Aandachtspunten aangaande de canoniek-pastorale aspecten in het voorbereidingsdocument voor de 3e Buitengewone Bisschoppensynode
x
Informatie over dit document
Aandachtspunten aangaande de canoniek-pastorale aspecten in het voorbereidingsdocument voor de 3e Buitengewone Bisschoppensynode
Interventie tijdens de persconferentie bij de publicatie van het Voorbereidingsdocument
Péter Kardinaal Erdö
Bisschoppensynodes
5 november 2013
Curie
2013, Libreria Editrice Vaticana / Stg. InterKerk
Werkvert.: Redactie
Werkvert.: Redactie
5 november 2013
29 november 2013
5145
nl
Referenties naar dit document: 1
Open uitgebreid overzichtReferenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
- Inhoud
1
Het Voorbereidingsdocument van de volgende synode [5140] draagt zoals welbekend de titel “De pastorale uitdagingen met betrekking tot het gezin in het kader van de evangelisatie”. De aanduiding van het thema wijst er al op dat de volgende buitengewone synode [d:251] een brug zal kunnen slaan tussen de laatste algemene vergadering die gewijd was aan de nieuwe evangelisatie [d:317] en de volgende gewone algemene vergadering die in het jaar 2015 [d:297] is gepland over de operationele richtlijnen voor de pastorale zorg voor de menselijke persoon en het gezin.
Het huidige document [5140] bevat enkele expliciete verwijzingen naar de juridisch-canonieke en pastorale aspecten van de hele problematiek. Reeds nummer II met de titel “De Kerk en het Evangelie over het gezin” [5140|2-4], dat Bijbelse en theologische gezichtspunten biedt, gaat over de sociale en juridische dimensie van de kwestie. Ook in nummer III, dat wil zeggen in de Vragenlijst [5140|5-14], worden uitdrukkelijk dergelijke aspecten aan de orde gesteld.
Het huidige document [5140] bevat enkele expliciete verwijzingen naar de juridisch-canonieke en pastorale aspecten van de hele problematiek. Reeds nummer II met de titel “De Kerk en het Evangelie over het gezin” [5140|2-4], dat Bijbelse en theologische gezichtspunten biedt, gaat over de sociale en juridische dimensie van de kwestie. Ook in nummer III, dat wil zeggen in de Vragenlijst [5140|5-14], worden uitdrukkelijk dergelijke aspecten aan de orde gesteld.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Het gezin verschijnt als een realiteit die uit de wil van de Schepper voortvloeit en vormt een sociale realiteit. Het is dus niet slechts een uitvinding van de menselijke samenleving, laat staan van één of ander puur menselijk vermogen, maar vooral een natuurlijke realiteit, die door Christus de Heer is verheven in het kader van de goddelijke genade.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
Net als de Kerk zelf, verbindt het document [5140] de problematiek van het gezin nauw met die van het huwelijk. Ook van het huwelijk wordt bevestigd dat het voortkomt uit de wil van de Schepper en het huwelijk bestaat, zoals punt 2 [5140|7] van de Vragenlijst zegt, “volgens de natuurwet”. Het document [5140] veronderstelt dus het bestaan van een beroep op de persoonlijke vrijheid van het geschapen universum, veronderstelt dat de natuurwetten de regels van de werking van het universum vertegenwoordigen maar niet zonder verwijzingen en gevolgen zijn die verband houden met de vrije daden van de menselijke personen. Kijkend naar het universum of in de diepte van ons hart, ontdekken we dus het aangezicht van de Schepper en luisteren we naar zijn stem die ons bevraagt. “De natuurlijke aard van het huwelijk wordt beter begrepen wanneer het niet van het gezin gescheiden wordt. Huwelijk en gezin zijn onscheidbaar” – zoals de Zalige Johannes Paulus II zegt in zijn toespraak tot de Romeinse Rota in 2001 – “omdat de mannelijkheid en de vrouwelijkheid van de gehuwden constitutief open zijn voor het geschenk van kinderen.” Bij aanvang van het nieuwe werkjaar (2001) van de Romeinse Rota [[5146|(5)]]
In de burgerlijk juridische cultuur is deze visie van de natuurwet zeker niet de enige. Daarom vraagt vraag 2a [5140|6] naar de visie van de burgerlijke cultuur op het natuurlijke fundament van het gezin in de diverse landen.
Vraag 2b [5140|7] wil helder krijgen wat de mening is van de christenen over de natuurwet betreffende de verbintenis tussen man en vrouw. Deze vragen hebben zonder twijfel een pastoraal aspect en beogen niet te vragen naar een vergelijkend onderzoek over de oplossingen die door de burgerlijke wetgeving zijn aangenomen.
Reeds het theologisch deel van het document, dat de leer van de Kerk over het gezin presenteert, citeert punt 52 van de Pastorale Constitutie Gaudium et Spes [575|52], welke herhaalt dat “het gezin (...) werkelijk het fundament van de samenleving is”, en dat in het gezin de generaties elkaar ontmoeten en helpen om “tot een diepere wijsheid te komen en om de rechten van de personen harmonisch te verbinden met de andere eisen van het sociale leven”. In het kader van de grote uitdagingen van het individualisme van onze tijd, die in veel samenlevingen zelfs de solidariteit tussen de generaties in twijfel trekt, verschijnt het gezin als fundamentele institutie van de menselijke samenleving, verbonden met de scheppingsorde zelf.
Hetzelfde theologische hoofdstuk van het document citeert de Apostolische Exhortatie Familiaris Consortio [267] van de Zalige Johannes Paulus II, waarin dit wordt onderstreept: “Het huwelijk betekent geen onrechtmatige inmenging van de maatschappij of van de overheid en evenmin het opleggen van een vorm van buitenaf, maar is een innerlijk vereiste van het verbond van de echtelijke liefde, dat zichzelf openlijk bevestigt als uniek en exclusief, opdat aldus de volledige trouw aan de bedoeling van God de Schepper wordt beleefd.” Familiaris Consortio [[267|11]]
In de burgerlijk juridische cultuur is deze visie van de natuurwet zeker niet de enige. Daarom vraagt vraag 2a [5140|6] naar de visie van de burgerlijke cultuur op het natuurlijke fundament van het gezin in de diverse landen.
Vraag 2b [5140|7] wil helder krijgen wat de mening is van de christenen over de natuurwet betreffende de verbintenis tussen man en vrouw. Deze vragen hebben zonder twijfel een pastoraal aspect en beogen niet te vragen naar een vergelijkend onderzoek over de oplossingen die door de burgerlijke wetgeving zijn aangenomen.
Reeds het theologisch deel van het document, dat de leer van de Kerk over het gezin presenteert, citeert punt 52 van de Pastorale Constitutie Gaudium et Spes [575|52], welke herhaalt dat “het gezin (...) werkelijk het fundament van de samenleving is”, en dat in het gezin de generaties elkaar ontmoeten en helpen om “tot een diepere wijsheid te komen en om de rechten van de personen harmonisch te verbinden met de andere eisen van het sociale leven”. In het kader van de grote uitdagingen van het individualisme van onze tijd, die in veel samenlevingen zelfs de solidariteit tussen de generaties in twijfel trekt, verschijnt het gezin als fundamentele institutie van de menselijke samenleving, verbonden met de scheppingsorde zelf.
Hetzelfde theologische hoofdstuk van het document citeert de Apostolische Exhortatie Familiaris Consortio [267] van de Zalige Johannes Paulus II, waarin dit wordt onderstreept: “Het huwelijk betekent geen onrechtmatige inmenging van de maatschappij of van de overheid en evenmin het opleggen van een vorm van buitenaf, maar is een innerlijk vereiste van het verbond van de echtelijke liefde, dat zichzelf openlijk bevestigt als uniek en exclusief, opdat aldus de volledige trouw aan de bedoeling van God de Schepper wordt beleefd.” Familiaris Consortio [[267|11]]
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
De Kerk leert aangaande het huwelijk dat het “door de Schepper (…) van eigen wetten voorzien (werd). Het is van nature gericht op het welzijn van de echtgenoten en op het voortbrengen en opvoeden van kinderen. Het is door Christus onze Heer tussen gedoopten tot de waardigheid van Sacrament verheven.” Catechismus van de Katholieke Kerk [[1|1660]] §1 [[575|48]] vgl: §1 [[[30|1055]]] De paragrafen die het document [5140] citeert uit de Catechismus van de Katholieke Kerk [1] zijn tekstueel zowel met het Tweede Vaticaans Concilie [d:4] als met de Codex van het Canonieke Recht [30] verbonden. Het document [5140] zegt dus nadrukkelijk dat de sacramentele waardigheid eigen is aan de huwelijken tussen Christenen. De gemengde huwelijken – als het gaat om een katholiek en een niet-gedoopte – die zijn aangegaan met de vereiste dispensatie, zijn geldig, legitiem, maar niet sacramenteel. De sacramentaliteit hangt niet af van een speciale wilsdaad van de verbondsluitende partijen, maar komt voort uit het feit dat de twee gedoopten sacramenteel Christus en de Kerk vertegenwoordigen. Als het huwelijk tussen twee Christenen geldig is, is het een Sacrament, ook als de verbondsluitende partijen dat niet weten of niet de specifieke wens hebben een Sacrament te ontvangen. Zoals te lezen is in de Codex van het Canonieke Recht [30]: “Daarom kan er tussen gedoopten geen geldig huwelijkscontract bestaan zonder dat het door dit feit zelf Sacrament is.” § 2 [[30|1055]] Het is daarom niet mogelijk te spreken van een niet-sacramenteel natuurlijk huwelijk tussen twee gedoopten.
“Het Huwelijk is gegrondvest op de instemming van beide partijen, dit wil zeggen op de wil zich wederzijds en definitief aan elkaar te schenken met de bedoeling een trouw en vruchtbaar liefdesverbond te leven.” Catechismus van de Katholieke Kerk [[1|1662]] vgl: §2 [[[30|1057]]]
“Het Huwelijk is gegrondvest op de instemming van beide partijen, dit wil zeggen op de wil zich wederzijds en definitief aan elkaar te schenken met de bedoeling een trouw en vruchtbaar liefdesverbond te leven.” Catechismus van de Katholieke Kerk [[1|1662]] vgl: §2 [[[30|1057]]]
Referenties naar alinea 4: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5
Dit alles heeft aanzienlijke pastorale consequenties. Katholieke verloofden die het echte huwelijk voor de Kerk willen vieren, kunnen niet geweigerd geworden alleen om hun schaarse religiositeit of om de schaarsheid of het ontbreken van hun religieuze geloof. Zoals de Zalige Johannes Paulus II leert, “brengt (het) bovendien ernstige risico's mee andere criteria te willen vaststellen voor de toelating tot de kerkelijke viering van het huwelijk, criteria die de mate van geloof van de huwenden zouden betreffen. Vooral het risico van het vellen van ongegronde en discriminerende oordelen; verder het risico van twijfels te wekken over de geldigheid van reeds gesloten huwelijken, tot ernstige schade voor de christelijke gemeenschap en met nieuwe, ongerechtvaardigde ongerustheid voor het geweten van de gehuwden”. Familiaris Consortio [[267|68]] Evangelium Vitae [[2|7]]
“De wezenlijke eigenschappen van het Huwelijk zijn de eenheid en de onontbindbaarheid, die in het christelijk Huwelijk om reden van het Sacrament een bijzondere bekrachtiging vinden.” Codex Iuris Canonici [[30|1056]] vgl: Gaudium et Spes [[[575|48]]] (Mt. 19, 6) [[b:Mt. 19, 6]]
“De wezenlijke eigenschappen van het Huwelijk zijn de eenheid en de onontbindbaarheid, die in het christelijk Huwelijk om reden van het Sacrament een bijzondere bekrachtiging vinden.” Codex Iuris Canonici [[30|1056]] vgl: Gaudium et Spes [[[575|48]]] (Mt. 19, 6) [[b:Mt. 19, 6]]
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
6
Punt 3a van de Vragenlijst [5140|8] onderzoekt de ervaringen omtrent de voorbereiding voor het huwelijk en de evangelisatie van de echtparen en van het gezin. Een typisch fenomeen, dat in verscheidene landen wordt gezien, is namelijk dat van het ontstaan van gemeenschappen bestaande uit gezinnen of echtparen die hun christelijk leven beleven in het kader van de parochies en de spiritualiteitsbewegingen die – zoals ook vraag 3d van de Vragenlijst [5140|8] veronderstelt – een belangrijke functie hebben in de evangelisatie, ook buiten de gezinnen. Er bestaan namelijk gehele gezinnen die deelnemen aan de missio ad gentes (missie tot de volkeren) in een zeer geseculariseerde omgeving. Er bestaan landen (bijvoorbeeld Hongarije) waar, in de grote meerderheid van de parochies, uit gezinnen bestaande gemeenschappen werken met een grote rijkdom aan activiteiten. De samenwerking tussen diocesen en spiritualiteitsbewegingen kan juridische dimensies aannemen wanneer er contracten ontstaan over hun missie en activiteit in de plaatselijke Kerk. Een functie die goed omschreven is in het recht vgl: 4 [[[30|1063]]] wordt aan de orde gesteld in punt 3f van de Vragenlijst [5140|8]. Het gaat om de “hulp aan gehuwden, opdat zij, door het getrouw bewaren en behoeden van het huwelijksverbond, ertoe komen van dag tot dag een heiliger en rijker gezinsleven te leiden.”
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
7
De vragen 4a en 4b [5140|9] hebben betrekking op de feitelijke verbintenissen zonder religieuze of burgerlijke erkenning. Dit probleem blijkt één van de belangrijkste in veel landen. Als Familiaris Consortio [267] aandacht besteedde aan het probleem van de burgerlijk hertrouwde gescheidenen Familiaris Consortio [[267|84]], blijkt het fenomeen van paren die samenwonen zonder religieus of burgerlijk huwelijk statistisch nog groter. Zij vertegenwoordigen in bepaalde landen de meerderheid van de samenwonende paren en de overgrote meerderheid van de jonge paren. Velen van hen bezoeken catechesegroepen of behoren tot spiritualiteitsbewegingen. Het fenomeen kan een verdiepte overweging vereisen.
Wat betreft de hertrouwd gescheidenen (vraag 4c-e) [[5140|9]] wordt ook de kwestie van hun pastorale zorg en het probleem waarom enkelen van hen zich in de Kerk gemarginaliseerd voelen aan de orde gesteld. (4d) [[5140|9]] De vraagt lijkt niet speciaal gericht op de toegang tot het sacrament van de Biecht en van de Communie – dat thema wordt aangeduid in vraag 4e [5140|9] –, maar kan andere gebieden van het kerkelijk leven signaleren, zoals bijvoorbeeld eventueel de werkverhoudingen in publieke dienstinstellingen die door de Kerk worden geleid enz.
Wat betreft de hertrouwd gescheidenen (vraag 4c-e) [[5140|9]] wordt ook de kwestie van hun pastorale zorg en het probleem waarom enkelen van hen zich in de Kerk gemarginaliseerd voelen aan de orde gesteld. (4d) [[5140|9]] De vraagt lijkt niet speciaal gericht op de toegang tot het sacrament van de Biecht en van de Communie – dat thema wordt aangeduid in vraag 4e [5140|9] –, maar kan andere gebieden van het kerkelijk leven signaleren, zoals bijvoorbeeld eventueel de werkverhoudingen in publieke dienstinstellingen die door de Kerk worden geleid enz.
Referenties naar alinea 7: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
8
Een echt juridische vraag (4f) [5140|9] verwijst naar de mogelijkheid tot stroomlijning van de procedure van de nietigverklaring van het huwelijk. Paus Benedictus XVI heeft het 11 februari van dit jaar mogelijk gemaakt dat “de vonnissen van de Rota die het huwelijk nietig verklaren uitvoerbaar zijn zonder dat een tweede overeenstemmend besluit wordt genomen.” Rescriptum ex audientia Ss.mi - inzake nietigverklaringen van huwelijken [[5164]]
Ten aanzien van al deze kwesties wordt ook gevraagd of er pastorale initiatieven zijn met betrekking tot personen die zich in moeilijke huwelijkssituaties bevinden.
Over de verbintenissen tussen personen van hetzelfde geslacht proberen de vragen 5a-d [5140|10] de diverse burgerlijke regelgevingen en de pastorale houding van de Kerk helder te krijgen.
De kwestie van de opvoeding van kinderen die in irreguliere huwelijkssituaties leven doet zich voor. Vraag 6d [5140|11] veronderstelt duidelijk dat de Kerk dit probleem met grote openheid benadert en dat ze zoekt naar methoden van voorbereiding op de Sacramenten, hun toediening en de begeleiding van kinderen en adolescenten die deze Sacramenten ontvangen hebben.
Wat betreft de openheid van de echtgenoten voor het leven, wordt de praktijk betreffende de leer van Humanae Vitae [34] onderzocht. Ook het aspect dat de praktijk van het sacrament van de Biecht betreft, wordt aan de orde gesteld (7d) [5140|12]. De biechtvaders, als dienaars van de Kerk, moeten zich immers, volgens de wet, trouw houden aan het Leergezag en aan de normen van de bevoegde autoriteiten. §2 [[30|978]] De laatste pastorale vraag van dit thema (7f) [5140|12] richt de aandacht weer op de centrale waarde, dat wil zeggen, het leven. Het onderzoekt op een positieve manier hoe een meer open mentaliteit voor geboortes kan worden bevorderd. Zo wordt de hele vragenlijst in een hogere context geplaatst: voorbij de problemen die er zijn opent de horizon zich naar de erkenning van het feit dat het gezin een waar geschenk van de Schepper aan de mensheid is.
Ten aanzien van al deze kwesties wordt ook gevraagd of er pastorale initiatieven zijn met betrekking tot personen die zich in moeilijke huwelijkssituaties bevinden.
Over de verbintenissen tussen personen van hetzelfde geslacht proberen de vragen 5a-d [5140|10] de diverse burgerlijke regelgevingen en de pastorale houding van de Kerk helder te krijgen.
De kwestie van de opvoeding van kinderen die in irreguliere huwelijkssituaties leven doet zich voor. Vraag 6d [5140|11] veronderstelt duidelijk dat de Kerk dit probleem met grote openheid benadert en dat ze zoekt naar methoden van voorbereiding op de Sacramenten, hun toediening en de begeleiding van kinderen en adolescenten die deze Sacramenten ontvangen hebben.
Wat betreft de openheid van de echtgenoten voor het leven, wordt de praktijk betreffende de leer van Humanae Vitae [34] onderzocht. Ook het aspect dat de praktijk van het sacrament van de Biecht betreft, wordt aan de orde gesteld (7d) [5140|12]. De biechtvaders, als dienaars van de Kerk, moeten zich immers, volgens de wet, trouw houden aan het Leergezag en aan de normen van de bevoegde autoriteiten. §2 [[30|978]] De laatste pastorale vraag van dit thema (7f) [5140|12] richt de aandacht weer op de centrale waarde, dat wil zeggen, het leven. Het onderzoekt op een positieve manier hoe een meer open mentaliteit voor geboortes kan worden bevorderd. Zo wordt de hele vragenlijst in een hogere context geplaatst: voorbij de problemen die er zijn opent de horizon zich naar de erkenning van het feit dat het gezin een waar geschenk van de Schepper aan de mensheid is.
Referenties naar alinea 8: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaReferenties naar dit document: 1
Open uitgebreid overzichthttps://rkdocumenten.nl/toondocument/5145-aandachtspunten-aangaande-de-canoniek-pastorale-aspecten-nl