De verhouding kinderen, media en opvoeding kan vanuit twee gezichtspunten bekeken worden:
- de opvoeding van de kinderen door de media en
- de opvoeding van de kinderen zodanig dat ze in staat zijn de media tegemoet te treden.
Het is een vorm van wederkerigheid, die wijst op de verantwoordelijkheid van de media-industrie en op de noodzakelijkheid van actieve, kritische deelname van lezers, kijkers en luisteraars. Wat dit betreft is het aanleren van een gepaste omgang met de media van wezenlijk belang voor de culturele, morele en geestelijke ontwikkeling van kinderen.
Hoe moet dit algemeen welzijn beschermd en bevorderd worden? Het is een verantwoordelijkheid van de ouders, kerk en school om kinderen het onderscheidingsvermogen in het gebruik van de media bij te brengen. De rol van de ouders is hierbij primair. Zij hebben het recht en de plicht om een verstandige gebruik van de media veilig te stellen door het geweten van de kinderen te vormen, opdat zij een gezonde en objectieve oordeelsvorming ontwikkelen, die hen dan bij het kiezen of afwijzen van de beschikbare programma's helpen . Daarbij dienen de ouders aanmoediging en hulp te krijgen van scholen en parochies, om zeker te stellen, dat dit zware, maar ook waardevol aspect van het ouderschap, door een grotere gemeenschap ondersteund wordt.
Opvoeding in het gebruik van de media moet positief zijn. Kinderen die in contact worden gebracht met wat esthetisch en moreel uitstekend is, worden daarin geholpen waardering, voorzichtigheid en het onderscheidingsvermogen te ontwikkelen. Daarbij is het belangrijk de fundamentele waarde van het voorbeeld van de ouders te erkennen alsmede de voordelen van het in aanraking brengen van jonge mensen met de klassieke jeugdliteratuur, de schone kunsten en de waardevolle muziek. Terwijl populaire literatuur altijd zijn plaats in de cultuur zal behouden, moet men niet lijdzaam toegeven dat op leerplekken aan de verleiding tot het sensationele bloot gesteld te worden. Schoonheid, een soort spiegel van het goddelijke, inspireert en verlevendigt het hart en de geest van de jonge mens, terwijl het haat zaaien en vulgaire houdingen een vernederende werking heeft op hun instelling en gedrag.
Zoals opvoeding in het algemeen, zo vereist de opvoeding in het gebruik van de media een oefening in vrijheid. Dit is een veeleisende taak. Te vaak wordt vrijheid voorgesteld als een rusteloos zoeken naar plezier of nieuwe ervaringen. Maar dit is afkeuring, geen bevrijding! Ware vrijheid kan nooit een individu - vooral een kind - veroordelen tot een onverzadigbare zoektocht naar nieuwigheden. In het licht van de waarheid wordt echte vrijheid ervaren door een definitief antwoord op God's "ja" aan de mensheid, waarbij Hij ons oproept te kiezen, voor alles dat goed, waar en mooi is - niet om te discrimineren, maar om vrij te maken. Zo brengen de ouders hun kinderen de diepe vreugde van het leven bij, wanneer zij als wachters van die vrijheid hun kinderen geleidelijk aan grotere vrijheid geven.