beide zijden had geweifeld spoedig daarop de overeengekomen terugkeer der Ruthenen tot de schoot der katholieke Kerk onwrikbaar tot zijn dood toe heeft verdedigd.
Referenties naar alinea 16: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Tegenkanting van de zijde der Poolse koningen
17
Toch namen de moeilijkheden van alle kanten met de jaren toe, waardoor het zo voorspoedig begonnen herenigingswerk werd geremd. Het zwaarste woog echter, dat de koningen van Polen, die in den beginne de zaak met hun bescherming schenen te begunstigen, daarna door de druk van buitenlandse vijanden en door de onenigheid van partijen in eigen land gedwongen, steeds meer toegaven aan de talrijke tegenstanders van de katholieke eenheid. Hierdoor kwamen, zoals de Rutheense bisschoppen zelf bekenden, deze heilige belangen in korte tijd zo in het nauw, dat hun geen andere steun overbleef dan die der pausen van Rome. Dezen hebben door welwillende brieven, door het verlenen van hulp, in zoverre zij daartoe in staat waren, maar voornamelijk door den apostolischen nuntius in Polen de Rutheense Kerk met krachtige en vaderlijke zorg beschermd.
Referenties naar alinea 17: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Wijs beleid der bisschoppen
18
Hoe droeviger de tijdsomstandigheden werden, des te meer kwam de bekwaamheid der Rutheense bisschoppen aan het licht. Zij spanden zich in, het onontwikkelde volk te onderrichten in de christelijke geboden, de onvoldoend gevormde priesters tot een hogere kennis van de gewijde wetenschap op te voeren en ten slotte de monniken - zo hun levenswijze verslapt was - te doordringen van een hernieuwde ijver voor de tucht en van een vurig verlangen naar de heiligheid. Evenmin versaagden zij, toen in het jaar 1632 de kerkelijke goederen voor het grootste gedeelte aan de kort te voren opgerichte hiërarchie van onze afgescheiden broeders werden toegewezen en toen in het verdrag, gesloten tussen de Kozakken en den koning van Polen, bepaald werd, dat de herstelde eenheid der Ruthenen met de Apóstolische Stoel moest worden vernietigd. Zij volhardden veeleer standvastig en hardnekkig in de verdediging van de hun toevertrouwde kudden.
Referenties naar alinea 18: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Vrede van Adrussov (1667). Betere perspectieven. Groei van godsdienstig leven
19
God echter laat niet toe, dat Zijn volk met al te zware beproevingen gekweld wordt, en na het sluiten van de vrede van Andrussov in 1667 liet Hij voor de Rutheense Kerk na zoveel leed en schade rustiger tijden aanbreken. Toen deze rust een feit werd, groeide het godsdienstig leven gestadig meer op. Want het christelijk leven en het christelijk geloof bloeiden zo voorbeeldig, dat men zelfs in de twee bisdommen, die in den jare 1596 jammerlijk van de eenheid afgescheiden waren gebleven, met een dagelijks groeiende eenstemmigheid sprak over de terugkeer tot de katholieke schaapstal. En zo kwam de blijde dag, dat in het jaar 1691 het bisdom Premyzl en in het jaar 1700 Lemberg zich herenigden met de Apostolische Stoel. Aldus genoot bijna het gehele Rutheense volk, hetwelk toentertijd op Pools grondgebied woonde, de vruchten van de katholieke eenheid. Nu dus de omstandigheden zeer ten voordele van het christendom steeds gunstiger werden, kwamen de metropoliet en de overige bisschoppen der Rutheense Kerk in het jaar 1720 te Zamoc in concilie bijeen om in gemeenschappelijk overleg zoveel mogelijk te voorzien in de groeiende behoeften der gelovigen. De decreten van dit concilie, welke onze voorganger Benedictus XIII, eerb. ged. bij apostolische constitutie " De plicht van het apostolaat [8570]" van 19 Juli 1724 bekrachtigd heeft, leverden voor de Rutheense Kerk zeer grote voordelen op.
Referenties naar alinea 19: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Einde 18e eeuw: nieuwe vervolgingen in het Russisch gewordn deel van Ruthenië. Eenheid gewelddadig opgeheven
20
Door Gods ondoorgrondelijk raadsbesluit kon het echter geschieden, dat tegen het einde van de 18e eeuw diezelfde Kerk van veelvuldige vervolgingen en kwellingen te lijden kreeg en deze werden in die gebieden, welke na de verdeling van Palen met het Russische rijk werden verenigd, soms nog feller en heviger. En na de dood van tsaar Alexander I vatte men het plan op om met krachtige en brutale middelen de eenheid der Ruthenen met de Kerk van Rome volkomen te vernietigen. Tevoren reeds had men den bisschoppen van dit volk bijna ieder contact met de Apostolische Stoel verhinderd. Maar spoedig daarop werden bisschoppen gekozen, die, vurige voorstanders van het schisma, zich als slaafse volgelingen van het burgerlijk gezag zouden kunnen ontpoppen. In het seminarie van Wilna, door tsaar Alexander gesticht, werd aan de clerici van beiderlei ritus een ]eer gedoceerd, die vijandig stond tegen de pausen van Rome. De orde der Basilianen, welker leden voor de katholieke Kerk in de oosterse ritus steeds een zeer grote steun betekenden, werden van eigen bestuur en leiding beroofd, doordat haar monniken en kloosters volkomen aan het bisschoppelijk gezag werden onderworpen. Ten laatste werd aan de priesters van de Latijnse ritus onder zware straffen verboden om de sacramenten en andere genademiddelen van de godsdienst aan de Ruthenen toe te dienen. En ten slotte werd, helaas, in het jaar 1839 officieel de vereniging van de Rutheense Kerk met de afgescheiden Russische Kerk afgekondigd.
Referenties naar alinea 20: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
21
Wie zal, eerbiedwaardige broeders, de smart beschrijven, de opofferingen en de benauwenissen, welke het edele Rutheense volk in die tijd te verduren had, toen het aangeklaagd en beschuldigd werd alleen maar omdat het, door geweld en list tot het schisma gedreven, luide protesteerde tegen het zich aangedane onrecht en omdat het zo goed mogelijk trachtte het geloof te bewaren?
Referenties naar alinea 21: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
22
Met het volste recht heeft daarom onze voorganger Gregorius XVI z.g. in zijn toespraak [8572] van 22 November 1839 deze onwaardige behandeling aan de gehele katholieke wereld medegedeeld, daartegen geprotesteerd en aan zijn droefheid uiting gegeven. Men gaf echter geen gehoor aan zijn plechtig geuit beklag en zijn protest. En zo moest de katholieke Kerk haar kinderen betreuren, die met boos geweld van haar moederschoot waren losgerukt.
Referenties naar alinea 22: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
23
Ja zelfs heeft enkele jaren later ook het bisdom Cholm, hetwelk tot dat deel van het koninkrijk Polen behoorde, dat bij Rusland was ingelijfd, hetzelfde droevige lot ondergaan en de gelovigen, die niet van het ware geloof wilden afvallen en zich in het bewustzijn van hun plicht tegen de inlijving bij de schismatieke kerk, in het jaar 1875 opgelegd, verzetten, werden door geldboeten, door mishandelingen en verbanning op onwaardige wijze gestraft.
Referenties naar alinea 23: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- In Oostenrijks Ruthenië (Lemberg en Premyzl) handhaafde zich de bloei
24
Maar van de andere kant verliep in de bisdommen Lemberg en Premyzl, welke aan het keizerrijk Oostenrijk waren toegevoegd toen de Poolse staat verdeeld werd, de Rutheense zaak rustig en vreedzaam.
In het jaar 1807 werd de aartsbisschoppelijke titel van Halie aldaar hersteld en voorgoed met het bisdom Lemberg verbonden. En in deze provincie bereikte het kerkelijk leven zulk een bloei, dat spoedig twee aartsbisschoppen, Michael Levyckyj (1816-1858) en Silvester Sembratovyc (1882-1898), die ieder met buitengewone wijsheid en vurige ijver hun bisdommen bestuurden, wegens hun uitzonderlijke geestesgaven en bijzondere verdiensten vereerd werden met het Romeinse purper en in het hoogste bestuurscollege der Kerk werden opgenomen. En daar het aantal katholieken meer en meer toenam, heeft onze voorganger Leo XIII z.g. in het jaar 1885 een nieuw bisdom, nl. Stanislau, wettig opgericht. En zes jaar later is de gunstige toestand der Galicische Kerk op bijzondere wijze geconsolideerd, toen alle bisschoppen te zamen met den pauselijken legaat en vele andere geestelijken in Lemberg bijeen kwamen, om aldaar vanwege de gehele kerkprovincie een concilie te houden en passende richtlijnen te geven op liturgisch en juridisch gebied.
In het jaar 1807 werd de aartsbisschoppelijke titel van Halie aldaar hersteld en voorgoed met het bisdom Lemberg verbonden. En in deze provincie bereikte het kerkelijk leven zulk een bloei, dat spoedig twee aartsbisschoppen, Michael Levyckyj (1816-1858) en Silvester Sembratovyc (1882-1898), die ieder met buitengewone wijsheid en vurige ijver hun bisdommen bestuurden, wegens hun uitzonderlijke geestesgaven en bijzondere verdiensten vereerd werden met het Romeinse purper en in het hoogste bestuurscollege der Kerk werden opgenomen. En daar het aantal katholieken meer en meer toenam, heeft onze voorganger Leo XIII z.g. in het jaar 1885 een nieuw bisdom, nl. Stanislau, wettig opgericht. En zes jaar later is de gunstige toestand der Galicische Kerk op bijzondere wijze geconsolideerd, toen alle bisschoppen te zamen met den pauselijken legaat en vele andere geestelijken in Lemberg bijeen kwamen, om aldaar vanwege de gehele kerkprovincie een concilie te houden en passende richtlijnen te geven op liturgisch en juridisch gebied.
Referenties naar alinea 24: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Emigratie van vele Ruthenen naar Amerika en elders. Inrichting der Rutheense Kerk aldaar
25
Maar toen tegen het einde van de 19e en het begin van de 20e eeuw zeer vele Ruthenen wegens benarde economische toestanden uil Galicië naar de Verenigde Staten van Noord Amerika, Canada en de Zuid-Amerikaanse staten geëmigreerd waren, heeft onze voorganger Pius X z.g. in het jaar 1907 een bisschop voor hen aangesteld, voorzien van bepaalde faculteiten. Met zorg in het hart vreesde hij, dat deze zijn zeer beminde zonen, onbekend als zij waren met de taal van dat land en onwennig jegens de Latijnse ritus, weer in de schismatieke en ketterse dwalingen zouden terugvallen, of, door twijfel en dwaling verward, geheel van het geloof zouden afvallen. Maar toen het aantal en de behoeften dezer katholieken groeiden, werd er later een eigen bisschop met gewone jurisdictie voor de Ruthenen, die uit Galicië afkomstig waren, in de Verenigde Staten van Amerika benoemd, en een tweede in Canada, naast den bisschop met gewone jurisdictie, bestemd voor de gelovigen van die ritus, die uit Subkarpatisch Rusland of Hongarije of Joego-Slavië geëmigreerd waren. En onmiddellijk daarna hebben zowel de heilige Congregatie tot voortplanting des geloofs als de heilige Congregatie voor de oosterse Kerk in passende en juiste richtlijnen de kerkelijke aangelegenheden van de Ruthenen in die landen, welke wij boven vermeldden, en ook in de staten van Zuid-Amerika, geregeld.
Referenties naar alinea 25: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Dankbaarheid der Ruthenen jegens de Apostolische Stoel
26
Het is dus geenszins te verwonderen, eerbiedwaardige broeders, dat de katholieke Rutheense Kerk meer dan eens, wanneer een gelegenheid zich voordeed, wegens deze grote, zo welkome onderscheidingen, haar dankbaarheid en haar verknochte trouw aan de pausen van Rome openlijk heeft willen uiten. Dit gebeurde evenwel op heel bijzondere wijze in het jaar 1895, toen het drie eeuwen geleden was, sinds die gezegende hereniging van hun voorvaderen met de Apostolische Stoel te Rome haar beslag kreeg en in de stad Brest werd bekrachtigd. Want behalve dat in alle plaatsen van de provincie Galicië deze heugelijke gebeurtenis door passende vieringen herdacht werd, werd er ook een zeer luisterrijke delegatie vanwege den aartsbisschop en de bisschoppen naar Rome gezonden om blijk te geven van de liefde der Rutheense Kerk jegens den opperpriester en den opvolger van St. Petrus en hem haar trouw, eerbied en gehoorzaamheid te belijden. Toen onze voorganger Leo XIII z.g. deze hoge delegatie met de nodige eerbewijzen bij zich had toegelaten, sprak hij haar met vaderlijke vreugde en vaderlijke hartelijkheid toe en kende hij de hereniging der Ruthenen met de Apostolische Stoel buitengewone lof toe, daar zij immers voor allen, die haar oprecht wilden handhaven, een zeer rijke bron was van waarachtig licht, van ongestoorde vrede en van bovennatuurlijke vruchten.
Referenties naar alinea 26: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
27
En ook in onze dagen zijn de weldaden, die de pausen van Rome aan dit dierbare volk bewezen, niet minder geweest. Vooral toen de eerste Europese en, bijkans, wereldoorlog deze streken verwoest had en ook gedurende de daarop volgende jaren hebben zij niets achterwege gelaten, wat voor het Rutheense volk enige hulp of verlichting kon betekenen. En toen met Gods hulp de zwaarste moeilijkheden, waaronder dit katholieke volk zuchtte, overwonnen waren, kon men bemerken, dat het daadwerkelijk en bereidwillig beantwoordde aan de onvermoeide ijver van zijn bisschoppen en de mede-arbeid van de overige geestelijkheid. Maar, helaas, er ontbrandde een nieuwe oorlog, die, zoals allen weten, voor de Rutheense hiërarchie en haar getrouwe kudde nog veel zwaarder en verwoestender was. Maar voordat wij, eerbiedwaardige broeders, in het kort de huidige rampen en benauwenissen beschrijven, waaronder deze Kerk met zeer groot gevaar voor haar eigen bestaan te lijden heeft, lijkt het ons beter eerst een en ander hieraan toe te voegen, waardoor nog beter en duidelijker zal blijken, welke grote en uitmuntende weldaden deze hereniging, die 350 jaar geleden zo voorspoedig een aanvang nam, aan het Rutheense volk en zijn Kerk heeft gebracht.
Referenties naar alinea 27: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Weldaden dezer hereniging
28
Want nadat wij de geschiedenis van deze heugelijke hereniging zeer in het kort hebben beschreven en haar afwisselend blijde en tragische lotgevallen hebben gezien, rijst bij ons de vraag op: welke vruchten hebben het volk der Ruthenen en zijn Kerk van deze hereniging geplukt en welke voordelen en baten hebben zij genoten vanwege de Apostolische Stoel en de pausen van Rome? Wij menen immers zeer goed en nuttig werk te doen, wanneer wij op deze kwestie een behoorlijk antwoord geven, vooral omdat het niet ontbreekt aan hen, die deze unie van Brest haten en daar afkerig tegenover staan.
Referenties naar alinea 28: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Pauselijke bescherming der Rutheense riten en rechten
29
Vooreerst dan moeten wij er de aandacht op vestigen, dat onze voorgangers er steeds met alle kracht voor geijverd hebben om de wettige Rutheense riten te beschermen en te handhaven. Want toen hun bisschoppen bij monde van den bisschop van Wladimir en dien van Luck, als gezanten naar Rome gezonden, aan den paus van Rome verzochten:
"dat Zijne Heiligheid de toediening der sacramenten, de riten en ceremoniën van de oosterse Kerk gaaf, onveranderd en zoals ze ten tijde der eenheid in gebruik waren ... zou bewaren en bestendigen, en dat hij zelf en zijn opvolgers nooit enige wijziging daarin zouden aanbrengen" A. Theiner, Vetera monumenta.. A. Theiner, Vetera monumenta Poloniae et Lithuaniae, t. II, p. 237,heeft Clemens VIII in hun verzoek welwillend toegestemd en bevolen hierin niets te veranderen. En zelfs het gebruik van de nieuwe gregoriaanse kalender, welke aanvankelijk ook door de Ruthenen scheen te moeten worden gebruikt, met behoud evenwel van de liturgische kalender van de oosterse ritus, is hun later nooit opgelegd, aangezien tot onze dagen de juliaanse kalender bij hen gebruikt wordt.
Referenties naar alinea 29: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Eigen bisschopsbenoemingen, eigen onderwijs; gelijkstelling in het ontvangen van aflaten
30
Bovendien stemde deze zelfde voorganger in een brief van 23 Februari 1596 er in toe, dat de keuze van hen, die als suffragaan bisschop van Ruthenié wettig waren benoemd, door den aartsbisschop zou worden bekrachtigd, zoals in het herenigingsbesluit was voorgesteld en overeenkwam met een oud gebruik der oosterse Kerk. Weer anderen van onze voorgangers stonden toe, dat de metropolieten in alle delen van Rusland lagere en middelbare scholen oprichtten en tevens, dat ze deze instituten zelfstandig en wettig konden toevertrouwen aan hoofden en leerkrachten, die hun wenselijk voorkwamen. Ook bepaalden zij, dat de Ruthenen wat betreft het verlenen van geestelijke gunsten niet achtergesteld zouden worden bij de overige katholieken. En daarom wilden zij, dat ze zoals andere gelovigen deel hadden en zouden hebben aan de schatten van alle aflaten, mits ook zij de als noodzakelijk voorgeschreven voorwaarden onderhielden. Paulus V wilde zelfs aan degenen, die de door de metropolieten gestichte scholen en colleges bezochten, die bijzondere gunsten verlenen, die de pausen van Rome hadden geschonken aan de leden der Maria-congregatie, in de huizen van de Sociëteit van Jezus opgericht. En Urbanus VIII verleende aan hen, die de geestelijke oefeningen volgden bij de monniken van den H. Basilius, dezelfde aflaten, welke aan de reguliere geestelijken van de Sociëteit van Jezus waren geschonken.
Referenties naar alinea 30: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Rutheense bisschoppen en geestelijkheid staan in rechten en plichten gelijk met alle overigen
31
Uit deze feiten blijkt duidelijk, dat onze voorgangers de Ruthenen steeds met volkomen gelijke vaderlijke liefde hebben bejegend als de andere katholieken van de Latijnse ritus. Maar ook hebben zij het van het grootste belang geacht om de rechten en privilegeslijke rechten en plichten bezaten, doch aan hen waren onderworpen, heeft deze Apostolische Stoel dergelijke onrechtmatige meningen en voorstellingen afgewezen en op 28 September 1643 een decreet [8573] uitgevaardigd, waarin als volgt werd bepaald:
"Na rapport van Z. E. kardinaal Pamphilius over verschillende decreten van de bijzondere synode der geunieerde Ruthenen, heeft de H. Stoel het besluit goedgekeurd van bedoelde bijzondere synode van 14 Augustus ll., waarin werd vastgesteld, dat de geunicerde Rutheense bisschoppen werkelijk bisschoppen zijn en dat zij als zodanig ook betiteld en beschouwd moeten worden. De H. Stoel heeft het besluit van diezelfde synode goedgekeurd, waarin wordt bepaald, dat de Rutheense bisschoppen in hun bisdommen scholen kunnen oprichten om hun eigen jeugd in de profane letteren en wetenschappen te onderwijzen, alsmede, dat de Rutheense geestelijkheid in het genot is van het privilegium canonis, fori, immunitatis en libertatis De gewone privileges van de.. De gewone privileges van de geestelijke stand. Privilegium canonis: iédere geestelijke heeft, naar de rang die hij bekleedt, recht op eerbied van de kant der leken. Privilegium fori: de geestelijkheid heeft het recht zich in burgerlijke- en strafzakén te wenden tot de kerkelijke rechtbank, Privilegium immunitatis: iedere geestelijke is vrij van militaire en andere publieke dienst, die niet met zijn ambt in overeenstemming is te brengen. Privilegium libertatis: wanneer geestelijke schulden heeft te betalen, dan blijft dat gedeelte van zijn bezit buiten beschouwing, hetwelk hij voor zijn gewoon levensonderhoud nodig heeft. Er kan dus niet worden geëist, dat dit gedeelte van zijn bezit voor betaling van zijn schuld moet worden aangewend., welke ook de priesters van de Latijnse Kerk genieten." Acta et decr. SS,. Conciliorum rec., col. 600, nota 2 [[8573]]
Referenties naar alinea 31: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Verbod om van ritus te veranderen
32
De onvermoeide en angstvallige zorg van de pausen van Rome om de Rutheense riten te handhaven en te beschermen treedt vooral aan de dag uit het ver: loop van die slepende kwestie over het verwisselen van ritus. Wel hebben onze voorgangers immers om bijzondere redenen, volkomen buiten hun wil, gedurende zeer lange tijd geen strikt verbod om van ritus te wisselen aan de leken kunnen opleggen. Toch blijkt overduidelijk uit meer dan eens herhaalde pogingen om dit verbod uit te vaardigen alsook uit de vermaningen, die onze voorgangers tot de Latijnse bisschoppen en priesters gericht hebben, hoezeer deze aangelegenheid hun ter harte ging. In het decreet zelf, waarbij de hereniging der Ruthenen met de Apostolische Stoel in het jaar 1595 haar gelukkige bekrachtiging vond, staat wel geen duidelijk en uitgesproken verbod om van de oosterse ritus naar de Latijnse over te gaan. Niettemin blijkt uit een brief van den generaal der Sociëteit van Jezus, in het jaar 1608, wat reeds toen het gevoelen was van de Apostolische Stoel. Daarin schrijft hij aan de ordeleden, die in Polen verbleven, dat degenen, die nooit tot de Latijnse ritus hadden behoord, deze ritus ook na het tot stand komen van de hereniging niet konden aannemen,
"daar het een voorschrift der Kerk is, hetwelk juist bijzonder benadrukt is in de brief over de hereniging, onder Clemens VIII tot stand gebracht, dat een ieder blijft in de ritus van zijn eigen Kerk." Acta et decr. SS. Conciliorum.. Acta et decr. SS. Conciliorum rec., col. 602
Referenties naar alinea 32: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
33
Doch toen voortdurend meer klachten rezen over het feit, dat jonge Rutheense edellieden tot de Latijnse ritus overgingen, heeft de heilige Congregatie tot voortplanting des geloofs bij decreet van 7 Februari 1624 bepaald:
"dat de geünieerde Ruthenen, leken zowel als seculiere en reguliere geestelijkheid, en in het bijzonder de monniken van den H. Basilius den Grote, in het vervolg, om welke, zelfs de meest dringende, reden dan ook niet tot de Latijnse ritus mogen overgaan zonder speciaal verlof van de Apostolische Stoel." Acta et decr. SS,... Acta et decr. SS,. Conciliorum rec., col. 603
Referenties naar alinea 33: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
34
Toen echter Sigismund III, koning van Polen, geprotesteerd had om dit decreet niet volledig te laten uitvoeren hij wilde nl. dit verbod alleen tot de geestelijkheid uitstrekken moest onze voorganger Urbanus VIII z.g., dezen groten voorstander van de katholieke eenheid wel tegemoet komen. Daarom heeft de Apostolische Stoel getracht om wat wegens bijzondere omstandigheden niet bij de wet was opgelegd, door vermaningen en raadgevingen te bereiken.
Referenties naar alinea 34: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
35
Want reeds in de inleiding van het decreet, de 7e Juli van het jaar 1624 uitgevaardigd, waarbij het aannemen van de Latijnse ritus alleen aan de priesters verboden werd, is bepaald, dat de priesters der Latijnse Kerk moeten aangespoord worden de leken bij het toedienen van het sacrament der biecht niet op te wekken om het aannemen van deze ritus te ver krijgen. Dergelijke vermaningen zijn steeds weer OP nieuw herhaald en de apostolische nuntii in Polen hebben op bevel van de pausen er met alle krachten naar gestreefd, dat deze het gewenste resultaat zouden bereiken. Dat ook in latere tijden het gevoelen en de mening van de Apostolische Stoel hieromtrent niet gewijzigd zijn, blijkt ook uit een brief van onzen voorganger Benedictus XIV uit het jaar 1751, gericht tot de bisschoppen van Lemberg en Premyzl, waarin o.a. deze passage voorkomt:
"Wij hebben uw brief van 27 Juli ontvangen, waarin gij u terecht beklaagt over de overgang der Ruthenen van de Griekse naar de Latijnse ritus. Waar gij zeer goed weet, eerbiedwaardige broeders, dat onze voorgangers van deze veranderingen afkerig waren, zijn ook wij daartegen gekant, want wij wensen van ganser harte niet het verdwijnen, maar het behoud van de Griekse ritus." Acta et decr. SS,... Acta et decr. SS,. Conciliorum rec., col. 606Dezelfde paus heeft bovendien in het uitzicht gesteld alle beperkende bepalingen in deze kwestie op te zullen heffen en eindelijk eens in een officieel decreet dergelijke overgang te zullen verbieden. De ongunstige tijdsomstandigheden hebben echter niet veroorloofd, dat reeds toen het gewenste resultaat gelijke tred hield met zijn wensen en beloften.
Referenties naar alinea 35: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
36
Nadat de Romeinse pausen Clemens XIV en Pius VII hadden bepaald, dat de katholieken van de Rutheense ritus, die in Russische gebiedsdelen woonden, niet tot de Latijnse ritus mochten overgaan, is er eindelijk op de vergadering van Latijnse en Rutheense bisschoppen in het jaar 1863 welke vergadering Concordia genoemd wordt en die onder auspiciën van de heilige Congregatie tot voortplanting des geloofs gehouden werd - besloten, dat dit verbod op alle Ruthenen betrekking heeft.
Referenties naar alinea 36: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Zuiverheid der Rutheense riten en gebruiken
37
Uit hetgeen wij tot nu toe, eerbiedwaardige broeders, historisch getrouw in hoofdlijnen en in korte trekken in dit schrijven hebben behandeld, valt ge makkelijk af te leiden, hoezeer deze Apostolische Stoel heeft gewaakt voor de ongerepte instandhouding van de Rutheense ritus, zowel voor die Kerk in haar geheel als voor de afzonderlijke personen. Terwijl de voornaamste liturgische gebruiken, die tot het wezenlijke van deze ritus behoren, steeds in zuivere toestand werden gehouden, zal niemand zich verwonderen, dat de Apostolische Stoel wegens voorkomende bijzondere tijdsomstandigheden enkele geringe wijzigingen heeft toegelaten of tijdelijk heeft goedgekeurd. Zo heeft hij bijv. niet toegelaten, dat er in de liturgische gebruiken enige verandering werd aangebracht, ook niet die, welke langzamerhand ingeslopen waren, tenzij die weinige, waartoe de Rutheense bisschoppen zelf op de synode van Zamoc besloten hadden.
Referenties naar alinea 37: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
38
Enige zeer sluwe voorstanders van het schisma echter trachtten, onder de schijn de ongerepte zuiverheid van hun ritus te verdedigen, maar in werkelijkheid om des te gemakkelijker het eenvoudige volk van het katholieke geloof los te scheuren, op eigen gezag oude gebruiken, die voordien reeds verouderd waren, weer in te voeren. Maar de pausen van Rome hebben in het bewustzijn van hun plicht hun sluwe en heimelijke listen openlijk aan de kaak gesteld, zich tegen hun boze plannen verzet en bepaald:
"Zonder overleg met de Apostolische Stoel mag er niets in de gebruiken van de heilige liturgie worden gewijzigd, ook niet onder het mom ceremoniën te herstellen, die meer schijnen overeen te komen met de door de H. Stoel goedgekeurde liturgieën, tenzij om zeer gewichtige redenen en bovendien op gezag van de Apostolische Stoel." vgl: Omnem Sollicitudinem [[[8574]]] vgl: door Paus Pius IX geciteerd [[[8575]]]
Referenties naar alinea 38: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
39
In plaats dat de Apostolische Stoel de bedoeling had de gaafheid en het behoud van deze ritus te schaden, is deze overigens veeleer de raadgever geweest voor de Rutheense Kerk om de van oudsher overgeleverde liturgische nalatenschap nauwgezet in ere te houden. Een duidelijk bewijs van deze belangstellende welwillendheid jegens de Rutheense ritus is gelegen in de nieuwe Romeinse uitgave der heilige boeken, waarmede men tijdens ons pontificaat een aanvang genomen heeft en die reeds voor een deel voorspoedig is voltooid. Daarin is de Apostolische Stoel aan de wensen der Rutheense bisschoppen bereidwillig tegemoet gekomen en heeft hij getracht hun liturgische gebruiken te herstellen zoals ze in overoude eerbiedwaardige overlevering geweest waren.
Referenties naar alinea 39: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Zuiverheid in de leer en heiligheid van leven
40
Nog een tweede weldaad, eerbiedwaardige broeders, komt ons voor de geest, welke ongetwijfeld voor de Rutheense Kerk het gevolg was van deze hereniging met de Apostolische Stoel. Door deze hereniging immers werd dit roemrijke volk innig met de katholieke Kerk verbonden: het leeft van haar leven, het wordt door haar waarheid bestraald, het krijgt deel aan haar genaden. Hieruit wellen de bovennatuurlijke genadestromen op, welke zozeer alles doordrenken en doortrekken, dat de schoonste bloemen aller deugden kunnen ontluiken en overvloedige en heilzaamste vruchten worden voortgebracht.
Referenties naar alinea 40: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
41
Want terwijl de afgescheiden broeders zelf, voordat de terugkeer tot de eenheid een feit was, klaagden, dat de heilige godsdienst in die streken vervallen was, dat het kwaad der simonie bij de keuze van bisschoppen en van andere geestelijke waardigheidsbekleders hand over hand toenam, dat de kerkelijke goederen werden verkwist, het geestelijk leven der monniken bedorven was, dat de tucht in de kloosters was verslapt, dat zelfs de banden der gehoorzaamheid tussen de gelovigen en hun bisschoppen met de dag meer verzwakt werden en op een crisis uitliepen, werden daarentegen de toestanden na de totstandkoming der eenheid, onder Gods bezielende bijstand, langzamerhand verbeterd. Maar welk een wilskracht en standvastigheid behoefden de bisschoppen vooral in den beginne, toen de tijd door verwarring en aantijging zo ongunstig was om de kerkelijke tucht overal te herstellen! Welk een volharding in hun taak en welk een geduld moesten zij aanwenden bij hun werk om de geestelijkheid op te wekken tot het leiden van een hoogstaand zedelijk leven, om de hun toevertrouwde kudden, die door bittere omstandigheden gekweld werden, te troosten en ten slotte om degenen, wier geloof wankelde, te ondersteunen en met alle kracht te versterken! Maar tegen alle menselijke verwachting in heeft men voorspoedig bereikt, niet alleen dat de gelukkig begonnen eenheid tegen alle heftige stormen in als overwinnares te voorschijn kwam, maar ook dat zij energieker en krachtiger uit de gewonnen strijd naar voren trad. En niet door wapengeweld, niet door beloften en bedreigingen, maar door het uitstekend voorbeeld van hun godsdienstig leven en door de waarlijk schitterende openbaring van de goddelijke genade hebben de katholieke Ruthenen de afgescheiden bisdommen van Lemberg en Premyzl er ten slotte toe gebracht om de ene schaapstal binnen te treden.
Referenties naar alinea 41: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Uiterlijke bloei: nieuwe kerken en kloosters
42
Nadat rust en vrede wederom hersteld waren, verkreeg de bloeiende toestand der Rutheense Kerk, vooral in de 18e eeuw, ook een uiterlijke glans. Getuigen hiervan zijn zowel de hoofdkerk van de stad Lemberg, aan den H. Georgius toegewijd, als de godshuizen en kloosters, die in Poczajev, Torokanië, Zyrowice en elders verrezen, die waarlijk kenmerkende monumenten zijn van die tijd.
Referenties naar alinea 42: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Bloei van de orde van St. Basilius
43
Het lijkt ons werkelijk de moeite waard hier in het kort een en ander te vermelden over de monniken van St. Basilius, die zich hiervoor op alle gebied door hun buitengewoon ijverige toewijding op zo'n schitterende en uitmuntende wijze verdienstelijk hebben gemaakt. Nadat hun kloosters, onder leiding van Velamin Rutskyj tot een betere en heiliger levenswijze waren hersteld en in congregatie-verband waren teruggebracht, gaven zeer vele leden zo'n vruchtbaar voorbeeld door hun godsvrucht, hun ]eer en apostolische ijver, dat zij voor het christenvolk de leidslieden en leermeesters werden van het geestelijk leven. In de lagere en middelbare scholen, door hen geopend, gaven zij aan de zeer dikwijls begaafde jongelieden niet alleen voortreffelijk onderwijs in de profane en goddelijke wetenschappen, maar zij deelden hun ook zoveel mede van hun hechte deugd, dat dezen in geen enkel opzicht voor anderen onderdeden, die op Latijnse scholen onderwezen werden. Dit was inderdaad zelfs aan onze afgescheiden broeders duidelijk gebleken, want velen van hen verlieten huis en vaderland en begaven zich zeer gaarne naar deze onderwijs-inrichtingen om ook zelf aan de zo heilzame vruchten deelachtig te worden.
Referenties naar alinea 43: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Statistiek der Rutheense Kerk vóór de oorlog van 1939
44
Ook in latere tijden heeft de Kerk der Ruthenen niet minder grote weldaden genoten door haar hereniging met de Apostolische Stoel. Dit is ongetwijfeld aan allen zeer gemakkelijk duidelijk, wanneer zij slechts de toestand der Kerk in Galicië beschouwen, zoals deze was vóór de vernietiging en verwoesting van deze schrikkelijke oorlog. In deze provincie waren er nl. ± 3.600.000 gelovigen, ongeveer 2275 priesters en ongeveer 2226 parochiekerken of parochies. En bovendien vertoefden buiten de provincie Galicië in verschillende delen der wereld - vooral in Amerika zeer vele katholieke Ruthenen, uit Galicië afkomstig, die op ongeveer op 4 à 500.000 kunnen geschat worden. Aan dit buitengewoon aantal gelovigen, dat in de loop der tijden wellicht nooit zo groot is geweest, beantwoordde ook in alle bisdommen een uitmuntende ijver voor deugd, godsvrucht en christelijk leven. In de bisschoppelijke seminaries werden de leerlingen naar behoren en zorgvuldig opgeleid en voorbereid om hun heilige taak te kunnen vervullen. En de gelovigen namen vol vreugde en eerbied deel aan de goddelijke eredienst volgens de regels van hun riten en brachten verheugende en rijke vruchten van godsdienstzin voort.
Referenties naar alinea 44: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Zegenrijk en heldhaftig bestuur van den metropoliet mgr. A. Szeptyckuj
45
Wanneer wij deze gezegende toestand der Rutheense Kerk in een korte en beknopte bespreking in herinnering brengen, kunnen wij onmogelijk stilzwijgend den vermaarden metropoliet Andreas Szeptyckyj voorbijgaan. Gedurende bijna 45 jaren heeft deze met onvermoeide ijver gezwoegd en zich om meer dan één reden, en niet alleen wat het geestelijk welzijn betreft, op bui ten gewone wijze verdienstelijk gemaakt voor de hem toevertrouwde kudde. Tijdens de duur van zijn episcopaat werd een theologische vereniging gesticht om de geestelijkheid tot beoefening en bevordering van de gewijde wetenschap krachtiger aan te sporen. Een kerkelijke academie werd te Lemberg opgericht, waarin de meer begaafde Rutheense jongelieden zich onder gunstige omstandigheden konden toeleggen op de wijsgerige, theologische en andere hogere wetenschappen, en wel op dezelfde wijze als waarop de universiteiten deze wetenschappen plegen te beoefenen. Geschriften van allerlei aard, hetzij boe ken, hetzij dagbladen of tijdschriften, werden uitgegeven, brachten vele vruchten voort en maakten zelfs naam in het buitenland. Vervolgens werden de gewijde kunsten volgens de overoude tradities en de eigen aard van dit volk beoefend. Een museum en andere gebouwen voor de schone kunsten _werden met de prachtige monumenten der oudheid ingericht en talrijke instellingen werden ten slotte in het leven geroepen en bevorderd om de noden der lagere standen en het gebrek der armen te hulp te komen.
Referenties naar alinea 45: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Nieuwe congregaties van monniken en religieuzen
46
Evenmin kunnen wij de buitengewone verdiensten onvermeld laten, welke godvruchtige verenigingen van mannen zowel als van vrouwen zich in dit opzicht hebben verworven met meer dan middelmatig heilzaam resultaat. Allereerst dan mogen wij de kloosters der Basiliaanse monniken en religieuzen noemen. Ofschoon deze ten tijde van den Oostenrijksen keizer Joseph II moesten toelaten, dat de burgerlijke macht hun goederen wederrechtelijk en niet zonder schade aantastte, toch werden deze later, nl. in het jaar 1882 en volgende, ten slotte in hun eer hersteld door de zg. hervorming van Dobrowic. Aan de liefde voor het verborgen leven en de zin voor het goddelijke, geput uit de regels en het voorbeeld van hun heiligen stichter, paren zij de wierook van de ijver voor het apostolaat. Bij deze oude kloostercommuniteiten hebben zich op even lofwaardige wijze nieuwe religieuze gemeenschappen van mannen en vrouwen aangesloten, zoals de Orde der Studieten, wier monniken zich hoofdzakelijk wijden aan hemelse beschouwing en werken van heilige boetvaardigheid; zoals ook de religieuze Congregatie van den allerheiligsten Verlosser in de Rutheense ritus, wier leden met het meest heilzame gevolg werkzaam zijn zowel in Galicië als in Canada; zoals ten slotte zeer vele congregaties van vrouwelijke religieuzen, wier taak het is de opvoeding van meisjes te verbeteren en de verzorging van zieken op zich te nemen, en die de naam dragen van Dienstmaagden van 0. L. Vrouw Onbevlekt Ontvangen, of Myrophorae Myrophorae = balsemdragende.. Myrophorae = balsemdragende vrouwen. Deze kloostercongregatie heeft zich bij het kiezen van die naam laten inspireren door de Byzantijnse liturgie van de tweede Zondag na Pasen (genaamd Zondag van de balsemdragende vrouwen), waar in het Evangelie verhaald wordt van de vrouwen, die naar Christus' graf gingen om Hem te balsemen. Zo willen ook deze zusters Christus dienen en door haar werken "Christus balsemen"., of Zusters van den H. Joseph, van den H. Josaphat, van de H. Familie, van den H. Vincentius a Paulo.
Referenties naar alinea 46: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Pauselijk college va de H. Josephat te Rome
47
Gaarne maken wij op deze plaats bovendien melding van het pauselijk college, aan den H. Josaphat toegewijd, hetwelk onze voorganger Pius XI z.g. op de Janiculus stichtte en met milde hand inrichtte. Nadat gedurende vele eeuwen sommige uitgelezen jongelingen in het pauselijke Griekse college voorbereid werden op het ontvangen van de priesterlijke waardigheid, heeft een ander onzer voorgangers, Leo XIII onsterfelijker gedachtenis, in het jaar 1897 voor die jongemannen uit het Rutheense volk, die onder ingeving Gods tot het priesterschap geroepen werden, een eigen college te Rome opgericht. Toen dit gebouw echter wegens het groeiende aantal leerlingen niet meer geschikt was, heeft onze onmiddellijke voorganger in zijn bijzondere liefde jegens het Rutheense volk een nieuw en ruimer verblijf, zoals wij zeiden, gebouwd, waar de kandidaten voor het priesterschap, in de gewijde wetenschappen en in de bijzondere voorschrüten van hun ritus onderwezen en gevormd, in eerbied, toewijding en liefde jegens den plaatsbekleder van Jezus Christus en tot de hoop van de Rutheense Kerk voorspoedig zouden opgroeien.
Referenties naar alinea 47: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- De Rutheense Kerk heeft vele martelaren en belijders voortgebracht
48
Nog een ander, niet minder belangrijk voordeel en sieraad verwierf zich, eerbiedwaardige broeders, de Rutheense Kerk uit haar hereniging met de Apostolische Stoel, toen zij gesierd werd met een roemrijke reeks van belijders en martelaren. Deze hebben, om het katholiek geloof ongerept te bewaren en voor het behoud van hun vurige trouw jegens de pausen van Rome, niet geaarzeld allerlei leed en ellende te verduren en ze1fs blijde de dood in te gaan volgens het woord van den goddelijken Verlosser: "Zalig zijt gij, wanneer de mensen u zullen haten, u om den Mensenzoon zullen uitbannen en honen, en smaad zullen werpen op uw naam. Verheugt u op die dag en jubelt, want ziet, uw loon is groot in de hemel." (Lc. 6, 22-23) [b:Lc. 6, 22-23]
Referenties naar alinea 48: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
49
Uit hun rangen komt ons het eerst voor de geest de heilige bisschop Josaphat Kuncewie, wiens on bezweken moed wij boven reeds roemden. Toen de meest verwoede vijanden van de katholieken hem zochten te doden, gaf hij zich vrijwillig aan zijn beulen over en bood zichzelf als slachtoffer aan om zo spoedig mogelijk de terugkeer te bewerken van zijn dwalende broeders. Hij was te dien tijde wel de voornaamste, maar niet de enige martelaar van het katholiek geloof en van de eenheid, want niet weinigen zijn hem gevolgd naar dezelfde palm der overwinning, zowel uit de rijen der geestelijken als die der leken, die, gedood door het zwaard, of op wrede wijze ten dode toe gegeseld, of verdronken in het water van de Dnjepr, na hun triomf op de dood ten hemel zijn gestegen.
Referenties naar alinea 49: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
50
Maar toen na weinige jaren, nl. in het midden van de 17e eeuw, de Kozakken openlijk de wapenen hadden opgenomen tegen de Poolse staat, nam de haat van hen, die vijandig stonden tegen de eenheid in godsdienst, hand over hand toe en vlamde deze heftiger op. Zij waren er immers van overtuigd, dat uit deze tot stand gekomen eenheid als uit de diepste bron alle ellende en rampspoed in het verleden voortgekomen waren, en daarom hadden zij zich voorgenomen haar met alle middelen en op allerlei wijzen ten gronde te richten en te vernietigen. Daaruit ontsproot voor de katholieke Rutheense Kerk een bijna onnoemelijke schade: verscheidene kerken werden ontheiligd, geplunderd, verwoest en haar inventaris en bezittingen werden vernietigd; niet weinige priesters en zeer vele gelovigen werden wreed gegeseld, met zware mishandelingen gemarteld en ondergingen een verschrikkelijke dood. Zelfs bisschoppen werden van hun goederen beroofd, van hun zetels verdreven en gedwongen de vlucht te nemen. Ondanks het woeden van deze storm hebben zij toch de moed niet verloren en hebben zij de hun toevertrouwde kudde, voor zover in hun vermogen lag, niet onbewaakt en onverdedigd achtergelaten. Zelfs te midden van deze moeilijkheden hebben zij door hun gebed, inspanning en zwoegen gepoogd de gehele Russische Kerk samen met tsaar Alexius tot de éne schaapstal terug te brengen.
Referenties naar alinea 50: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
51
Enige jaren voordat Polen uiteengescheurd werd, ontbrandde er bovendien een nieuwe, niet minder scherpe vervolging van de katholieken. Want toen de soldaten der Russische tsarina Catharina II (1762-1796) Catharina II (1762-1796) Polen binnenvielen, ontnamen zij aan de katholieken met geweld van wapenen zeer vele heiligdommen van de Rutheense ritus, en de priesters, die geweigerd hadden hun geloof af te zweren, werden geboeid, mishandeld, geslagen, in de kerker geworpen en vreselijk gekweld door honger, dorst en koude.
Referenties naar alinea 51: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
52
Maar hiervoor deden in standvastigheid en geesteskracht zeker niet onder die priesters, welke rond het jaar 1839 liever het verlies van goederen en vrijheid leden dan dat zij ontrouw werden aan de plichten van hun godsdienst. Uit hun aantal willen wij op bijzondere wijze dien priester Josephus Ancevskyj in herinnering roepen, die gedurende 32 jaren in een klooster van Suzdal in harde gevangenschap verbleef en in het jaar 1877 de beloning van zijn uitzonderlijke deugd verwierf door zijn zeer vrome dood. En eveneens die 160 priesters, die, daar zij openlijk het katholiek geloof beleden, van hun in nood achtergebleven kudden werden losgescheurd, overgebracht werden tot diep in Rusland, in kloosters werden opgesloten en door honger en andere kwellingen van hun heilig voornemen niet konden worden afgebracht.
Referenties naar alinea 52: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
53
En velen uit de rijen van geestelijken en leken in het bisdom Cholm hebben door niet geringere zielskracht uitgemunt. Zij boden met onbezweken moed weerstand aan de vervolgers van het katholiek geloof. Zo bijv. de boeren uit het dorp Pratulyn. Toen er soldaten kwamen om hun kerk in beslag te nemen en aan de schismatieken over te dragen, hebben zij het geweld niet met geweld gekeerd, maar ongewapend wierpen zij allen met hun lichamen a.h.w. een levende muur op tegen de aanvallers. En zo werden sommigen gewond en afgrijselijk wreed mishandeld, anderen voor vele jaren in de gevangenis geworpen of naar de barre streken van Siberië weggevoerd, anderen ten slotte werden met het zwaard doorstoken en vergoten hun bloed voor Christus. Van degenen, die hun- katholiek geloof met hun dood hebben bezegeld, is een proces in hun bisdommen reeds aanhangig gemaakt en daarom koesteren wij de hoop, dat het ons eens gegeven moge zijn hen in de rangen der zalige hemelingen op te nemen. Deze boze mis drijven zijn echter, helaas, niet op één plaats, maar in verscheidene grote en kleine steden en dorpen gepleegd. En nadat alle katholieke heiligdommen aan de aanhangers van het schisma waren overgedragen, nadat alle priesters, van hun standplaatsen verdreven, gedwongen waren de hun toevertrouwde kudde onbeschermd achter te laten, werden de gelovigen, zonder dat er enige rekening werd gehouden met hun wil, in de afgescheiden Kerk ingeschreven. En ofschoon zij beroofd waren van hun herders en verstoken van de gaven en hulpmiddelen van de godsdienst, hebben zij toch met verbetenheid gestreden om hun geloof te behouden. En toen later leden van de Sociëteit van Jezus heimelijk en vermomd, niet zonder groot levensgevaar, hen bezochten om hun de goddelijke leer, aansporingen en vertroostingen te brengen, hebben dezen hen zelfs met de grootste blijdschap en eerbied ontvangen.
Referenties naar alinea 53: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- De standvastigheid der Rutheense Kerk bleek na de herwonnen godsdienstvrijheid (1905)
54
Zodra echter in het jaar 1905 de vrijheid van godsdienst maar enigermate was toegestaan, gaf het Rutheense land een bewonderenswaardig en verblijdend schouwspel te zien. In een haast ontelbaar aantal traden de katholieken vanuit hun schuilhoeken in het openbaar op. Terwijl zij de standaard van het kruis in de hoogte hieven en de afbeeldingen der heiligen openlijk ter verering ten toon stelden, trokken zij, daar zij geen priesters van hun eigen ritus bezaten, in drommen naar de kerken van de Latijnse ritus, waarvan hun de toegang vroeger op de zwaarste straffen verboden was. Zij loofden God in dankbaarheid en vroegen daar met aandrang aan de wettige bedienaars der Kerk, dat zij de deuren zouden openen, hen en hun geloofsbelijdenis zouden aanvaarden en ook dat hun namen weer opgenomen en ingeschreven zouden worden in de katholieke registers. En zo geschiedde het, dat in korte tijd omtrent 200.000 gelovigen weer wettig in de Kerk werden opgenomen.
Referenties naar alinea 54: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Vervolging tijdens de eerste wereldoorlog; heldhaftig gedrag van mgr. A. Szeptyckyj
55
Nochtans ontbrak het ook deze laatste jaren aan de bisschoppen, priesters en hun trouwe kudden niet aan gelegenheid om hun moed en standvastigheid te tonen in het bewaren van hun geloof, het verdedigen van de Kerk en het beschermen van hun heilige vrijheid. Uit hun rangen willen wij hier met bijzonder eerbetoon den metropoliet Andreas Szeptyckyj herdenken. Tijdens het woeden van de eerste Europese oorlog, toen Galicië door de Russische legers was bezet, werd hij van zijn zetel verdreven, weggevoerd naar een klooster en aldaar althans een bepaalde tijd in gevangenschap vastgehouden. Daar verlangde hij niets vuriger dan om getuigenis af te leggen van zijn innigste verering jegens de Apostolische Stoel en gaarne, indien het nodig was, het martelaarschap te ondergaan voor zijn kudde, tot wier heil hij reeds zo lang zijn krachten en zorgen gegeven had.
Referenties naar alinea 55: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Tegenwoordige toestand van de Rutheense Kerk
- Hevige vervolgingen door Rusland
56
Uit de historisch vaststaande feiten, eerbiedwaardige broeders, in deze brief in het kort vermeld, hebben wij gezien, hoe vele en hoe grote voordelen en weldaden het Rutheense volk ten deel vielen uit zijn hereniging met de katholieke Kerk. Dat is voorzeker niet te verwonderen, want als in Christus "de ganse volheid heeft willen wonen" (Kol. 1, 19) [b:Kol. 1, 19], dan kan zeker hij van deze volheid niet genieten, die afgescheiden is van de Kerk, "die Zijn lichaam is" (Ef. 1, 23) [b:Ef. 1, 23], want zoals onze voorganger Pelagius II eerbiedwaardiger gedachtenis verzekert "alwie niet in vrede en eenheid is met de Kerk, kan God niet bezitten." Epist. ad Episcopos Istriae,.. Epist. ad Episcopos Istriae, Acta Conc. Oeconom. IV, II, 107 Maar wij hebben ook gezien, dat het beminde Rutheense volk vele benauwenissen, verliezen en kwellingen heeft moeten verduren om zijn katholieke eenheid volgens zijn vermogen te verdedigen. Daaruit heeft Gods voorzienigheid het echter op verheugende wijze bevrijd door het herhaaldelijk de vrede terug te geven.
Referenties naar alinea 56: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
57
Op dit ogenblik echter zien wij met de diepste angst in ons vaderhart, dat een nieuwe, allerhevigste storm deze Kerk bedreigt. De berichten, die ons ter ore kwamen, geven, hoe schaars ze ook zijn, nochtans reden genoeg om ons bezorgd te maken en ons met angst te vervullen. De verjaardag breekt aan, waarop 350 jaar geleden deze aloude christengemeenschap onder blijde vooruitzichten herenigd werd met haar opperherder en opvolger van den H. Petrus. Maar deze dag is ons geworden tot "een dag van benauwenis en nood, een dag van ruïne en vernieling, een dag van duisternis en donkerte, een dag van wolken en nevel." (Sef. 1, 15) [b:Sef. 1, 15]
Referenties naar alinea 57: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
58
Met grote droefheid immers hebben wij vernomen, dat in die streken, welke onlangs aan Russisch gezag zijn toegewezen, onze zo dierbare zonen en broeders uit het Rutheense volk wegens hun trouw aan de Apostolische Stoel in ernstige moeilijkheden verkeren. Velen stellen alles in het werk om hen te ontrukken aan de schoot der Moederkerk en hen er toe te brengen om tegen hun wit en tegen hun heilig plichtsbesef in toe te treden tot de Kerk der afgescheidenen. Daarom heeft de geestelijkheid van de Rutheense ritus, zoals gemeld wordt, in een brief tot de regering van de republiek de klacht geuit, dat hun Kerk in de westelijke Oekraïne, zoals men het nu noemt, in een zeer moeilijke positie is gebracht, omdat alle bisschoppen en vele priesters gevangen zijn genomen en het bovendien aan een ieder verboden is om het bestuur over deze Rutheense Kerk op zich te nemen.
Referenties naar alinea 58: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Schijnredenen voor deze vervolging
59
Wij weten zeer goed, eerbiedwaardige broeders, dat deze bittere en scherpe maatregelen, in schijn tenminste, gebillijkt worden door politieke redenen. Maar deze handelwijze is niet nieuw en wordt thans niet voor het eerst toegepast. Meermalen immers in de loop der tijden hebben de vijanden der Kerk, wanneer zij niet openlijk durfden te bekennen, dat zij vijandig stonden tegenover de katholieke godsdienst en deze op kennelijke wijze vervolgden, de katholieken op sluwe en listige wijze hiervan beschuldigd, dat zij iets zouden beramen tegen de staat. Op dezelfde wijze immers beschuldigden de Joden eens den goddelijken Zaligmaker zelf voor den Romeinsen landvoogd met de woorden: "Wij hebben bevonden, dat deze man ons volk verleidt en verbiedt aan den keizer schatting te betalen." (Lc. 23, 2) [b:Lc. 23, 2] Maar de zaak zelf en de feiten tonen duidelijk aan en stellen in een helder Jicht, wat de oorzaak van deze woede was en is. Want wie weet niet, dat patriarch Alexius, onlangs door de afgescheiden Russische bisschoppen gekozen, in een brief, gericht tot de Rutheense Kerk, en welke in niet geringe mate deze vervolging in de hand werkte, openlijk de afval van de katholieke Kerk aanprees en predikte?
Referenties naar alinea 59: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
60
Deze droevige feiten treffen ons des te pijnlijker, eerbiedwaardige broeders, omdat de naties van bijna de gehele wereld, door hun gezanten in vergadering bijeen, terwijl de vreselijke oorlog nog woedde, in plechtige zitting o.a. dit hebben besloten, nooit meer een vervolging tegen de godsdienst te ondernemen. Dit had ons de hoop gegeven, dat overal ook aan de katholieke Kerk de vrede en de vrijheid, waarop zij recht heeft, zouden worden verleend. En dit des te meer, omdat zij voortdurend heeft geleerd en nog leert, dat men aan het burgerlijk gezag, zo dat wettig gevormd is en zijn wetten geelt binnen het gebied en de perken van zijn zeggingschap, altijd in geweten verplicht is te gehoorzamen. Maar, helaas, de gebeurtenissen, die wij boven hebben naar voren gebracht, hebben onze verwachting en ons vertrouwen - wat Ruthenië betreft - al te pijnlijk en al te bitter verzwakt en bijna doen opgeven.
Referenties naar alinea 60: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Oproep aan alle katholieken tot gebed en boete
61
Daar menselijke hulp ontoereikend schijnt bij deze zware rampen, blijft ons niets anders over, eerbiedwaardige broeders, dan den barmhartigen God, "die recht ... zal verschaffen aan de ongelukkigen en gerechtigheid aan de armen" (Ps. 139, 13) [b:Ps. 139, 13], vurig te smeken, dat Hij in Zijn goedgunstigheid deze woedende storm tot bedaren wil brengen en ten slotte wil beëindigen. Maar u en de u toevertrouwde kudde sporen wij zonder ophouden aan, dat gij, te zamen met ons, door smeekbeden en vrome werken van boetvaardigheid van Hem, door wiens licht van boven de geesten der mensen bestraald worden en op wiens hoogste wenk hun wil zich buigt, tracht te verkrijgen, dat Hij Zijn volk moge sparen en Zijn erfdeel niet prijs moge geven aan de schande (Joel 2, 17) [b:Joel 2, 17] en dat de Rutheense Kerk uit deze gevaarlijke crisis zo spoedig mogelijk vrij moge herrijzen.
Referenties naar alinea 61: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Troostredenen en aansporingen
- Tot de Rutheense bisschoppen
62
Maar op bijzondere wijze richt zich in deze droevige en angstige omstandigheden ons vaderhart tot hen, die daar zo hevig en bitter onder gebukt gaan. Tot u op de eerste plaats, eerbiedwaardige broeders, de bisschoppen over het Rutheense volk, die, ofschoon door groot lijden gefolterd, meer nog bekommerd en bezorgd zijt over het heil van uw kudden dan om het onrecht en het kwaad, u aangedaan, volgens het woord: "De goede herder geeft zijn leven voor de schapen." (Joh. 10, 11) [b:Joh. 10, 11] Hoewel het heden somber is en de toekomst onzeker en vol angst, verliest de moed niet; maar nu gij "een schouwspel geworden zijt .... voor de wereld, voor engelen en mensen" (1 Kor. 4, 9) [b:1 Kor. 4, 9], streeft er dan naar, dat alle gelovigen opzien naar uw voorbeeld van lijdzaamheid en deugd. Wanneer gij deze vijandige vervolging sterk en standvastig verdraagt en brandt van goddelijke liefde voor de Kerk, dan zijt gij geworden "Christus' goede geur ... voor God, zowel bij hen die worden gered, als bij hen die ten verderve gaan." (2 Kor. 2, 15) [b:2 Kor. 2, 15] Hoewel u geen gelegenheid wordt gegeven uw zonen de voorschriften van de heilige godsdienst te prediken, omdat gij in boeien zijt en van hen gescheiden, juist uw boeien verkondigen en prediken Christus des te intenser en indringender.
Referenties naar alinea 62: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Tot de Rutheense geestelijkheid
63
Vervolgens richten wij ons vaderlijk woord tot u, beminde zonen, die met het merkteken van het priesterschap getekend, meer van nabij de voetstappen van Christus, "die voor ons geleden heeft" (1 Pt. 2, 21) [[b:1 Pt. 2, 21]], moet drukken en daarom meer dan anderen de felheid van de strijd moet dragen en doorstaan. Terwijl uw lijden ons zo hevig bedroeft, verheugen wij ons toch, dat wij, de woorden van den goddelijken Zaligmaker aanhalend, aldus tot de meesten uwer mogen zeggen: "Ik ken uw werken, uw liefde, geloof, dienstvaardigheid en standvastigheid, ook uw latere werken, talrijker nog dan de eerste." (Openb. 2, 19) [b:Openb. 2, 19] Blijft, zo sporen wij u aan, in deze droevige tijden sterk en standvastig volharden in uw geloof; blijft de zwakken sterken en de wankelen steunen. Waarschuwt, voor zover het nodig is, de u toevertrouwde gelovigen, dat het volstrekt niet geoorloofd is, zelfs niet uiterlijk of slechts met de lippen, Christus en Zijn Kerk te verloochenen of te verlaten. En brengt de sluwe listen aan het Jicht van hen, die de mensen aardse voordelen en groter geluk in dit leven beloven, terwijl zij hun zielen in het verderf storten. Toont u zelf "als dienaren Gods door het grootste geduld in verdrukking, nood en benauwdheid .... door reinheid, kennis en lankmoedigheid, door goedheid, heilige geest en ongeveinsde liefde; door de prediking der waarheid en goddelijke kracht; met de wapenen der gerechtigheid in de rechterhand en linkerhand." (2 Kor. 6, 4-7) [b:2 Kor. 6, 4-7]
Referenties naar alinea 63: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Tot het Rutheense volk
64
Ten slotte richten wij ons woord tot u allen, katholieken der Rutheense Kerk, wier smarten en benarde omstandigheden wij in ons vaderhart meevoelen. Zeer goed weten wij, dat men zich voorbereidt uw geloof op de ernstigste wijze te belagen. Ja zelfs schijnt het te vrezen, dat misschien in de naaste toekomst nog grotere ellende zal komen over hen, die er niet in toestemmen verraad te plegen aan de hoogheilige plicht van de godsdienst. Daarom, beminde zonen, sporen wij u nu reeds met alle kracht in den Heer aan, dat gij u door geen enkele bedreiging en door geen enkel nadeel laat afschrikken en u zelfs niet wegens gevaar voor verbanning en wegens verlies van het leven zelfs er toe laat bewegen om ooit uw geloof en uw trouw jegens de Moederkerk af te zweren. Want, zoals gij wél weet, het gaat om de schat, die in de akker verborgen is. De man, die deze schat vindt, "verstopt hem en vol vreugde daarover gaat hij alles verkopen wat hij bezit, en koopt die akker." (Mt. 13, 44) [b:Mt. 13, 44] En herinnert u, wat de goddelijke Verlosser zelf in Zijn Evangelie heeft gezegd: "Wie zijn vader en moeder meer bemint dan Mij, is Mijner niet waardig en wie zijn zoon of dochter meer bemint dan Mij is Mijner niet waardig. En wie zijn kruis niet opneemt en Mij niet volgt, is Mijner niet waardig. Wie zijn leven vindt, zal het verliezen, en wie om Mij zijn leven verliest, zal het vinden." (Mt. 10, 37-39) [b:Mt. 10, 37-39] En aan dit goddelijk oordeel willen wij de uitspraak van den apostel der heidenen toevoegen: "Dit woord is waarachtig! Immers, zijn wij met Hem gestorven, dan zullen wij ook met Hem leven; lijden wij, dan zullen wij ook met Hem heersen; verloochenen wij Hem, dan zal Hij ook ons verloochenen; zijn wij ontrouw, Hij blijft trouw, want Zich verloochenen kan Hij niet." (2 Tim. 2, 11-13) [b:2 Tim. 2, 11-13]
Referenties naar alinea 64: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
65
Deze onze vaderlijke aansporing, beminde zonen, menen wij op geen passender wijze te kunnen bekrachtigen en besluiten dan met deze vermaningen van denzelfden apostel der heidenen: "Weest waakzaam, staat vast in het geloof; blijft mannen, weest kloek." (1 Kor. 16, 13) [b:1 Kor. 16, 13] "Weest gehoorzaam aan uw leidslieden" (Hebr. 13, 17) [b:Hebr. 13, 17], de bisschoppen en priesters, wanneer zij u tot uw heil en volgens de voorschriften der Kerk hun bevelen geven. Biedt krachtig weerstand aan allen. die uw geloof op welke wijze dan ook belagen; "doet uw best de eenheid des geestes te bewaren door de band van de vrede. Één lichaam en één geest, zoals gij ook geroepen zijt tot één hoop, die aan uw roeping ontspruit." (Ef. 4, 3-4) [b:Ef. 4, 3-4] En herinnert u te midden van uw smarten en angsten van allerlei aard, "dat het lijden dezer wereld niet kan opwegen tegen de heerlijkheid, die ons geopenbaard zal worden." (Rom. 8, 18) [b:Rom. 8, 18] "God is getrouw; Hij zal u sterken en voor het kwade bewaren." (2 Thess. 3, 3) [b:2 Thess. 3, 3]
Referenties naar alinea 65: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Slot
- Bede om voorspoed voor de Rutheense Kerk
66
In het volste vertrouwen echter, dat gij deze onze aansporingen, onder ingeving en met behulp van Gods genade, standvastig en gewillig zult beantwoorden, wensen wij u toe, dat u betere en rustiger Lijden gegeven worden door den Vader der ontferming en den God van alle vertroosting (2 Kor. 1, 3) [[b:2 Kor. 1, 3]] en smeken wij dit ootmoedig af.
Referenties naar alinea 66: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
67
Als onderpand der hemelse gaven en als bewijs van onze goedgunstigheid, verlenen wij aan ieder van u afzonderlijk, eerbiedwaardige broeders, en aan uw kudden, en op heel bijzondere wijze aan de bisschoppen, priesters en alle gelovigen der Rutheense Kerk, van ganser harte de apostolische zegen.
Gegeven te Rome bij St. Pieter, 23 December van het jaar 1945, het zevende van ons pontificaat.
PAUS PIUS XII
Referenties naar alinea 67: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediahttps://rkdocumenten.nl/toondocument/8565-orientales-omnes-ecclesias-nl