Opening van de 5e Algemene Vergadering van Bisschoppen van Latijns-Amerika en het Caraïbisch Gebied
x
Informatie over dit document
Opening van de 5e Algemene Vergadering van Bisschoppen van Latijns-Amerika en het Caraïbisch Gebied
Paus Benedictus XVI
13 mei 2007
Pauselijke geschriften - Toespraken
2007 Libreria Editrice Vaticana / Stg. InterKerk
Werkvert. vanuit het Spaans: redactie
Werkvert. vanuit het Spaans: redactie
13 mei 2007
5 maart 2014
1857
nl
Referenties naar dit document: 4
Open uitgebreid overzichtReferenties naar dit document van thema's en berichten
Open uitgebreid overzichtExtra opties voor dit document
Kopieer document-URL naar klembord Reageer op dit document Deel op social mediaInhoudsopgave
Uitklappen
- Inhoud
Dierbare broeders in het bisschopsambt,Het is voor mij reden tot grote vreugde vandaag hier met u bijeen te zijn ter opening van de Vijfde Algemene Bisschoppenconferentie van Latijns-Amerika en het Caraïbische gebied [d:209], die hier plaatsvindt bij het heiligdom van Onze Lieve Vrouw van Aparecida, patrones van Brazilië. Om te beginnen wil ik God danken en prijzen voor de grote gave van het christelijk geloof die Hij heeft geschonken aan de volken van dit continent.
geliefde priesters, religieuzen en leken.
Dierbare waarnemers van andere godsdiensten.
Tevens wil ik mijn dank uitdrukken voor de vriendelijke woorden van Kardinaal Francisco Javier Errázuriz Ossa, Aartsbisschop van Santiago de Chili en voorzitter van de CELAM [d:209], die hij uitsprak namens de twee andere voorzitters en de deelnemers van deze Algemene Conferentie.
Referenties naar deze alinea: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Het christelijk geloof in Latijns-Amerika
1
Gedoopt en gezonden: de Kerk van Christus en haar zending in de wereld ->=geentekst=
Het geloof in God heeft het leven en de cultuur van de volken van Latijns-Amerika gedurende meer dan vijf eeuwen geïnspireerd. Door de ontmoeting van het geloof met de oorspronkelijke bevolking ontstond de rijke christelijke cultuur van dit continent, zichtbaar in kunst, muziek, literatuur en vooral in de religieuze tradities en gewoonten van de mensen. In dezelfde geschiedenis en hetzelfde geloof vormen zij samen een grote eenheid in een verscheidenheid van culturen en talen. In deze tijd moet ditzelfde geloof het hoofd bieden aan belangrijke uitdagingen. Op het spel staat met name het behoud van de harmonieuze ontwikkeling van de samenleving en de katholieke identiteit van haar bevolking. Dit zal onderwerp van reflectie zijn van deze Vijfde Algemene Bisschoppenconferentie [d:209], om de Christenen in deze situatie te helpen hun geloof met vreugde en coherentie te beleven, opdat zij zich bewust worden dat zij leerlingen en missionarissen zijn van Christus, door Hem uitgezonden in de wereld om te verkondigen en te getuigenis van ons geloof en van de liefde.
Wat nu heeft de aanvaarding van het christelijk geloof betekend voor de volken van Latijns-Amerika en het Caraïbisch gebied? Voor hen betekende het: Christus kennen en ontvangen, die onbekende God die hun voorouders, zonder het te weten, zochten in hun rijke religieuze tradities. Christus was de Verlosser waarnaar zij in stilte verlangden. Het betekende ook dat zij door het water van de doop het goddelijk leven ontvingen. Zo werden zij tot kinderen van God aangenomen. Bovendien ontvingen zij de Heilige Geest, die kwam om hun culturen vruchtbaar te maken en te zuiveren, door de talrijke zaden te doen ontkiemen die het vleesgeworden Woord in hen geplaatst had en hen zo te begeleiden op de wegen van het Evangelie. De verkondiging van Christus en Zijn Evangelie was uiteindelijk op geen enkel moment een vervreemding van de pre-Colombiaanse culturen of een opleggen van een vreemde cultuur. Authentieke culturen sluiten zichzelf niet af en verstenen niet op een bepaald punt in de geschiedenis. Ze zijn open, ja meer dan dat, ze zoeken de ontmoeting met andere culturen. Door ontmoeting en dialoog met andere wijzen van leven en met andere cultuurelementen hopen zij te komen tot een nieuwe synthese, waarin altijd zowel de diversiteit van cultuuruitingen alsook hun bijzondere culturele prestaties worden behouden en gerespecteerd.
Uiteindelijk is het alleen de waarheid die één maakt en is de liefde daarvan het bewijs. Daarom is Christus als de werkelijk geïncarneerde Logos, ‘Liefde tot het uiterste’, niet vreemd aan welke cultuur of persoon ook. Integendeel, Hij is juist het antwoord waar het hart van de culturen naar verlangt. Hij geeft hen hun uiteindelijke identiteit terug. Hij verenigt de mensheid; daarbij respecteert en behoudt Hij de rijkdom aan verscheidenheid en opent voor iedereen de ontwikkeling naar waarachtige humanisering in een authentieke vooruitgang. Het woord van God, vlees geworden in Jezus Christus, is ook geschiedenis en cultuur geworden.
De utopie om de pre-Colombiaanse godsdiensten weer opnieuw aan te nemen en ze te scheiden van Christus en de universele Kerk, is geen vooruitgang maar een achteruitgang. Feitelijk zou dat een involutie zijn, een ontwikkeling terug, naar een historisch moment ergens in het verleden.
De wijsheid van de oorspronkelijke volken bracht hen gelukkig tot een synthese van hun culturen en het christelijke geloof dat de missionarissen hen brachten. Hieruit ontstond de rijke en diepe volksreligiositeit, waarin de ziel van de Latijns-Amerikaanse volken te herkennen is.
Wat nu heeft de aanvaarding van het christelijk geloof betekend voor de volken van Latijns-Amerika en het Caraïbisch gebied? Voor hen betekende het: Christus kennen en ontvangen, die onbekende God die hun voorouders, zonder het te weten, zochten in hun rijke religieuze tradities. Christus was de Verlosser waarnaar zij in stilte verlangden. Het betekende ook dat zij door het water van de doop het goddelijk leven ontvingen. Zo werden zij tot kinderen van God aangenomen. Bovendien ontvingen zij de Heilige Geest, die kwam om hun culturen vruchtbaar te maken en te zuiveren, door de talrijke zaden te doen ontkiemen die het vleesgeworden Woord in hen geplaatst had en hen zo te begeleiden op de wegen van het Evangelie. De verkondiging van Christus en Zijn Evangelie was uiteindelijk op geen enkel moment een vervreemding van de pre-Colombiaanse culturen of een opleggen van een vreemde cultuur. Authentieke culturen sluiten zichzelf niet af en verstenen niet op een bepaald punt in de geschiedenis. Ze zijn open, ja meer dan dat, ze zoeken de ontmoeting met andere culturen. Door ontmoeting en dialoog met andere wijzen van leven en met andere cultuurelementen hopen zij te komen tot een nieuwe synthese, waarin altijd zowel de diversiteit van cultuuruitingen alsook hun bijzondere culturele prestaties worden behouden en gerespecteerd.
Uiteindelijk is het alleen de waarheid die één maakt en is de liefde daarvan het bewijs. Daarom is Christus als de werkelijk geïncarneerde Logos, ‘Liefde tot het uiterste’, niet vreemd aan welke cultuur of persoon ook. Integendeel, Hij is juist het antwoord waar het hart van de culturen naar verlangt. Hij geeft hen hun uiteindelijke identiteit terug. Hij verenigt de mensheid; daarbij respecteert en behoudt Hij de rijkdom aan verscheidenheid en opent voor iedereen de ontwikkeling naar waarachtige humanisering in een authentieke vooruitgang. Het woord van God, vlees geworden in Jezus Christus, is ook geschiedenis en cultuur geworden.
De utopie om de pre-Colombiaanse godsdiensten weer opnieuw aan te nemen en ze te scheiden van Christus en de universele Kerk, is geen vooruitgang maar een achteruitgang. Feitelijk zou dat een involutie zijn, een ontwikkeling terug, naar een historisch moment ergens in het verleden.
De wijsheid van de oorspronkelijke volken bracht hen gelukkig tot een synthese van hun culturen en het christelijke geloof dat de missionarissen hen brachten. Hieruit ontstond de rijke en diepe volksreligiositeit, waarin de ziel van de Latijns-Amerikaanse volken te herkennen is.
- De liefde tot de lijdende Christus, tot de God van de barmhartigheid, vergiffenis en verzoening; de God die van ons houdt en zich voor ons heeft overgeleverd;
- de liefde tot de Heer die aanwezig is in de Eucharistie, de mensgeworden God, gestorven en verrezen om Brood van leven te worden;
- de God die nabij is aan de armen en degenen die lijden;
- de grote devotie voor de Heilige Maagd van Guadalupe, van Aparecida en van de verschijningen in diverse landen en plaatsen. Toen de Maagd van Guadalupe verscheen aan de indiaanse jongen, Sint Juan Diego, sprak ze de volgende belangrijke woorden: "Ben ik hier niet degene die jouw moeder is? Sta je niet onder mijn hoede en bescherming? Ben ik niet de bron van jouw vreugde? Ben je niet geborgen in de plooi van mijn mantel, in het hart van mijn omarming?" Nican Mopohua [[5300|(118-119)]]
- Deze religiositeit komt ook tot uiting in hun devotie tot de heiligen en hun patroonsfeesten, in de liefde tot de Paus en tot de andere herders en in de liefde tot de universele Kerk als een grote familie van God, de Kerk die haar eigen kinderen nooit kan en mag overlaten aan eenzaamheid of ellende. Dit alles vormt het grote mozaïek van de algemene volksreligiositeit die een waardevolle schat is van de Katholieke Kerk in Latijns-Amerika en die zij moet beschermen, bevorderen en waar nodig ook zuiveren.
Referenties naar alinea 1: 2
Evangelii Gaudium ->=geentekst=Gedoopt en gezonden: de Kerk van Christus en haar zending in de wereld ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Continuïteit met voorgaande conferenties
2
Op het kruispunt staan van de geschiedenis ->=geentekst=
Gebed 16. - Het gebed van de beginnende Kerk ->=geentekst=
Deze Vijfde Algemene Conferentie [d:209] wordt gehouden in continuiteit met de vier voorgaande, die respectievelijk plaatsvonden in Rio de Janeiro, Medellín, Puebla en Santo Domingo [d:209]. Met dezelfde geest die deze conferenties inspireerde, willen de herders nu een nieuwe impuls geven aan de evangelisatie, opdat in deze volken het Geloof blijft toenemen en rijpen om licht te zijn in de wereld en met hun leven te getuigen van Christus.
Er is veel veranderd in de maatschappij na de Vierde Algemene Conferentie van Santo Domingo [d:209]. De Kerk die altijd deelneemt aan de blijdschap en de hoop, het verdriet en de vreugde van haar kinderen, wil in deze tijd van zovele beproevingen aan hun zijde staan om voor altijd hoop en bemoediging te schenken. vgl: Gaudium et Spes [[[575|1]]]
In de huidige wereld is het fenomeen van de globalisatie als een netwerk van relaties op mondiaal niveau. Ook al is dit in bepaalde aspecten een succes dat is bereikt door de grote familie der mensheid en een teken van het diepe verlangen naar eenheid, betekent het ook een risico vanwege de vorming van grote monopolies met winstgevendheid als hoogste waarde. Net als elk ander terrein van de menselijke activiteit, moet ook de globalisatie zich laten leiden door ethiek en moet alles in dienst gesteld worden van de menselijk persoon, geschapen als beeld en gelijkenis van God.
Net zoals vele andere regio's, heeft Latijns-Amerika en het Caraïbische gebied zich ontwikkeld in de richting van democratie. Er zijn echter redenen tot bezorgdheid vanwege autoritaire besturen of overheden met bepaalde achterhaalde ideologieën, die men overwonnen leek te hebben, die strijdig zijn met de christelijke visie op mens en maatschappij, zoals de sociale leer van de de Kerk ons die voorhoudt. Anderzijds moeten de liberale economieën van bepaalde Latijns-Amerikaanse landen de rechtvaardigheid in acht nemen omdat steeds meer sociale groeperingen in toenemende mate lijden onder de beproevingen van grote armoede, waarbij hen zelfs de eigen natuurlijke hulpbronnen worden ontnomen.
In de kerkelijke gemeenschappen van Latijns-Amerika treffen we een opmerkelijk volwassen geloof aan. Wij zien dit bij de vele leken die actief en toegewijd zijn aan de Heer, bij de vele onbaatzuchtige catechisten, bij zovele jongeren, bij nieuwe kerkelijke bewegingen en bij recente instituten voor het godgewijde leven.
Van fundamenteel belang zijn de vele katholieke onderwijsinstellingen, de medische hulpposten en ziekenhuizen. Desondanks is er een zekere verzwakking van het katholieke leven merkbaar, zowel in de gehele maatschappij alsook in de eigen gelederen van de Katholieke Kerk, ten gevolge van secularisatie, hedonisme, onverschilligheid, proselitisme bij talloze sektes, door animistische religies en nieuwe vormen van pseudo-religies.
Dit alles leidt tot een nieuwe situatie die we hier in Aparecida willen analyseren. Op dit nieuwe kruispunt in de tijd, hopen de gelovigen dat deze Vijfde Conferentie [d:209] een hernieuwing en revitalisering mag bewerken van hun geloof in Christus, onze enige Meester en Verlosser, Die ons de oneindige Liefde heeft geopenbaard die God de Vader voor de mensen heeft. Uit deze bron kunnen nieuwe creatieve pastorale wegen en projecten ontspringen die de hoop versterken voor een verantwoordelijk en blij geloof dat aldus uitstraalt naar de eigen omgeving.
Er is veel veranderd in de maatschappij na de Vierde Algemene Conferentie van Santo Domingo [d:209]. De Kerk die altijd deelneemt aan de blijdschap en de hoop, het verdriet en de vreugde van haar kinderen, wil in deze tijd van zovele beproevingen aan hun zijde staan om voor altijd hoop en bemoediging te schenken. vgl: Gaudium et Spes [[[575|1]]]
In de huidige wereld is het fenomeen van de globalisatie als een netwerk van relaties op mondiaal niveau. Ook al is dit in bepaalde aspecten een succes dat is bereikt door de grote familie der mensheid en een teken van het diepe verlangen naar eenheid, betekent het ook een risico vanwege de vorming van grote monopolies met winstgevendheid als hoogste waarde. Net als elk ander terrein van de menselijke activiteit, moet ook de globalisatie zich laten leiden door ethiek en moet alles in dienst gesteld worden van de menselijk persoon, geschapen als beeld en gelijkenis van God.
Net zoals vele andere regio's, heeft Latijns-Amerika en het Caraïbische gebied zich ontwikkeld in de richting van democratie. Er zijn echter redenen tot bezorgdheid vanwege autoritaire besturen of overheden met bepaalde achterhaalde ideologieën, die men overwonnen leek te hebben, die strijdig zijn met de christelijke visie op mens en maatschappij, zoals de sociale leer van de de Kerk ons die voorhoudt. Anderzijds moeten de liberale economieën van bepaalde Latijns-Amerikaanse landen de rechtvaardigheid in acht nemen omdat steeds meer sociale groeperingen in toenemende mate lijden onder de beproevingen van grote armoede, waarbij hen zelfs de eigen natuurlijke hulpbronnen worden ontnomen.
In de kerkelijke gemeenschappen van Latijns-Amerika treffen we een opmerkelijk volwassen geloof aan. Wij zien dit bij de vele leken die actief en toegewijd zijn aan de Heer, bij de vele onbaatzuchtige catechisten, bij zovele jongeren, bij nieuwe kerkelijke bewegingen en bij recente instituten voor het godgewijde leven.
Van fundamenteel belang zijn de vele katholieke onderwijsinstellingen, de medische hulpposten en ziekenhuizen. Desondanks is er een zekere verzwakking van het katholieke leven merkbaar, zowel in de gehele maatschappij alsook in de eigen gelederen van de Katholieke Kerk, ten gevolge van secularisatie, hedonisme, onverschilligheid, proselitisme bij talloze sektes, door animistische religies en nieuwe vormen van pseudo-religies.
Dit alles leidt tot een nieuwe situatie die we hier in Aparecida willen analyseren. Op dit nieuwe kruispunt in de tijd, hopen de gelovigen dat deze Vijfde Conferentie [d:209] een hernieuwing en revitalisering mag bewerken van hun geloof in Christus, onze enige Meester en Verlosser, Die ons de oneindige Liefde heeft geopenbaard die God de Vader voor de mensen heeft. Uit deze bron kunnen nieuwe creatieve pastorale wegen en projecten ontspringen die de hoop versterken voor een verantwoordelijk en blij geloof dat aldus uitstraalt naar de eigen omgeving.
Referenties naar alinea 2: 3
Iuvenescit Ecclesia ->=geentekst=Op het kruispunt staan van de geschiedenis ->=geentekst=
Gebed 16. - Het gebed van de beginnende Kerk ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Leerlingen en gezondenen
3
De wereld genezen - 3. De voorkeursoptie voor de armen en de deugd van naastenliefde ->=geentekst=
Deze Algemene Conferentie [d:209] heeft als thema: "Leerlingen en gezondenen van Jezus Christus opdat onze volkeren leven mogen hebben in Hem" (Joh. 14, 6) [b:Joh. 14, 6].
De Kerk heeft de grote taak om het geloof van het volk van God te behoeden en te voeden, en de gelovigen van dit continent eraan te herinneren dat zij, uit kracht van hun doopsel, geroepen zijn om leerlingen en gezondenen van Jezus Christus te zijn. Dit betekent: Hem volgen, leven in intimiteit met Hem, Zijn voorbeeld navolgen en getuigenis geven. Net als de apostelen ontvangt iedere gedoopte in Christus een missionair mandaat: "Gaat uit over de gehele wereld en verkondigt het Evangelie aan heel de schepping. Wie gelooft en gedoopt is, zal gered worden" (Mc. 16, 15) [b:Mc. 16, 15]. Leerlingen en gezondenen van Christus zijn en zoeken naar het leven "in Hem", vergt een diepe worteling in Hem.
Wat biedt Christus ons eigenlijk? Waarom willen we leerlingen zijn van Christus? Omdat we in communio met Hem het leven hopen te vinden; het ware leven, dat die naam waard is; en dus willen we Hem aan anderen bekendmaken; willen we het geschenk communiceren dat we in Hem hebben gevonden. Maar is dit zo? Zijn we echt overtuigd dat Christus "de weg, de waarheid en het leven" is?
Vanuit de prioriteit van het geloof in Christus en het leven "in Hem", zoals geformuleerd in de titel van deze Vijfde Conferentie [d:209], kan ook een andere vraag opkomen. Zou deze prioriteit niet een vlucht kunnen zijn naar emotionaliteit, naar religieus individualisme, naar het opgeven van de realiteit van de urgente en grote economische, sociale en politieke problemen van Latijns-Amerika en de wereld; een vlucht vanuit de werkelijkheid naar een geestelijke wereld?
Als eerste stap kunnen we deze vraag beantwoorden met een andere: Wat is deze 'realiteit'? Wat is echt? Zijn alleen materiële goederen en sociale, economische en politieke problemen' realiteit'? Dit was met name de grote fout van de dominante denkrichtingen van de vorige eeuw, een fatale fout, zoals uit de resultaten van beide systemen is gebleken, zowel die van het marxisme alsook van het kapitalisme. Zij vervalsen het begrip 'realiteit', door het los te maken van de fundamentele en beslissende realiteit die God is. Iedereen die God uitsluit uit zijn blikveld, vervalst het begrip van de "realiteit", met als consequentie: doodlopende wegen en recepten voor de ondergang.
Het eerste fundamentele punt om vast te stellen is het volgende: alleen degenen die God herkennen, kennen de werkelijkheid en kunnen daarop adequaat en echt menselijk reageren. De waarheid van deze stelling wordt duidelijk door het falen van alle systemen die God tussen haakjes zetten.
Er rijst echter onmiddellijk een andere vraag: wie kent God? Hoe kunnen we Hem kennen? We kunnen hier niet een complex debat over deze fundamentele kwestie beginnen. Voor de Christen is de kern van het antwoord eenvoudig: alleen God kent God; alleen Zijn Zoon, die God van God is, de ware God, kent Hem. En, Hij "die in de schoot van de Vader is, heeft Hem bekend gemaakt" (Joh. 1, 18) [b:Joh. 1, 18]. Vandaar de unieke en onvervangbare betekenis van Christus voor ons, voor de mensheid. Als we God niet kennen in Christus en met Christus, verandert de realiteit in een onoplosbaar raadsel en is er geen weg, zonder weg is er geen leven noch waarheid.
God is de fundamentele realiteit, niet zomaar een bedachte of hypothetische God, maar God met een menselijk gezicht, die is God-met-ons, de God die liefheeft tot op het kruis. Wanneer de leerling deze liefde van Christus "tot het uiterste" gaat begrijpen, kan hij op deze liefde niet anders reageren dan met een zelfde liefde: "Ik zal U volgen waarheen Gij ook gaat" (Lc. 9, 57) [b:Lc. 9, 57].
Toch kunnen we onszelf nog een andere vraag stellen: wat geeft het geloof in deze God ons? Het eerste antwoord is: het geeft ons een familie, de universele familie van God in de Katholieke Kerk. Het Geloof bevrijdt ons van het isolement van het 'ik', want het leidt ons naar de communio: de ontmoeting met God is, op zich en als zodanig, een ontmoeting met onze broeders en zusters, een daad van bijeenbrengen, van eenwording en van verantwoordelijkheid voor de ander en naar anderen toe. In die zin is de voorkeursoptie voor de armen impliciet aan de christologie van ons geloof in deze God die voor ons arm geworden is, om ons te verrijken met zijn armoede. (2 Kor. 8, 9) [[b:2 Kor. 8, 9]]
Maar voordat we ingaan op de inhoud van de realiteit van het geloof in God die mens geworden is, moeten we ons verder verdiepen in de vraag: hoe kunnen we Christus zo werkelijk kennen dat we in staat zijn Hem te volgen en met Hem te leven en aldus het leven te vinden in Hem en dit leven mee te delen aan anderen, aan de samenleving en aan de wereld? Allereerst openbaart Christus zich aan ons in Zijn persoon, in Zijn leven en in Zijn leer, door middel van het Woord van God. Bij het begin van deze nieuwe fase waartoe de missionaire Kerk van Latijns-Amerika en het Caraïbisch gebied zich voorbereidt om binnen te gaan, en die begint met deze Vijfde Algemene Conferentie in Aparecida, is een diepgaande kennis van het woord van God een onmisbare voorwaarde.
Hiertoe moeten we de mensen onderrichten in het lezen en de meditatie van het Woord van God. Dit moet hun voedsel worden, zodat zij door eigen ervaring inzien dat de woorden van Jezus, geest en leven zijn. (Joh. 6, 63) [[b:Joh. 6, 63]] Zo niet, hoe zouden ze een boodschap kunnen verkondigen waarvan ze de inhoud en de geest niet ten diepste kennen? Wij moeten onze missionaire inzet en ons hele leven bouwen op de rots van Gods Woord. Daarom moedig ik de herders aan zich in te spannen om dit bekend te maken.
Een belangrijke manier om het volk van God binnen te leiden in het mysterie van Christus, is de catechese. Hierin wordt de boodschap van Christus op een gemakkelijke en substantiële manier overgedragen. Daartoe is het nodig de catechese en de geloofsvorming te intensiveren, zowel voor kinderen als voor jonge mensen en volwassenen. De gerijpte overdenking van het geloof is een licht op de weg van het leven en een kracht om te getuigen van Christus. Zeer waardevolle hulpmiddelen hierbij zijn de ' Catechismus van de Katholieke Kerk [1]' alsook haar beknopte versie het ' Compendium van de Catechismus van de Katholieke Kerk [663]'.
Op dit terrein mogen we ons niet beperken tot alleen preken, lezingen of cursussen over de Bijbel en theologie; we moeten ook een beroep doen op de media, zoals pers, radio en televisie, websites, forums en vele andere middelen, om de Boodschap van Christus op een doeltreffende manier aan een groot aantal mensen bekend te maken.
In deze poging de Boodschap van Christus te doen kennen en tot een gids voor het eigen leven te maken, moeten we bedenken dat de evangelisatie altijd verbonden is met de bevordering van de menselijke persoon en een authentieke christelijke bevrijding. "De liefde tot God en de liefde tot de naaste zijn één geworden; in de allerminste vinden we Jezus zelf en in Jezus vinden we God" Deus Caritas Est [[715|15]]. Daarom zal ook een sociale catechese nodig zijn en een gedegen vorming in de sociale leer van de Kerk. Daarvoor is het ' Compendium van de Sociale Leer van de Kerk [769]' zeer nuttig. Het christelijke leven wordt niet alleen zichtbaar in persoonlijke deugden, maar ook in sociale en politieke deugden.
De leerling die zo zijn fundament heeft op de rots van Gods Woord, voelt zich gedreven om het goede nieuws van de redding aan zijn broeders en zusters te brengen. 'Leerling en gezondene' zijn als twee kanten van dezelfde medaille; wanneer de leerling Christus liefheeft, kan hij niet ophouden de wereld te verkondigen dat we alleen in Hem redding vinden. (Hand. 4, 12) [[b:Hand. 4, 12]] Inderdaad, de leerling weet: Zonder Christus is er geen licht, geen hoop, geen liefde, geen toekomst.
De Kerk heeft de grote taak om het geloof van het volk van God te behoeden en te voeden, en de gelovigen van dit continent eraan te herinneren dat zij, uit kracht van hun doopsel, geroepen zijn om leerlingen en gezondenen van Jezus Christus te zijn. Dit betekent: Hem volgen, leven in intimiteit met Hem, Zijn voorbeeld navolgen en getuigenis geven. Net als de apostelen ontvangt iedere gedoopte in Christus een missionair mandaat: "Gaat uit over de gehele wereld en verkondigt het Evangelie aan heel de schepping. Wie gelooft en gedoopt is, zal gered worden" (Mc. 16, 15) [b:Mc. 16, 15]. Leerlingen en gezondenen van Christus zijn en zoeken naar het leven "in Hem", vergt een diepe worteling in Hem.
Wat biedt Christus ons eigenlijk? Waarom willen we leerlingen zijn van Christus? Omdat we in communio met Hem het leven hopen te vinden; het ware leven, dat die naam waard is; en dus willen we Hem aan anderen bekendmaken; willen we het geschenk communiceren dat we in Hem hebben gevonden. Maar is dit zo? Zijn we echt overtuigd dat Christus "de weg, de waarheid en het leven" is?
Vanuit de prioriteit van het geloof in Christus en het leven "in Hem", zoals geformuleerd in de titel van deze Vijfde Conferentie [d:209], kan ook een andere vraag opkomen. Zou deze prioriteit niet een vlucht kunnen zijn naar emotionaliteit, naar religieus individualisme, naar het opgeven van de realiteit van de urgente en grote economische, sociale en politieke problemen van Latijns-Amerika en de wereld; een vlucht vanuit de werkelijkheid naar een geestelijke wereld?
Als eerste stap kunnen we deze vraag beantwoorden met een andere: Wat is deze 'realiteit'? Wat is echt? Zijn alleen materiële goederen en sociale, economische en politieke problemen' realiteit'? Dit was met name de grote fout van de dominante denkrichtingen van de vorige eeuw, een fatale fout, zoals uit de resultaten van beide systemen is gebleken, zowel die van het marxisme alsook van het kapitalisme. Zij vervalsen het begrip 'realiteit', door het los te maken van de fundamentele en beslissende realiteit die God is. Iedereen die God uitsluit uit zijn blikveld, vervalst het begrip van de "realiteit", met als consequentie: doodlopende wegen en recepten voor de ondergang.
Het eerste fundamentele punt om vast te stellen is het volgende: alleen degenen die God herkennen, kennen de werkelijkheid en kunnen daarop adequaat en echt menselijk reageren. De waarheid van deze stelling wordt duidelijk door het falen van alle systemen die God tussen haakjes zetten.
Er rijst echter onmiddellijk een andere vraag: wie kent God? Hoe kunnen we Hem kennen? We kunnen hier niet een complex debat over deze fundamentele kwestie beginnen. Voor de Christen is de kern van het antwoord eenvoudig: alleen God kent God; alleen Zijn Zoon, die God van God is, de ware God, kent Hem. En, Hij "die in de schoot van de Vader is, heeft Hem bekend gemaakt" (Joh. 1, 18) [b:Joh. 1, 18]. Vandaar de unieke en onvervangbare betekenis van Christus voor ons, voor de mensheid. Als we God niet kennen in Christus en met Christus, verandert de realiteit in een onoplosbaar raadsel en is er geen weg, zonder weg is er geen leven noch waarheid.
God is de fundamentele realiteit, niet zomaar een bedachte of hypothetische God, maar God met een menselijk gezicht, die is God-met-ons, de God die liefheeft tot op het kruis. Wanneer de leerling deze liefde van Christus "tot het uiterste" gaat begrijpen, kan hij op deze liefde niet anders reageren dan met een zelfde liefde: "Ik zal U volgen waarheen Gij ook gaat" (Lc. 9, 57) [b:Lc. 9, 57].
Toch kunnen we onszelf nog een andere vraag stellen: wat geeft het geloof in deze God ons? Het eerste antwoord is: het geeft ons een familie, de universele familie van God in de Katholieke Kerk. Het Geloof bevrijdt ons van het isolement van het 'ik', want het leidt ons naar de communio: de ontmoeting met God is, op zich en als zodanig, een ontmoeting met onze broeders en zusters, een daad van bijeenbrengen, van eenwording en van verantwoordelijkheid voor de ander en naar anderen toe. In die zin is de voorkeursoptie voor de armen impliciet aan de christologie van ons geloof in deze God die voor ons arm geworden is, om ons te verrijken met zijn armoede. (2 Kor. 8, 9) [[b:2 Kor. 8, 9]]
Maar voordat we ingaan op de inhoud van de realiteit van het geloof in God die mens geworden is, moeten we ons verder verdiepen in de vraag: hoe kunnen we Christus zo werkelijk kennen dat we in staat zijn Hem te volgen en met Hem te leven en aldus het leven te vinden in Hem en dit leven mee te delen aan anderen, aan de samenleving en aan de wereld? Allereerst openbaart Christus zich aan ons in Zijn persoon, in Zijn leven en in Zijn leer, door middel van het Woord van God. Bij het begin van deze nieuwe fase waartoe de missionaire Kerk van Latijns-Amerika en het Caraïbisch gebied zich voorbereidt om binnen te gaan, en die begint met deze Vijfde Algemene Conferentie in Aparecida, is een diepgaande kennis van het woord van God een onmisbare voorwaarde.
Hiertoe moeten we de mensen onderrichten in het lezen en de meditatie van het Woord van God. Dit moet hun voedsel worden, zodat zij door eigen ervaring inzien dat de woorden van Jezus, geest en leven zijn. (Joh. 6, 63) [[b:Joh. 6, 63]] Zo niet, hoe zouden ze een boodschap kunnen verkondigen waarvan ze de inhoud en de geest niet ten diepste kennen? Wij moeten onze missionaire inzet en ons hele leven bouwen op de rots van Gods Woord. Daarom moedig ik de herders aan zich in te spannen om dit bekend te maken.
Een belangrijke manier om het volk van God binnen te leiden in het mysterie van Christus, is de catechese. Hierin wordt de boodschap van Christus op een gemakkelijke en substantiële manier overgedragen. Daartoe is het nodig de catechese en de geloofsvorming te intensiveren, zowel voor kinderen als voor jonge mensen en volwassenen. De gerijpte overdenking van het geloof is een licht op de weg van het leven en een kracht om te getuigen van Christus. Zeer waardevolle hulpmiddelen hierbij zijn de ' Catechismus van de Katholieke Kerk [1]' alsook haar beknopte versie het ' Compendium van de Catechismus van de Katholieke Kerk [663]'.
Op dit terrein mogen we ons niet beperken tot alleen preken, lezingen of cursussen over de Bijbel en theologie; we moeten ook een beroep doen op de media, zoals pers, radio en televisie, websites, forums en vele andere middelen, om de Boodschap van Christus op een doeltreffende manier aan een groot aantal mensen bekend te maken.
In deze poging de Boodschap van Christus te doen kennen en tot een gids voor het eigen leven te maken, moeten we bedenken dat de evangelisatie altijd verbonden is met de bevordering van de menselijke persoon en een authentieke christelijke bevrijding. "De liefde tot God en de liefde tot de naaste zijn één geworden; in de allerminste vinden we Jezus zelf en in Jezus vinden we God" Deus Caritas Est [[715|15]]. Daarom zal ook een sociale catechese nodig zijn en een gedegen vorming in de sociale leer van de Kerk. Daarvoor is het ' Compendium van de Sociale Leer van de Kerk [769]' zeer nuttig. Het christelijke leven wordt niet alleen zichtbaar in persoonlijke deugden, maar ook in sociale en politieke deugden.
De leerling die zo zijn fundament heeft op de rots van Gods Woord, voelt zich gedreven om het goede nieuws van de redding aan zijn broeders en zusters te brengen. 'Leerling en gezondene' zijn als twee kanten van dezelfde medaille; wanneer de leerling Christus liefheeft, kan hij niet ophouden de wereld te verkondigen dat we alleen in Hem redding vinden. (Hand. 4, 12) [[b:Hand. 4, 12]] Inderdaad, de leerling weet: Zonder Christus is er geen licht, geen hoop, geen liefde, geen toekomst.
Referenties naar alinea 3: 2
Evangelii Gaudium ->=geentekst=De wereld genezen - 3. De voorkeursoptie voor de armen en de deugd van naastenliefde ->=geentekst=
Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- “Opdat zij leven hebben in Hem”
4
De Latijns-Amerikaanse en Caraïbische volkeren hebben recht op een volwaardig leven, eigen aan de kinderen van God, onder meer humane omstandigheden en vrij van de dreiging van honger en alle vormen van geweld. Voor deze volken, moeten hun leiders een ware cultuur van het leven bevorderen die, met de woorden van mijn voorganger Paulus VI, bijdraagt tot:
Om de leerling toe te rusten opdat deze als gezondene stand kan houden in zijn/haar grote taak, biedt de kerk naast het brood van het Woord ook het Brood van de Eucharistie. In dit verband mag het Evangelieverhaal van de leerlingen van Emmaüs ons inspireren en verlichten. Wanneer ze aan de tafel gaan en van Jezus Christus het gezegende en gebroken brood ontvangen, gaan hun ogen open en ontdekken ze het gelaat van de Verrezene; zij voelen in hun hart dat alles wat Hij gezegd en gedaan heeft, waar is, en dat de verlossing van de wereld al is begonnen. Elke zondag en elke Eucharistie is een persoonlijke ontmoeting met Christus. Bij het luisteren naar van het woord van God, brandt het hart, omdat Hij het is die uitlegt en verkondigt. Wanneer in de Eucharistie het brood wordt gebroken, is Hij het die we persoonlijk ontvangen. De Eucharistie is het onmisbare voedsel voor het leven van de leerling en gezondene van Christus.
... vooreerst de overgang van gebrek naar het bezit van de noodzakelijke goederen, het verdwijnen van sociale wantoestanden, het verwerven van cultuur ... samenwerking voor het algemeen welzijn ... het erkennen door de mens van de hoogste waarden en van God, de bron en het einddoel van die waarden ... Populorum Progressio [[266|21]]In deze context breng ik met liefde de encycliek Populorum Progressio [266] in herinnering, waarvan we dit jaar het veertigjarig bestaan gedenken. Dit pauselijk document toont aan dat de authentieke ontwikkeling integraal moet zijn, dat wil zeggen, gericht op de bevordering van de gehele mens en van alle mensen Populorum Progressio [[266|4]], en nodigt allen uit de ernstige sociale ongelijkheid en de enorme verschillen in de toegang tot goederen te overwinnen. Bovenal hunkeren deze mensen naar de volheid van het leven dat Christus heeft gebracht, "Ik ben gekomen, opdat zij leven zouden bezitten en wel in overvloed." (Joh. 10, 10) [b:Joh. 10, 10] Met dit goddelijk leven ontwikkelt zich, tegelijk en in volheid, het menselijk bestaan??, in zijn persoonlijke, familiale, sociale en culturele dimensies.
Om de leerling toe te rusten opdat deze als gezondene stand kan houden in zijn/haar grote taak, biedt de kerk naast het brood van het Woord ook het Brood van de Eucharistie. In dit verband mag het Evangelieverhaal van de leerlingen van Emmaüs ons inspireren en verlichten. Wanneer ze aan de tafel gaan en van Jezus Christus het gezegende en gebroken brood ontvangen, gaan hun ogen open en ontdekken ze het gelaat van de Verrezene; zij voelen in hun hart dat alles wat Hij gezegd en gedaan heeft, waar is, en dat de verlossing van de wereld al is begonnen. Elke zondag en elke Eucharistie is een persoonlijke ontmoeting met Christus. Bij het luisteren naar van het woord van God, brandt het hart, omdat Hij het is die uitlegt en verkondigt. Wanneer in de Eucharistie het brood wordt gebroken, is Hij het die we persoonlijk ontvangen. De Eucharistie is het onmisbare voedsel voor het leven van de leerling en gezondene van Christus.
Referenties naar alinea 4: 1
God bezielt Latijns Amerika ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4a
De zondagsmis, middelpunt van het christelijk leven
Daarom is het noodzakelijk om in de pastorale programma's prioriteit te geven aan de waardering van de zondagsmis. Het is nodig dat wij de christenen motiveren hieraan actief deel te nemen; zo mogelijk met het gezin, wat nog beter is. De aanwezigheid van ouders met hun kinderen in de zondagse Eucharistieviering is een effectieve pedagogie in de overdracht van het geloof en het schept een hechte band die de eenheid onder ons bewaart. In heel het leven van de Kerk is de zondag een bevoorrecht moment geweest, vanwege de ontmoeting van de gemeenschappen met de verrezen Heer.
Het is noodzakelijk dat Christenen zich bewust zijn dat zij niet een persoon uit een vervlogen geschiedenis navolgen, maar de levende Christus, aanwezig in het hier en nu van hun leven. Hij is de Levende, die naast ons loopt, Hij ontsluit de betekenis van wat ons overkomt aan pijn en dood, vreugde en feest, Hij gaat mee binnen in onze huizen om er te blijven en met ons het brood te delen dat leven geeft. Derhalve dient de zondagse viering van de Eucharistie het middelpunt te zijn van het christelijk leven.
De ontmoeting met Christus in de Eucharistie roept op tot evangelisatie en stimuleert tot solidariteit; het maakt in de Christenen het sterke verlangen wakker om het Evangelie te verkondigen en in de wereld ervan te getuigen en aldus de samenleving rechtvaardiger en menselijker te maken. Vanuit de Eucharistie is in de loop van de eeuwen een enorme stroom van naastenliefde ontsprongen, van deelname aan de moeilijkheden van anderen, van liefde en gerechtigheid. Alleen vanuit de Eucharistie zal de beschaving van de liefde opbloeien, die Latijns-Amerika en het Caraïbisch gebied zal omvormen, zodat het niet alleen het continent van de hoop, maar ook het continent van de liefde zal zijn!
Daarom is het noodzakelijk om in de pastorale programma's prioriteit te geven aan de waardering van de zondagsmis. Het is nodig dat wij de christenen motiveren hieraan actief deel te nemen; zo mogelijk met het gezin, wat nog beter is. De aanwezigheid van ouders met hun kinderen in de zondagse Eucharistieviering is een effectieve pedagogie in de overdracht van het geloof en het schept een hechte band die de eenheid onder ons bewaart. In heel het leven van de Kerk is de zondag een bevoorrecht moment geweest, vanwege de ontmoeting van de gemeenschappen met de verrezen Heer.
Het is noodzakelijk dat Christenen zich bewust zijn dat zij niet een persoon uit een vervlogen geschiedenis navolgen, maar de levende Christus, aanwezig in het hier en nu van hun leven. Hij is de Levende, die naast ons loopt, Hij ontsluit de betekenis van wat ons overkomt aan pijn en dood, vreugde en feest, Hij gaat mee binnen in onze huizen om er te blijven en met ons het brood te delen dat leven geeft. Derhalve dient de zondagse viering van de Eucharistie het middelpunt te zijn van het christelijk leven.
De ontmoeting met Christus in de Eucharistie roept op tot evangelisatie en stimuleert tot solidariteit; het maakt in de Christenen het sterke verlangen wakker om het Evangelie te verkondigen en in de wereld ervan te getuigen en aldus de samenleving rechtvaardiger en menselijker te maken. Vanuit de Eucharistie is in de loop van de eeuwen een enorme stroom van naastenliefde ontsprongen, van deelname aan de moeilijkheden van anderen, van liefde en gerechtigheid. Alleen vanuit de Eucharistie zal de beschaving van de liefde opbloeien, die Latijns-Amerika en het Caraïbisch gebied zal omvormen, zodat het niet alleen het continent van de hoop, maar ook het continent van de liefde zal zijn!
Referenties naar alinea 4a: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
4b
De sociale en politieke problemen
Op dit punt gekomen moeten we ons het volgende afvragen: hoe kan de Kerk een bijdrage leveren aan de oplossing van de urgente maatschappelijke en politieke problemen en een antwoord vinden voor de grote uitdaging van armoede en ellende? De problemen van Latijns-Amerika en het Caraïbisch gebied alsmede in de wereld van vandaag, zijn uitermate complex en kunnen niet worden aangepakt met standaard programma's. De fundamentele vraag over de manier waarop de Kerk, verlicht door het geloof in Christus, moet reageren op deze uitdagingen, gaat derhalve ons allen aan. In deze context, moeten we onvermijdelijk spreken over het probleem van de structuren, met name structuren die onrecht creëren. In feite zijn rechtvaardige structuren een absolute voorwaarde zonder welke een rechtvaardige orde in de samenleving niet mogelijk is. Maar hoe ontstaan deze structuren? Hoe werken ze? Zowel kapitalisme als marxisme beloofden de weg te wijzen hoe rechtvaardige structuren te scheppen en beweerden dat deze, eenmaal vastgesteld, vanzelf zouden functioneren; met niet alleen de bewering dat een voorafgaande individuele moraliteit niet nodig zou zijn, maar dat deze een algemene gemeenschappelijke moraal zouden bevorderen. Deze ideologisch beloften zijn vals gebleken. De feiten hebben het aangetoond. Daar waar de marxistische systemen hebben geheerst, hebben zij niet alleen een trieste erfenis van economische en ecologische vernietiging nagelaten, maar ook een pijnlijke onderdrukking van de zielen. Iets vergelijkbaars zien we ook gebeuren in het Westen, waar een steeds grotere kloof groeit tussen arm en rijk en er een zorgwekkende verslechtering van de persoonlijke waardigheid optreedt door drugs, alcohol en bedrieglijke illusies van geluk.
Rechtvaardige structuren, zoals ik al noemde, zijn een essentiële voorwaarde voor een rechtvaardige samenleving. Deze ontstaan en functioneren niet zonder een morele overeenstemming in de samenleving omtrent fundamentele waarden en over de noodzaak deze in praktijk te brengen, zelfs als deze strijdig zijn met persoonlijke belangen.
Waar God niet aanwezig is - God met het menselijke gelaat van Jezus Christus - kunnen deze waarden hun volledige kracht niet tonen en ontstaat er evenmin een consensus over. Ik wil hiermee niet beweren dat niet gelovigen geen verheven en een voorbeeldig moreel leven kunnen leiden; ik wil slechts zeggen dat een samenleving waarin God afwezig is, de noodzakelijke consensus niet zal vinden omtrent de morele waarden en ook niet de kracht die nodig is om overeenkomstig die waarden te leven, die soms zelfs in strijd zijn met het eigenbelang.
Daartegenover moeten rechtvaardige structuren juist gezocht en uitgewerkt worden in het licht van fundamentele waarden met inachtneming van alle politieke, economische en sociale uitgangspunten. Ze zijn een zaak van een 'recta ratio' en komen niet voort uit ideologieën of hun beloften. Er is zeker een schat aan politieke ervaring en kennis omtrent sociale en economische problemen die de fundamentele elementen kunnen aangeven voor een rechtvaardige staat en de wegen die men moet vermijden. Maar in de verschillende politieke en culturele situaties, bij een voortdurende technologische ontwikkeling en verandering van de historische realiteit van de wereld, moeten de juiste antwoorden op een rationele manier gezocht worden en moet men - met de vereiste afspraken - tot overeenstemming komen over de structuren die men wil instellen.
Deze politieke uitwerking is geen directe competentie van de Kerk. Respect voor een gezonde seculariteit - inclusief alle politieke standpunten - behoort essentieel tot de christelijke traditie. Als de Kerk direct zou beginnen zich om te vormen tot een politiek orgaan, zou ze niet méér voor de armen en voor de rechtvaardigheid doen, maar juist minder, omdat zij dan haar onafhankelijkheid en morele autoriteit zou verliezen door zich te identificeren met een bepaalde politieke stroming en subjectieve betwistbare standpunten. De Kerk is de verdedigster van de rechtvaardigheid en van de armen juist door zich niet te identificeren met politici of met partijbelangen. Alleen door onafhankelijk te blijven kan zij de grote criteria en onvervreemdbare waarden onderwijzen, het geweten leiden en een levenskeuze bieden die verder gaat dan het politieke speelveld. De vorming van het geweten, het verdedigen van rechtvaardigheid en waarheid, het onderwijzen van individuele en politieke deugden, is de fundamentele roeping van de Kerk op dit gebied. De Katholieke leken moeten zich bewust zijn van hun verantwoordelijkheid in het openbare leven, zij moeten aanwezig zijn bij de ontwikkeling van de noodzakelijke consensus en aanwezig zijn in het verzet tegen onrecht.
Rechtvaardige structuren zullen nooit compleet zijn op een definitieve manier; door de voortdurende ontwikkeling van de geschiedenis moeten deze telkens worden vernieuwd en bijgesteld, zij moeten altijd vervuld worden met een politieke en menselijke ethiek en, om die aanwezig en werkzaam te doen zijn, zal men voortdurend moeten werken. Met andere woorden, de aanwezigheid van God, vriendschap met de mensgeworden Zoon van God en het licht van Zijn Woord zijn altijd fundamentele voorwaarden voor de aanwezigheid en werkzaamheid van gerechtigheid en liefde in onze samenleving.
Omdat het gaat over een continent van gedoopte Christenen is hun afwezigheid in het politieke veld, de media en universiteiten opvallend. Het is zaak deze afwezigheid te overwinnen met de stemmen en initiatieven van katholieke leiders met een krachtige persoonlijkheid en genereuze toewijding, die coherent zijn in hun ethische en religieuze overtuigingen. De kerkelijke bewegingen hebben hier een uitgebreid werkterrein om de leken te herinneren aan hun verantwoordelijkheid en aan hun zending om het licht van het Evangelie te doen schijnen in het sociale, culturele, economische en politieke leven.
Op dit punt gekomen moeten we ons het volgende afvragen: hoe kan de Kerk een bijdrage leveren aan de oplossing van de urgente maatschappelijke en politieke problemen en een antwoord vinden voor de grote uitdaging van armoede en ellende? De problemen van Latijns-Amerika en het Caraïbisch gebied alsmede in de wereld van vandaag, zijn uitermate complex en kunnen niet worden aangepakt met standaard programma's. De fundamentele vraag over de manier waarop de Kerk, verlicht door het geloof in Christus, moet reageren op deze uitdagingen, gaat derhalve ons allen aan. In deze context, moeten we onvermijdelijk spreken over het probleem van de structuren, met name structuren die onrecht creëren. In feite zijn rechtvaardige structuren een absolute voorwaarde zonder welke een rechtvaardige orde in de samenleving niet mogelijk is. Maar hoe ontstaan deze structuren? Hoe werken ze? Zowel kapitalisme als marxisme beloofden de weg te wijzen hoe rechtvaardige structuren te scheppen en beweerden dat deze, eenmaal vastgesteld, vanzelf zouden functioneren; met niet alleen de bewering dat een voorafgaande individuele moraliteit niet nodig zou zijn, maar dat deze een algemene gemeenschappelijke moraal zouden bevorderen. Deze ideologisch beloften zijn vals gebleken. De feiten hebben het aangetoond. Daar waar de marxistische systemen hebben geheerst, hebben zij niet alleen een trieste erfenis van economische en ecologische vernietiging nagelaten, maar ook een pijnlijke onderdrukking van de zielen. Iets vergelijkbaars zien we ook gebeuren in het Westen, waar een steeds grotere kloof groeit tussen arm en rijk en er een zorgwekkende verslechtering van de persoonlijke waardigheid optreedt door drugs, alcohol en bedrieglijke illusies van geluk.
Rechtvaardige structuren, zoals ik al noemde, zijn een essentiële voorwaarde voor een rechtvaardige samenleving. Deze ontstaan en functioneren niet zonder een morele overeenstemming in de samenleving omtrent fundamentele waarden en over de noodzaak deze in praktijk te brengen, zelfs als deze strijdig zijn met persoonlijke belangen.
Waar God niet aanwezig is - God met het menselijke gelaat van Jezus Christus - kunnen deze waarden hun volledige kracht niet tonen en ontstaat er evenmin een consensus over. Ik wil hiermee niet beweren dat niet gelovigen geen verheven en een voorbeeldig moreel leven kunnen leiden; ik wil slechts zeggen dat een samenleving waarin God afwezig is, de noodzakelijke consensus niet zal vinden omtrent de morele waarden en ook niet de kracht die nodig is om overeenkomstig die waarden te leven, die soms zelfs in strijd zijn met het eigenbelang.
Daartegenover moeten rechtvaardige structuren juist gezocht en uitgewerkt worden in het licht van fundamentele waarden met inachtneming van alle politieke, economische en sociale uitgangspunten. Ze zijn een zaak van een 'recta ratio' en komen niet voort uit ideologieën of hun beloften. Er is zeker een schat aan politieke ervaring en kennis omtrent sociale en economische problemen die de fundamentele elementen kunnen aangeven voor een rechtvaardige staat en de wegen die men moet vermijden. Maar in de verschillende politieke en culturele situaties, bij een voortdurende technologische ontwikkeling en verandering van de historische realiteit van de wereld, moeten de juiste antwoorden op een rationele manier gezocht worden en moet men - met de vereiste afspraken - tot overeenstemming komen over de structuren die men wil instellen.
Deze politieke uitwerking is geen directe competentie van de Kerk. Respect voor een gezonde seculariteit - inclusief alle politieke standpunten - behoort essentieel tot de christelijke traditie. Als de Kerk direct zou beginnen zich om te vormen tot een politiek orgaan, zou ze niet méér voor de armen en voor de rechtvaardigheid doen, maar juist minder, omdat zij dan haar onafhankelijkheid en morele autoriteit zou verliezen door zich te identificeren met een bepaalde politieke stroming en subjectieve betwistbare standpunten. De Kerk is de verdedigster van de rechtvaardigheid en van de armen juist door zich niet te identificeren met politici of met partijbelangen. Alleen door onafhankelijk te blijven kan zij de grote criteria en onvervreemdbare waarden onderwijzen, het geweten leiden en een levenskeuze bieden die verder gaat dan het politieke speelveld. De vorming van het geweten, het verdedigen van rechtvaardigheid en waarheid, het onderwijzen van individuele en politieke deugden, is de fundamentele roeping van de Kerk op dit gebied. De Katholieke leken moeten zich bewust zijn van hun verantwoordelijkheid in het openbare leven, zij moeten aanwezig zijn bij de ontwikkeling van de noodzakelijke consensus en aanwezig zijn in het verzet tegen onrecht.
Rechtvaardige structuren zullen nooit compleet zijn op een definitieve manier; door de voortdurende ontwikkeling van de geschiedenis moeten deze telkens worden vernieuwd en bijgesteld, zij moeten altijd vervuld worden met een politieke en menselijke ethiek en, om die aanwezig en werkzaam te doen zijn, zal men voortdurend moeten werken. Met andere woorden, de aanwezigheid van God, vriendschap met de mensgeworden Zoon van God en het licht van Zijn Woord zijn altijd fundamentele voorwaarden voor de aanwezigheid en werkzaamheid van gerechtigheid en liefde in onze samenleving.
Omdat het gaat over een continent van gedoopte Christenen is hun afwezigheid in het politieke veld, de media en universiteiten opvallend. Het is zaak deze afwezigheid te overwinnen met de stemmen en initiatieven van katholieke leiders met een krachtige persoonlijkheid en genereuze toewijding, die coherent zijn in hun ethische en religieuze overtuigingen. De kerkelijke bewegingen hebben hier een uitgebreid werkterrein om de leken te herinneren aan hun verantwoordelijkheid en aan hun zending om het licht van het Evangelie te doen schijnen in het sociale, culturele, economische en politieke leven.
Referenties naar alinea 4b: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Andere gebieden met voorrang
5
Met het oog op de vernieuwing van de Kerk in deze streken, die u is toevertrouwd, zou ik graag de aandacht vestigen op een aantal aspecten die ik in deze nieuwe fase voorrang wil geven.
Referenties naar alinea 5: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5a
Het gezin
De familie, als "erfgoed van de mensheid", is een van de belangrijkste schatten van de Latijns-Amerikaanse volkeren. Ze was en is een school van het geloof, oefenplek van menselijke en maatschappelijke waarden, een thuis waarin het menselijk leven wordt geboren en waar dit onbaatzuchtig en op een verantwoordelijke manier welkom wordt geheten. Tegenwoordig echter, ondergaat de familie een ongunstige invloed, veroorzaakt door secularisme en een ethisch relativisme, door diverse interne en externe migratiestromen, door armoede, sociale instabiliteit en door burgerlijke wetgevingen die in strijd met het huwelijk anticonceptie en abortus ondersteunen, en zo de toekomst van de volkeren bedreigen.
In sommige families van Latijns-Amerika heerst helaas nog steeds een macho mentaliteit ten opzichte van de vrouw. Deze houding negeert het nieuwe van het Christendom, dat de gelijkheid in waardigheid en verantwoordelijkheid van vrouwen en mannen erkent en bekrachtigt.
De familie is onvervangbaar voor de persoonlijke sereniteit en de opvoeding van kinderen. Moeders die zich volledig willen wijden aan de opvoeding van hun kinderen en het gezin moeten over de nodige middelen beschikken om dit te kunnen doen, hiertoe hebben zij recht op het ontvangen van steun van de overheid. Sterker nog, de rol van de moeder is van fundamenteel belang voor de toekomst van de samenleving.
De vader, van zijn kant, heeft de plicht werkelijk een vader te zijn die zijn onoverdraagbare verantwoordelijkheid waarmaakt en meewerkt in de opvoeding van zijn kinderen. De kinderen hebben, om volledige uit te kunnen groeien, recht op een vader en een moeder die voor hen zorgen en hen begeleiden naar de volheid van het leven. Daartoe is een intensief en krachtig gezinspastoraat noodzakelijk. Bovendien is het absoluut nodig een authentieke gezinspolitiek te bevorderen in overeenstemming met de rechten van het gezin als een onontbeerlijk deel van de samenleving. De familie maakt deel uit van het erfgoed van het volk en van de hele mensheid.
De familie, als "erfgoed van de mensheid", is een van de belangrijkste schatten van de Latijns-Amerikaanse volkeren. Ze was en is een school van het geloof, oefenplek van menselijke en maatschappelijke waarden, een thuis waarin het menselijk leven wordt geboren en waar dit onbaatzuchtig en op een verantwoordelijke manier welkom wordt geheten. Tegenwoordig echter, ondergaat de familie een ongunstige invloed, veroorzaakt door secularisme en een ethisch relativisme, door diverse interne en externe migratiestromen, door armoede, sociale instabiliteit en door burgerlijke wetgevingen die in strijd met het huwelijk anticonceptie en abortus ondersteunen, en zo de toekomst van de volkeren bedreigen.
In sommige families van Latijns-Amerika heerst helaas nog steeds een macho mentaliteit ten opzichte van de vrouw. Deze houding negeert het nieuwe van het Christendom, dat de gelijkheid in waardigheid en verantwoordelijkheid van vrouwen en mannen erkent en bekrachtigt.
De familie is onvervangbaar voor de persoonlijke sereniteit en de opvoeding van kinderen. Moeders die zich volledig willen wijden aan de opvoeding van hun kinderen en het gezin moeten over de nodige middelen beschikken om dit te kunnen doen, hiertoe hebben zij recht op het ontvangen van steun van de overheid. Sterker nog, de rol van de moeder is van fundamenteel belang voor de toekomst van de samenleving.
De vader, van zijn kant, heeft de plicht werkelijk een vader te zijn die zijn onoverdraagbare verantwoordelijkheid waarmaakt en meewerkt in de opvoeding van zijn kinderen. De kinderen hebben, om volledige uit te kunnen groeien, recht op een vader en een moeder die voor hen zorgen en hen begeleiden naar de volheid van het leven. Daartoe is een intensief en krachtig gezinspastoraat noodzakelijk. Bovendien is het absoluut nodig een authentieke gezinspolitiek te bevorderen in overeenstemming met de rechten van het gezin als een onontbeerlijk deel van de samenleving. De familie maakt deel uit van het erfgoed van het volk en van de hele mensheid.
Referenties naar alinea 5a: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5b
De priesters
De voornaamste promotoren van het apostolaat en de zending (evangelisatie) zijn diegene die geroepen zijn 'tot het blijven bij Jezus en tot zending en verkondiging" (Mc. 3, 14) [[b:Mc. 3, 14]], namelijk, de priesters. Deze bij voorkeur moeten, de aandacht en vaderlijke zorg van hun bisschoppen ontvangen, omdat zij de eerste (prioritaire, voornaamste) vertegenwoordigers zijn voor een authentieke vernieuwing van het christelijk leven in Gods volk. Aan hen wil ik aldus woorden van vaderlijke genegenheid wijden, hopende dat de Heer hun erfdeel (rijkdom) en hun beker (kelk) is. (Ps. 16, 5) [[b:Ps. 16, 5]] Wanneer God het fundament en het middelpunt van het leven van de priester is zal hij de vreugde en vruchtbaarheid van zijn roeping ervaren. De priester moet eerst en vooral "een man van God zijn" (1 Tim. 6, 11) [b:1 Tim. 6, 11], iemand die God rechtstreeks (lijn recht) kent, die een diepe persoonlijke vriendschap heeft met Jezus en die dezelfde gevoelsinstellingen (gevoelswaarden, gevoelens) als die van Christus met anderen deelt. (Fil. 2, 5) [[b:Fil. 2, 5]] Alleen dan zal de priester in staat zijn om mensen naar God, mens geworden in Jezus Christus, te leiden en een vertegenwoordiger zijn van zijn liefde.
Om deze verheven taak te kunnen vervullen, moet de priester een solide spirituele structuur hebben en moet zijn hele leven bezield zijn door het geloof, de hoop en de naastenliefde. Hij moet zijn zoals Jezus, een man die door middel van het gebed, het aangezicht en de wil van God zoekt, en die ook zorg heeft voor zijn culturele en intellectuele vorming.
Dierbare priesters van dit continent en alle priesters hier aanwezig, gekomen om te werken als gezondenen, de Paus begeleidt u in uw pastorale activiteit en wenst dat u vol van hoop en vreugde zijt, en bovenal bidt hij voor u.
De voornaamste promotoren van het apostolaat en de zending (evangelisatie) zijn diegene die geroepen zijn 'tot het blijven bij Jezus en tot zending en verkondiging" (Mc. 3, 14) [[b:Mc. 3, 14]], namelijk, de priesters. Deze bij voorkeur moeten, de aandacht en vaderlijke zorg van hun bisschoppen ontvangen, omdat zij de eerste (prioritaire, voornaamste) vertegenwoordigers zijn voor een authentieke vernieuwing van het christelijk leven in Gods volk. Aan hen wil ik aldus woorden van vaderlijke genegenheid wijden, hopende dat de Heer hun erfdeel (rijkdom) en hun beker (kelk) is. (Ps. 16, 5) [[b:Ps. 16, 5]] Wanneer God het fundament en het middelpunt van het leven van de priester is zal hij de vreugde en vruchtbaarheid van zijn roeping ervaren. De priester moet eerst en vooral "een man van God zijn" (1 Tim. 6, 11) [b:1 Tim. 6, 11], iemand die God rechtstreeks (lijn recht) kent, die een diepe persoonlijke vriendschap heeft met Jezus en die dezelfde gevoelsinstellingen (gevoelswaarden, gevoelens) als die van Christus met anderen deelt. (Fil. 2, 5) [[b:Fil. 2, 5]] Alleen dan zal de priester in staat zijn om mensen naar God, mens geworden in Jezus Christus, te leiden en een vertegenwoordiger zijn van zijn liefde.
Om deze verheven taak te kunnen vervullen, moet de priester een solide spirituele structuur hebben en moet zijn hele leven bezield zijn door het geloof, de hoop en de naastenliefde. Hij moet zijn zoals Jezus, een man die door middel van het gebed, het aangezicht en de wil van God zoekt, en die ook zorg heeft voor zijn culturele en intellectuele vorming.
Dierbare priesters van dit continent en alle priesters hier aanwezig, gekomen om te werken als gezondenen, de Paus begeleidt u in uw pastorale activiteit en wenst dat u vol van hoop en vreugde zijt, en bovenal bidt hij voor u.
Referenties naar alinea 5b: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5c
Religieuzen en Godgewijde mannen en vrouwen
Ik wil mij ook richten tot de religieuzen en Godgewijde leken. De Latijns-Amerikaanse en Caraïbische samenleving heeft uw getuigenis nodig; in een wereld die vaak vooral het gemak, de welvaart en het genot als levensdoel heeft, die de vrijheid verheerlijkt en losmaakt van de waarheid over de mens door God geschapen, bent u getuigen van een andere zinvolle manier van leven: Herinnert uw broeders en zusters eraan dat het koninkrijk van God al gekomen is, dat rechtvaardigheid en waarheid mogelijk zijn als we ons openstellen voor de liefdevolle aanwezigheid van God onze Vader, van Christus onze broeder en Heer, en de Heilige Geest onze Trooster.
Blijft genereus en ook heldhaftig werken opdat in de samenleving de liefde, de rechtvaardigheid, de barmhartigheid, de voorzienigheid en de solidariteit heerst, volgens het charisma van uw stichters. Omhelst met diepe vreugde uw toewijding, als een weg ter heiliging van uzelf en ter verlossing van uw broeders en zusters.
De Kerk in Latijns-Amerika dankt u voor het grote werk dat u in de loop der eeuwen hebt volbracht door het Evangelie van Christus ten dienste van uw broeders en zusters, in het bijzonder voor de meest armen en gemarginaliseerden. Ik nodig u allen uit om altijd samen te werken met de bisschoppen, met hen die verantwoordelijk zijn voor het pastoraat. Ik wil u ook aansporen tot oprechte gehoorzaamheid aan het gezag van de Kerk. Houdt voor uzelf de heiligheid als enige doel, zoals u dat geleerd hebt van uw stichters.
Ik wil mij ook richten tot de religieuzen en Godgewijde leken. De Latijns-Amerikaanse en Caraïbische samenleving heeft uw getuigenis nodig; in een wereld die vaak vooral het gemak, de welvaart en het genot als levensdoel heeft, die de vrijheid verheerlijkt en losmaakt van de waarheid over de mens door God geschapen, bent u getuigen van een andere zinvolle manier van leven: Herinnert uw broeders en zusters eraan dat het koninkrijk van God al gekomen is, dat rechtvaardigheid en waarheid mogelijk zijn als we ons openstellen voor de liefdevolle aanwezigheid van God onze Vader, van Christus onze broeder en Heer, en de Heilige Geest onze Trooster.
Blijft genereus en ook heldhaftig werken opdat in de samenleving de liefde, de rechtvaardigheid, de barmhartigheid, de voorzienigheid en de solidariteit heerst, volgens het charisma van uw stichters. Omhelst met diepe vreugde uw toewijding, als een weg ter heiliging van uzelf en ter verlossing van uw broeders en zusters.
De Kerk in Latijns-Amerika dankt u voor het grote werk dat u in de loop der eeuwen hebt volbracht door het Evangelie van Christus ten dienste van uw broeders en zusters, in het bijzonder voor de meest armen en gemarginaliseerden. Ik nodig u allen uit om altijd samen te werken met de bisschoppen, met hen die verantwoordelijk zijn voor het pastoraat. Ik wil u ook aansporen tot oprechte gehoorzaamheid aan het gezag van de Kerk. Houdt voor uzelf de heiligheid als enige doel, zoals u dat geleerd hebt van uw stichters.
Referenties naar alinea 5c: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5d
De leken
In deze tijd waarin de kerk van dit continent zich volledig wijdt aan haar missionaire roeping, wil ik de leken eraan herinneren dat ook zij de Kerk zijn, in vergadering bijeengeroepen door Christus, om zijn getuigenis de hele wereld in te dragen. Alle gedoopten moeten zich bewust zijn dat zij allen gevormd zijn door Christus, priester, profeet en herder, voor algemeen priesterschap in het volk van God. Ze moeten zich samen verantwoordelijk weten voor de opbouw van de samenleving, volgens de criteria van het Evangelie, met enthousiasme en moed, in gemeenschap met hun herders.
Onder u zijn er velen die behoren bij kerkelijke bewegingen, die voor ons een teken zijn van de veelvuldige aanwezigheid en heiligende werking van de heilige Geest, in de Kerk en in de hedendaagse samenleving. U bent geroepen om te getuigen van Jezus Christus in de wereld en zuurdesem te zijn van Gods liefde in de samenleving.
In deze tijd waarin de kerk van dit continent zich volledig wijdt aan haar missionaire roeping, wil ik de leken eraan herinneren dat ook zij de Kerk zijn, in vergadering bijeengeroepen door Christus, om zijn getuigenis de hele wereld in te dragen. Alle gedoopten moeten zich bewust zijn dat zij allen gevormd zijn door Christus, priester, profeet en herder, voor algemeen priesterschap in het volk van God. Ze moeten zich samen verantwoordelijk weten voor de opbouw van de samenleving, volgens de criteria van het Evangelie, met enthousiasme en moed, in gemeenschap met hun herders.
Onder u zijn er velen die behoren bij kerkelijke bewegingen, die voor ons een teken zijn van de veelvuldige aanwezigheid en heiligende werking van de heilige Geest, in de Kerk en in de hedendaagse samenleving. U bent geroepen om te getuigen van Jezus Christus in de wereld en zuurdesem te zijn van Gods liefde in de samenleving.
Referenties naar alinea 5d: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media
5e
Jongeren en roepingenpastoraat
In Latijns-Amerika bestaat de meerderheid van de bevolking uit jongeren. Wat dit betreft, moeten we hen eraan herinneren dat het hun roeping is om vrienden te zijn van Christus, zijn leerlingen, schildwachten in de ochtend, zoals mijn voorganger Johannes Paulus II hen al eerder noemde. Jongeren zijn niet bang voor offers, maar voor een zinloos leven. Zij zijn gevoelig voor de roep van Christus die hen uitnodigt om Hem te volgen. Ze kunnen zijn roep beantwoorden als priester, als man of vrouw in een Godgewijd leven, als vader en moeder in een gezin, volledig toegewijd om hun tijd en capaciteiten, heel hun leven, in te zetten ten dienste van hun broeders en zusters.
Laat de jongeren het leven aanpakken als een voortdurende ontdekkingsreis, zonder zich te laten verblinden door wat er in de mode is of door populaire ideeën, maar verder gaan met een diepe nieuwsgierigheid naar de zin van het leven en het mysterie van God, onze Vader en Schepper, zijn Zoon, onze Verlosser in de grote menselijke familie. Op hen rust de plicht om te werken aan een voortdurende vernieuwing van de wereld in het licht van God. Sterker nog, zij moeten zich verzetten tegen de gemakkelijke illusies van kortstondig geluk en de bedrieglijke paradijzen van drugs, plezier en alcohol, zoals ze zich ook moeten verzetten tegen alle vormen van geweld.
In Latijns-Amerika bestaat de meerderheid van de bevolking uit jongeren. Wat dit betreft, moeten we hen eraan herinneren dat het hun roeping is om vrienden te zijn van Christus, zijn leerlingen, schildwachten in de ochtend, zoals mijn voorganger Johannes Paulus II hen al eerder noemde. Jongeren zijn niet bang voor offers, maar voor een zinloos leven. Zij zijn gevoelig voor de roep van Christus die hen uitnodigt om Hem te volgen. Ze kunnen zijn roep beantwoorden als priester, als man of vrouw in een Godgewijd leven, als vader en moeder in een gezin, volledig toegewijd om hun tijd en capaciteiten, heel hun leven, in te zetten ten dienste van hun broeders en zusters.
Laat de jongeren het leven aanpakken als een voortdurende ontdekkingsreis, zonder zich te laten verblinden door wat er in de mode is of door populaire ideeën, maar verder gaan met een diepe nieuwsgierigheid naar de zin van het leven en het mysterie van God, onze Vader en Schepper, zijn Zoon, onze Verlosser in de grote menselijke familie. Op hen rust de plicht om te werken aan een voortdurende vernieuwing van de wereld in het licht van God. Sterker nog, zij moeten zich verzetten tegen de gemakkelijke illusies van kortstondig geluk en de bedrieglijke paradijzen van drugs, plezier en alcohol, zoals ze zich ook moeten verzetten tegen alle vormen van geweld.
Referenties naar alinea 5e: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- “Blijf bij ons, Heer”
6
Het werk van deze Vijfde Algemene Conferentie [d:209] wekt in ons de bede van de leerlingen van Emmaüs: "Blijf bij ons, want het wordt al avond en de dag loopt ten einde" (Lc. 24, 29) [b:Lc. 24, 29].
Blijf bij ons, Heer, ga met ons mee, ook al hebben we U niet altijd herkend. Blijf bij ons, want overal om ons heen worden de schaduwen donkerder, en U bent het Licht; wanhoop dringt binnen in ons hart, en U verbrandt deze met de zekerheid van Pasen. U bemoedigt ons bij het breken van het Brood om aan onze broeders en zusters te verkondigen dat U werkelijk bent verrezen en dat U ons de zending hebt gegeven om te getuigen van Uw verrijzenis.
Blijf bij ons, Heer, wanneer rondom ons katholieke geloof de mist opkomt van twijfel, vermoeidheid of moeilijkheden; U die de Waarheid zelf bent als degene die ons de Vader openbaart, verlicht ons verstand met uw Woord, help ons de schoonheid te ervaren van het geloof in U.
Blijf in onze families, breng licht in hun twijfels, steun hen in hun moeilijkheden, troost hen in hun lijden en in hun dagelijkse vermoeienissen, als om hen heen schaduwen opdoemen die hun eenheid en natuurlijke identiteit bedreigen. U die het Leven bent, blijf in onze huizen, opdat dit altijd plaatsen zullen zijn waar menselijk leven wordt geboren, onbaatzuchtig en overvloedig, plaatsen waar het leven welkom is, het leven wordt bemind en gerespecteerd, vanaf de conceptie tot het natuurlijke einde.
Blijf bij ons, Heer, bij al diegenen die in onze samenleving het meest kwetsbaar zijn, blijft bij de armen en onaanzienlijken, bij de autochtonen en Afro-Amerikanen, die niet altijd de ruimte en ondersteuning gevonden hebben om de rijkdom van hun cultuur en wijsheid van hun identiteit te kunnen uiten. Blijft Heer bij onze kinderen en onze jeugd, die de hoop en rijkdom van ons continent zijn, beschermt hen tegen de talrijke valstrikken die hun onschuld en hun legitieme verwachtingen bedreigen. O Goede Herder, blijf bij onze ouderen en zieken! Versterkt hen allen in hun Geloof, zodat zij uw leerling en gezondene kunnen zijn!
Referenties naar alinea 6: 1
Evangelii Gaudium ->=geentekst=Extra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social media- Conclusie
7
Aan het einde van mijn samenzijn met u, wil ik de bescherming van de Moeder van God en de Moeder van de Kerk afsmeken over u hier en over heel Latijns-Amerika en het Caraïbisch gebied. Om u te begeleiden bij uw mooie en tegelijk veeleisende pastorale opdracht, wil ik heel bijzonder de voorspraak inroepen van Onze Lieve Vrouw, zowel onder haar erenaam van Guadalupe, patrones van Amerika, als van Aparecida, patrones van Brazilië. Aan haar wil ik Gods volk in deze periode van het derde millennium toevertrouwen. Haar wil ik ook vragen om het werk en de reflecties van deze Algemene Conferentie te begeleiden en de geliefde volken van dit continent met een overvloed aan gaven te zegenen.
Alvorens terug te keren naar Rome, wil ik deze Vijfde Algemene Bisschoppenconferentie van Latijns-Amerika en het Caraïbisch gebied [d:209] een aandenken geven, om u te begeleiden en te inspireren. Het is een prachtig drieluik in de Cuzqueño kunst van Peru. Het toont ons de Heer kort voor zijn opstijgen naar de hemel, wanneer Hij hen de zending geeft alle volkeren tot zijn leerlingen te maken. De beelden laten de hechte relatie zien van Jezus met zijn leerlingen en gezondenen, omwille van het leven van de wereld. Het laatste paneel presenteert Sint Juan Diego, evangeliserend met de beeltenis van de Maagd Maria op zijn kleed en met de Bijbel in de hand. De geschiedenis van de Kerk leert ons dat wanneer onze ogen de waarheid van het Evangelie in haar schoonheid ontwaren en wij met hoofd en hart haar in geloof willen ontvangen, het ons helpt om de hoogte, de breedte en de diepte te aanschouwen van het mysterie dat onze verwondering en onze instemming oproept.
Nu ik afscheid van u neem, groet ik u hartelijk met mijn hoop vast gevestigd op de Heer. Dank u wel!
Alvorens terug te keren naar Rome, wil ik deze Vijfde Algemene Bisschoppenconferentie van Latijns-Amerika en het Caraïbisch gebied [d:209] een aandenken geven, om u te begeleiden en te inspireren. Het is een prachtig drieluik in de Cuzqueño kunst van Peru. Het toont ons de Heer kort voor zijn opstijgen naar de hemel, wanneer Hij hen de zending geeft alle volkeren tot zijn leerlingen te maken. De beelden laten de hechte relatie zien van Jezus met zijn leerlingen en gezondenen, omwille van het leven van de wereld. Het laatste paneel presenteert Sint Juan Diego, evangeliserend met de beeltenis van de Maagd Maria op zijn kleed en met de Bijbel in de hand. De geschiedenis van de Kerk leert ons dat wanneer onze ogen de waarheid van het Evangelie in haar schoonheid ontwaren en wij met hoofd en hart haar in geloof willen ontvangen, het ons helpt om de hoogte, de breedte en de diepte te aanschouwen van het mysterie dat onze verwondering en onze instemming oproept.
Nu ik afscheid van u neem, groet ik u hartelijk met mijn hoop vast gevestigd op de Heer. Dank u wel!
Referenties naar alinea 7: 0
Geen referenties naar deze alineaExtra opties voor deze alinea
Kopieer alinea-URL naar klembord Reageer op deze alinea Deel op social mediaReferenties naar dit document: 4
Open uitgebreid overzichthttps://rkdocumenten.nl/toondocument/1857-opening-van-de-5e-algemene-vergadering-van-bisschoppen-van-latijns-nl