Tot de Bisschoppen van de Verenigde Staten van Amerika
x
Informatie over dit document
Tot de Bisschoppen van de Verenigde Staten van Amerika
Kleinseminarie van Onze Lieve Vrouw van de Engelen, Los Angeles
Paus Johannes Paulus II
16 september 1987
Pauselijke geschriften - Toespraken
1987, Archief van Kerken jrg 42, p. 915-943
16 september 1987
26 maart 2015
3282
nl
Referenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
Uitklappen
- DEEL 1 Antwoord van de Paus op de inleiding van Joseph Kard. Bernardin
1
Kard. Bernardin heeft ons een inleiding gegeven over de uiterst belangrijke werkelijkheid van de 'communio' (gemeenschap), welke het beste kader is voor ons gesprek. Als bisschoppen mogen wij nooit moe worden ons vroom op dit onderwerp te bezinnen. Daar, zoals de buitengewone zitting van de bisschoppensynode in 1985 [d:172] aangaf, 'de kerkleer (ecclesiologie) van de gemeenschap het centrale en fundamentele begrip is in de documenten van het concilie' Ecclesia sub Verbo Dei mysteria Christi celebrans pro salute mundi [[1485|18]], volgt daaruit dat wij telkens weer naar deze zelfde documenten moeten teruggrijpen om doordrongen te worden van de diepe theologische visie op de kerk, welke de Heilige Geest ons voor ogen stelt en welke de grondslag vormt voor alle pastorale bediening op de pelgrimstocht van de kerk door de menselijke geschiedenis.
Het programma van onze collegiale bediening kan geen ander zijn dan heel de rijkdom van het zelfverstaan van de kerk, welke door de Heilige Geest aan de geloofsgemeenschap werd geschonken in de viering van het Tweede Vaticaans Concilie, vrij te geven in de levensstroom van het kerkelijk leven. De vernieuwing van het katholieke leven waartoe het concilie opriep, moet niet op de eerste plaats worden afgemeten vanuit het oogpunt van de innerlijke structuren, maar aan een dieper verstaan en daadwerkelijker toepassing van de kernvisie op haar aard en zending, welke het concilie de kerk bood aan het einde van het tweede millennium van het christelijke tijdperk. Die vernieuwing hangt af van de wijze waarop de fundamentele inzichten van het concilie authentiek worden opgenomen in iedere particuliere kerk en in de universele kerk.
In het middelpunt van het zelfverstaan van de kerk staat het begrip communio: op de eerste plaats een door de genade delen in het leven van de Vader dat ons door Christus en in de Heilige Geest is gegeven. 'In Hem' - in Christus - 'heeft God ons uitverkoren voor de grondlegging der wereld, om heilig en vlekkeloos te zijn voor zijn aangezicht' (Ef. 1, 4) [b:Ef. 1, 4]. Deze gemeenschap heeft haar oorsprong in een goddelijke roeping, het eeuwig raadsbesluit dat ons heeft voorbestemd tot gelijkvormigheid met het beeld van de Zoon (Rom. 8, 28-30) [[b:Rom. 8, 28-30]]. Ze is verwezenlijkt door de sacramentele vereniging met Christus en door de organische deelneming in alles wat de goddelijke en menselijke werkelijkheid vormt van de kerk, het lichaam van Christus, welke de eeuwen omspant en in de wereld is gezonden om alle mensen zonder onderscheid te omvatten.
Dierbare broeders in onze Heer Jezus Christus,Alvorens in het kader van onze broederlijke gedachtenwisseling met antwoorden te beginnen, wil ik mijn diepe dankbaarheid jegens u uitspreken: dankbaarheid voor uw vele uitnodigingen dit pastoraal bezoek te brengen, dankbaarheid voor uw aanwezigheid hier vandaag, en dankbaarheid voor de onmetelijke hoeveelheid aan voorbereiding welke dit bezoek vereiste. Naast dit alles dank ik u voor uw dagelijkse inspanning en uw deelgenootschap met mij in het evangelie. Ik dank u in één woord voor 'uw werkdadig geloof, uw onvermoeibare liefde en uw standvastige hoop op onze Heer Jezus Christus' (1 Tess. 1, 3) [b:1 Tess. 1, 3].
Kard. Bernardin heeft ons een inleiding gegeven over de uiterst belangrijke werkelijkheid van de 'communio' (gemeenschap), welke het beste kader is voor ons gesprek. Als bisschoppen mogen wij nooit moe worden ons vroom op dit onderwerp te bezinnen. Daar, zoals de buitengewone zitting van de bisschoppensynode in 1985 [d:172] aangaf, 'de kerkleer (ecclesiologie) van de gemeenschap het centrale en fundamentele begrip is in de documenten van het concilie' Ecclesia sub Verbo Dei mysteria Christi celebrans pro salute mundi [[1485|18]], volgt daaruit dat wij telkens weer naar deze zelfde documenten moeten teruggrijpen om doordrongen te worden van de diepe theologische visie op de kerk, welke de Heilige Geest ons voor ogen stelt en welke de grondslag vormt voor alle pastorale bediening op de pelgrimstocht van de kerk door de menselijke geschiedenis.
Het programma van onze collegiale bediening kan geen ander zijn dan heel de rijkdom van het zelfverstaan van de kerk, welke door de Heilige Geest aan de geloofsgemeenschap werd geschonken in de viering van het Tweede Vaticaans Concilie, vrij te geven in de levensstroom van het kerkelijk leven. De vernieuwing van het katholieke leven waartoe het concilie opriep, moet niet op de eerste plaats worden afgemeten vanuit het oogpunt van de innerlijke structuren, maar aan een dieper verstaan en daadwerkelijker toepassing van de kernvisie op haar aard en zending, welke het concilie de kerk bood aan het einde van het tweede millennium van het christelijke tijdperk. Die vernieuwing hangt af van de wijze waarop de fundamentele inzichten van het concilie authentiek worden opgenomen in iedere particuliere kerk en in de universele kerk.
In het middelpunt van het zelfverstaan van de kerk staat het begrip communio: op de eerste plaats een door de genade delen in het leven van de Vader dat ons door Christus en in de Heilige Geest is gegeven. 'In Hem' - in Christus - 'heeft God ons uitverkoren voor de grondlegging der wereld, om heilig en vlekkeloos te zijn voor zijn aangezicht' (Ef. 1, 4) [b:Ef. 1, 4]. Deze gemeenschap heeft haar oorsprong in een goddelijke roeping, het eeuwig raadsbesluit dat ons heeft voorbestemd tot gelijkvormigheid met het beeld van de Zoon (Rom. 8, 28-30) [[b:Rom. 8, 28-30]]. Ze is verwezenlijkt door de sacramentele vereniging met Christus en door de organische deelneming in alles wat de goddelijke en menselijke werkelijkheid vormt van de kerk, het lichaam van Christus, welke de eeuwen omspant en in de wereld is gezonden om alle mensen zonder onderscheid te omvatten.
Referenties naar alinea 1: 1
Communionis notio ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
2
Het is duidelijk dat in de decennia sinds het concilie deze 'verticale dimensie' van de kerkelijke gemeenschap minder diep is ervaren door velen die, aan de andere kant, een levendig besef hebben van haar 'horizontale dimensie'. Tenzij evenwel de hele christelijke gemeenschap een scherp bewustzijn heeft van de wonderbare en volkomen gratuïete uitstorting van 'de goedheid en de mensenliefde van God, onze Heiland', die ons heeft gered 'niet op grond van de werken der gerechtigheid die wij verrichtten, maar louter uit barmhartigheid' (Tit. 3, 4-5) [b:Tit. 3, 4-5], zal de hele ordening van het leven van de kerk en de uitoefening van haar zending als dienst aan de mensenfamilie radicaal worden verzwakt en nooit het door het concilie bedoelde niveau bereiken.
Het kerkelijk lichaam is gezond naarmate de genade van Christus, uitgestort door de Heilige Geest, door de ledematen wordt aanvaard. Onze pastorale inspanningen zijn uiteindelijk vruchtbaar, wanneer het volk van God - wij bisschoppen met de geestelijken, religieuzen en leken - tot Christus wordt gebracht, groeit in geloof, hoop en liefde, en authentieke getuige wordt van de liefde van God in een wereld welke een herschepping nodig heeft.
Kard. Bernardin heeft zeer terecht verklaard, dat juist zoals er maar één geloof, één Heer, één doopsel is, er zo ook maar één trouw kan bestaan aan het woord van God, dat onafgebroken in de kerk wordt verkondigd en dat is toevertrouwd aan het bisschoppencollege met de paus als zijn zichtbare hoofd en eeuwigdurende bron van eenheid. Het woord van God, dat de kracht van God is om allen die geloven tot het heil te brengen (Rom. 1, 16) [[b:Rom. 1, 16]] vgl: Dei Verbum [[[576|17]]], is volledig geopenbaard in het paasmysterie van de dood en verrijzenis van Jezus Christus. Dit paasmysterie brengt een heil tot stand dat transcendent is en eeuwig: 'Hij is voor ons gestorven, opdat wij ... met Hem verenigd zouden leven' (1 Tess. 5, 10) [b:1 Tess. 5, 10]. Het is daarom de taak van de kerk om, terwijl zij op alle mogelijke manieren haar dienst aan de mensenfamilie in al haar noden tracht te vergroten, de oproep van Christus tot bekering te prediken en de verlossing in zijn bloed te verkondigen.
Het kerkelijk lichaam is gezond naarmate de genade van Christus, uitgestort door de Heilige Geest, door de ledematen wordt aanvaard. Onze pastorale inspanningen zijn uiteindelijk vruchtbaar, wanneer het volk van God - wij bisschoppen met de geestelijken, religieuzen en leken - tot Christus wordt gebracht, groeit in geloof, hoop en liefde, en authentieke getuige wordt van de liefde van God in een wereld welke een herschepping nodig heeft.
Kard. Bernardin heeft zeer terecht verklaard, dat juist zoals er maar één geloof, één Heer, één doopsel is, er zo ook maar één trouw kan bestaan aan het woord van God, dat onafgebroken in de kerk wordt verkondigd en dat is toevertrouwd aan het bisschoppencollege met de paus als zijn zichtbare hoofd en eeuwigdurende bron van eenheid. Het woord van God, dat de kracht van God is om allen die geloven tot het heil te brengen (Rom. 1, 16) [[b:Rom. 1, 16]] vgl: Dei Verbum [[[576|17]]], is volledig geopenbaard in het paasmysterie van de dood en verrijzenis van Jezus Christus. Dit paasmysterie brengt een heil tot stand dat transcendent is en eeuwig: 'Hij is voor ons gestorven, opdat wij ... met Hem verenigd zouden leven' (1 Tess. 5, 10) [b:1 Tess. 5, 10]. Het is daarom de taak van de kerk om, terwijl zij op alle mogelijke manieren haar dienst aan de mensenfamilie in al haar noden tracht te vergroten, de oproep van Christus tot bekering te prediken en de verlossing in zijn bloed te verkondigen.
Referenties naar alinea 2: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
3
Apostolos Suos ->=geentekst=
De 'verticale dimensie' van de kerkelijke gemeenschap is van diepe betekenis om de verhouding van de particuliere kerken tot de universele kerk te verstaan. Het is van belang een louter sociologische kijk op deze verhouding te vermijden. 'In en door hen (de particuliere kerken) bestaat de éne en enige katholieke kerk' Lumen Gentium [[617|23]], maar deze universele kerk mag niet worden begrepen als de som van particuliere kerken, of als een federatie van particuliere kerken.
In de viering van de eucharistie treden deze beginselen volledig op de voorgrond. Want zoals het conciliedocument over de liturgie vermeldt: 'De kerk wordt het meest zichtbaar in het voltallig en actief deelnemen van heel het heilige volk van God aan dezelfde liturgische vieringen, vooral aan dezelfde eucharistie, aan het éne gebed, aan het éne altaar met aan het hoofd de bisschop, omringd door zijn priesterschaar en zijn altaardienaren'. Sacrosanctum Concilium [[570|41]] Overal waar een gemeenschap bijeenkomt rond het altaar onder leiding van de bediening van de bisschop, daar is Christus aanwezig en daar is, vanwege Christus, de éne, heilige, katholieke en apostolische kerk samen vergaderd. vgl: Lumen Gentium [[[617|26]]]
De katholieke kerk bestaat zelf in elke particuliere kerk, welke alleen werkelijk volledig kan zijn door daadwerkelijke gemeenschap in geloof, sacramenten en eenheid met het hele lichaam van Christus. Vorig jaar november behandelde ik in mijn brief aan u tijdens uw bijeenkomst in Washington nogal uitvoerig dit aspect van de gemeenschap. Toen schreef ik:
In de viering van de eucharistie treden deze beginselen volledig op de voorgrond. Want zoals het conciliedocument over de liturgie vermeldt: 'De kerk wordt het meest zichtbaar in het voltallig en actief deelnemen van heel het heilige volk van God aan dezelfde liturgische vieringen, vooral aan dezelfde eucharistie, aan het éne gebed, aan het éne altaar met aan het hoofd de bisschop, omringd door zijn priesterschaar en zijn altaardienaren'. Sacrosanctum Concilium [[570|41]] Overal waar een gemeenschap bijeenkomt rond het altaar onder leiding van de bediening van de bisschop, daar is Christus aanwezig en daar is, vanwege Christus, de éne, heilige, katholieke en apostolische kerk samen vergaderd. vgl: Lumen Gentium [[[617|26]]]
De katholieke kerk bestaat zelf in elke particuliere kerk, welke alleen werkelijk volledig kan zijn door daadwerkelijke gemeenschap in geloof, sacramenten en eenheid met het hele lichaam van Christus. Vorig jaar november behandelde ik in mijn brief aan u tijdens uw bijeenkomst in Washington nogal uitvoerig dit aspect van de gemeenschap. Toen schreef ik:
'Het hele mysterie van de kerk zet ons aan te erkennen, dat de ene, heilige, katholieke en apostolische kerk aanwezig is in elke particuliere kerk over heel de wereld. En daar de opvolger van Petrus voor heel de kerk is aangesteld als herder en als plaatsbekleder van Christus Lumen Gentium [[617|22]], zijn alle particuliere kerken - juist omdat zij katholiek zijn, juist omdat zij in zichzelf het mysterie van de universele kerk belichamen - geroepen in gemeenschap met hem te leven.'Onze eigen verhouding van kerkelijke gemeenschap - collegialitas effectiva et affectiva - wordt in hetzelfde mysterie van de kerk ontdekt. Juist omdat u herders bent van particuliere kerken, waarin de volheid van de universele kerk bestaat, bent u, en moet u altijd zijn, in volle gemeenschap met de opvolger van Petrus. Uw bediening erkennen als
'plaatsvervangers en afgezanten van Christus' voor uw particuliere kerken Lumen Gentium [[617|20]], is des te duidelijker de bediening begrijpen van de zetel van Petrus, welke 'het voorzitterschap over heel de liefdesgemeenschap waarneemt, de rechtmatige verscheidenheid beschermt en er tevens voor zorgt, dat het bijzondere de eenheid niet zou schaden, maar veeleer bevorderen'. Lumen Gentium [[617|13]]' Aan de Bisschoppen van de Verenigde Staten [[5250|1]]
Referenties naar alinea 3: 2
Communionis notio ->=geentekst=Apostolos Suos ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4
In dit perspectief moeten wij ook de bediening van de opvolger van Petrus niet alleen als een 'globale' dienst zien, welke elke particuliere kerk als het ware van de 'buitenkant' bereikt, maar als iets dat reeds van 'binnenuit' tot het wezen van elke particuliere kerk behoort. Juist omdat deze verhouding van kerkelijke gemeenschap - onze effectieve en affectieve collegialiteit - zo'n innerlijk deel is van de structuur van het leven van de kerk, vereist de uitoefening ervan dat elk en iedereen van ons volmaakt één van geest en hart is met de wil van Christus ten aanzien van onze verschillende taken in het bisschoppencollege. Het concilie nam de moeite om niet alleen deze taken te formuleren, maar om ook de uitoefening van het gezag in de kerk in het juiste perspectief ervan te plaatsen, hetgeen juist het perspectief van de communio is. Ook in dit opzicht was het concilie - naar de woorden van de buitengewone synode - 'een wettige en waarachtige uitdrukking en interpretatie van de geloofsschat zoals deze in de Heilige Schrift en in de levende traditie van de kerk vervat ligt'. Ecclesia sub Verbo Dei mysteria Christi celebrans pro salute mundi [[1485|2]] Zoals ik u vorig jaar [5250] ook schreef, heb ik getracht mijn taak als opvolger van Petrus te vervullen in een geest van broederlijke solidariteit met u. Ik wens slechts alle bisschoppen van de wereld van dienst te zijn, en - in gehoorzaamheid aan mijn specifieke verantwoordelijkheid in dienst van de eenheid en universaliteit van de kerk - hen in hun eigen collegiale bediening te versterken. Ik ben in deze taak altijd grotelijks bemoedigd geweest door uw broederlijke steun en uw deelgenootschap in het evangelie, waarvoor ik u nogmaals mijn diepe dankbaarheid uitspreek. Het is voor de kerk van groot belang, dat wij in de volle kracht van de gemeenschap van de kerk samen Jezus Christus blijven verkondigen en zijn evangelie. Op deze wijze beleven wij zelf als opvolgers van de apostelen tenvolle het mysterie van de kerkelijke gemeenschap. Tegelijkertijd stellen wij door onze bediening de gelovigen in staat steeds dieper binnen te treden in het gemeenschapsleven van de kerk met de allerheiligste Drie-enheid.
Referenties naar alinea 4: 1
Communionis notio ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- DEEL 2 Antwoord van de Paus op de inleiding van mgr. John Quinn
5
Aartsbisschop Quinn heeft over de kerk gesproken als een gemeenschap welke trouw wenst te blijven aan de morele leer van onze Heer Jezus Christus. Een kern van de morele leer verkondigen is feitelijk een onafscheidelijk deel van de zending van de kerk in de wereld. Vanaf het begin heeft de kerk zich ingespannen om onder leiding van de Heilige Geest de openbaring van God in Christus toe te passen op alle vele aspecten van ons leven in de wereld, wetend dat wij geroepen zijn om 'een leven te leiden dat de Heer waardig is en Hem in alles behaagt' (Kol. 1, 10) [b:Kol. 1, 10]. Soms heet het dat een groot aantal katholieken zich vandaag niet houden aan de leer van de kerk over een aantal kwesties, met name de seksuele moraal en huwelijksmoraal, echtscheiding en tweede huwelijk. Van heel wat mensen wordt gezegd, dat zij het duidelijke standpunt van de kerk over abortus niet aanvaarden. Er is ook opgemerkt, dat heel wat katholieken de neiging hebben selectief te zijn in hun getrouwheid aan de moraalleer van de kerk. Er wordt soms beweerd, dat afwijken van het leergezag volledig verenigbaar is met een 'goed katholiek' zijn en geen beletsel vormt voor het ontvangen van de sacramenten. Dit is een ernstige dwaling, welke het leraarsambt van de bisschoppen van de Verenigde Staten en elders uitdaagt. Ik wil u in de liefde van Christus aanmoedigen deze situatie in uw pastorale bediening moedig aan te pakken en te vertrouwen op de kracht van de waarheid van God om instemming uit te lokken en op de genade van de Heilige Geest, welke zowel wordt gegeven aan hen die de boodschap verkondigen als aan hen tot wie ze is gericht. Wij moeten er ook voortdurend aan herinneren, dat de leer van de kerk van Christus - zoals Christus zelf - een 'teken is dat wordt tegengesproken'. Het is nooit gemakkelijk geweest de evangelieleer in haar geheel te aanvaarden, en het zal dat ook nooit zijn. De kerk is verplicht haar leer zowel in geloofszaken als in moraalkwesties zo duidelijk en begrijpelijk mogelijk te maken en haar in alle aantrekkelijkheid van de goddelijke waarheid voor te leggen. En dan nog blijft de uitdaging van het evangelie eigen aan de christelijke boodschap, welke aan iedere generatie wordt doorgegeven. Aartsbisschop Quinn heeft verwezen naar een beginsel met uiterst belangrijke consequenties voor ieder levensgebied van de kerk: ' ... de openbaring van God wordt bij uitstek gevonden in het kruis van Christus, dat de dwaasheid van God wijzer doet zijn dan menselijke wijsheid. Menselijke wijsheid lijkt in een bepaalde tijd het laatste woord te hebben. Maar het kruis brengt een perspectief mee, dat de inzichten radicaal wijzigt'. Ja, dierbare broeders, het kruis wijzigt - door heel de openbaring van de barmhartigheid, het mededogen en de liefde - de inzichten radicaal.
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
6
Misschien mag ik een aantal andere algemene opmerkingen maken. Ten eerste is de kerk een geloofsgemeenschap. Het geloof aanvaarden is instemmen met het woord van God zoals het is overgedragen door het authentieke leergezag van de kerk. Een dergelijke instemming vormt de grondhouding van de gelovige en is een daad zowel van de wil als het verstand. Het zou in alle opzichten misplaatst zijn te proberen deze godsdienstige daad te vormen naar opvattingen welke aan een wereldlijke cultuur zijn ontleend. Binnen de kerkelijke gemeenschap heeft de theologische discussie plaats in het kader van het geloof Een afwijken van de kerkelijke leer blijft wat het is, een afwijken; als zodanig mag ze niet op gelijke voet worden voorgesteld of aanvaard met de authentieke leer van de kerk. Bovendien moeten wij als bisschoppen bijzonder gevoelig zijn ten aanzien van onze taak als leraren van het geloof, wanneer meningen die in strijd zijn met de leer van de kerk, worden voorgesteld als een basis voor de pastorale praktijk. Ik wil u steunen, wanneer u een vruchtbare dialoog blijft aangaan met theologen inzake de rechtmatige vrijheid van onderzoek, welke hun recht is. U moedigt hen terecht eerlijk aan in hun moeilijke taak, en verzekert hen hoezeer de kerk hun toegewijde en opbouwende werk nodig heeft en hogelijk waardeert. Zij moeten van hun kant erkennen, dat de benaming katholiek theoloog een roeping en een verantwoordelijkheid in dienst van de geloofsgemeenschap uitdrukt en afhankelijkheid van het gezag van de herders van de kerk. Uw dialoog moet vooral de onaanvaardbaarheid trachten te bewijzen van een afwijkende mening en confrontatie als gedragslijn en werkwijze op het gebied van de kerkelijke leer.
Referenties naar alinea 6: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
7
Namens u sprekend heeft aartsbisschop Quinn een volledig besef getoond van de ernst van de uitdaging, welke uw leerambt onder ogen moet zien. Hij heeft gesproken over de dubbele taak van de bekering van de geest en de bekering van het hart. De weg naar het hart gaat heel dikwijls door de geest en in heel de kerk is vandaag behoefte aan een nieuwe evangelisatie- en catechese-inspanning welke is gericht op de geest. Elders heb ik verwezen naar de verhouding tussen het evangelie en de cultuur. Hier wil ik het belang benadrukken van de vorming van de geest op alle niveaus van het katholieke leven. Katholieke kinderen en jongeren moet een doeltreffende mogelijkheid worden geboden de waarheden van het geloof zodanig te leren, dat zij in staat worden gesteld hun katholieke eigenheid te formuleren in bewoordingen van de leer en het denken. Hier kan de katholieke pers een prachtige bijdrage leveren om het algemene niveau van het katholieke denken en de katholieke cultuur te verheffen. De seminaries hebben vooral de verantwoordelijkheid te waarborgen, dat de toekomstige priesters een hoog niveau van intellectuele voorbereiding en bekwaamheid zouden bereiken. Programma's van voortgezette vorming voor priesters, religieuzen en leken spelen een belangrijke rol om tot de noodzakelijke en serieuze intellectuele benadering aan te zetten van het grote aantal kwesties betreffende het geloof in de hedendaagse wereld. Een beslissend aspect van dit 'apostolaat van de geest' betreft de plicht en het recht van bisschoppen op een daadwerkelijke wijze aanwezig te zijn op katholieke colleges en universiteiten en op instellingen van hogere studies om het katholieke karakter ervan te waarborgen en te bevorderen, vooral wat de overdracht van de katholieke leer aangaat. Dit is een taak welke de persoonlijke aandacht van de bisschoppen vereist, omdat het een specifieke verantwoordelijkheid is, welke voortkomt uit hun leraarsambt. Het sluit veelvuldige contacten in met het onderwijzend personeel en het bestuurspersoneel, en vraagt het voorzien in ernstige programma's van pastorale zorg voor de studenten en anderen binnen de academische gemeenschap. Veel is reeds gedaan en ik maak van de gelegenheid gebruik u aan te moedigen om wegen te zoeken om deze apostolaatsvormen te versterken. Een van de grootste diensten die wij bisschoppen de kerk kunnen bewijzen is de huidige en toekomstige generaties katholieken in een gezond en volledig begrip van hun geloof te versterken. De kerkelijke gemeenschap zal zo prachtig worden versterkt in alle aspecten van het christelijke morele leven en in edelmoedige dienstbaarheid. De intellectuele benadering welke nodig is, is echter innig verbonden met het geloof en gebed. Onze mensen moeten zich bewust zijn van hun afhankelijkheid van de genade van Christus en van de diepe noodzaak zich steeds meer open te stellen voor de werking ervan. Jezus zelf wil dat wij overtuigd zijn van zijn woorden: 'Los van Mij kunt gij niets' (Joh. 15, 5) [b:Joh. 15, 5].
Referenties naar alinea 7: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- DEEL 3 Antwoord van de Paus op de inleiding van mgr. Rembert Weakland
8
De synode [d:177] welke de komende maand in Rome zal worden gehouden, zal ongetwijfeld in verdere bijzonderheden de vele belangrijke punten behandelen, welke door aartsbisschop Weakland naar voren zijn gebracht in zijn voordracht over de rol van de leken. Deze opmerkingen betreffen evenals de mijne vooral de katholieke leken in de Verenigde Staten. Er werd verklaard, dat 'de kerk in de Verenigde Staten van Amerika zich erop kan beroemen het grootste aantal ontwikkelde gelovigen van de wereld te hebben'. Deze verklaring heeft vele implicaties. De situatie welke ze beschrijft, is een reden tot nederige vreugde en dankbaarheid, omdat ze een belangrijk succes vormt: de langdurige onderwijsinspanning van de kerk in dit land gedurende vele, vele decennia. Tegelijkertijd biedt de vorming van de gelovigen een grote belofte en mogelijkheid voor de komende jaren. Want 'aangenomen mag worden, dat zij in de toekomst een vooraanstaande rol zullen blijven spelen in de samenleving en de cultuur van de Verenigde Staten'. Op de eerste plaats is de kerk door haar leken in staat een grote invloed uit te oefenen op de Amerikaanse cultuur. Deze cultuur is een menselijke schepping. Zij is tot stand gebracht door gedeeld inzicht en communicatie. Ze is opgebouwd door een uitwisseling onder mensen van een bepaalde samenleving. En cultuur is, hoewel ze een bepaalde dynamische duur heeft, altijd in verandering en ontwikkeling als een wijze van leven. De Amerikaanse cultuur van vandaag staat derhalve in onafgebroken verband met uw cultuur van vijftig jaar geleden. Toch is ze veranderd; ze is grotelijks beïnvloed door houdingen en geestesstromingen. Maar hoe ontwikkelt zich vandaag de Amerikaanse cultuur? Wordt deze ontwikkeling beïnvloed door het evangelie? Weerspiegelt ze duidelijk de christelijke inspiratie? {...} ziek, uw poëzie en kunst, uw theater, uw schilder- en beeldhouwkunst, de literatuur welke u voort brengt - zijn al deze zaken die de ziel van een natie weerspiegelen, beïnvloed door de geest van Christus tot vervolmaking van de mensheid? Ik ben me bewust, dat dit moeilijk te beantwoorden vragen zijn vanwege de gecompliceerdheid en verscheidenheid van uw cultuur. Maar ze zijn ter zake voor een beschouwing van de rol van de katholieke leken, 'het grootste aantal ontwikkelde leken in de wereld'. En het zijn bovenal de leken die, wanneer zij eenmaal zijn bezield door het evangelie, de verheffende en zuiverende invloed van het evangelie brengen in de wereld van de cultuur, in heel het domein van het denken, in de artistieke creativiteit, in de verschillende beroepen en werkplaatsen, in het gezinsleven en in de samenleving in het algemeen. Als bisschoppen met de taak de leken te leiden en hen aan te moedigen hun kerkelijke zending in de wereld te vervullen, moeten wij hen blijven steunen, wanneer zij trachten hun bijzondere bijdrage te leveren aan de ontwikkeling en ontplooiing van de cultuur en de invloed daarvan op de samenleving.
Referenties naar alinea 8: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
9
Met betrekking tot deze kwestie en op terreinen als politiek, economie, massamedia en internationaal leven, is de dienst die wij bewijzen op de eerste plaats een priesterlijke dienst: de dienst van het verkondigen en onderrichten van het woord van God met getrouwheid aan de waarheid, en de leken steeds meer te betrekken bij de heilsdialoog. Wij zijn ermee belast ons volk tot heiligheid te brengen, vooral door de genade van de eucharistie en een volmaakt sacramenteel leven. De dienst van onze pastorale leiding moet, gezuiverd in het persoonlijk gebed en de boete, en verre van op enigerlei wijze een autoritaire stijl te vertonen, luisteren en bemoedigen, uitdagen en soms corrigeren. Er is ongetwijfeld geen sprake van de technologische wereld te veroordelen, maar de leken juist aan te zetten deze van binnenuit om te vormen, zodat zij het stempel van het evangelie zou kunnen gaan dragen.
Referenties naar alinea 9: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
10
Wij dienen onze leken het beste, wanneer wij alle inspanningen doen om voor hen, en in samenwerking met hen, een uitgebreid en degelijk catecheseprogramma te verschaffen met als doel 'zowel de rijping van het beginnend geloof als de vorming tot een ware leerling van Christus door een diepere en meer systematische kennis van de persoon en de leer van Jezus Christus, onze Heer'. Catechesi Tradendae [[572|19]] Zo'n programma zal hen ook helpen het onderscheidingsvermogen te ontwikkelen, dat de geest van de wereld kan onderscheiden van de Geest van God en dat authentieke cultuur kan onderscheiden van elementen die de menselijke waardigheid omlaag halen. Het kan hun een hechte basis verschaffen om te groeien in hun kennis van en liefde tot Jezus Christus door voortdurende bekering en persoonlijke betrokkenheid bij de eisen van het evangelie.
Referenties naar alinea 10: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
11
Wanneer ik over de leken spreek, voel ik een bijzonder verlangen u te steunen in alles wat u doet ten behoeve van het gezinsleven. Aartsbisschop Weakland heeft 'het grote aantal echtscheidingen en het uiteenvallen van zoveel gezinnen' vermeld als een bijzonder pastoraal probleem. Ik weet dat wij allen grote droefheid gevoelen en een diepe pastorale bezorgdheid voor al degenen van wie de levens op deze manier zijn getroffen.
Zoals u zich zult herinneren, sprak ik bij gelegenheid van uw ad limina-bezoeken nogal uitvoerig over het thema huwelijk. Zonder alles te herhalen wat ik bij die gelegenheid zei, wil ik u aanmoedigen voort te gaan met uw vele ijverige en edelmoedige inspanningen pastorale zorg voor de gezinnen te verschaffen. Ik spoor u ook aan tegenover alle ontwikkelingen die de stabiliteit van het huwelijk, de waardigheid van de menselijke liefde en de waardigheid van het menselijk leven bedreigen, evenals de overdracht ervan, nooit het vertrouwen en de moed te verliezen. Door de genade welke ons als herders is gegeven, moeten wij trachten zo doeltreffend mogelijk de gehele leer van de kerk voor te houden, de profetische boodschap welke in Humanae Vitae [34] en in Familiaris Consortio [267] is vervat, inbegrepen.
De getrouwe leer van de intrinsieke verhouding tussen de eenmakende en voortplantende dimensies van de huwelijksdaad is natuurlijk slechts een deel van onze herderlijke verantwoordelijkheid. Met pastorale bezorgdheid wijst Familiaris Consortio [267] erop, dat 'de kerkelijke gemeenschap in deze tijd de taak op zich moet nemen overtuiging te wekken en concrete hulp te bieden aan degenen die het vaderschap en het moederschap op werkelijk verantwoorde wijze willen verwezenlijken ... Dit betekent een grotere, beslissende en systematische inspanning om de natuurlijke methoden van geboortebeperking te doen kennen, waarderen en toepassen'. Familiaris Consortio [[267|35]]
Bij gelegenheid van de laatste ad limina-bezoeken vermeldde ik:
Zoals u zich zult herinneren, sprak ik bij gelegenheid van uw ad limina-bezoeken nogal uitvoerig over het thema huwelijk. Zonder alles te herhalen wat ik bij die gelegenheid zei, wil ik u aanmoedigen voort te gaan met uw vele ijverige en edelmoedige inspanningen pastorale zorg voor de gezinnen te verschaffen. Ik spoor u ook aan tegenover alle ontwikkelingen die de stabiliteit van het huwelijk, de waardigheid van de menselijke liefde en de waardigheid van het menselijk leven bedreigen, evenals de overdracht ervan, nooit het vertrouwen en de moed te verliezen. Door de genade welke ons als herders is gegeven, moeten wij trachten zo doeltreffend mogelijk de gehele leer van de kerk voor te houden, de profetische boodschap welke in Humanae Vitae [34] en in Familiaris Consortio [267] is vervat, inbegrepen.
De getrouwe leer van de intrinsieke verhouding tussen de eenmakende en voortplantende dimensies van de huwelijksdaad is natuurlijk slechts een deel van onze herderlijke verantwoordelijkheid. Met pastorale bezorgdheid wijst Familiaris Consortio [267] erop, dat 'de kerkelijke gemeenschap in deze tijd de taak op zich moet nemen overtuiging te wekken en concrete hulp te bieden aan degenen die het vaderschap en het moederschap op werkelijk verantwoorde wijze willen verwezenlijken ... Dit betekent een grotere, beslissende en systematische inspanning om de natuurlijke methoden van geboortebeperking te doen kennen, waarderen en toepassen'. Familiaris Consortio [[267|35]]
Bij gelegenheid van de laatste ad limina-bezoeken vermeldde ik:
'De echtparen die tot de natuurlijke methoden besluiten, bemerken het diepe verschil - zowel antropologisch als moreel - tussen anticonceptie en natuurlijke gezinsplanning. Zij kunnen nochtans moeilijkheden ondervinden; zij gaan dikwijls door een soort bekering heen om zich te binden aan het gebruik van de natuurlijke methoden, en zij hebben toereikend onderricht, aanmoediging en pastorale raad en steun nodig. Wij moeten gevoelig zijn voor hun krachtsinspanningen en gevoel hebben voor de behoeften die zij ervaren. Wij moeten hen aanmoedigen hun pogingen met edelmoedigheid, vertrouwen en hoop voort te zetten. Als bisschoppen hebben wij het charisma en de pastorale verantwoordelijkheid onze mensen bewust te maken van de unieke invloed welke de genade van het sacrament van het huwelijk uitoefent op elk aspect van het gehuwde leven, en dus ook op de seksualiteit. vgl: Familiaris Consortio [[[267|33]]] De leer van de kerk van Christus is niet alleen een licht en een kracht voor het volk van God, maar zij verheft hun harten in blijdschap en hoop. Uw bisschoppenconferentie heeft een bijzonder programma opgesteld om de inspanningen in de verschillende bisdommen uit te breiden en te coördineren. Maar het welslagen van een dergelijke inspanning vereist de blijvende pastorale belangstelling en steun van iedere bisschop in zijn eigen bisdom, en ik ben u zeer dankbaar voor hetgeen u in dit meest belangrijke apostolaat doet'. Goede herders komen voor huwelijk en gezin [[779|6]]
Referenties naar alinea 11: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
12
Mijn grote dankbaarheid jegens u strekt zich uit tot vele andere terreinen, waarop u met edelmoedige toewijding hebt gewerkt voor en met de leken. Deze omvatten uw volhardende inspanningen tot bevordering van de vrede, het kweken van rechtvaardigheid en het ondersteunen van de missies. Op het gebied van de verdediging van het menselijk leven hebt u gewerkt met uitzonderlijke inzet en standvastigheid. Reeds tijdens de ad limina-bezoeken van 1978 vestigde Paulus VI de aandacht op deze activiteit van u en verzekerde u van de waardering van de Heilige Stoel. Vanwege hun uitzonderlijk belang wil ik zijn woorden van krachtige steun aan u nogal uitvoerig aanhalen en ze tot de mijne maken:
'In de naam van Jezus Christus danken wij u voor uw bediening in dienst van het leven. Wij weten dat u zich hebt ingespannen, juist opdat de woorden van de goede Herder zouden worden vervuld: 'opdat zij leven zouden bezitten, en wel in overvloed'. Onder uw leiding hebben zovelen van het katholieke volk - priesters, diakens, religieuzen en leken - zich verbonden in talrijke initiatieven ter verdediging, genezing en bevordering van het menselijk leven. Met het licht van het geloof, de spoorslag van de liefde en een bewustzijn van uw pastorale verantwoordelijkheid hebt u gewerkt om alles te bestrijden wat het menselijk leven verwondt, verzwakt of onteert. Uw pastorale liefde heeft zo op vele manieren een consequente uitdrukking gevonden - alle betreffende de kwestie van leven, alle met het doel het leven in zijn velerlei facetten te beschermen. U hebt in de praktijk getracht te verkondigen, dat alle aspecten van het menselijk leven heilig zijn.
In dit opzicht waren uw inspanningen gericht op de uitroeiing van de honger, het uitschakelen van de mensonwaardige levensomstandigheden en de bevordering van programma 's ten behoeve van de armen, bejaarden en minderheden. U hebt gewerkt voor de verbetering van de sociale orde zelf. Wij weten dat u tegelijkertijd uw volk het doel hebt voorgehouden waartoe God het roept: het leven dat hier boven is in Christus Jezus. (Fil. 3, 14) [[b:Fil. 3, 14]]
Onder uw vele activiteiten in dienst van het leven is er één welke, vooral in dit tijdsgewricht, onze hoogste lof en onze krachtigste steun verdient: dat is de voortdurende strijd tegen hetgeen het Tweede Vaticaans Concilie de 'afschuwwekkende misdaad' van de abortus heeft genoemd. Gaudium et Spes [[575|51]] Minachting voor het heilige karakter van het leven in de moederschoot verzwakt heel het gebouw van de beschaving; het bereidt een mentaliteit en zelfs een openbare houding voor, welke tot de aanvaarding kunnen leiden van andere praktijken die tegen de fundamentele rechten van het individu ingaan. Deze mentaliteit kan bijvoorbeeld de zorg voor degenen die in nood verkeren volledig ondermijnen en zich uiten in ongevoeligheid voor sociale noden; het kan minachting voor de bejaarden teweegbrengen tot de verdediging van euthanasie toe; het kan de weg bereiden voor vormen van genetische manipulatietechnieken die tegen het leven ingaan en waarvan de gevaren nog niet volledig bekend zijn bij het groot publiek.
Daarom is het zeer bemoedigend de grote dienst te zien, welke u aan de mensheid verleent door voortdurend de waarden van het menselijk leven voor uw mensen hoog te houden. Wij zijn ervan overtuigd dat u, vertrouwend op de woorden van de goede Herder die uw activiteit bezielt, in dit opzicht leiding zult blijven geven en de hele kerkelijke gemeenschap zult blijven steunen in haar eigen roeping in dienst van het leven.
Het is ook een bron van wereldwijde eer, dat in uw land zoveel rechtschapen mannen en vrouwen van verschillende godsdienstige overtuigingen verbonden zijn in een diepe eerbied voor de wetten van de Schepper en Heer van het leven, en dat zij met alle rechtmatige middelen die hun ter beschikking staan, proberen tegenover het getuigenis van de geschiedenis, een beslist standpunt in te nemen voor het menselijk leven'. Tot de Amerikaanse Bisschoppen bij gelegenheid van hun bezoek Ad Limina [[5251]]Negen jaar zijn voorbijgegaan sinds deze woorden werden gesproken en toch zijn ze vandaag nog ter zake - ter zake in hun profetische visie, ter zake in de noden welke ze uitdrukken, ter zake in het verdedigen van het leven.
Referenties naar alinea 12: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
13
In zijn encycliek Pacem in Terris [53] plaatste paus Johannes XXIII de kwestie van de vooruitgang van de vrouw in het verband van de kenmerken van de huidige dag, 'de tekenen des tijds'. Pacem in Terris [[53|41]] Hij maakte duidelijk dat de betreffende kwestie er een was van menselijke waardigheid. Dit is inderdaad de bedoeling van alle inspanningen van de kerk ten behoeve van de vrouwen: hun menselijke waardigheid bevorderen. De kerk verkondigt de persoonlijke waardigheid van vrouwen als vrouwen - een waardigheid gelijk aan die van mannen. Deze waardigheid moet worden bevestigd in haar ontologisch karakter, zelfs voordat aandacht wordt geschonken aan een van de bijzondere en verheven taken die door vrouwen worden vervuld als echtgenoten, moeders of Godgewijde vrouwen. De kwestie van de gelijke waardigheid en verantwoordelijkheid van vrouwen brengt veel andere aspecten mee, die ongetwijfeld op de aanstaande bisschoppensynode passend zullen worden behandeld. Aan de basis van alle overwegingen liggen echter twee hechte beginselen: de gelijke menselijke waardigheid van vrouwen en hun waarachtig vrouwelijk menszijn. Op grond van deze twee beginselen heeft Familiaris Consortio [267] reeds veel over de houding van de kerk ten aanzien van vrouwen uitgesproken, welke 'het fijngevoelige respect van Jezus voor de vrouwen' weerspiegelt, 'die Hij geroepen heeft Hem in vriendschap te volgen'. Familiaris Consortio [[267|22]] Zoals ik heb uiteengezet en zoals aartsbisschop Weakland erop heeft gewezen, zijn vrouwen niet geroepen tot het priesterschap. Hoewel de leer van de kerk op dit punt heel duidelijk is, doet dat op geen manier iets af van het feit dat vrouwen inderdaad een wezenlijk deel zijn van het evangelische plan de blijde boodschap van het koninkrijk te verspreiden. En de kerk is onherroepelijk aan deze waarheid gebonden.
Referenties naar alinea 13: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- DEEL 4 Antwoord van de Paus op de inleiding van mgr. Daniel Pilarczyk
14
Mijn belangstelling voor de kwestie van de roepingen is u allen welbekend. Het is een steeds terugkerend thema bij mijn gesprekken met bisschoppen uit heel de wereld. Het is een van de onderwerpen waarover ik herhaaldelijk spreek bij mijn ontmoetingen met jongeren. Het is een beslissende factor voor de toekomst van de kerk bij de nadering van het begin van het derde millennium. Daarom doet het mij veel genoegen, dat u dit hebt gekozen als een van de onderwerpen waarop vandaag de nadruk moet worden gelegd. Aartsbisschop Pilarczyk heeft een 'overzicht van de bedieningswerkelijkheden van de kerk in dit land' voorgelegd, dat aspecten vermeldt die veel troost bieden aan u als bisschoppen en aspecten die een reden tot herderlijke bezorgdheid zijn. Hij vermeldt dat het belangrijk was 'over enkele van de heel positieve implicaties te spreken van de lekenroepingen, religieuze roepingen en priesterroepingen in Amerika'. Daarmee vestigde hij terecht de aandacht op de wijze waarop de Heilige Geest in uw midden werkzaam is, iets waarop wij inderdaad altijd opmerkzaam en waarvoor wij dankbaar moeten zijn. Zoals Lumen Gentium [617] eraan herinnert: 'De Geest voert de kerk naar de volle waarheid (Joh. 16, 13) [[b:Joh. 16, 13]] en maakt haar één in de gemeenschap en de bediening ... Door de kracht van het evangelie maakt Hij de kerk steeds weer jong en vernieuwt Hij haar voortdurend en brengt haar naar de volkomen vereniging met haar Bruidegom'. Lumen Gentium [[617|4]]
Het is inderdaad bemoedigend op te merken dat leken in steeds groeiende aantallen betrokken zijn geraakt bij het leven van de kerk en hoe dit heeft geleid tot 'een veel grotere hoogte en verscheidenheid van bedieningen dan ooit tevoren'. De actievere deelneming van de leken aan de zending van de kerk is ongetwijfeld een welsprekend teken van de vruchtbaarheid van het Tweede Vaticaans Concilie, een teken waarvoor wij allen dankbaar zijn. En ik ben ervan overtuigd dat de aanstaande bisschoppensynode [d:177] een nieuwe aanmoediging zal geven aan deze deelneming en een vaste richting voor de voortdurende groei en versterking ervan. Het is belangrijk voor onze mensen duidelijk in te zien, dat de bediening van de gewijde priester en de betrokkenheid van de leken bij de zending van de kerk niet in het minste met elkaar in strijd zijn. De een vult integendeel de ander aan. Juist zoals de priesterlijke bediening geen doel in en op zichzelf is, maar dient om de verschillende charisma's binnen de kerk te wekken en tot een eenheid te brengen, zo vervangt ook de betrokkenheid van de leken niet het priesterschap, maar ondersteunt het, bevordert het en biedt het de ruimte voor zijn eigen bijzondere dienst.
Op dit moment zou ik graag een paar opmerkingen maken over de roepingen tot het priesterschap en tot het religieuze leven.
Het onvoldoende aantal seminaristen en kandidaten voor het religieuze leven is inderdaad een reden tot herderlijke bezorgdheid voor ons allen, want wij weten dat hun openbaar getuigenis van het evangelie en hun bijzondere taken in de kerk onvervangbaar zijn. In vele delen van de wereld ondervindt de kerk, zoals aartsbisschop Pilarczyk opmerkte, dat 'de samenleving in toenemende mate geseculariseerd raakt en in toenemende mate ongastvrij voor het christelijk geloof. Vooral voor jongeren is het moeilijk de edelmoedige offers te brengen, welke de aanvaarding van de roeping van God meebrengt. Toch is het voor hen mogelijk dat te doen door de genade en met de steun van de gemeenschap. En het is juist in deze situatie, dat wij zijn geroepen te getuigen van de hoop van de kerk.
In onze pastorale zending moeten wij dikwijls een situatie beoordelen en over een gedragslijn beslissen. Wij moeten dit doen met voorzichtigheid en pastorale werkelijkheidszin. Tegelijkertijd weten wij dat er vandaag zoals altijd 'onheilsprofeten' zijn. Wij moeten hen in hun pessimisme weerstaan en voortgaan met onze inspanningen roepingen tot het priesterschap en het religieuze leven te bevorderen. Bidden voor roepingen blijft de eerste manier om te slagen, daar Jezus zelf ons de opdracht naliet: 'Vraagt de Heer van de oogst arbeiders te sturen om te oogsten' (Mt. 9, 38) [b:Mt. 9, 38]. Ik vraag u daarom het gebed voor roepingen onder heel het volk aan te moedigen, vooral onder de priesters en religieuzen zelf, maar ook in de gezinnen waar de eerste kiemen van de roepingen gewoonlijk worden gelegd, en op de scholen en bij godsdienstige vormingsprogramma's. De gebeden van bejaarden en zieken hebben een doeltreffendheid, welke niet moet worden vergeten.
Behalve gebed, moeten jongeren worden uitgenodigd. Het was Andreas die zijn broer Petrus bij de Heer bracht. Het was Filippus die Nathanaël meebracht. En hoevelen van ons en van onze priesters en religieuzen kregen de roeping van de Heer te horen door iemand anders? Uw eigen aanwezigheid onder de jongeren is een gezegend en geschikt moment deze uitnodiging tot hen te richten en de jongeren te vragen zelf voor roepingen te bidden. Afgelopen donderdag, toen ik in Miami over de roepingen tot het priesterschap sprak [5252], heb ik juist de grondslag van onze hoop benadrukt:
Het is inderdaad bemoedigend op te merken dat leken in steeds groeiende aantallen betrokken zijn geraakt bij het leven van de kerk en hoe dit heeft geleid tot 'een veel grotere hoogte en verscheidenheid van bedieningen dan ooit tevoren'. De actievere deelneming van de leken aan de zending van de kerk is ongetwijfeld een welsprekend teken van de vruchtbaarheid van het Tweede Vaticaans Concilie, een teken waarvoor wij allen dankbaar zijn. En ik ben ervan overtuigd dat de aanstaande bisschoppensynode [d:177] een nieuwe aanmoediging zal geven aan deze deelneming en een vaste richting voor de voortdurende groei en versterking ervan. Het is belangrijk voor onze mensen duidelijk in te zien, dat de bediening van de gewijde priester en de betrokkenheid van de leken bij de zending van de kerk niet in het minste met elkaar in strijd zijn. De een vult integendeel de ander aan. Juist zoals de priesterlijke bediening geen doel in en op zichzelf is, maar dient om de verschillende charisma's binnen de kerk te wekken en tot een eenheid te brengen, zo vervangt ook de betrokkenheid van de leken niet het priesterschap, maar ondersteunt het, bevordert het en biedt het de ruimte voor zijn eigen bijzondere dienst.
Op dit moment zou ik graag een paar opmerkingen maken over de roepingen tot het priesterschap en tot het religieuze leven.
Het onvoldoende aantal seminaristen en kandidaten voor het religieuze leven is inderdaad een reden tot herderlijke bezorgdheid voor ons allen, want wij weten dat hun openbaar getuigenis van het evangelie en hun bijzondere taken in de kerk onvervangbaar zijn. In vele delen van de wereld ondervindt de kerk, zoals aartsbisschop Pilarczyk opmerkte, dat 'de samenleving in toenemende mate geseculariseerd raakt en in toenemende mate ongastvrij voor het christelijk geloof. Vooral voor jongeren is het moeilijk de edelmoedige offers te brengen, welke de aanvaarding van de roeping van God meebrengt. Toch is het voor hen mogelijk dat te doen door de genade en met de steun van de gemeenschap. En het is juist in deze situatie, dat wij zijn geroepen te getuigen van de hoop van de kerk.
In onze pastorale zending moeten wij dikwijls een situatie beoordelen en over een gedragslijn beslissen. Wij moeten dit doen met voorzichtigheid en pastorale werkelijkheidszin. Tegelijkertijd weten wij dat er vandaag zoals altijd 'onheilsprofeten' zijn. Wij moeten hen in hun pessimisme weerstaan en voortgaan met onze inspanningen roepingen tot het priesterschap en het religieuze leven te bevorderen. Bidden voor roepingen blijft de eerste manier om te slagen, daar Jezus zelf ons de opdracht naliet: 'Vraagt de Heer van de oogst arbeiders te sturen om te oogsten' (Mt. 9, 38) [b:Mt. 9, 38]. Ik vraag u daarom het gebed voor roepingen onder heel het volk aan te moedigen, vooral onder de priesters en religieuzen zelf, maar ook in de gezinnen waar de eerste kiemen van de roepingen gewoonlijk worden gelegd, en op de scholen en bij godsdienstige vormingsprogramma's. De gebeden van bejaarden en zieken hebben een doeltreffendheid, welke niet moet worden vergeten.
Behalve gebed, moeten jongeren worden uitgenodigd. Het was Andreas die zijn broer Petrus bij de Heer bracht. Het was Filippus die Nathanaël meebracht. En hoevelen van ons en van onze priesters en religieuzen kregen de roeping van de Heer te horen door iemand anders? Uw eigen aanwezigheid onder de jongeren is een gezegend en geschikt moment deze uitnodiging tot hen te richten en de jongeren te vragen zelf voor roepingen te bidden. Afgelopen donderdag, toen ik in Miami over de roepingen tot het priesterschap sprak [5252], heb ik juist de grondslag van onze hoop benadrukt:
'Er is nog één factor meer waarmee bij de beoordeling van de toekomst van de roepingen rekening moet worden gehouden, en dat is de kracht van het paasmysterie van Christus. Als kerk van Christus zijn wij allen geroepen zijn kracht tegenover de wereld te belijden; te verkondigen dat deze bij machte is door zijn dood en verrijzenis evenzeer jongeren van deze generatie tot zich te trekken als in het verleden; te verklaren dat Hij sterk genoeg is om jongeren ook vandaag tot een leven van zelfopoffering, zuivere liefde en algemene toewijding tot het priesterschap te trekken. Wanneer wij deze waarheid belijden, wanneer wij met geloof de kracht van de Heer van de oogst verkondigen, hebben wij met recht te verwachten, dat Hij de gebeden zal inwilligen, welke Hij zelf heeft opgedragen te verrichten. Dit uur vraagt om een groot vertrouwen in Hem die de wereld heeft overwonnen'. Tot priesters uit de Verenigde Staten van Amerika [[5252|(4)]]
Referenties naar alinea 14: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
15
Ik zou u willen danken voor alles wat u doet om een degelijke vorming tot het priesterschap in de Verenigde Staten te waarborgen. De apostolische visitatie van de seminaries vgl. Archief van de Kerken 42.. vgl. Archief van de Kerken 42 (1987), 25 is met edelmoedige medewerking uitgevoerd. En ik ben dankbaar voor de vele brieven die u mij hebt gezonden om uw waardering uit te spreken voor dit initiatief en mij te vertellen van de vele positieve gevolgen, welke eruit zijn voortgekomen. Tegelijkertijd zijn uw pastorale belangstelling en persoonlijke betrokkenheid bij de seminarieopleiding zaken die nooit een einde mogen nemen. Ze vormen een te centrale taak en een te belangrijke prioriteit in het leven van de kerk. De Kerk van morgen gaat door de seminaries van vandaag. Met verloop van tijd zal de pastorale verantwoordelijkheid niet langer de onze zijn. Maar momenteel is de verantwoordelijkheid de onze en ze is zwaar. De ijverige vervulling ervan is een grote daad van liefde voor de kudde.
In het bijzonder vraag ik u waakzaam te zijn, opdat de dogmatische en morele leer van de kerk getrouw en duidelijk aan de seminaristen wordt voorgehouden en door hen volledig wordt aanvaard en begrepen. Op de openingsdag van het Tweede Vaticaans Concilie, 11 oktober 1962, zei Johannes XXIII tot zijn broederbisschoppen: 'Wat voor het oecumenisch concilie van het grootste belang is, is dat het heilig erfgoed van de christelijke leer op doeltreffender wijze bewaard en verkondigd wordt'. Gaudet Mater Ecclesia [[126|20]] Wat Paus Johannes van het concilie verwachtte, is ook een eerste zorg voor de priesterlijke vorming. Wij moeten waarborgen, dat onze toekomstige priesters een grondig begrip hebben van het geheel van het katholieke geloof, en vervolgens moeten wij hen voorbereiden om dit op hun beurt aan anderen voor te houden op een begrijpelijke en pastoraal gezonde wijze.
In het bijzonder vraag ik u waakzaam te zijn, opdat de dogmatische en morele leer van de kerk getrouw en duidelijk aan de seminaristen wordt voorgehouden en door hen volledig wordt aanvaard en begrepen. Op de openingsdag van het Tweede Vaticaans Concilie, 11 oktober 1962, zei Johannes XXIII tot zijn broederbisschoppen: 'Wat voor het oecumenisch concilie van het grootste belang is, is dat het heilig erfgoed van de christelijke leer op doeltreffender wijze bewaard en verkondigd wordt'. Gaudet Mater Ecclesia [[126|20]] Wat Paus Johannes van het concilie verwachtte, is ook een eerste zorg voor de priesterlijke vorming. Wij moeten waarborgen, dat onze toekomstige priesters een grondig begrip hebben van het geheel van het katholieke geloof, en vervolgens moeten wij hen voorbereiden om dit op hun beurt aan anderen voor te houden op een begrijpelijke en pastoraal gezonde wijze.
Referenties naar alinea 15: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
16
Ik kan deze gelegenheid niet voorbij laten gaan zonder nogmaals mijn erkentelijkheid uit te spreken voor het grote belang dat u hebt gesteld in het religieuze leven. Ik ben blij op te merken dat er, zoals aartsbisschop Pilarczyk heeft gezegd, 'een toenemend begrip voor en waardering van het religieuze leven bestaat van de kant van de bisschoppen en priesters, dank zij voor een groot deel de pauselijke commissie', welke in 1983 werd ingesteld. Archief van de Kerken 38.. Archief van de Kerken 38 (1983,111), 2-3
Toen ik de commissie vroeg het roepingenprobleem te bestuderen, deed ik dat 'om een nieuwe groei aan te moedigen en een nieuwe stap vooruit in deze belangrijke sector van het leven van de Kerk'. Het antwoord dat u allen hebt gegeven op dit verzoek, is zeer aangenaam geweest. En ik weet, dat u met deze belangrijke inspanning door wilt gaan. Het religieuze leven is een kostbare gave van de Heer, en wij moeten de religieuzen blijven verzekeren van de genegenheid en achting van de kerk.
Toen ik de commissie vroeg het roepingenprobleem te bestuderen, deed ik dat 'om een nieuwe groei aan te moedigen en een nieuwe stap vooruit in deze belangrijke sector van het leven van de Kerk'. Het antwoord dat u allen hebt gegeven op dit verzoek, is zeer aangenaam geweest. En ik weet, dat u met deze belangrijke inspanning door wilt gaan. Het religieuze leven is een kostbare gave van de Heer, en wij moeten de religieuzen blijven verzekeren van de genegenheid en achting van de kerk.
Referenties naar alinea 16: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
17
Er zijn vele andere kwesties, dierbare broederbisschoppen, die ons voor de geest komen, wanneer wij ons samen in dit buitengewone uur van kerkelijke gemeenschap bezinnen. Alle betreffen onze rol als herders en dagen onze apostolische liefde en ijver uit. Vanwege het belang ervan in het leven van de kerk, sprak ik tot de priesters in Miami [5252] over de biecht en onze eigen behoefte het sacrament regelmatig te ontvangen. Ik gaf ook uitdrukking aan mijn erkentelijkheid voor hun edelmoedige zorg de biecht beschikbaar te stellen voor de gelovigen. In dit opzicht zou ik u als bisschoppen willen vragen elke inspanning te doen om te waarborgen, dat de belangrijke normen van de universele kerk met betrekking tot het gebruik van de generale absolutie in een geest van geloof worden begrepen en onderhouden. Wat dit betreft zou ik willen vragen, dat de postsynodale apostolische exhortatie Reconciliatio et paenitentia [759] het voorwerp blijft van vrome bezinning.
Referenties naar alinea 17: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
18
Ik wil u ook aanmoedigen in uw pastorale zorg voor homoseksuele personen. Deze sluit een duidelijke uiteenzetting in van de leer van de kerk, welke door haar aard niet populair is. Niettemin bevestigt uw eigen pastorale ervaring, dat de waarheid, hoe moeilijk te aanvaarden ook, genade geeft en dikwijls tot een diepe innerlijke bekering leidt. Onverschillig welk probleem individuele christenen ook hebben, en onverschillig de mate waarin zij aan de genade beantwoorden, zij zijn de liefde van de kerk en de oprechtheid van de kerk waard. Alle homoseksuelen en andere personen, die ernaar streven het evangelisch gebod van de kuisheid te vervullen, zijn bijzondere bemoediging en achting waard.
Referenties naar alinea 18: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
19
Van tijd tot tijd wordt de kwestie van de seksuele opvoeding een zaak van bezorgdheid voor katholieke ouders, vooral als het gaat om programma's welke op scholen worden gebruikt. De beginselen die dit terrein beslaan, zijn bondig maar duidelijk uiteengezet in Familiaris Consortio [267]. Het eerste van deze beginselen is de noodzaak te erkennen, dat seksuele opvoeding een grondrecht en -plicht van de ouders zelf is. Zij moeten worden geholpen om in toenemende mate doeltreffender te worden in het vervullen van deze taak. Andere vormingsinstanties hebben een belangrijke rol, maar altijd op een helpende manier, met de verschuldigde ondergeschiktheid aan de rechten van de ouders. Vele ouders zullen ongetwijfeld zijn bemoedigd door de verwijzing in de herderlijke brief van de bisschoppen van Californië, A Call to Compassion, naar een absoluut wezenlijk aspect van heel deze kwestie: 'Het herwinnen van de deugd van kuisheid' - schreven zij - 'moet een van de dringendste noodzakelijkheden zijn van de hedendaagse samenleving'. Wij mogen er niet aan twijfelen dat de katholieke kerk in de Verenigde Staten, evenals elders, is geroepen zich grotelijks in te spannen om ouders te helpen hun kinderen de verheven waarde van de zichzelf gevende liefde te leren; jongeren hebben veel steun nodig om dit fundamentele aspect van hun menselijke en christelijke roeping te beleven.
Referenties naar alinea 19: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
20
Onder uw vele pastorale verplichtingen behoort ook de noodzaak te voorzien in de geestelijke zorg voor de militairen en hun ondergeschikten. Dit doet u door middel van het militaire ordinariaat. Het functioneren van dit uitgestrekte aartsbisdom vereist de broederlijke en meegaande medewerking van alle bisschoppen om priesters toe te staan en aan te moedigen zich voor deze waardevolle bediening in te zetten. De kerk is alle aalmoezeniers erkentelijk, die het volk van God in deze bijzondere situatie met zijn speciale noden dienen.
Referenties naar alinea 20: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
21
Ik wil u op dit moment aanmoedigen, wanneer u de kerk van God op zovele terreinen tracht te begeleiden; wanneer u uw volk tracht te begeleiden bij het vervullen van zijn zending binnen de Verenigde Stalen en ver over hun grenzen. Alles wat u doet om uw volk te helpen boven zichzelf uit te rijken naar Christus in nood, is een grote kerkelijke en apostolische dienst. Mijn slotwoord gaat over onze pastorale eigenheid als bisschoppen van Jezus Christus en zijn kerk. {...}
Referenties naar alinea 21: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediahttps://rkdocumenten.nl/toondocument/3282-tot-de-bisschoppen-van-de-verenigde-staten-van-amerika-nl