Inhoudsopgave
- Inhoud
1
Dierbare broeders en zusters,
Vandaag begint de Kerk een nieuw liturgisch jaar, een weg die ook een verrijking is voor het naar aanleiding van de 50e verjaardag van de opening van het . De eerste Tijd van deze weg is de Advent, die in de Latijnse ritus uit vier weken bestaat die voorafgaan aan de , dat wil zeggen het mysterie van de Menswording. De term “Advent” betekent “komst” of “aanwezigheid”. In de oudheid wees hij op het bezoek van de koning of keizer aan een provincie; in christelijke taal verwijst hij naar de komst van God, naar Zijn aanwezigheid in de wereld; een mysterie dat heel de kosmos en geschiedenis omhult, maar dat twee hoofdmomenten kent: de eerste en de tweede komst van Jezus Christus. De eerste is de Menswording; de tweede is de glorievolle terugkeer op het einde der tijden. Deze twee momenten, die chronologisch uit elkaar liggen – en het is ons niet gegeven te weten wanneer – raken elkaar ten diepste, want door Zijn dood en verrijzenis heeft Jezus deze transformatie van de mens en de kosmos, wat de eindbestemming is van de schepping, reeds gerealiseerd. Maar voor het einde, moet het Evangelie verkondigd worden aan alle volken, zegt Jezus in het Evangelie van de heilige Marcus . De komst van de Heer gaat door, de wereld moet van Zijn aanwezigheid doordrongen zijn. En deze permanente komst van de Heer door de verkondiging van het Evangelie, vraagt voortdurend onze medewerking; de Kerk is de Verloofde, de beloofde Bruid van het gekruisigde en verrezen Lam Gods , die in gemeenschap met haar Heer, aan deze komst meewerkt; door haar begint reeds Zijn glorievolle terugkeer.
Referenties naar alinea 1: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Daaraan herinnert ons vandaag het woord van God, dat een gedragslijn tekent die moet gevolgd worden om klaar te zijn voor de komst van de Heer. In het Evangelie van Lucas zegt Jezus tot de leerlingen: “Zorgt ervoor dat uw geest niet afgestompt raakt door een roes van dronkenschap en de zorgen des levens ... Weest dus te allen tijde waakzaam en bidt” . Dus, soberheid en gebed. En de apostel Paulus nodigt daarbij uit tot overvloedige liefde voor elkaar. Te midden van de verwarring van de wereld of de woestijnen van onverschilligheid of materialisme, verwachten christenen de God van het heil en getuigen ze ervan met een andere levensstijl, zoals een stad op een berg. “In die dagen wordt Juda gered en is Jeruzalem veilig. En de stad zal heten ‘Jahwe, onze gerechtigheid’” . De gemeenschap van gelovigen is het teken van Gods liefde, van Zijn gerechtigheid die reeds aanwezig is en die in de geschiedenis werkzaam is maar nog niet ten volle gerealiseerd, en die bijgevolg moet verwacht, afgesmeekt, geduldig en moedig gezocht worden.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
De Maagd Maria belichaamt volmaakt de geest van de Advent, die bestaat uit luisteren naar God, het diepe verlangen Zijn wil te doen, blije dienst aan de naaste. Laten wij ons leiden door Haar, opdat de God die komt, ons niet gesloten of verstrooid zou vinden, maar opdat Hij Zijn rijk van liefde, gerechtigheid en vrede in ieder van ons een beetje zou kunnen uitbreiden.
Referenties naar alinea 3: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
https://rkdocumenten.nl/toondocument/4788-de-geest-van-de-advent-nl