Beeldmotto Pantokrator (Inleiding) [663|++1]

Beeldmotto Aanbidding der Wijzen (Aanbidding) [663|++1.3]

Deel 1 - De Geloofsbelijdenis

Sectie 1 - "Ik geloof" - "Wij geloven"

1. Wat heeft God voor de mensen besloten? [663|1]

Hoofdstuk 1 - De mens is bekwaam om door God aangesproken te worden

2. Waarom is in het hart van de mens het verlangen naar God gegrift? [663|2]
3. Hoe kan de mens God kennen met het natuurlijke licht van het verstand? [663|3]
4. Volstaat het natuurlijke licht van het verstand om het mysterie van God te kennen? [663|4]
5. Hoe te spreken over God? [663|5]

Hoofdstuk 2 - God ontmoet de mens

Artikel 1 - De openbaring van God

6. Wat openbaart God aan de mensen? [663|6]
7. Met welke fase begint de openbaring van God? [663|7]
8. Welke fasen in Gods openbaring volgen daarop? [663|8]
9. Wat is de laatste en definitieve fase in de openbaring Gods? [663|9]
10. Welke waarde hebben privé-openbaringen? [663|10]

Artikel 2 - Het doorgeven van de goddelijke openbaring

11. Waarom en op welke manier moet de goddelijke openbaring doorgegeven worden? [663|11]
12. Wat is de apostolische Overlevering? [663|12]
13. Op welke manieren komt de apostolische Overlevering tot stand? [663|13]
14. Welke verhouding bestaat er tussen de Overlevering en de heilige Schrift? [663|14]
15. Aan wie is het erfgoed van het geloof toevertrouwd? [663|15]
16. Aan wie komt het toe het geloofsgoed op authentieke wijze te interpreteren? [663|16]
17. Welk verband bestaat er tussen de Schrift, de Overlevering en het leergezag? [663|17]

Artikel 3 - De heilige Schrift

18. Waarom leert de heilige Schrift de Waarheid? [663|18]
19. Hoe moet men de heilige Schrift lezen? [663|19]
20. Wat is de canon van de Schrift? [663|20]
21. Welke betekenis heeft het Oude Testament voor de Christenen? [663|21]
22. Welke betekenis heeft het Nieuwe Testament voor de Christenen? [663|22]
23. Welke eenheid bestaat er tussen het Oude en het Nieuwe Testament? [663|23]
24. Welke rol speelt de heilige Schrift in het leven van de Kerk? [663|24]

Hoofdstuk 3 - Het antwoord van de mens aan God

Artikel 4 - Ik geloof

25. Wat is het antwoord van de mens op God die zich openbaart? [663|25]
26. Wat zijn de voornaamste getuigen van de gehoorzaamheid van het geloof in de heilige Schrift? [663|26]
27. Wat betekent het voor de mens, om in God te geloven? [663|27]
28. Welke kenmerken heeft het geloof? [663|28]
29. Waarom bestaat er tussen geloof en wetenschap geen tegenstelling? [663|29]

Artikel 5 - Wij geloven

30. Waarom is het geloof zowel een persoonlijke als een kerkelijke daad? [663|30]
31. Waarom zijn de formuleringen van het geloof belangrijk? [663|31]
32. In hoeverre bestaat er slechts één geloof van de Kerk? [663|32]

Sectie 2 - De belijdenis van het christelijk geloof

Hoofdstuk 1 - "Ik geloof in God de Vader"

Paragraaf 1 - De geloofsbelijdenis

33. Wat zijn geloofsbelijdenissen? [663|33]
34. Wat zijn de oudste geloofbelijdenissen? [663|34]
35. Wat zijn de belangrijkste geloofsbelijdenissen? [663|35]

Artikel 1 - "Ik geloof in God de almachtige Vader, Schepper van hemel en aarde"

36. Waarom begint de geloofsbelijdenis met "Ik geloof in God "? [663|36]
37. Waarom belijden wij één God? [663|37]
38. Met welke naam openbaart God zich? [663|38]
39. "Is" God alleen? [663|39]
40. Waarom is de Openbaring van Gods naam belangrijk? [663|40]
41. Wat betekent het dat God de waarheid is? [663|41]
42. Hoe openbaart God dat Hij liefde is? [663|42]
43. Wat zijn de consequenties van het geloof in de éne God? [663|43]
44. Wat is het centrale mysterie van het christelijk geloof en het christelijk leven? [663|44]
45. Kan het mysterie van de allerheiligste Drie-eenheid louter met het menselijke verstand gekend worden? [663|45]
46. Wat openbaart Jezus Christus ons over het mysterie van de Vader? [663|46]
47. Wie is de Heilige Geest, die ons door Jezus Christus geopenbaard is? [663|47]
48. Hoe geeft de Kerk uitdrukking aan haar geloof in de Drie-eenheid? [663|48]
49. Hoe werken de drie goddelijke personen? [663|49]
50. Wat betekent het, dat God almachtig is? [663|50]
51. Waarom is het belangrijk om te benadrukken: "In het begin schiep God hemel en aarde" (Gen 1, 1)? [663|51]
52. Wie heeft de wereld geschapen? [663|52]
53. Met welk doel is de wereld geschapen? [663|53]
54. Hoe heeft God de wereld geschapen? [663|54]
55. Waaruit bestaat de goddelijke voorzienigheid? [663|55]
56. Hoe werkt de mens mee met de goddelijke voorzienigheid? [663|56]
57. Als God almachtig is en voor alles zorgt draagt, hoe kan dan het kwaad bestaan? [663|57]
58. Waarom laat God het kwaad toe? [663|58]

Paragraaf 1 - Hemel en aarde

59. Wat heeft God geschapen? [663|59]
60. Wie zijn de engelen? [663|60]
61. Hoe zijn de engelen aanwezig in het leven van de Kerk? [663|61]
62. Wat leert de heilige Schrift met betrekking tot de schepping van de zichtbare wereld? [663|62]
63. Welke plaats heeft de mens in de schepping? [663|63]
64. Wat voor verhouding bestaat er tussen de schepselen onderling? [663|64]
65. Welke verhouding bestaat er tussen het scheppingswerk en het verlossingswerk? [663|65]

Paragraaf 2 - De Mens

66. In welke zin is de mens “als beeld van God” geschapen? [663|66]
67. Waartoe heeft God de mens geschapen? [663|67]
68. Waarom vormen de mensen een eenheid? [663|68]
69. Hoe vormen in de mens de ziel en het lichaam een eenheid? [663|69]
70. Wie geeft de ziel aan de mens? [663|70]
71. Welke verhouding heeft God bepaald tussen de man en de vrouw? [663|71]
72. Wat was naar Gods plan de oorspronkelijke toestand van de mens ? [663|72]

Paragraaf 3 - De zondeval

73. Hoe is de realiteit van de zonde te verstaan? [663|73]
74. Wat betekent de val van de engelen? [663|74]
75. Waarin bestaat de eerste zonde van de mens? [663|75]
76. Wat is de erfzonde? [663|76]
77. Welke andere gevolgen roept de erfzonde op? [663|77]
78. Wat heeft God na de eerste zonde gedaan? [663|78]

Hoofdstuk 2 - "Ik geloof in Jezus Christus, de enige Zoon van God"

79. Wat is de Blijde Boodschap voor de mensen? [663|79]
80. Hoe wordt de Blijde Boodschap verspreid? [663|80]

Artikel 2 - "En in Jezus Christus, Zijn enige Zoon, onze Heer"

81. Wat betekent de naam “Jezus “? [663|81]
82. Waarom wordt Jezus “Christus” genoemd? [663|82]
83. In welke zin is Jezus de eniggeboren Zoon van God? [663|83]
84. Wat betekent de titel “Heer”? [663|84]

Artikel 3 - "Jezus Christus is ontvangen van de Heilige Geest, geboren uit de maagd Maria"

85. Waarom is de Zoon van God mens geworden? [663|85]
86. Wat betekent het woord “incarnatie”? [663|86]
87. Hoe is Jezus Christus ware God en ware mens? [663|87]
88. Wat leert hierover het Concilie van Chalcedon? [663|88]
89. Hoe drukt de Kerk het mysterie van de incarnatie uit? [663|89]
90. Had de mensgeworden Zoon van God een ziel met menselijke kennis? [663|90]
91. Hoe stemmen de goddelijke en de menselijke wil van het vleesgeworden Woord overeen? [663|91]
92. Heeft Christus een waarachtig menselijk lichaam? [663|92]
93. Wat betekent het hart van Jezus? [663|93]
94. “Ontvangen van de Heilige Geest”: wat betekent deze uitdrukking? [663|94]
95. “Geboren uit de maagd Maria”: waarom is Maria werkelijk de Moeder van God? [663|95]
96. Wat betekent “onbevlekte ontvangenis? [663|96]
97. Hoe werkt Maria met Gods heilsplan mee? [663|97]
98. Wat betekent de maagdelijke ontvangenis van Jezus? [663|98]
99. In welke zin is Maria “altijd Maagd"? [663|99]
100. Op welke manier is het geestelijk moederschap van Maria universeel? [663|100]
101. Welke zin is heel het leven van Christus mysterie? [663|101]
102. Hoe werden de mysteries van Jezus voorbereid? [663|102]
103. Wat leert het Evangelie over de mysteries van de geboorte en de kinderjaren van Jezus? [663|103]
104. Welke les leert ons het verborgen leven van Jezus in Nazaret? [663|104]
105. Waarom ontvangt Jezus van Johannes het “doopsel van bekering tot vergeving van de zonden” (Lc. 3, 3)? [663|105]
106. Wat openbaren de bekoringen van Jezus in de woestijn? [663|106]
107. Wie zijn er uitgenodigd deel te krijgen aan het Rijk van God, dat Jezus verkondigt en verwezenlijkt? [663|107]
108. Waarom maakt Jezus het koninkrijk openbaar door tekenen en wonderen? [663|108]
109. Wat voor gezag verleent Jezus aan zijn apostelen in het Rijk Gods? [663|109]
110. Welke betekenis heeft de Gedaanteverandering? [663|110]
111. Hoe gebeurt de messiaanse intocht in Jeruzalem? [663|111]

Artikel 4 - "Jezus Christus heeft geleden onder Pontius Pilatus, is gekruisigd, gestorven en begraven"

112. Hoe belangrijk is het Paasmysterie van Jezus? [663|112]
113. Op grond van welke beschuldigingen werd Jezus veroordeeld? [663|113]
114. Hoe gedroeg Jezus zich ten opzichte van de Wet van Israël? [663|114]
115. Wat was de houding van Jezus ten opzichte van de tempel? [663|115]
116. Heeft Jezus het geloof van Israël in de enige God en Redder weersproken? [663|116]
117. Wie is verantwoordelijk voor de dood van Jezus? [663|117]
118. Waarom hoort de dood van Christus tot het plan van God? [663|118]
119. Op welke wijze heeft Christus zichzelf als offergave aan de Vader aangeboden? [663|119]
120. Hoe komt bij het laatste avondmaal deze offergave van Jezus tot uitdrukking? [663|120]
121. Wat gebeurt er bij de doodsangst in de tuin van Getsemane? [663|121]
122. Wat zijn de uitwerkingen van het kruisoffer van Christus? [663|122]
123. Waarom roept Jezus zijn leerlingen op hun kruis op te nemen? [663|123]
124. In welke toestand was het lichaam van Christus toen het in het graf lag? [663|124]

Artikel 5 - "Jezus Christus is neergedaald ter helle, de derde dag verrezen uit de doden"

125. Wat is de “hel” waarin Jezus is neergedaald? [663|125]
126. Welke plaats heeft de verrijzenis van Christus in ons geloof? [663|126]
127. Welke “tekenen” getuigen van de verrijzenis van Jezus? [663|127]
128. Waarom is de verrijzenis tegelijkertijd ook een transcendent gebeuren? [663|128]
129. In welke toestand bevindt zich het verrezen lichaam van Jezus? [663|129]
130. In hoeverre is de verrijzenis een werk van de heilige Drie-eenheid? [663|130]
131. Wat zijn de zin en de heilsbetekenis van de verrijzenis? [663|131]

Artikel 6 - "Jezus Christus is opgestegen ten hemel, zit aan de rechterhand van God de almachtige Vader"

132. Wat betekent de Hemelvaart? [663|132]

Artikel 7 - "Vandaar zal Hij komen oordelen, de levenden en de doden"

133. Hoe regeert Jezus, de Heer, nu? [663|133]
134. Hoe zal de glorievolle komst van de Heer zich verwezenlijken? [663|134]
135. Hoe zal Christus de levende en de doden oordelen? [663|135]

Artikel 8 - "Ik geloof in de Heilige Geest"

136. Wat wil de Kerk zeggen wanneer zij belijdt: “Ik geloof in de Heilige Geest”? [663|136]
137. Waarom zijn de zending van de Zoon en de zending van de Geest niet te scheiden? [663|137]
138. Welke benamingen zijn er voor de Heilige Geest? [663|138]
139. Welke symbolen zijn er voor de Heilige Geest? [663|139]
140. Wat betekent het dat de Geest “gesproken heeft door de profeten"? [663|140]
141. Wat bewerkt de Heilige Geest in Johannes de Doper? [663|141]
142. Wat is het werk van de Geest in Maria? [663|142]
143. Welke verhouding bestaat er tussen de Geest en Christus Jezus in zijn aardse zending? [663|143]
144. Wat gebeurt er op Pinksteren? [663|144]
145. Wat doet de Geest in de Kerk? [663|145]
146. Hoe werken Christus en zijn Geest in de harten van de gelovigen? [663|146]

Artikel 9 - "Ik geloof ... in de heilige, katholieke Kerk"

Paragraaf 1 - De Kerk in Gods heilsbeschikking

147. Wat betekent het woord Kerk? [663|147]
148. Zijn er andere namen en beelden waarmee de Bijbel de Kerk aanduidt? [663|148]
149. Waarin vindt de Kerk haar oorsprong en voltooiing? [663|149]
150. Wat is de zending van de Kerk? [663|150]
151. In welke zin is de Kerk een mysterie? [663|151]
152. Wat betekent het dat de Kerk universele Sacrament van heil is? [663|152]

Paragraaf 2 - De Kerk - volk van God, lichaam van Christus, tempel van de Heilige Geest

153. Waarom is de Kerk het volk van God? [663|153]
154. Wat zijn de kenmerken van het volk van God? [663|154]
155. In welke zin deelt het volk van God in de drie functies van Christus, als Priester, Profeet en Koning? [663|155]
156. Op welke wijze is de Kerk het lichaam van Christus? [663|156]
157. Wie is het hoofd van dit lichaam? [663|157]
158. Waarom wordt de Kerk de bruid van Christus genoemd? [663|158]
159. Waarom wordt de Kerk tempel van de Heilige Geest genoemd? [663|159]
160. Wat zijn de charismata? [663|160]

Paragraaf 3 - De ene, heilige, katholieke en apostolische Kerk

161. Waarom is de Kerk één? [663|161]
162. Waar bestaat de ene Kerk van Christus? [663|162]
163. Hoe moet men de niet-katholieke Christenen beschouwen? [663|163]
164. Hoe kan men zich voor de eenheid van de Christenen inzetten? [663|164]
165. In welke zin is de Kerk heilig? [663|165]
166. Waarom wordt de Kerk katholiek genoemd ? [663|166]
167. Is ook de particuliere Kerk katholiek? [663|167]
168. Wie behoort tot de katholieke Kerk? [663|168]
169. In welke relatie staat de katholieke Kerk tot het joodse volk? [663|169]
170. Welke band bestaat er tussen de katholieke Kerk en de niet-christelijke godsdiensten? [663|170]
171. Wat betekent de uitdrukking: “Buiten de Kerk geen heil"? [663|171]
172. Waarom moet de Kerk het Evangelie verkondigen aan heel de wereld? [663|172]
173. Op welke wijze is de Kerk missionair? [663|173]
174. Waarom is de Kerk apostolisch? [663|174]
175. Waarin bestaat de zending van de apostelen? [663|175]
176. Wat is de apostolische successie? [663|176]

Paragraaf 4 - De Christengelovigen - hiërarchie, leken, gewijd leven

177. Wie zijn de Christengelovigen? [663|177]
178. Hoe is het volk van God samengesteld? [663|178]
179. Waartoe heeft Christus de kerkelijke hiërarchie ingesteld? [663|179]
180. Hoe wordt de collegiale dimensie van het kerkelijk ambt verwezenlijkt? [663|180]
181. Waarom heeft het kerkelijk ambt ook een persoonlijk karakter? [663|181]
182. Welke zending heeft de Paus? [663|182]
183. Wat is de taak van het bisschoppencollege? [663|183]
184. Hoe vervullen de bisschoppen hun taak om te onderrichten? [663|184]
185. Wanneer is het leergezag onfeilbaar? [663|185]
186. Hoe oefenen de bisschoppen de taak uit om te heiligen? [663|186]
187. Hoe oefenen de bisschoppen hun taak uit om te besturen? [663|187]
188. Welke roeping hebben de lekengelovigen? [663|188]
189. Hoe hebben de leken deel aan de priesterlijke taak van Christus? [663|189]
190. Hoe hebben zij deel aan zijn profetische taak? [663|190]
191. Hoe hebben zij deel aan zijn koninklijke taak? [663|191]
192. Wat is het gewijde leven? [663|192]
193. Wat draagt het gewijde leven bij aan de zending van de Kerk? [663|193]

Artikel 10 - "Ik geloof ... in de gemeenschap van de heiligen"

194. Wat betekent de uitdrukking “gemeenschap van de heiligen”? [663|194]
195. Welke betekenis heeft de uitdrukking gemeenschap van de heiligen nog meer? [663|195]

Paragraaf 1 - Maria - Moeder van Christus en Moeder van de Kerk

196. In welke zin is de heilige Maagd Maria Moeder van de Kerk? [663|196]
197. Hoe helpt de Maagd Maria de Kerk? [663|197]
198. Wat voor eredienst wordt de heilige Maagd gebracht? [663|198]
199. Hoe is de heilige Maagd Maria het eschatologische beeld van de Kerk? [663|199]

Artikel 11 - "Ik geloof ... in de vergeving van de zonden"

200. Hoe worden de zonden vergeven? [663|200]
201. Waarom heeft de Kerk de macht om zonden te vergeven? [663|201]

Artikel 12 - "Ik geloof ... in de verrijzenis van het lichaam"

202. Wat betekent het woord lichaam (vlees)? [663|202]
203. Wat betekent de “verrijzenis van het lichaam”? [663|203]
204. Welke verhouding is er tussen de verrijzenis van Christus en onze verrijzenis? [663|204]
205. Wat gebeurt er bij de dood met onze ziel en ons lichaam? [663|205]
206. Wat betekent sterven in Christus Jezus? [663|206]

Artikel 13 - "Ik geloof ... in het eeuwig leven"

207. Wat is het eeuwig leven? [663|207]
208. Wat is het bijzonder oordeel? [663|208]
209. Wat verstaat men onder “hemel”? [663|209]
210. Wat is het vagevuur? [663|210]
211. Hoe kunnen wij de zielen in het vagevuur helpen? [663|211]
212. Waarin bestaat de hel? [663|212]
213. Hoe gaat het bestaan van de hel samen met de oneindige goedheid van God? [663|213]
214. Waarin zal het laatste oordeel bestaan? [663|214]
215. Wanneer zal dit oordeel plaatshebben? [663|215]
216. Wat houdt de hoop in op een nieuwe hemel en een nieuwe aarde? [663|216]

Artikel 14 - "Amen"

217. Wat betekent het Amen waarmee onze geloofsbelijdenis sluit? [663|217]

Deel 2 - De viering van het Christusmysterie

Sectie 1 - Het Sacramentele heilsordening

218. Wat is liturgie? [663|218]
219. Welke plaats heeft de liturgie in het leven van de kerk? [663|219]
220. Waarin bestaat de sacramentele heilsbestel? [663|220]

Hoofdstuk 1 - Het paasmysterie in het tijdperk van de Kerk

Artikel 1 - De liturgie - werk van de Heilige Drie-eenheid

221. Hoezo is de Vader bron en einddoel van de Liturgie? [663|221]
222. Wat si het werk van Christus in de liturgie? [663|222]
223. Hoe werkt in de liturgie de Heilige Geest ten opzichte van de Kerk? [663|223]

Artikel 2 - Het paasmysterie in de Sacramenten van de Kerk

224. Wat zijn sacramenten en welke zijn het? [663|224]
225. In welke verhouding staan de Sacramenten tot Christus? [663|225]
226. Welke band is er tussen de Sacramenten en de Kerk? [663|226]
227. Wat is het sacramenteel merkteken (karakter)? [663|227]
228. Wat is de verhouding van de Sacramenten tot het geloof? [663|228]
229. Waarom zijn Sacramenten werkdadig? [663|229]
230. Waarom zijn Sacramenten heilsnoodzakelijk? [663|230]
231. Wat is sacramentele genade? [663|231]
232. Wat is de verhouding van de Sacramenten tot het eeuwig leven? [663|232]

Hoofdstuk 2 - De sacramentele viering van het paasmysterie

Artikel 3 - De liturgie van de Kerk vieren

Paragraaf 1 - Wie viert er?

233. Wie handelt er in de liturgie? [663|233]
234. Door wie wordt de hemelse liturgie gevierd? [663|234]
235. Op welke wijze viert de Kerk op aarde de liturgie? [663|235]

Paragraaf 2 - Hoe wordt er gevierd?

236. Hoe wordt de liturgie gevierd? [663|236]
237. Waar komen de sacramentale tekenen vandaan? [663|237]
238. Welke band bestaat er tussen de handelingen en de woorden in de sacramentele viering? [663|238]
239. Onder welke voorwaarden hebben zang en muziek bij de liturgische viering een eigen taak? [663|239]
240. Wat is het doel van sacrale afbeeldingen? [663|240]

Paragraaf 3 - Wanneer wordt er gevierd?

241. Wat is het middelpunt van de liturgische tijd? [663|241]
242. Wat is de functie van het liturgisch jaar? [663|242]
243. Wat is de liturgie van het Getijden? [663|243]

Paragraaf 4 - Waar wordt er gevierd?

244. Heeft de Kerk ruimten nodig om de liturgie te vieren? [663|244]
245. Wat zijn sacrale gebouwen? [663|245]
246. Wat zijn de bijzondere plaatsen in de sacrale gebouwen? [663|246]

Artikel 4 - Liturgische verscheidenheid en eenheid van mysterie

247. Waarom wordt het ene Christusmysterie door de Kerk in verschillende liturgische tradities gevierd? [663|247]
248. Wat is het criterium dat de eenheid in de verscheidenheid verzekert? [663|248]
249. Is in de liturgie alles onveranderlijk? [663|249]

Sectie 2 - De zeven sacramenten van de Kerk

250. Hoe worden de Sacramenten van de Kerk onderscheiden? [663|250]

Hoofdstuk 1 - De Sacramenten van de christelijke initiatie

251. Hoe voltrekt zich de christelijke initiatie? [663|251]

Artikel 1 - Het Sacrament van de Doopsel

252. Hoe wordt het eerste Sacrament van de initiatie genoemd? [663|252]
253. Hoe wordt het Doopsel in het Oude Verbond voorafgebeeld? [663|253]
254. Wie brengt deze voorafbeeldingen tot vervulling? [663|254]
255. Sinds wanneer dient de Kerk het Doopsel toe en aan wie? [663|255]
256. Waarin bestaat de wezenlijke rite van het Doopsel? [663|256]
257. Wie kan de Doopsel ontvangen? [663|257]
258. Waarom doopt de Kerk kinderen? [663|258]
259. Wat wordt er van een dopeling gevraagd? [663|259]
260. Wie mag dopen? [663|260]
261. Is het Doopsel noodzakelijk voor het heil? [663|261]
262. Kan men zonder Doopsel gered worden? [663|262]
263. Welke uitwerkingen heeft het Doopsel? [663|263]
264. Welke betekenis heeft de christelijke naam die bij het Doopsel ontvangen wordt? [663|264]

Artikel 2 - Het Sacrament van het Vormsel

265. Welke plaats heeft het Vormsel in het goddelijk heilsplan? [663|265]
266. Waarom heet het zalving (chrismatio) of Vormsel (confirmatio) ? [663|266]
267. Waarin bestaat de wezenlijke rite van het Vormsel? [663|267]
268. Wat is de uitwerking van het Vormsel? [663|268]
269. Wie kan dit Sacrament ontvangen? [663|269]
270. Wie is de bedienaar van het Vormsel? [663|270]

Artikel 3 - Het Sacrament van de Eucharistie

271. Wat is de Eucharistie? [663|271]
272. Wanneer heeft Christus de Eucharistie ingesteld? [663|272]
273. Hoe heeft Hij haar ingesteld? [663|273]
274. Welke betekenis heeft de Eucharistie in het leven van de de Kerk? [663|274]
275. Hoe wordt dit Sacrament genoemd? [663|275]
276. Welke plaats heeft de Eucharistie in het goddelijke heilsplan? [663|276]
277. Hoe is het verloop van de eucharistieviering? [663|277]
278. Wie is de bedienaar van de Eucharistie? [663|278]
279. Wat zijn de wezenlijke en noodzakelijke elementen voor de viering van de Eucharistie? [663|279]
280. In welke zin is de Eucharistie een gedachtenis van het offer van Christus? [663|280]
281. Op welke wijze neemt de Kerk aan het eucharistische offer deel? [663|281]
282. Hoe is Jezus in de Eucharistie tegenwoordig? [663|282]
283. Wat betekent Transsubstantiatie? [663|283]
284. Wordt door het breken van het brood Christus opgedeeld? [663|284]
285. Hoe lang duurt de eucharistische tegenwoordigheid van Christus? [663|285]
286. Welke vorm van eredienst is aan het Sacrament van de Eucharistie verschuldigd? [663|286]
287. Waarom is de Eucharistie het Paasmaal? [663|287]
288. Wat betekent het altaar? [663|288]
289. Wanneer verplicht de kerk tot deelname aan de Heilige Mis? [663|289]
290. Wanneer is men verplicht de heilige communie te ontvangen? [663|290]
291. Wat is vereist om de heilige communie te kunnen ontvangen? [663|291]
292. Wat zijn de vruchten van de heilige communie? [663|292]
293. Wanneer is het mogelijk de heilige hommunie toe te dienen aan andere Christenen? [663|293]
294. Waarom is de Eucharistie "onderpand van de toekomstige heerlijkheid"? [663|294]

Hoofdstuk 2 - De Sacarmenten van de heiliging

295. Waarom heeft Christus de Sacramenten van de Boete en van de Ziekenzalving ingesteld? [663|295]

Artikel 4 - Het Sacrament van Boete en verzoening

296. Hoe worden dit sacrament genoemd? [663|296]
297. Waarom is er na het Doopsel nog een Sacrament van Verzoening? [663|297]
298. Wanneer werd dit Sacrament ingesteld? [663|298]
299. Hebben de gedoopten bekering nodig? [663|299]
300. Wat is inwendige boetvaardigheid? [663|300]
301. In welke vormen komt de boetvaardigheid in het christelijk leven tot uitdrukking? [663|301]
302. Welke elementen zijn wezenlijk voor het Sacrament van Boete en verzoening? [663|302]
303. Wat zijn de akten van de boeteling? [663|303]
304. Welke zonden moet men belijden? [663|304]
305. Wanneer is men verplicht zware zonden te belijden? [663|305]
306. Waarom kunnen ook de dagelijkse zonden onderwerp zijn van sacramentele belijdenis? [663|306]
307. Wie is de bedienaar van dit Sacrament? [663|307]
308. Aan wie is de absolutie van bepaalde zonden voorbehouden? [663|308]
309. Is de biechtvader tot geheimhouding verplicht? [663|309]
310. Wat zijn de uitwerkingen van dit Sacrament? [663|310]
311. Kan men in sommige gevallen dit Sacrament vieren met een algemene belijdenis en een gemeenschappelijke absolutie? [663|311]
312. Wat zijn aflaten? [663|312]

Artikel 5 - Het Sacrament van de Ziekenzalving

313. Hoe wordt ziekte in het Oude Testament beleefd? [663|313]
314. Welke betekenis heeft het medelijden van Jezus met de zieken? [663|314]
315. Welke houding neemt de Kerk in ten opzichte van de zieken? [663|315]
316. Wie kan het Sacrament van de Ziekenzalving ontvangen? [663|316]
317. Wie dient dit Sacrament toe? [663|317]
318. Hoe wordt dit Sacrament gevierd? [663|318]
319. Wat zijn de uitwerkingen van dit Sacrament? [663|319]
320. Wat is het viaticum (reisvoedsel)? [663|320]

Hoofdstuk 3 - De Sacramenten ten dienste van de geloofsgemeenschap en de zending

321. Welke zijn de Sacramenten ten dienste van de geloofsgemeenschap en de zending? [663|321]

Artikel 6 - Het Sacrament van de Wijding

322. Wat is het Sacrament van de Wijding? [663|322]
323. Waarom wordt dit het Sacrament van de Wijding (ordo) genoemd? [663|323]
324. Welke plaats heeft het Sacrament van de Wijding in het goddelijke heilsbestel? [663|324]
325. Uit hoeveel graden bestaat het Sacrament van de Wijding? [663|325]
326. Wat is de uitwerking van de bisschopswijding? [663|326]
327. Wat is de opgave van de bisschop in de particulier Kerk die hem is toevertrouwd? [663|327]
328. Welke uitwerking heeft de priesterwijding? [663|328]
329. Hoe oefent de priester zijn ambt uit? [663|329]
330. Welke uitwerking heeft de diakenwijding? [663|330]
331. Hoe wordt het Sacrament van de Wijding gevierd? [663|331]
332. Wie kan dit Sacrament toedienen? [663|332]
333. Wie kan dit Sacrament ontvangen? [663|333]
334. Is het celibaat vereist voor wie het Sacrament van de Wijding ontvangt? [663|334]
335. Wat zijn de uitwerkingen van het Sacrament van de Wijding? [663|335]
336. Met welke gezag wordt het ambtelijk priesterschap uitgeoefend? [663|336]

Artikel 7 - Het Sacrament van het Huwelijk

337. Welk plan heeft God met de man en de vrouw? [663|337]
338. Waartoe heeft God het Huwelijk ingesteld? [663|338]
339. Op welke wijze bedreigt de zonde het Huwelijk? [663|339]
340. Wat leert het Oude Testament over het Huwelijk? [663|340]
341. Wat is het nieuwe dat door Christus aan het Huwelijk is geschonken? [663|341]
342. Is het Huwelijk een plicht voor allen? [663|342]
343. Hoe wordt het Sacrament van het Huwelijk gevierd? [663|343]
344. Wat is de Huwelijksinstemming? [663|344]
345. Wat is vereist wanneer één van beide echtgenoten niet katholiek is? [663|345]
346. Wat zijn de uitwerkingen van het Sacrament van het Huwelijk? [663|346]
347. Welke zonden zijn zwaar in strijd met het Sacrament van het Huwelijk? [663|347]
348. Wanneer staat de Kerk een fysieke scheiding van de echtgenoten toe? [663|348]
349. Welke houding neemt de Kerk aan tegenover gescheiden mensen die hertrouwd zijn? [663|349]
350. Waarom wordt de christelijke gezin ook wel huiskerk genoemd? [663|350]

Hoofdstuk 4 - Andere liturgische vieringen

Artikel 8 - De sacramentaliën

351. Wat zijn sacramentaliën? [663|351]
352. Wat is een exorcisme? [663|352]
353. Welke vormen van volksvroomheid begeleiden het sacramentele leven van de Kerk? [663|353]

Artikel 9 - De christelijke begrafenis

354. Welke band is er tussen de Sacramenten en de dood van de Christen? [663|354]
355. Wat brengt de uitvaart tot uitdrukking? [663|355]
356. Wat zijn de kernmomenten van een begrafenis? [663|356]

Deel 3 - Het leven in Christus

Sectie 1 - De roeping van de mens: het leven in de Heilige Geest

357. Hoe is het morele leven van de Christen verbonden met het geloof en met de Sacramenten? [663|357]

Hoofdstuk 1 - De waardigheid van de menselijke persoon

Artikel 1 - De mens: beeld van God

358. Waarin wortelt de waardigheid van de menselijke persoon? [663|358]

Artikel 2 - Onze roeping tot zaligheid

359. Hoe bereikt de mens de zaligheid? [663|359]
360. Waarom zijn de Zaligsprekingen voor ons belangrijk? [663|360]
361. In welke verhouding staan de Zaligsprekingen tot het verlangen van de mens naar geluk? [663|361]
362. Wat is de eeuwige zaligheid? [663|362]

Artikel 3 - De vrijheid van de menselijke persoon

363. Wat is de vrijheid? [663|363]
364. Welke verhouding bestaat er tussen vrijheid en verantwoordelijkheid? [663|364]
365. Waarom heeft ieder mens het recht zijn vrijheid uit te oefenen? [663|365]
366. Welke plaats heeft de menselijke vrijheid in de heilsbestel? [663|366]
367. Wat zijn de bronnen van de moraliteit van de menselijke daden? [663|367]
368. Wanneer is een daad moreel goed? [663|368]
369. Zijn er handelingen die nooit toelaatbaar zijn? [663|369]

Artikel 4 - De moraliteit van de hartstochten

370. Wat zijn de hartstochten? [663|370]
371. Zijn de hartstochten moreel goed of slecht? [663|371]

Artikel 5 - Het morele geweten

372. Wat is het morele geweten? [663|372]
373. Wat impliceert de menselijke waardigheid met betrekking tot het morele geweten? [663|373]
374. Hoe wordt het morele geweten gevormd, zodat het juist en waarachtig is? [663|374]
375. Welke normen moet het morele geweten altijd volgen? [663|375]
376. Kan het geweten verkeerde oordelen vellen? [663|376]

Artikel 6 - De deugden

377. Wat is de deugd? [663|377]
378. Welke zijn de menselijke deugden? [663|378]
379. Welke zijn de voornaamste menselijke deugden? [663|379]
380. Wat is voorzichtigheid? [663|380]
381. Wat is rechtvaardigheid? [663|381]
382. Wat is de sterkte? [663|382]
383. Wat is matigheid? [663|383]
384. Wat zijn de goddelijke deugden? [663|384]
385. Welke zijn de goddelijke deugden? [663|385]
386. Wat is het geloof? [663|386]
387. Wat is de hoop? [663|387]
388. Wat is de liefde? [663|388]
389. Wat zijn de gaven van de Heilige Geest? [663|389]
390. Wat zijn de vruchten van de Heilige Geest? [663|390]

Artikel 7 - De zonden

391. Wat houdt het ontvangen van Gods barmhartigheid voor ons in? [663|391]
392. Wat is de zonde? [663|392]
393. Bestaat er een verscheidenheid van zonden? [663|393]
394. Hoe onderscheidt men de zonden naar hun zwaarte? [663|394]
395. Wanneer begaat men een doodzonde? [663|395]
396. Wanneer begaat men een dagelijkse zonde? [663|396]
397. Hoe verspreid de zonde zich in ons? [663|397]
398. Wat zijn de ondeugden? [663|398]
399. Bestaat er een verantwoordelijkheid van ons voor de zonden van anderen? [663|399]
400. Wat zijn structuren van de zonde? [663|400]

Hoofdstuk 2 - De menselijke gemeenschap

Artikel 8 - De persoon en de samenleving

401. Waaruit bestaat de sociale dimensie van de mens? [663|401]
402. Wat is de verhouding tussen de persoon en de samenleving? [663|402]
403. Wat betekent het subsidiariteitsbeginsel? [663|403]
404. Wat vraagt een authetieke menselijke samenleven nog meer? [663|404]

Artikel 9 - De deelname aan het sociale leven

405. Waarop is het gezag in de samenleving gebaseerd? ? [663|405]
406. Wanneer wordt het gezag op wettige wijze uitgeoefend? [663|406]
407. Wat is het algemeen welzijn? [663|407]
408. Wat omvat het algemeen welzijn? [663|408]
409. Waar wordt het algemeen welzijn het meest volledig verwerkelijkt? [663|409]
410. Hoe werkt de mens mee aan de verwerkelijking van het algemeen welzijn? [663|410]

Artikel 10 - De sociale rechtvaardigheid

411. Hoe waarborgt de samenleving de sociale rechtvaardigheid? [663|411]
412. Wat is de grondslag voor de gelijkheid onder de mensen? [663|412]
413. Hoe zijn de ongelijkheden onder de mensen te beoordelen? [663|413]
414. Hoe drukt de menselijke solidariteit zich uit? [663|414]

Het heil van God: Wet en genade

Artikel 11 - De morele wet

415. Wat is de morele wet? [663|415]
416. Waarin bestaat de natuurlijke morele wet? [663|416]
417. Wordt de natuurwet door iedereen gekend? [663|417]
418. Wat is het verband tussen de natuurwet en de oude wet? [663|418]
419. Welke plaats heeft de oude wet in het heilsplan? [663|419]
420. Wat is de nieuwe wet of evangelische wet? [663|420]
421. Waar bevindt zich de nieuwe wet? [663|421]

Artikel 12 - Genade en rechtvaardiging

422. Wat is de rechtvaardiging? [663|422]
423. Wat is de genade, die rechtvaardigt? [663|423]
424. Welke andere soorten van genade zijn er? [663|424]
425. Welke verband bestaat er tussen de genade en de menselijke vrijheid? [663|425]
426. Wat is de verdienste? [663|426]
427. Welke goederen kunnen wij verdienen? [663|427]
428. Zijn wij allen tot de christelijke heiligheid geroepen? [663|428]

Artikel 13 - De Kerk, meoder en opvoedster

429. Op welke wijze voedt de Kerk het morele leven van de Christen? [663|429]
430. Waarom komt het leergezag van de Kerk op moreel gebied tussen beiden? [663|430]
431. Welk doel hebben de geboden van de Kerk? [663|431]
432. Hoe luiden de vijf geboden van de Kerk? [663|432]
433. Waarom is het morele leven van de Christen onontbeerlijk voor de verkondiging van het Evangelie? [663|433]

Sectie 2 - De Tien Geboden

434. “Meester, wat voor goeds moet ik doen om het eeuwig leven te verwerven?” [663|434]
435. Hoe interpreteert Jezus de wet ? [663|435]
436. Wat betekent “decaloog”? [663|436]
437. Welke band is er tussen de decaloog en het Verbond? [663|437]
438. Welk belang kent de Kerk toe aan de decaloog? [663|438]
439. Waarom vormt de decaloog een organische eenheid? [663|439]
440. Waarom houdt de decaloog een zware verplichting in? [663|440]
441. Is het mogelijk de decaloog te onderhouden? [663|441]

Hoofdstuk 1 - “Gij zult de Heer uw God beminnen met geheel uw hart, geheel uw ziel en geheel uw verstand”

Artikel 1 - Het eerste gebod: Ik ben de Heer uw God. Gij zult geen andere goden hebben ten koste van Mij.

442. Wat houdt de bevestiging in van God: “Ik ben de Heer uw God” (Ex. 20, 2)? [663|442]
443. Wat brengt het woord van de Heer met zich mee, dat zegt: “De Heer uw God zult gij aanbidden en Hem alleen dienen” (Mt. 4, 10)? [663|443]
444. Hoe oefent de mens het hem eigen recht uit, om aan God eredienst te bewijzen in waarheid en vrijheid? [663|444]
445. Wat verbiedt God wanneer Hij gebiedt: “Gij zult geen andere goden hebben ten koste van Mij ” (Ex. 20, 2)? [663|445]
446. Verbiedt het gebod van God: “Gij zult geen godenbeelden maken…” (Ex. 20, 4) de verering van beelden? [663|446]

Artikel 2 - Het tweede gebod: Gij zult de Naam van de Heer uw God niet lichtvaardig gebruiken.

447. Hoe eerbiedigt men de heiligheid van de naam van God? [663|447]
448. Waarom is meineed verboden? [663|448]
449. Wat is de meineed? [663|449]

Artikel 3 - Het derde gebod: Denk aan de sabbat: die moet heilig voor u zijn

450. Waarom heeft God “de sabbat gezegend en tot een heilige dag gemaakt” (Ex. 20, 11)? [663|450]
451. Hoe gedraagt Jezus zich tegenover de sabbat? [663|451]
452. Wat is de reden dat voor de Christenen de sabbat vervangen is door de zondag? [663|452]
453. Hoe heiligt men de zondag? [663|453]
454. Waarom is het belangrijk de zondag wettelijke te erkennen als vrije dag? [663|454]

Hoofdstuk 2 - "Gij zult uw naaste beminnen als uzelf"

Artikel 4 - Het vierde gebod: Eer uw vader en uw moeder

455. Wat gebiedt het vierde gebod? [663|455]
456. Wat is de natuur van het gezin in Gods plan? [663|456]
457. Welke plaats heeft het gezin in de samenleving? [663|457]
458. Welke plichten heeft de samenleving tegenover het gezin? [663|458]
459. Welke plichten hebben de kinderen tegenover hun ouders? [663|459]
460. Wat gebiedt het vierde gebod? [663|460]
461. Hoe voeden de ouders hun kinderen op in het christelijk geloof? [663|461]
462. Zijn de familiebanden een absoluut goed? [663|462]
463. Hoe moet het gezag worden uitgeoefend op de verschillende terreinen van de burgerlijke samenleving? [663|463]
464. Welke verplichtingen hebben de burgers tegenover de burgerlijke overheid? [663|464]
465. Wanneer mag de burger niet gehoorzamen de burgerlijke overheid? [663|465]

Artikel 5 - Het vijfde gebod: Gij zult niet doden

466. Waarom moet het menselijk leven worden geëerbiedigd? [663|466]
467. Waarom is de wettige verdediging van personen en samenlevingen niet in strijd met deze norm? [663|467]
468. Waartoe dient een straf? [663|468]
469. Welke straf mag worden opgelegd? [663|469]
470. Wat verbiedt het vijfde gebod? [663|470]
471. Welke medische handelwijzen zijn toegestaan, wanneer de dood dreigend nabij geacht wordt? [663|471]
472. Waarom moet de samenleving elk embryo beschermen? [663|472]
473. Hoe vermijdt men ergernis? [663|473]
474. Wat is onze plicht jegens het lichaam? [663|474]
475. Wanneer zijn wetenschappelijke experimenten van medische of psychologische aard op personen en groepen moreel geoorloofd? [663|475]
476. Zijn transplantatie en de donatie van organen vóór en na de dood toegestaan? [663|476]
477. Welke handelingen zijn in strijd met de lichamelijke integriteit van de menselijke persoon? [663|477]
478. Welke zorg is men de stervenden verschuldigd? [663|478]
479. Hoe moeten de lichamen van de overledenen behandeld worden? [663|479]
480. Wat vraagt de Heer van iedere persoon met betrekking tot de vrede? [663|480]
481. Wat is de vrede in de wereld? [663|481]
482. Wat vereist de vrede in de wereld? [663|482]
483. Wanneer is het gebruik van militair geweld moreel geoorloofd? [663|483]
484. Aan wie komt de strenge beoordeling toe van deze voorwaarden in geval van oorlogsdreiging? [663|484]
485. Wat vraagt de morele wet in geval van oorlog? [663|485]
486. Wat moet men doen om oorlog te voorkomen? [663|486]

Artikel 6 - Het zesde gebod: Gij zult geen echtbreuk plegen

487. Welke opgave heeft de menselijke persoon met betrekking tot zijn seksuele identiteit? [663|487]
488. Wat is kuisheid? [663|488]
489. Wat brengt de deugd van kuisheid met zich mee? [663|489]
490. Welke middelen helpen om de kuisheid te beleven? [663|490]
491. Hoezo zijn alle gedoopten geroepen de kuisheid te beleven? [663|491]
492. Wat zijn de voornaamste zonden tegen de kuisheid? [663|492]
493. Waarom verbiedt het zesde gebod alle zonden tegen de kuisheid, hoewel het luidt: “Gij zult geen echtbreuk plegen”? [663|493]
494. Welke taak hebben de burgerlijke overheden met betrekking tot de kuisheid? [663|494]
495. Wat zijn de goederen van de huwelijksliefde, waar de seksualiteit op gericht is? [663|495]
496. Welke betekenis heeft de huwelijksdaad? [663|496]
497. Wanneer is de regeling van de geboorten moreel verantwoord? [663|497]
498. Welke middelen van geboorteregeling zijn immoreel? [663|498]
499. Waarom zijn kunstmatige inseminatie en bevruchting immoreel? [663|499]
500. Hoe moet men het kind beschouwen? [663|500]
501. Wat kunnen de echtgenoten doen wanneer ze geen kinderen krijgen? [663|501]
502. Welke zijn de schendingen van de waardigheid van het Huwelijk? [663|502]

Artikel 7 - Het zevende gebod: Gij zult niet stelen

503. Waar gaat het zevende gebod over? [663|503]
504. Onder welke voorwaarden bestaat het recht op privé-bezit? [663|504]
505. Welk doel heeft het privé-eigendom? [663|505]
506. Wat gebiedt het zevende gebod? [663|506]
507. Hoe moet de mens zich gedragen tegenover de dieren? [663|507]
508. Wat verbiedt het zevende gebod? [663|508]
509. Wat is de inhoud van de sociale leer van de Kerk? [663|509]
510. Wanneer komt de Kerk tussen beiden op het sociale terrein? [663|510]
511. Hoe moet het sociale en economische leven worden beoefend? [663|511]
512. Wat is tegengesteld aan de sociale leer van de Kerk? [663|512]
513. Welke betekenis heeft de arbeid voor de mens? [663|513]
514. Op wat voor soort arbeid heeft iedere persoon recht? [663|514]
515. Welke verantwoordelijkheid heeft de staat met betrekking tot de arbeid? [663|515]
516. Welke taak hebben de leidinggevenden van de ondernemingen? [663|516]
517. Welke plichten hebben de werknemers? [663|517]
518. Hoe worden rechtvaardigheid en solidariteit tussen de volken gerealiseerd? [663|518]
519. Hoe nemen de Christenen deel aan het politieke en sociale leven? [663|519]
520. Waaruit put de liefde voor de armen haar inspiratie? [663|520]

Artikel 8 - Het achtste gebod: Gij zult tegen uw naaste niet leugenachtig getuigen

521. Welke plicht heeft de mens tegenover de waarheid? [663|521]
522. Hoe legt men getuigenis af van de waarheid? [663|522]
523. Wat verbiedt het achtste gebod? [663|523]
524. Wat vraagt het achtste gebod? [663|524]
525. Hoe moeten de sociale communicatiemiddelen worden gebruikt? [663|525]
526. Welke relatie bestaat er tussen waarheid, schoonheid en gewijde kunst? [663|526]

Artikel 9 - Het negende gebod: Gij zult uw zinnen niet zetten op de vrouw van uw naaste

527. Wat vraagt het negende gebod? [663|527]
528. Wat verbiedt het negende gebod? [663|528]
529. Hoe bereikt men de zuiverheid van hart? [663|529]
530. Wat vraagt de zuiverheid nog meer? [663|530]

Artikel 10 - Het tiende gebod: Gij zult niet zetten (...) op iets wat uw naaste toebehoort

531. Wat verlangt en wat verbiedt het tiende gebod? [663|531]
532. Wat vraagt Jezus met de armoede van het hart? [663|532]
533. Wat is het grootste verlangen van de mens? [663|533]

Deel 4 - Het christelijk gebed

Sectie 1 - Het gebed in het christelijk leven

534. Wat is het gebed? [663|534]

Hoofdstuk 1 - De openbaring van het gebed

535. Waarom is er een algemene oproep tot gebed? [663|535]

Artikel 1 - De openbaring van het gebed in het Oude Testament

536. Waarom is Abraham een voorbeeld van gebed? [663|536]
537. Hoe heeft Mozes gebeden? [663|537]
538. Welk verband hebben in het Oude Testament de tempel en de koning met het gebed? [663|538]
539. Welke rol heeft het gebed in de zending van de profeten? [663|539]
540. Hoe belangrijk zijn de psalmen in het gebed? [663|540]

Artikel 2 - In Jezus wordt het gebed volmaakt geopenbaard en verwerkelijkt

541. Van wie heeft Jezus het bidden geleerd? [663|541]
542. Wanneer heeft Jezus gebeden? [663|542]
543. Hoe heeft Jezus tijdens zijn lijden gebeden? [663|543]
544. Hoe leert Jezus ons bidden? [663|544]
545. Waarom is ons gebed werkzaam? [663|545]
546. Hoe heeft de Maagd Maria gebeden? [663|546]
547. Staat er in het Evangelie een gebed van Maria? [663|547]

Artikel 3 - Het gebed in de tijd van de Kerk

548. Hoe heeft de eerste christelijke gemeenschap van Jeruzalem gebeden? [663|548]
549. Waarin bestaat de tussenkomst van de Heilige Geest bij het gebed van de Kerk? [663|549]
550. Welke wezenlijke vormen van christelijke gebed? [663|550]
551. Wat is het zegengebed? [663|551]
552. Hoe kan men de aanbidding definiëren? [663|552]
553. Wat zijn de verschillende vormen van smeekgebed? [663|553]
554. Waarin bestaat de voorspraak? [663|554]
555. Wanneer brengt men God dank? [663|555]
556. Wat is het gebed van lofprijzing? [663|556]

Hoofdstuk 2 - De traditie van het gebed

557. Hoe belangrijk is de traditie met betrekking tot het gebed? [663|557]

Artikel 4 - Aan de bronnen van het gebed

558. Wat zijn de bronnen van het christelijk gebed? [663|558]

Artikel 5 - De weg van het gebed

559. Bestaan er in de Kerk verschillende wegen van gebed? [663|559]
560. Wat is de weg van ons gebed? [663|560]
561. Wat is de rol van de Heilige Geest in het gebed? [663|561]
562. In welk opzicht is het christelijke gebed mariaal? [663|562]
563. Hoe bidt de Kerk tot Maria? [663|563]

Artikel 6 - Gidsen in het gebed

564. Op welke wijze zijn de heiligen gidsen in het gebed? [663|564]
565. Wie kan tot het gebed opvoeden? [663|565]
566. Welke plaatsen zijn voor het gebed geschikt? [663|566]

Hoofdstuk 3 - Het gebedsleven

567. Wat zijn de meest aangewezen tijden voor het gebed? [663|567]
568. In welke vormen drukt het gebedsleven zich uit? [663|568]

Artikel 7 - De gebedsvormen

569. Wat kenkmerkt het mondgebed? [663|569]
570. Wat is overweging (beschouwing)? [663|570]
571. Wat is inwendig (contemplatief) gebed? [663|571]

Artikel 8 - De strijd van het gebed

572. Waarom is het gebeg een strijd? [663|572]
573. Zijn er tegenwerpingen tegen het gebed? [663|573]
574. Welke moeilijkheden zijn er bij het gebed? [663|574]
575. Hoe kunnen wij ons kinderlijk vertrouwen versterken? [663|575]
576. Is het mogelijk op elk moment te bidden? [663|576]
577. Wat is het gebed van het Uur van Jezus? [663|577]

Sectie 2 - Het gebed van de Heer: het Onze Vader

578. Wat is de oorsprong van het Onze Vader? [663|578]

Artikel 1 - "Een korte samenvatting van het hele Evangelie"

579. Welke plek heeft het Onze Vader in de heilige Schrift? [663|579]
580. Waarom wordt het "gebed des Heren" genoemd? [663|580]
581. Welke plaats heeft het Onze Vader in het gebed van de Kerk? [663|581]

Artikel 2 - "Onze Vader die in de hemel zijt"

582. Hoe kan het, dat wij "vol vertrouwen durven naderen" tot de Vader? [663|582]
583. Hoe is het mogelijk God aan te roepen als "Vader"? [663|583]
584. Waarom zeggen wij: "Onze" Vader? [663|584]
585. In welke geest van gemeenschap en zending bidden wij tot "onze" Vader? [663|585]
586. Wat betekent de uitdrukking: "in de hemel"? [663|586]

Artikel 3 - De zeven beden

587. Hoe is het gebed des Heren opgebouwd? [663|587]
588. Wat betekent: "Uw naam worde geheiligd"? [663|588]
589. Hoe wordt de Naam van God in ons en onze wereld geheiligd? [663|589]
590. Wat vraagt de Kerk met de woorden: "Uw rijk kome"? [663|590]
591. Waarom de vraag: "Uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel"? [663|591]
592. Welke inhoud heeft de bede: "Geef ons heden ons dagelijks brood"? [663|592]
593. Welke specifieke christelijke betekenis heeft deze bede? [663|593]
594. Waarom zeggen wij: "Vergeef ons onze schuld zoals ook wij aan anderen hun schuld vergeven"? [663|594]
595. Hoe is vergeving mogelijk? [663|595]
596. Wat wil zeggen: "Leid ons niet in bekoring"? [663|596]
597. Waarom besluiten wij met de bede: "maar verlos ons van het kwade"? [663|597]
598. Wat betekent op het einde: "Amen"? [663|598]
Catechismus van de Katholieke Kerk [1]
Compendium van de Catechismus van de Katholieke Kerk [663]
Dossier over het Compendium van de CKK [d:1]
Cursusschema voor de CKK en Compendium [d:76]



Extra opties voor deze alinea

Reageer op deze alinea Deel op social media